De krant voor de Jeugd
LEID5CH DAGBLAD, Zaterdag f Juni 1940
Derde Blad No. 24595
Het sprookje van de dierenriem
81ste Jaargang
CORRESPONDENTIE
Van twee blonde kinderen en een vader,
die de verkeerde kant uitliep
Oplossingen
Goede oplossingen
RAADSELS
Jantjes verdriet
Zijn erewoord
Grapjes
ANEKDOTEN
Beste raadselnichtjes en -neefje».
Wat was lk blU. weer brieven van Jullie te
ontvangen! Dat Jullie brieven echter minder
vrolijk waren dan anders, kon lk verwachten.
We zUn nog onder de indruk van de oorlogs
dagen; dat sprak ook uit Jullie brieven. Maar
lk hoorde daarbij, dat Jullie het goed maken,
en dat stelt me gerust De meesten zUn weer
naar school en flink aan het werk getogen. Zo
moet het ook!
Helaas heb lk niet van alle neefjes en nichtje*
nlt onze kring raadsels of een brief ontvangen
Ik hoop. dat ook de afwezigen zich weer aan
melden. Juist nu verlang lk er bijzonder naar
van allen wat te horen.
Jullie weten nog wel, dat tot Pinksteren de
In/Onding van nieuwe raadsels was stopgezet?
Hoewel nu mUn voorraad nog lang niet Ls uit
geput, mogen toch weer nieuwe worden Inge
zonden. Wie du* Iets heeft of ln die weken een
voorraadje gemaakt heeft, mag er mee voor
de dag komen. Maar Je mag er niet op
lekenen. dat Je raadsel of anekdote dadelUk
aan de beurt 1»!
Ik hoop dus, de raadsels of anekdoten, die
Jullie voor mU klaar hebben, te ontvangen en
van allen oplossingen of een brief, hoor!
Paul Blangé JU had een fUn plclziertje bij
Vader Later hoop lk dan op een goede dag
een getikte brief van Je te ontvangen
Paul Rlenstra Jullie hebben wel heel dicht
bij de gevaren gezeten. Ik ben blU te horen
dat Jullie allen ongedeerd en gezond zijn
Bea v d. Kool Wat zullen Jullie bUJ zijn
weer ln Je eigen huls terug te zUn! BfJ Jullie
was werk genoeg te doen. Flink geholpen?
Wlm Rlenstra In oorlogsdagen gaat er
vee! verloren, op allerlei wijze. Maar gelukkig,
dat Jullie gauw ln veiligheid zijn gekomen.
Atze v d Kool Jullie hebben al heel wat
meegemaakt Denk er niet te veel meer aan
en ga flink aan het werk. Is Jullie school ook
nu nog bezet?
Rla de Nlc Mijn felicitatie voor Ie ver
jaardag ln de krant heeft Je nu niet kunnen
bereiken. Ik hoop, dat Je nooit meer zo'n som
bere verjaardag zult hebben.
Hannle de Wekker Ik bon blij. dat we weer
aan elkaar kunnen schrijven en Jullie weer naar
zang toe mogen.
Suusje de Wekker Het werden wel heel
andere Pinksterdagen, dan we gedacht hadden
Het Ls vreselijk van R.
Armle v. d Hart - - Ook met weinig ben lk
tevreden. Een hartelijk groetje.
Bepplc v d. Hart Natuurlijk zullen Je
vriendinnetjes ook welkom zijn. Wat zal lk dan
een dikke brief krijgen! Je Tante heeft ook
angsten uitgestaan.
Peter Waterbeek Het ls maar kort don
ker ln deze zomernachten. Geen wonder, dat
JU dus niets van de duisternis merkt! Je keek
raar op. toen het Ineens 1 uur 40 minuten later
was dan Ie dacht.
Wllly Roest HartelUk welkom. Ik hoop. dat
Je Je gauw thuis zult voelen tussen Je neefjes
en 'nichtjes ln de krant.
Ton Neuteboom Je raadsel paste goed ln
de Meimaand, vond Je niet?
Riekje Leemans Je ziet. dat het oplossen
Je steeds makkelijker afgaat Oefening baart
kunst! Slechts weinigen hadden Je raadsel
goed geraden.
Wllly Wlggers Vertel Je me nog eens of
het zwemmen al een beetje gaat?
