Engeland tegen de Fransche vloot De nieuwe Fransche grondwet 8Isle Jaargang WOENSDAG 10 JULI 1940 No. 24628 De Richelieu buiten gevecht gesteld Vloot te Alexandrië onttakeld De „Ile de France" in beslag genomen Zeeslag in de middellandsche zee Italiaansche vliegtuigen bombardeeren Britsche oorlogsschepen bij het eiland Kreta Het Duitsche legerbericht De besprekingen te Berlijn Ontwerp-resolutie door Kamer en Senaat aanvaard Onthullingen De Noordsche Lotsgemeenschap EERSTE BLAD Feiten van den dag LEIDSCH DAGBLAD DAGBLAD VOOR LEIDEN EN OMSTREKEN PRIJS DER ADVERTENTIES 30 ets. per regel voor advertenties uit Lelden en plaatsen waar agentschappen van ons Blad gevestigd zijn. Voor alle andere advertenties 35 ets. per regel. Voor zakenadvertcntles belangrijk lnger tarief. Kleine advertenties uitsluitend bU vooruitbetaling 's Woensdags en 's Zaterdags 50 ets. bij maximum aantal woorden van 30 stuks. - Incasso volgens postrecht. - Voor opzending van brieven moet 10 ets. porto betaald worden. - Verplicht bewijsnummer 5 ets. Bureau Witte Singel no. 1, hoek Noordeindsplein Telef. nrs. Directie en Administratie 25041 (2 lijnen) Redactie 21507 Postcheque- en Girodienst no. 57055 - Postbus no. 54 PRIJS DEZER COURANT Voor Lelden en gemeenten, waar agentschappen gevestigd zijn: per 3 maandenƒ2.35 per weekƒ0.18 Franco per post 2.35 per 3 maanden portokosten (voor binnenland ƒ0.80 per 3 mnd.) De Brilsche minister van marine, Alexander, heeft gisteren in het Lager huis medegedeeld, dat het Fransche slagschip Richelieu door vliegtuigen en met luchttorpedo's in de haven van Dakar (Senegambie Wcst-Afrika) Is aangevallen. De Richelieu ligt met het achterstuk onder water in de haven. De Fransche radio verspreidt een com muniqué van de Fransche admiraliteit, vol gens hetwelk op 8 Juli Britsche zee- en luchtstrijdkrachten voor de haven van Da kar verschenen en den Franschen admi raal. die aldaar het bevel voert een ulti matum stelden, dat deze voor onwaardig en geen antwoord waard achtte. Hierop ls de haven van Dakar door Britsche vliegtui gen aangevallen, die waren opgestegen van een op zee gestationeerd Engelsch vlleg- tulgmoederschlp. De Fransche luchtafweer heeft een groote activiteit ontplooid. De Richelieu behoort tot de nieuwste slagschepen van de Fransche vloot, de an dere werden Jean Bart, Clemenceau en Gascogne genoemd. Van deze is nog alleen de Richelieu van stapel geloopen. Ze meet 35.000 ton en is gewapend met 8 kanon nen van 38,1, 15 van 15.2, 12 gepaarde van 10 en 8 enkelvoudige, van 3,7 luchtaf- weerkanonnen. benevens 4 zee vliegtuigen. De snelheid bedraagt 31 knoopen. Het schip ls 242 m. lang en 33,1 m. breed. Uit een verklaring van de Britsche ma rine-autoriteiten over den toestand der Fransche vloot in Alexandrië blijkt, dat de Engelschen den Franschen admiraal God- froy elschen gesteld hebben gelijk aan die van Oran. Inziende, dat voor de Fransche sche pen in een vreemde haven, in aanwe zigheid van een verre superieure Brit sche vloot, gcenerlci mogelijkhid be stond om de volle zee te bereiken, heeft admiraal Godfroy volgens deze verkla ring de volgende voorwaarden aan genomen. 1. Zijn schepen te brengen in een toe stand, welke het hun niet meer mogelijk maakt de volle zee te bereiken. Deze toe stand zou worden bereikt doordat men nog slechts zooveel brandstof aan boord liet als noodig zou zijn voor havendoeleinden. 