De eerste baders op Scheveningen - Steden wedstrijd Den Haag- Utrecht
LEIDSCH DAGBLAD
Tweede Blad
Echtpaar z.k.
81ste Jaargang
FEUILLETON
HOEWEL HET BADSEIZOEN TE SCHEVENINGEN NOG NIET
konden deze jongens cn meisjes de verleiding niet weerstaan om
frissche water te nemen.
GEOPEND IS,
een bad in het
VAN HOGENDORP CEEVACLEERD. Het standbeeld van van Hogendorp is van het naar hem genoemde
plein te Rotterdam overgebracht naar den tuin van het Museum Boymans, waar het zal blijven zoolang de op
bouw van den Coolsingel dit wenschelijk maakt. Nu houdt van Hogendorp toezicht op den aanvoer van gevel-
stecncn en andere fragmenten met kunstwaarde, welke uit de stad worden aangevoerd.
OP HET n.B.S.-TERREIN IN DEN HAAG WERD DE STEDENWEDSTRIJD DEN HAAGUTRECHT GE
SPEELD. De opbrengst is bestemd voor Rotterdam. Een spelmoment voor het Utrechtsche doel.
Den Haag won met 72.
GROOTE HOEVEELHEDEN SNOEKBAARS UIT HET USSEL-
MEER worden bij gebrek aan zeevisch te IJmuiden ver
handeld. Het inpakken van de kisten te Hoorn.
ALS SPEELGOED VOOR EEN IJSBEER
is een parasol een aardig ding. Maar of
ze lang in tact zal blijven
IN BADHOEVEDORP BIJ AMSTERDAM IS EEN DER GROOTSTE GRAS- EN GEWASSEN
DROGERIJEN VAN NEDERLAND IN AANBOUW.
door
Mr. KEA BOSSERS.
43)
Jimmy hing voorover in zUn stoel, het
hoofd in de handen. „Wat een ploert" zei
hij voor zich uit. „öch nee, tenslotte heeft
hij gelijk tenslotte ben ikHij ijs
beerde door de kamer heen. „Als je eens
wist" zei hij, „hoe ik er genoeg van heb,
van mijn leven, van mezelf ln de eerste
plaats." Hij bleef voor Frank staan.
„Weet je" vroeg hij, „waar ik vandaan
kwam toen ik daar ineens op dat feest
kwam aanzetten?"
„Nou?"
„Uit den Haag. JA" zei Jimmy. ..Met de
kous op den kop, zooais de technische term
luidt."
„Hoezoo? Van wie of van wat?"
„Van Ada van Reeuwijck, Je weet wel."
„Van dat verstandige meisje, waarvoor
Je aan de haal bent gegaan?" Frank be
dwong met moeite zijn lach.
„Met dat 'erstand liep het nogal los. Ik
heb haai daarna een keer of zes ontmoet
en. nou ja oen heb ik ontdekt dat ze niet
zoo verstand.g. maar wel een boel aardiger
en zoo was. dan ik gedacht had. En enfin,
toen heb ik het erop gewaagd, hè
„En toen heeft ze je de bons gegeven,
om een anderen technlschen term te gebrui
ken" schaterde Frank. „Dan ls tenslotte
toch nog verstandiger dan ik dacht."
„Ja, lach maar, ongeluk. Je had het zelf
maar eens moeten ondervinden. Prettig ls
dat, als een meisje tegen Je zegt: Je kunt
ophoepelen, want je bent een kerel van
niks, een nietsnut, een lijntrekker."
„Heeft ze dat allemaal gezegd?"
„Nou, woordelijk niet, maar het kwam
er toch op neer. Ziê je, en toen was ik zóó
beroerd en zóó woedend en toen dacht ik,
ik ga naar Oom Aernout om hem te be
danken, dat hij het zoo mooi voor me heeft
uitgezocht want het was tenslotte zijn
idee en da' zal ik hem vragen, of hij
nog meer voor me weet, dat ik nog eens
mijn kop kan stooten. En toen val ik me
daar ineens in dat gekke feest, zie Je en
toen
„Flink" zei Frank. „Nee maar, dat heb
Je er kranig afgebracht. Wil lk Je eens wat
zeggen? Je bent nog een veel grootere lam
meling. dan ik dacht."
„Dank Je wel."
.Ja zei Frank, „dat meen lk. Om je oom
voor „ijn voeter te willen gooien, dat het
meisje Jou niet hebben vil. Je oom, die zich
lk weet niet hoelang uitgesloofd heeft om
een behoorlijken kerel van Je te maken, die
iets fatsoenlijks uitvoert. En omdat je dat
stelselmatig vertikt hebt. en omdat dat
meisje dat ook in de gaten heeft, daarom
geef Je iedereei de schuld, behalve jezelf
En ga Je bovei dien uit pure kif nog hals-
o 'ei '*op een krankzinnige historie begin
nen waarvan de gevolgen tenslotte wéér
vooi een groot deel op Jr oom neerkomen
Het is werkelijk fraai
„Als je niets beters te doen hebt, dan me
hier de les komen lezen, dan kun Je voor
mijn part wel opduvelen," zei Jimmy woest.
„Graag" zei Frank. „Ik ben gekomen, om
Je te waarschuwen en dat heb ik gedaan.
Het spijt me, dat Je niet voor rede vat
baar bent. Bonsoir En hij was de kamer
al uit.