Tweetal Boelee - Het U heerlijk. goede be
richten van elkaar te horen. Zoala wU nu ln
onte krant. Jullie hebben flink gewerkt aan
^KonTte?"1— Je broertje kreeg echt ..Jon-
cens-apeelgoed". Daar ml hl) uren en uren var
genletenT En lk denk dat JU ook nog wel een;
van de portU zult zljnl
Gré ZweserlJn Je mag nu ook weer brieven
schrijven, dus Je mooie postpapier kan weer
gebruikt.'Alles goed?
Jannle Werk - Ik maak het ook gwd du
we kunnen gerust over elkaar zijn Wat een
eeluk dat al Jc familieleden gespaard zijn
gebleven! Het la goed. dat het leven eUn ge
wone gang gaat, en ona weer geheel ln beslag
n*Jnêke Kriek Goede berichten ln Je brief
Waarmee heb Je Hans Ingehaald, met awemmen
zeker? Dat gaat dan vlot
Aukjr v. d. Walle Oelukklg. dat Je dicht
bU huls ook van de mooie natuur geniet He'
ls nu geen tlld voor uitstapjes Dat ls voor om
allemaal gelUk-
Plet MartUn NatuurlUk kunnen onze ge
dachten alles, wat gebeurt, zo mAar niet los
laten. Vertel Je mU weer eens over Je tuin?
Alles heeft zeker volop gebloeid
Cobi en Wlm Kleer - Gelukkig, dat alles bU
Jullie goed ls en Vader weer aan het werk
Nelly v Weeren Ook goede berichten. Nu
weer flink aan het werk en proberen niet al
door nan de angstige dagen meer te denken
Gé de Jong Werken en helpen. Ja. daar
gaat het nu om. Het ls prettig, dat we elkaar
nu weer kunnen schrUven.
Corrie v. Weizen Nu kon Je beter uit de
Kinderkrant wUs worden dan verleden week! JU
bent mooier gaan schrUven ln die tussentUd
Dickie Optendrees Jc Vader ls dus al lang
op dcaelfde plaats. HU heeft er zUn eerste
jubileum al kunnen vieren. Ook bU Jullie ge
lukkig alles goed.
Jettte Goudsmit Het hoeft niet op een
briefkaart, maar het mfcg. Een brief Ls ook
goed en daar kun Je meer ln schrUven!
MarletJe LagerwU Wat een geruststelling
dat alle familieleden het goed maken. Wat
een verrassing bracht dat grote pak! Ik geniet
weer van mooi postpapier en mooi schrift!
Zusjes de Vos Ik begrUp. dat Jullie ln on
gerustheid verkeerden over zoveel familieleden
die ln gevaar waren. Wat een opluchting voor
jullie, van allen goede berichten te hebben!
Hel zal heerlUk zUn. weer ln Jullie eigen school
te zitten.
Janny Hermans Dat was een lelilk geval
aan Je vingers. Ik ben blU. te horen, dat aller
ln orde ls. en ook blU. Je terug te zien. Als
Ansje de raadsels mee oplost, mag JU deze
wel voor Jullie belden opschrUven!
Olga Derksen JU vond een rare verrassing
ln je Inktpot! Alweer mooi postpapier In Je
vorige brief vond lk een HJntJee-paplertJe. Dat
Ls er zeker per ongeluk ln blUven hangen? Zo
Ja dan mag jc het komen halen.
Jan Zandbergen Ik schrik van wat lk lees
ln Je brief En wat zul JU erg geschrokken zUn
die eerste ochtend.
Ans Voorma Het verheugt me bUzonder
Jouw brief er bU te ontdekken, en dus te
weten, dat jullie allen het goed maken. Jullie
hebben vreselijke uren doorgemaakt. Prettig
dat jullie toch naar school gaan, al zUn het halve
dagen De andere halve dag geniet Je maar
eens flln van het mooie weer. Is bU Je vrien
dinnetje Hennv alles goed?
Annie v d Vos - Jll zult deze verjaardag
nooit verireten. HU had toch nog een goed
einde. Je kreeg mooie en nuttige radeaux
Zusjes Schlpper Gelukklc alles in orde
Hier ook hoor Het weer ls heerlllk: lekker
om bulten fe zitten handwerken. Het ls nu nog
wat behelpen op school, maaar Je werkt ten-
mlnste.