2. Zijn schepen te demoblllseeren. Dit ls geschiedt door uitlevering van zekere deelen der bewapening, die in de bescher ming werden gesteld van Fransche autori teiten te land. 3. De bemanningen zoo zeer te verminde ren, dat alleen nog het ter bewaking en Instandhouding der schepen noodlge ma trozen aan boord is. Men ls op het oogenblik bezig met de uitvoering van deze voorwaarden. De leden der bemanning zullen naar Syrië worden gebracht en van daar verder naar Frank rijk worden vervoerd. Uit Singapore wordt aan het D.N.B. gemeld, dat het 43.450 ton groote Fransche stoomschip „Ile de France" op 3 Juli door de Britsche autoriteiten te Singapore in beslag genomen. Het liep, op weg van de Vereenigde Sta ten naar Australië, de haven van Singapore binnen. De „Ile de France" ligt thans onder Britsche vlag ln de haven van Singapore voor anker. De „Ile de France" is na de Normandië, het grootste schip van de Fransche koop vaardijvloot. Het schip in 1927 te St. Na- zaire gebouwd is het eigendom van de Compagnie Générale Transatlantique. Vóór den oorlog voer het in de dienst van Havre op New York. HET FRANSCHE STOOMSCHIP PASTEUR. Naar de Associated Press uit betrouwbare bron verneemt, hebben Fransche matrozen een dag na den overval op de Fransche vliooteenheden bij Oran, geprobeerd het in de haven van Bedfort bij Hali fax (Nieu/w-Schotland) Liggende Fransohe stoomschip „Pasteur" van 30.000 ton inhoud zelf tot zinken te brengen. Zij werden ech ter na een handgemeen met bewapende Engelschen in hun voornemen verhinderd, hoewel het water reeds de laadruimten van het schip binnendrong. De lading Ameri- kaansche munitie werd later door de En gelschen gelost. De vlootcorrespondent van Stefanl meldt draadloos, dat Italiaansche zeestrijd krachten gisteren slaags zijn geraakt met Engelsche zeestrijdkrachten, die de Ita liaansche vlooteenheden, welke een Ita- liaansch convool naar een haven van Cy- renalka hadden geëscorteerd en thans te rugkeerden, wilden aanvallen. De ontmoe ting tusschen de vijandelijke strijdkrach ten geschiedde om half drie ln den middag ten zuiden van Kaap Spartlvento, de uiter ste punt van Calabrlë. De slag duurde tot negen uur ln den avond en er werd aan deelgenomen door talrijke formaties bom menwerpers, die de vijandelijke schepen ln achtereenvolgende golven met bommen van groot kaliber aanvielen. Bij het vallen van den avond zette het Britsche eskader koers naar het Zuiden, achtervolgd door de Ita liaansche oorlogsbodems. De vlootcorrespondent van Stefanl meldt voorts draadloos, dat een Italiaansch vliegtuig, dat een verkenningsvlucht maakte, Maandag radlotelegrafisch aan zijn basis meldde, dat nabij het eiland Kreta een Britsch eskader in de Middel landsche Zee voer. Het eskader bestond uit een linieschip, twee zware en twee lichte kruisers en andere eenheden, als mede een vliegtuigmoedersohip. Italiaansche luchtstrijdkrachten bereik ten na een vlucht van 800 KJM. over zee den vijand en bombardeerden de vijande lijke eenheden met bommen van zwaar ka liber, niettegenstaande het hevige vuren van het afweergeschut en de pogingen zich achter een nevelscherm te verbergen. Een Het opperbevel van de Duitsche weermacht deelde gisteren mede: Het Duitsche duikbootwapen heeft den vijand wederom zware verliezen toegebracht. Kapltein-luitenantf Hans Gerrit von Stock- hausen heeft met zijn boot 56.500 bruto re- glsterton vijandelijke handelsscheepsruimte tot zinken gebracht. Een andere duikboot heeft den Britschen torpedojager Whirl wind en verscheidene bewapende koopvaar dijschepen, waaronder een Britsch marine tankschip van 11.661 bruto registerton ver nietigd. Het in het legerbericht van 28 Juni gemelde succes van een duikboot met een totaal van tot zinken gebrachte tonnage van 38.000 bruto registerton, is naar de te ruggekeerde commandant, kapitein-luite nant Knorr meldt tot 40.311 br.t. gestegen. Motortorpedobooten hebben bij een nieuwe actie bij de Engelsche Zuidkust een Britsch bewakingsvaartuig tot zinken gebracht. In