„Frank" Jammerde Jimmy „Nee Frank,
ga nou niet weg. Ik heb het zoo niet be
doeld. Zeg, als JIJ me ook al in den steek
laat ga nou weer zitten, Frank, neem
nou een borrel, zeg."
„Vooruit dan maar". Frank zeeg weer ln
zijn stoel.
„Zie je" zei J'mmy. „Je weet niet, hoe
miserabel lk me voel Ik heb het gewoon
nooit kunnen denken, zeg. Ben JU wel eens
écht verliefd geweest?"
„Ben ik goddank nog" zei Frank. „Op
mUn eigen vrouw."
„O Ja, da's waar ook" zei Jimmy suf.
„Nou, dan moet Je toch kunnen begrijpen,
hoe ik me voel."
„Tenminsteweifelde Frank
„over wie heb Je het nu?"
„Over Ada van ReeuwUck natuurlijk Die
geschiedenis met Cecieltje. Ja, je hebt ge-
lUk het ls een stomme streek, en als de
zaken zoo staan, als JU zegt, dan maak ik
er in ieder geval een eind aan. onmiddel-
lijk."
„Goed zoo" zei Frank. „Dan ben ik ten
minste niet voor niets gekomen. Geef me
dan nog maar een borrel."
„Ja" zei Jlmmy treurig, „maar wat schiet
lk daar verder mee op? Daar heb ik Ada
nog niet mee."
„Nee' ei Frank, .dat zeker niet Daar
zul je meei voor moeten doen als liet Je
al lukken zal. Om te beginnen moet je het
eerst bUlegger met Je oom, dat moet ver
sta Je."
Jlmmy zuchtte. „Maar lk kan toch niet
op „de Waeldonck" komen, zoolang zU er ls"
„Dan schrijf Je een brief. Aan Je oom.
Met Je oprechte excuses en zoo. En dat je je
leven wilt beteren veranderen, bedoel ik.
En of Je oom nog eens moeite wil doen voor
een baan. En dc rest moet Je dan maar af
wachten."
„Ja" zei Jlmmy. „En dat eet ik nou alle
maal maar voor zoete koek op, dat JU hier
zit te preeken als.
.Als je besten vriend" zei Frank. ..En Je
voelt bliksems goed. dat ik gehjk heb En
geef me nou nog één borrel en dan vlieg
lk weg. want ik ben er zoo maar tusschen
uit getrokken."
„Proost, op onze vriendschap" zei Jimmy.
HOOFDSTUK XIX.
Met September werd het weer rustig op
„de Waeldonck" Behalve in de keuken. „De
afschuwelUke beestachtige Inmaak," zucht
te Lies.
„Eén ding weet ik zeker" zei ze op een
avond. ..Als ik nog ooit n mUn eigen huls-
houden kom. eten we nooit iets anders dan
blikjes Dat moet Je me vooruit beloven,
Frank"
„Als het anders niet is." Frank lachte,
maar met moeite Hun eigen huishouden,
het zag er nog niet naar uit BUna een jaar
waren ze nu hier. Een best jaar was het
geweest, alles bU elkaar. Maar ze waren
geen steek verder gekomen. Jawel vUf-
honderd gulden hadden ze gespaard, dat
was toch wel prachtig Als ze zoo doorgin
gen. Maar dat kon natuurUJk niet Vol
gend jaar moest er meer af. voor klaren
en zoo HU begon weer te rekenen en Lies
lekende mee.
„We komen er nooit op deze manier" zuchtte
Frank moedeloos.
„Nee" peinsde Lies. „Je moest eens een
meevaller hebben. Eens tegen iemand op-
loopen die je vooruit helpen wou. .Als je nu
bijvoorbeeld haar fantasie sloeg weer
op hol „zeg. als je uu eens een aanrij
ding had
.Nóg een aanrijding, tiaar heb ik mijn
bekomst van" zei Frank
„Nou, een lichte aanrijding, zonder on
gelukken. BUvoorbeeld van een meneer, die
een agentschap te vergeven had van een of
ander goed merk. En als het dien meneer
zUn schuld nu eens was. En hU gaf Jou dat
agentschap, om het goed te mafcci: Van
Ford bUvoorbeeld of zooiets. Zie Je, dat zou
toch kunnen".
..Ja. ik zie het" zei Frank. „Maar niet dui-
dehjk Die fantasie van Jou. zeg!"
„Die heeft ons toch maar hier gebracht"
zei Lies. „Of niet soms? En heb Je er spUt
van?"
„Nee" zei Frank. „Dat vast en zeker niet.
Als ik er maar een eind aan zag. En dan
die df-en-twintigste October als je
eens wist. hoe ik daar tegenop zie."
„Och, dat loopt immers best los" zei Lies
luchtig Voor den zooveelsten keer „Geef
me een sigaret. Frankie. Ik kan geen naald
vasthouden vanavond. Die lamme appels.
KUk mUn vingers eens."
„Arme pootjes" zei Frank en omsloot ze
met zUn harde chauffeurshanden Zeg. als
ze jou op onzen trouwdag voorspeld hadden,
dat je het nog óóit zoo slecht bU me zou
krijgen, wat had je dan gedaan?'
„Nee gezegd op het Stadhuis natuurlUk"
zei Lies. „Sentimenteele ouwe gek. dat je
bent."
(Nadruk verboden). (Wordt vervolgd).