Lvdla Botermaas Het was geen vroUJke
tocht, die Je met Je Vader maakte. ZUn Je
Orootouders nog ln K.?
Coba Verlind Het weer ls toch goed ge-
ENMI V. LA£tt
Toen zag hij aan de overkant den ram opduiken.
Vele Jaren geleden woonde ln een berg
achtig dorpje heel ver hier vandaan een
arme dagloner, wiens belde geiten ln de
zomer gestorven waren en die nu niets
anders over had dan een mooie zwarte ram.
HIJ nam zich voor het befest gedurende de
winter zo stevig te voeren, dat het tegen
het volgende voorjaar voor twee nieuwe
gelten kon worden ingeruild.
Tot overmaat van ramp stierf ln de herfst
nog zijn vrouw en liet hem met twee kleine
kinderen achter. De kinderen waren twee
lingbroertjes, heel zacht en blond en nooit
ondeugend.
Toen het nu winter werd en de dag
loner eens op een dag geen voedsel genoeg
in huls had om zijn kinderen te eten te
geven, besloot hij, den ram naar de stad
te brengen en te verkopen. Het was een
stikdonkere nacht toen hij uitging en hij
kon geen hand voor de ogen zien De kin
deren liepen stilletjes achter hem aan,
maar toen ze moe werden, tilde de vader
ze op en zette ze leder op een schouder.
Zo gingen ze een poos zwijgend voort, tot
opeens de tweelingen riepen:
„Kijk Vader dat lichtje daar, heel ver!"
„Is het een huis of is het een ster?"
En werkelUk, daar ln de verte zagen /e
een huls voor zich liggen, stralend ver
licht alsof er een bruiloft gevierd werd.
Toen ze dichterbij kwamen, zagen ze, dat
het ©en herberg was, waar een gouden
leeuw uithing. Juist stond de man bij
zichzelf te overleggen, of hij hier zou dur
ven binnengaan want hij had bijna geen
geld meer ln zijn zak! toen zijn oog
viel op den zwarten ram, dien hij aan een
touw achter zich aantrok. En stel Je zijn
verbazing voor, toen hij zag, dat het dier
in louter goud veranderd was.
De tweelingen riepen:
„Geel als goud Ls 'thele vel,
Zijn ogen branden als virnr zo fel!"
Toen ze nog druk bezig waren den ram
te bewonderen, kwam opeens een meisje
uit het huls te voorschijn en alsof ze zijn
gedachten geraden had, zei ze:
„Hier krijg je om niet wijn en brood,
Wees niet bang voor den leeuw;
die bijt Je niet dood"
Toen vatte de dagloner weer moed. Hij
ging met zijn kinderen naar binnen en
het meisje zette hun een heerlijk maai
voor, zó heerlijk als.pe nog nooit geproefd
hadden
0 0
0
Na een poosje kwam een man binnen, die
gekleed was als een voerman Hij had *en
reusachtig groten stier bij zich, dien hij
buiten naast den ram had vastgebonden.
Direct begon hij met den dagloner te on
derhandelen over den ram en toen ze het
over de prijs eens waren geworden, riep de
voerman verheugd uit:
„Van mij is de ram. van mij is de stier!
Maar van wie zijn die tweelingen hier?"
De Vader vertelde, dat de jongens van
hem waren en nu vroeg de voerman of hij
het goed vond dat de kinderen met hem
meegingen om de beide dieren over de brug
te brengen, die aan het eind van den weg
lag. Meteen stopte hij den beiden Jongens
een goudstuk in de hand en gaf ieder een
stok.
De tweelingen gingen nu met den voer
man weg. doch nauwelijks hadden ze het
huisje verlaten of het meisje kwam Jam
merend binnen en vertelde, dat de kinde
ren ln geen velden of wegen meer te zien
waren. De voerman had ze zeker wegge
voerd!
De dagloner schrok vreeelij k en liep de
weg op. maar ook hij kon geen spoor van
zijn kinderen ontdekken In zijn wanhoop
wierp hij het geld, dat hij voor den ram
gekregen had, op de weg. Doch nauwelijks
hadden de goudstukken de grond geraakt
of ze veranderden in kop, schild, poten en
scharen Aan een gouden kreeft, die zich
haastig op weg begaf om den voerman te
achterhalen
Maar nu kwam het meisje ook weer bui
ten. „Dat geeft niets", zei ze en toen greep
ze den gouden leeuw, haalde hem naar be
neden en sprak „Loop vlug en doe den
voerman sneven, maar laat de belde kin
deren leven!"