Engeland heeft het luchtwapcn ha venwerken en tankinstallaties, vlieg velden, alsmede fabrieken van de be wapeningsin dustrie en schcepsdoelen aangevallen. Getroffen en zwaar be schadigd werden de scheepswerven van Devonport. tankinstallaties In Ipswich, Canvey-Island, Thameshaven en Til bury, kruitfabrieken in Harwich en de groote chemische fabrieken in Billing- ham, in het Kanaal en dc Noordzee een kruiser, een torpedojager en vijf koop- vaardwijschepen. Op een vliegveld werden verscheidene vliegtuigen op den grond vernield, Aanval len van vijandelijke vliegtuigen op^ 8 Juli in Nederland en België bleven zonder suc ces. In den nacht van 8 op 9 Juli veroor zaakten deze aanvallen in Noord- en West- Duitschland eenige schade aan hulzen en werden verschillende personen gedood. De totale verliezen, die de vijand gisteren heeft geleden bedragen 11 vliegtuigen. Hiervan werden er 6 ln een luchtgevecht neerge schoten, en 5 op den grond vernield. Vijf Duitsche vliegtuigen worden vermist. Bij de aanvallen op België zijn in den nacht van Zondag op Maandag verschei dene brandbommen geworpen op een tehuis voor ouden van dagen, waar een oude man werd gedood. Verder vielen bommen op een klooster en deden een brand ontstaan, die snel kon worden gebluscht. Militaire doelen werden niet getroffen. Maandagochtend hebben twaalf Britsche bommenwerpers van het tye Bristol Blen- hetim geprobeerd het vliegveld Stavanger- Sola aan te vallen. Tengevolge van het on middellijk optreden van jachtvliegtuigen en luchtdoelartillerie werden de vijandelijke vliegtuigen bij het ten uitvoer leggen van him opdracht gehinderd en konden zij slechts enkele bommen werpen, die gerin ge materieele schade aanrichtten. Alle Brit sche vliegtuigen, die aan den aanval deel namen, werden neergeschoten en wel elf tijdens luchtgevechten met jacht- en ge vechtsvliegtuigen en een door de lucht doelartillerie. De Duitsche vliegtuigen keer den allen behouden terug. linieschip en een vliegtuigmoederschip werden beschadigd en een kruiser werd tot zinken gebracht. De bommenwerpers keer den alle behouden op hun bases terug. Het D.NB. meldt uit Rome: de besprekin gen, die graaf Ciano Zondag in Berlijn is begonnen en die hij in de volgende dagen zal voortzetten, hebben, naar in politieke kringen eenstemmig verluidt, betrekking op de militaire en politieke voortzetting van den oorlog tegen Engeland. Niettegenstaan de de beslissende beteekenis van de aan staande phase van den oorlog tegen Enge land, die evenals voorheen het voornaamste doel is van de spilmogendheden, krijgt de functie van de spilmogendheden reeds thans onmiskenbaar steeds meer en steeds duide lijker een Europeesch karakter. Het is vol strekt normaal en natuurlijk, dat in het tegenwoordige oogenblik, waarin de mili taire gebeurtenissen tijdelijk iets op den achtergrond zijn geraakt, een gedachten- wisseling tusschen 'de spilmogendheden over den nieuwen vorm van Europa wordt ge houden. De zitting van de Fransche Kamer in Vichy is gisteren om 9.50 uur door Herriot in aanwezigheid van ongeveer 400 afge vaardigden geopend. Onder de aanwezigen bevond zich ook Paul Reynaud met ver bonden hoofd. Herriot hield een rede, waarin hij, na de gevallenen herdacht te hebben, over den herbouw van het land sprak. Na de groote catastrophe, zoo zelde hij, zoekt men naar verantwoordelijken. De schuld is van ver schillenden aard. Het uur der gerechtigheid zal komen. Het huidige uur moet echter het uur van overdenking en flinkheid zijn. Rond maarschalk Pétain, wiens figuur allen met eerbied vervult, heeft het volk zich in zijn nood geschaard. Frankrijk moet zich veranderen. Men moet de republiek die men lichtzinnig gemaakt