Hierop werd de leeuw opeens levend en
hep met geweldige sprongen de weg af Ook
het meisje volgde hem. het licht in het huls
ging uit en de dagloner stond heel alleen
ln het donker.
Hij wilde zijn kinderen gaan zoeken,
maar liep ln zijn wanhoop de verkeerde
kant uit. Toen hij een paar minuten had
gelopen, zag hij een oud vrouwtje aan de
weg zitten, dat een weegschaal ln de hand
hiekl.
Ze sprak stil voor zich heen:
Och schaaltjes klein, och schaaltjes mijn.
Wat weegt de vreugd, wat weegt de pijn?"
De Vader vroeg haar, of ze zijn kinderen
rok gezien had maar zij gaf hem geen
antwoord en ging door met wegen.
Met een bezwaard hart zette de man zijn
weg voort en na een poosje zag hij een
vreemde gestalte op zich toekomen. Deze
was gekleed als een slangenmens van de
kermis. Hij droeg een glinsterend geschubd
pak en een zilveren slang om de hals. Aan
zijn voeten echter kroop een eigenaardig
dier, half draak, half spin, half kreeft. ZUn
staart droeg een stekel en het gloeide van
rood vuur. Het was een schorpioen. Zijn
bleven na de regenbul. En dat bultje zelf waz
heel welkom voor alle planten en gewassen.
ELsJe Verlind Nog eenlge weekjes geduld
voor wat Je vraagt. Het ls t»- hopen, dat de
Zondagsschool nu ook spoedig kan beginnen
Dan gaat voor Jullie alles weer gewoon
Anny Bekooy Waar heb Je op het ogen
blik school? Ja, hoe meer alles zUn gewone
gang kan gaan. hoe beter het ls.
Rietje Brandt Jc kunt Je amuseren bU
Ellle's verhaaltjes. De kip maakte haar lelUk
aan het schrikken.
Nlek Bakker Dat is geen klein cadeautje
dat JU voor Je overgang hebt gekregen! Daar
kun Je van genieten ln de zomer Je moet
maar proberen, niet steeds aan de oorlogsdagen
te denken
Marti Bakker Welke kleur heeft deze
nieuwe Jurk? JU blU. dat begrtlp ik Wat een
dikke brief kwam er van Vader; voor Jullie
allemaal wat
Jan Bronsgeest Het lukt mU ook veel lan
ger geleden, sinds wU elkaar voor het laatst
schreven. Dat komt. doordat er zoveel gebeurd
ls ln die tUd. Ja, Jan, deze dagen zullen ln
Ieders herinnering bUJven.
All Stlkkelorum Ik hoop hetzelfde als JU
Gaat het goed met Je Ooms en neven?
Koos Stlkkelorum Ook goede berichten
gelukkig Je raadsel ls nogal makkeUJk: stuur
er nog een bU, dan kunnen deze samen ge
plaatst worden.
Ik herhaal nog eena: de volgende week hoop
lk van allen wat te horen. Insturen naar Leldsch
Dagblad, of naar Wasstraat 5 liefst vóór Maan
dagmorgen 9 uur. ulterlUk tot Dinsdagmorgen
9 uur. Tot de volgende week.
Allen hartelUk gegroet door Jullie Raadsel
tante. Mevr M. J. BOTERENBROOD
der raadsels uit het vorige hummer.
1. LUn. NU1.
2. Een goede buur is beter dan een verre
vriend.
3. Krimpen aan de IJsel; rillen, den maan.
ijs. Kempen
4. Gouden regen; oor, neen. guur, deeg.
negen.
5. Een kubus heeft 12 ribben, en een mens
12 paar
6. Grootmoeder;g. are. doorn, ophopen, pret
tiger. grootmoeder, onthouden, de Jeugd,
adder, mes r.
7. 1. Metselaar; 2. Kapper; 3. Tuinman.
8. Rome.
der raadsels ontvangen van:
AukJc v. d. Walle. Piet MartUn. Coble Kleer.
Wlm Kleer. Ineke Boterenbrood, Elsje Boteren-
brood. Hansje Boterenbrood, Nelly v. Weeren.
Gé de Jong Corrie v. Weizen. Dickie Optendrees.
Jettie Goudsmit. MarletJe LagerwU Sofletjc
LagerwU, Toos do Vos, Rle de Vos, Joke de Vos.
Janny Hermans. MarletJe v. Vliet Bernard v
Vliet, Olga Derksen. Maartje Stavleu. Jan Zand
bergen, Ans Voorma, Annie v. d Vos. Anny
Schipper. Adrl Schipper Lydla Botcrmans. Coba
Verlind Elsje Verlind Anny Bekooy Rietje
Brandt. Nick Bakker Marti Bakker. Jan Brons-
geest AU Stikkelorum Koos Stlkkelorum. Paul
Blangé Wlm Rlenstra. Paul Rlenstra. Atze v. d
Kool. Bea v. d. Kool. Koos Flam an. Wlm Ren-
slnk. Herman Renslnk. Rla de Nle, Hannle de
Wekker. Suusje de Wekker. Anrilc v. d. Hart
Beppie v. d. Hart, Peter Weeter beek, Mlentje
de Water. Wllly Roest. Ton Neuteboom. RlekJe
Leemans. Wllly Wlggers, Anny Feynenbulk,
Adrl Boelee. Dlck Boelee. Kora key Oré Zwe-
serUn Jannle Werk, Mlentje Ultdenboogaard.
Henk Klaassens, Ineke Kriek
voor allen om alt te kiezen;
de groteren vier, de kleineren
drie goede oplossingen.
Let wel: De oplossing van raadsel I mag voor
2 goede oplossingen tellen
L
Ingezonden door Zusjes de Vo6.
MUn geheel noemt een aegswUze van 37 letters.
29. 31. 23 ls niet dlchtbU; 13. 14. 30. 13 een soort
put; 13, 17, 30, 11. 28 geven ons s winters
warmte; 25, 33. 35. 36. 37. 19. 33. 26 ls een
meisjesnaam; 16, 17, 18. 37, 2, 28 spaart men
dikwUl*; 21. 22. 27. 27. 12 komen in sprookjes
voor; 24. 32 ben Je /elf. 9, 10. 34, 25. 33. 15 ls een
meisjesnaam; 24. 27. 23 ls de bewoner van een
land ln Europa; 1. 35, 36, 3 ls een hemellichaam;
33, 35 een bevestiging; 9, 20, 10. 25 ls een plaats
in Zeeland; Mei 4, 5, 6. 7, 8 men Bloeimaand.
Ingezonden door Jan Zandbergen.
MUn geheel ls een dorp van 8 letters ln Zuld-
HoUand. 2. 4 ziet men graag ln de winter;
7. 6. 8 L* een lichaamsdeel; 1. 2. 3 ls een rivier;
ls de 2c letter van het alfabet.
in.
Ingezonden door Lydi Boon.
Als iemand mil een trap geeft.
Dan kom lk flink op gang
Maar knUpt men mU inwendig.
Dan gU lk fel en lang.
Ik sla, net als de mensen,
BU kou een deken om,
En doe. als velen hunner,
MUn dagtaak met gebrom.
IV.
Ingezonden door Alle Wilterdink.
Ik kom bU het schieten te pas en toch zit lk
ln een vredesengel.
Als lk od de bodem van de zee ben. ben
lk ook ln de hemel.
Op straat ben lk niet. wel op de weg.
In het plaatsje Eelde ziet men mU driemaal,
zelfs tweemaal ln eens.
Ingezonden door Sof iet je LagerwU-
Hier volgen de lettergrepen van 7 plaatsen,
die in Nederland liggen. Op de juiste wijze ge
rangschikt, noemen de beginletters er van
weer een plaats ln Zuid-Holland,
aals arn burg dam der dom
e gen gen gro har hem - me
meer nU nln wUk.
VI.
Ingezonden door GUsbert Verschoor.
MUn geheel noemt een weg ln Lelden van 13
letters. Op een 11. 12. 13 kan men lopen; 7 6.
8 ls een paard: 1 2. 3. 4 is de tegenstelling
van hoge; 5 ls de 13c letter van hef alfabet:
6. 9. 10. 6. 1 is een vis.
VII.