heeft, waardiger ma ken. Haar grondslagen echter zullen hun volle waarde houden. Het lot van dit werk hangt af van het geheele gedrag van thans. Rapporteur Mistier gaf een toelichting van de ontwerp-resolutie. Hij wees er op, dat de debatten heden gehouden zullen worden. Daarna werd een voorstel van La- val om vandaag te negen uur een voorbe reidende vergadering van Kamer en Senaat te houden, waarin hij op alle vragen en bezwaren zal antwoorden, aangenomen. In openbjrre stemming werd de ontwerp-reso lutie met 395 tegen 3 stemmen aangeno men. De tekst van de ontwerp-resolutie luidt als volgt: De Kamer van afgevaardigden verklaart, dat er aanleiding bestaat tot een herzie ning van de grondwetsbepalingen. Tegen stemden de radicale afgevaardigde Mar- gaine (Marne), de socialistische afgevaar digde Biondi (Oise) en de socialistische af gevaardigde Roche (Haute Vienne). De Senaat heeft met 225 stemmen tegen 1 stem (die van markies de Chambrun) het regeeringsvoorstel betreffende het beginsel der grondwetsherziening aangenomen. Ter verdediging der resolutie werd nog aangevoerd: De regeering verlangt van het als natio nale vergadering bijeenkomende parlement, dat het ministerpresident maarschalk Pé tain in overweging geeft, onder zijn ver antwoording de grondslagen van den Fran schen staat te verkondigen. Het gaat in de eerste plaats er om, den staat in zijn sou- vereiniteit en het regeeringsgezag in zijn onafhankelijkheid te herstellen. Het staats gezag zal van den druk der oligarchie be vrijd worden. De regeering zal het lot van het land voortdurend in handen houden, gesteund door een nationale vertegenwoor diging, en zij zal zich tot taak stellen, het gezag met eerbiediging van de noodige vrij heid in overeenstemming te brengen. In dezen geest, en door te breken met mis standen en verouderde methoden, zal de re geering de bestuurs- en justitie-organen des lands op moderne en eenvoudige grond slagen opbouwen. Als scheidsrechter over de belangen van alle Franschen zal zij er bij deze taak naar streven, door groote spaar zaamheid, de last der openbare uitgaven te verminderen. Zij zal zorgen voor de natio nale opvoeding der jeugd en met alle kracht de instellingen bevorderen, die het geboor tecijfer kunnen verhoogen en het gezin be schermen. Het economische leven van Frankrijk zal beslist ln nieuwe banen wor den geleid. Ingeschakeld ln het continen tale productie- en uitwissellngssysteem zal Frankrijk, overigens tot. zijn voordeel, we der in de eerste plaats een landbouw- en boerenland worden, en zijn industrie zal terug moeten keeren tot de kwallteitspro- ductle. De wijziging der beroepsstanden zal dc regeering natuurlijk ertoe brengen, een nieuwe sociale orde ln gerechtigheid op te bouwen. Iedere Franschman, in het moe derland of in het koloniale rijk moet op de plaats gezet worden, waar hij Frankrijk het beste dient. Slechts één aristocratie zal er kend worden, die van het intellect en slechts één verdienste, de arbeid. Minister-president Pétain verklaarde nog: Frankrijk moet uit de verloren veldslagen alle leering trekken. In het bewustzijn van den omvang der nederlaag mag Frankrijk zich niet aan nutteloos geweeklaag overge ven. Uit de militaire nederlaag hebben an dere landen de kracht voor de herleving en de reorganisatie geput.. In het bitterste oogenblik van zijn geschiedenis moet Franrijk de noodzakelijkheid eener natio nale revolutie begrijpen en erkennen. De regeering moet alle gezag bezitten om het noodige te beslissen, te ondernemen en bespreken. r- Van Duitsche zijde gaat men voort docu menten te publiceeren ter staving van de actie der geallieerden om den Balkan in den oorlog te betrekken, waarop generaal Weygand