Ingezonden door Klaas Tolr.er.
Met welke boog kan men niet schieten*
aanblik deed den dagloner van schrik ver-
s tij ven en toen de vreemde stoei voorbij
ging, hoorde hU het dier zeggen:
„Zie mij aan en uw haar wordt grauw.
Ik ben de smart, lk ben het berouw".
En werkelijk: de dagloner werd nu zó
bedroefd bij de gedachte aan ai het ver
keerde, dat hij bijna ln snikken was uit
gebarsten Maar de aanblik van een
vreemdsoortigen boogschutter deed hem
zijn verdriet vergeten Het was een centaur,
half me as half paard, die woest langs hem
heen draafde, terwijl zijn zUveren hoeven
vonken uit de klinkers sloegen. Een pijl en
boog had hij ln de hand en hij riep
„Ik ben het leven, ik ben de moed
Hoe lokt de verte, hoe schuimt het bloed!"
Door dit vrolijke lied voelde de dagloner
opeens zUn moed herleven.
Zijn weg leidde nu tussen bergen door.
Op een der hoogste roteen stond een steen
bok, de machtige horen in de nek, bereid
tot de sprong. HIJ riep:
„Geen berg is te steil, geen kloof te breed.
Ik ben de wil, ik ken geen leed!"
Nog meer versterkt zette de Vader van
de tweelingen zijn tocht voort en weldra
zag hU nu een groot meer voor zich liggen,
dat hem sterk herinnerde aan zijn ge
boorteland.
HIJ liep het hellende pad af en zag aan
de oever van het meer een man zitten. die
een zilveren net uitwierp, waarmee hU
gouden vissen ophaalde. Deze kon hem
echter niets vertellen over zUn kinderen.
HU bleef maar stilletjes doorvissen
Doodmoe en wanhopig liet de dagloner
nu den waterman met zijn vissen links
liggen en ging verder
Opeens stond hij tot zijn schrik voor een
diepe afgrond, welks wanden zo steil waren,
dat hij er onmogelijk doorheen kon Hij
viel snikkend op de knieën en Jammerde:
„Waar vind lk mijn klnd'ren,
waar vind ik de brug?
Ik kan niet vooruit, en ook niet terug!"
Maar kijk. toen hij zUn ogen weer op
sloeg, zag hU tot grote vreugd aan de over
kant van de kloof den ram opduiken Zijn
gouden horens schitterden in de mane
schijn. Achter hem stond de stier en daar
achter Ja werkelijk daar kwamen de
tweelingen aan. Ze hieven hun stokken op
om hem te groeten en de gelukkige Vader
strekte zijn armen naar hen uit.
Maar opeens werden zijn leden stijf. Hij
bleef staan waar hij stond en zo staat hij
nog altijd met uitgestrekte armen te kijken.
Het is ook een prachtig gezicht, want
alle personen, die in dit verhaal voor
komen. waren in sterrebeelden veranderd.
Ze zijn er nog. Kun Je ze weer uit het ver
haal terugvinden?
Jantje huilt en snikt en pruilt,
Onder d' appelboom gezeten,
Waar hU. WJ zUn oom te gast,
HeerlUk appels ls gaan eten.
„Jantje", vraagt zUn tante hem.
„Waarom huil Je toch zo. ventje?
Heb Je 't dan niet fijn bij ons?
'k Weet beslist: Je oom verwent je!"
Jantje kUkt haar droevig aan
En begint opnieuw te snikken.
Kijk, hij wrijft z'n ogen rood,
Of hU in 't verdriet zal stikken!
„Tante", huilt hij, ,,'t is zó erg!
'k Heb zo vrees'Ujk veel gegeten,
'k Heb al vUftien appels op.
'k Kan beslist geen één meer eten!"
.jantje", zegt z'n tante dan.
„Moet Je daar nu zo om snikken?"
Stop je zakken vol en kom!
'k Zal niets aan Je oom verklikken!"
Jantje huilt nog veel, veel harder
Want nu schiet het hem te binnen:
„*k Heb m'n zakken ook al vol!
„O, wat moet ik toch beginnen?"
MARIE MICHON.
De kinderen hebben de tuin opgeruimd.
Dat la ln het voor]aar so nu en dan drin
gend nodig Vader kijkt het na en ziet. dat
alles ln orde ls: alleen ligt er een leeg
groentebllk ln de tuin van de buren ge
smeten.