ook zeer heeft aangedrongen als zeer gewichtige springplank tegen de spil. Het gevaar is echter onderkend, zelfs door Turkije, dat zich. tijdig afzijdig wist te houden. Voorts geeft de Duitsche pers „onthullin gen van Bonnet", den vroegeren Franschen minister van buitenlandsche zaken. De Berliner Bórsenzeitung schrijft in een commentaar: Bonnet heeft bekend ge maakt, dat hij op 1 September 1939 uit naam van de Fransche regeering had toe gestemd in het Italiaansche voorstel tot het houden van een conferentie om het Duitsch-Poolsche conflict bij te leggen. Op 2 September, terwijl Polen reeds met Duitschland in oorlog was. heeft hij zijn pogingen voortgezet, onvermoeid, om den vrede te herstellen. Hij stemde er In toe, dat in de volgende weken een conferentie zou worden gehouden. Bonnet wees er op, dat de Poolsche en de Britsche regeering deze conferentie onmogelijk hebben ge maakt, doordat zij eischten, dat tevoren het reeds door Duitschland besefte gebied zou worden ontruimd. Daarmede wordt, zoo constateert de Bór senzeitung, volledig de inhoud bevestigd van hetgeen reeds in het eerste Duitsche Witboek aan de wereld is medegedeeld: de Engelsche en door haar op sleeptouw ge nomen Poolsche regeering hebben het be middelingsvoorstel van Mussolini te niet ge daan en de aanvankelijke toestemming der Fransche regeering door druk uit te oefe nen, weten te wijzigen in een Fransch „neen". Wanneer Bonnet thans de feiten in Vichy uiteenzet, zoo schrijft de Lokal Anzeiger, en gelooft, dat hij daarmede op eenigerlei wijze zijn persoonlijke verantwoordelijkheid kan verminderen dan dwaalt hij op nood lottige wijze. Het ging niet alleen om de laatste drie dagen, maar ook om de geheele vooraf gevoerde Fransche politiek, ten min ste sedert de eerste maanden van 1939. waarin de bekende ommekeer zich voltrok van het Fransche désinteressement aan de Oostelijke kwestie naar den Britschen koers. DE IERSCHE NEUTRALITEIT. De ïersche minister-president, de Valera, ontving op 5 Juli een vertegenwoordiger van de Times en zeide tegen hem, dat Ier land vastbesloten zijn neutraliteit zou hand haven. Tevens sprak de Valera over de ver- eeniging van Ierland en zeide, dat de eenige voorwaarde, die hieraan vastgeknoopt wordt is, dat de regeering te Ulster onder het volledig ïersche parlement, in plaats van onder het Britsche parlement, moet staan. Ierland zou aan een eventueelen aan val tegenstand bieden. De tegenwoordige toestand is abnormaal, omdat in de zes graafschappen van Noord-Ierland honderd duizenden de vereeniging met Eire wen- schen. Hieruit vloeit het merkwaardige feit voort, dat een gedeelte van het ïersche eiland neutraal, het andere oorlogvoerend ls. Ook van het standpunt van de lands verdediging is dit gevaarlijk. Dit zou echter op basis der neutraliteit geregeld moeten worden. De strikte neutraliteit is de beste garantie. Zou Ierland een ander land op zijn grond dulden, dan zou dit voor een derde land een uitnoodiglng tot den aanval zijn. Dit Nummei bevat TWEE Bladen Binnenland De Voedingsraad schrijft over het gebruik van de hooikist (2e Blad). Prijzen van bijen-kasten belangrijk booger dan vorige jaren (Binnenland, 2e Blad) Streven naar eenheid ook in de wielersport (Sport, 2e Blad) Buitenland Engeland zet de actie tegen de Fransche vloot voort (le Blad). De nieuwe grondwet in Frankrijk (le Blad) Rosenberg over de Noordsche lotsgemeen schap (le Blad). ZIE VOORTS „LAATSTE BERICHTEN" EERSTE BLAD. REDE VAN RIJKSLEIDER ROSENBERG. Rijksleider Rosenberg heeft voor verte genwoordigers van de binnen- en buiten landsche pers te Berlijn een rede gehou den over de Noorsche lotsgemeenschap. De nationaal-socialistische beweging, al dus Rosenberg, heeft getracht zooveel mo gelijk Scandinavische kringen met het nieuwe Duitschland bekend te maken. De wederzij dsche gedachtenwisseling moet den weg effenen voor een politiek begrip voor de diepere kennis van de groote Germaan- sche lotsgemeenschap. Deze pogingen heeft het grenzelooze imperialisme van Engeland trachten te verhinderen. Door de groote botsing van het Europee- sche kernland met Engeland is het vraag stuk van de lotsgemeenschap opnieuw aan de orde gesteld. Rosenberg zelde verder letterlijk: op ver gaderingen in Luebeck he£> ik gesproken over het Noordelijke Oostzeegebied en het Donaugebied, die eens in levende betrekkin gen tot elkander moesten komen te staan en ik heb daarbij op het feit gewezen, dat dergelijke betrekkingen van economischen en cultureelen aard alleen via het Duitsche rijk mogelijk waren. De toestand van heden dwingt allen hun uitvoer opnieuw te rege len. alle mogelijkheden af te wegen om de producten van hun land voortaan in Eu ropa zelf te verkoopen. In Duitschland ont staat een geweldig kanalensysteem, dat Noord- en Oostzee met de Middellandsche Zee zal verbinden. Het net der rijksauto wegen zal opnieuw de verkeersmogelijkhe- den tusschen Noord en Zuid doen toene men en het vergrooten van het aantal luchtverbindingen zal dit ruim overbrug gen. Hierdoor ontstaat een continentaal Europeesch belangengebied. Het kan begrijpelijk zijn. aldus ging de rijksleider voort, dat een klein land zien niet door een ander, even klein land wil laten regeeren. Daarentegen zijn wij van meening, dat een kleine natie niets van haar eer prijsgeeft, wanneer zij zich onder de bescherming stelt van een zeer groot volk en een groot rijk. De grootte van een rijk als het Duitsche te erkennen, is geen teeken van een zwak karakter, maar het erkennen van een noodlotsgebod van het Europeesche bestaan. Hetzelfde geldt thans ook voor de verhouding tusschen het Duit sche rijk en het Scandinavische gebied. Het noodlot heeft het gewild, dat het Duitsche rijk het geheele gebied, waaruit eens de Germaansche volken zijn uitgeweken, on der zijn hoede heeft genomen. Het is van zelfsprekend. onverschillig in welken vorm de bescherming van dit eens Groot-Ger- maansche gebied zal volgen, dat het Duit sche rijk ook nooit meer er van kan afzien zich te beschermen tegen een herhaling van een soortgelijken overval, als Engeland in April 1940 via Noorwegen op Duitschland probeerde. Hier teekent zich een voor alle Germaansche volken duidelijke levens noodzaak af, naar buiten een gemeen schappelijk politiek en economisch front te vormen, een front, dat aan de belangen van een ieder recht kan laten wederva ren, omdat de verwezenlijking der belangen van iedere natie ook een totale verster king van het geheele Europeesche vaste land beteekent en omgekeerd, binnen een groot militair-politiek en door de wetten der ruimte beheerscht noodlot ontstaat ook een levendige samenwerking van in soort verwante culturen. Rosenberg herinnerde in dit verband aan een brief van Henrik Ibsen aan den Slees wij k-Holsteinschen schrijver Adolf Strodt- mann over Duitschland en Scandinavië, waarin staat: ik beschouw de Scandinavi sche menscheid slechts als een overgangs stadium naar een aaneensluiting van den geheelen grooten Germaanschen stam. Wanneer ik zou weten, dat wij tenslotte zouden blijven staan bij een geisoleerde Scandinavische vereeniging. zou ik nooit meer de pen in den inktkoker doopen om deze zaak te bevorderen. Rosenberg noemde het volkomen natuur lijk, dat de Groot-Germaansche aaneen sluiting der volken van het Noordelijke Oostzeegebied valt in den tijd der grootsto

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1940 | | pagina 1