.Mevrouw hiernaast", een oude, keurige
dame, zou nooit zooiets doen Vader vindt
het verdacht en vraagt streng: „Zeg Plet,
heb JIJ dat bhk ln de tuin hiernaast ge
gooid?"
Plet fronst het voorhoofd en zegt:
„Nee. Vader
„Heb Je het werkelijk niet gedaan?"
.Jicht niet, Vader. Op mUn erewoord,"
zegt Plet.
Vader weet. dat Piet zijn erewoord niet
misbruikt. Als hij dat zegt, spreekt hij
vast de waarheid. Maar het onderzoek ls
nog niet afgelopen, want Vader moet en
zal weten, wie die slordigheid dan wèl op
z'n geweten heeft
„Weet je misschien, wie dat blik ln de
tuin gegooid heeft?" vraagt Vader
Plet bedenkt zich een ogenblik Dan
knikt hij plechtig: „Ja. ik weet het. maar
lk heb m'n erewoord gegeven, dat lk het
niet zou verraden".
Al! Dat wordt lastig! Maar Vader ls
slim.
„Goed," zegt hij met een fijn lachje. „Je
erewoord mag Je natuurlijk niet breken Je
hebt het zeker aan Hans gegeven?"
„Neen." zegt Plet plechtig, „aan Wlm!"
Mislukte berisping.
Vader Keesje, waarom sta Je toch niet wat
vroeger op 's morgens? Ik las Juist laatst nog ln
de krant, dat een werkman die heel vroeg
naar zUn werk ging, een portemonnale vol gpïd
had gevonden."
Keesje. ..Maar Vader, degene, die de porte
monnale verloren had. ls toch nóg vroeger op
gestaan!"
Ingezonden door Wlm de Wolf.
«Dom Karei bracht een bezoek aan de ouders
van Tommy.
Oom begon Tommy. .Mamma heeft u
beledigd
„Beledigd?"
.Ja. gisteren zei ze tegen mU. dat lk een aap
van een jongen was. en vandaag zei ze tegen
Papa. dat ik precies op u leek".
Ingezonden door Jople Hennlk.
.jantje, kan Je kleine broertje al praten?"
„O best! WU zUn nu al bezig hem te leren,
hoe hU zUn mond weer moet houden".
Ingezonden door Coba Verlind.
Jantje ging eens met zUn moeder wandelen.
ZU kwamen voorbij ren vogelwinke! Jantje zag
een groene vogel zitten ln de winkel
..Moeder", zei Jantje. ..wat is dat voor een
vogel?"
..O. Jantje", zei Moeder, „hel ls een parkiet
Moeder'zei Jantje. ..vergist u zich niet? Is
het geen onrijpe kanarie?"
Ingezonden door Nellie en Ella Melnema.
Boer A.: „Weet je. Krelis. dat ze tegenwoordig
foto's ook al draadloos oversturen?''
Krelis: „Met U)st en al?
Ingezonden door Ans Voorma.
Zo'n deugniet.
Kleine Willem vraagt aan zijn moeder 2 centen.
„Wat heb Je gedaan met de centen, die lk
Je gisteren gaf? vroeg Moeder.
..Ik heb ze aan een oude vrouw gegeven".
.Dat ls goed. Willem. Maar waarom stelde Je
zoveel belang in die oude vrouw?"
„Omdat ze lekkers verkocht".
Ingezonden door Jannle v. Kampenhout.
Toerist «tot hengelaar): ..Dat schUnt hier
goed viswater te zUn".
Hengelaar: „Ja, prachtig, want de vis wil er
niet uit".
Ingezonden door Henk Stouten.
BU den slager.
Plet: „Slager, heeft u varkenspootjes?"
Slager: „Ja. beste jongen
Piet Dan zult u ook niet gemakkelijk kun
nen lopen!" Toen holde Plet gauw de winkel uit.
Ingezonden door Annle v. d. Bos en door
Marlet je de Mooy
Jongens er is niet veel tUd meer dus lk zal
aan ieder eén vraag doen
Kees weet JU wanneer Columbus Amerika
heeft ontdekt?"
„Jawel. Meester."
..In welk jaar dan?"
Hu houdt U geen woord, Meester; sou
maar één vraag doen".