Zal de oorlog ook Italië
meesleepen
Straffen op spionnage
nog verzwaard
Onze Puzzle-Rubriek
Stiie Jaargang
LEIDSCH DAGBLAD, Zaterdag 4 Mei <940
Vierde Blad
Ne. 24572
Pouwetgberte
De as versterkt
en...
Doodstraf mogelijk in
geval van oorlog
Kruiswoord-raadsel
Oplossingen vorige
week
Rekenpuzzle.
(Van onzen Romelnschcn correspondent).
Rome Mei. Gelijk een onafwendbaar
noodlot schijnt ook voor Italië de dag te
naderen, waarop het in de draaikolk van
den oorlog zal worden getrokken. Voor wie
het schiereiland der Apennijnen van dicht
bij kennen en ervan houden, ls het wel een
smartelijke gedachte, de toch al zoo wreede
slachting misschien uitgebreid te moeten
zien tot deze met historische herinneringen,
kostbare kunstschatten en een paradijs
achtig klimaat zoo rijk gezegende streken en
haar nijvere en sympathieke bevolking.
Want als men zijn oor te luisteren legt bij
de Italianen, dan blijkt al ras dat onder de
massa van het volk bijna niemand wordt
gevonden die een actief deelnemen aan den
oorlog wenscht of deze met voldoening zou
begroeten. Dat wil natuurlijk niet zeggen
dat de menschen niet bereid zouden zijn
hun plicht te doen op het oogenblik wan
neer het vaderland roept, maar de sterkste
prikkel tot het vervullen van dezen plicht
schijnt ons in stee van geestdrift, ver-
ovcrlngslusten of overtuiging van de nood
zakelijkheid van den strijd veeleer de op
merkelijke nationale discipline, waartoe de
Duce zijn volk in den loop van bijna twin
tig Jaren heeft weten op te voeden. De vrees
voor den mogeltjken gang van zaken, voor
de uitwerking van den oorlog op het eigen
land, voor eventueele bombardementen uit
zee of aanvallen uit de lucht ls inmiddels
grootcndeels geweken, omdat het verloop
van de eerste acht maanden van dezen oor
log wel getoond hebben, dat de onbescherm
de burgerbevolking en de open steden door
belde partijen tot dusver zooveel mogelijk
worden ontsien. Het gevaar dat eigen erf
of vrouwen en kinderen rechtstreeks zouden
worden bedreigd, ziet men hoogstens bij een
eventueele landing van vijandelijke troepen
op Itallaanschen bodem en dat ls nu Juist
een mogelijkheid, waaraan door niemand
wordt geloofd.
In tegenstelling met de stemming der be
volking in de noodlottige Augustusdagen van
verleden Jaar ziet men het oorlogsgevaar nu
niet meer In ijzige verlamming nadcrslul-
pen als een dreigend ondier; men heeft den
tijd gehad, zich met het gevaar voldoende
vertrouwd te maken en zijn eigen krachten
te toetsen. De militaire voorbereidingen, de
stelselmatige propaganda door de fascisti
sche pers en vooral het persoonlijk woord
ln de Jongste verklaringen van Mussolini,
ziedaar de redenenen tot het ontzaglijk
gegroeide vertrouwen in de eigen kracht.
Terwijl men zich vroeger ermede tevreden
stelde, ln zijn militaire machtsmiddelen,
met name ln de Italiaansche vloot een fac
tor te zien, waardoor de verhouding der
krachten der overige Europeesche mogend
heden beslissend kon worden beïnvloed,
koestert men thans de overtuiging dat de
Italiaansche onderzeeërs en de Italiaansche
luchtmacht alleen reeds het land tot mees
ter maken van de situatie ln ie Middelland-
5che Zee
Naast dit vertrouwen in de eigen kracht
staat het rotsvaste vertrouwen ln de kracht
van den bondgenoot, dat eveneens door de
Italiaansche pers met alle middelen wordt
aangewakkerd en versterkt,.
Het. vertrouwen ln de hechtheid van de
alliantie met den as "-genoot werd ln deze
dagen niet weinig ojvordcd door het arrl-
veeren van de diverse militaire commissies
uit hel Duitsche leger, die over alle wapenen
van het Italiaansche ieger verdeeld werden
en een nauwe samenwerking tusschen de
troepen van den Fuehrer en van den Duce
nog meer dan tot nu to° moeten waarbor
gen Het heet ln de offlcleele toelichting,
dat dit geen nieuw Initiatief ls maar slechts
een onderdeel van de reeds in 1938 gesloten
overeenkomsten. De omstandigheid echter
dat zulk een op onderling vertrouwen ge
baseerd onderdeel Juist nu in de prakÜJk
wordt omgezet, geldt hier algemeen als een
aanwijzing van den nieuwen ge^pt, die over
de oude as vaardig is geworden.
Toen Von Rlbbentrop in Augustus de
wero'.d verraste door het plotselinge en on
verwachte omslaan van de kromme der
Duitsch-Russische betrekkingen uit de ne
gatieve in de positieve oneindigheid en toen
rauwelijks eenlge dagen later de wereld
rpnlc-uw werd verrast door het plotselinge
toeslaan van Hitler in Danzig en Polen, toen
bleek de verrassing van den nagenoot ln
Rome nauwelijks minder groot dan die van
do overige wereld. Graaf Clano heeft dit
ons zelf verteld in zijn bekende rede voor
de fastlsche kamer, die overigens na meer
dere maanden oorlogsvoering de eerste be
kentenis was van Italiaansche zijde tot de
door velen al dood gewaande as Ditmaal
echter, bij het ploteeltng en voor de geheele
wereld zoo verrassend mogelijk gekomen
toeslaan van Hitler ln Denemarken en
Noorwegen, toonde men ln de Italiaansche
hoofdstad geen oogenblik verrassing, maar
was onmiddellijk op de hoogte der situatie
en ten volle bereid, de nieuwe politiek van
den asgenoot door dik en dun te steunen.
In deze houding kan moeilijk Iets anders
worden gezien als een zeer positieve aan
wijzing, dat Italië zijn bondgenootschap met
het Derde Rijk thans in een daad gaat om
zetten.
Er zijn trouwens nog meer aanwijzingen
te vinden ln de gebeurtenissen der laatste
dagen. Het duidelijke en besliste woord van
den voorzitter der fascistische corporatieve
kamer Dlno Grandi, die ln de plechtige slot
vergadering der Duce onvoorwaardelijke
gehoorzaamheid beloofde en de noodzake
lijkheid van een Itallaansch actief ingrijpen
In den oorlog beklemtoonde, zal voor velen
een hevige teleurstelling zijn geweest, om
dat zij Juist ln dezen spreker een overtuig
den voorstander van de Italiaansch-Engel-
sche vriendschap meenden te zien. Niet
minder geldt dit van de benoeming van
Dlno Alflerl tot ambassadeur in Berlijn.
Toen Alflerl verleden herfst eensklaps van
zijn ambt als propagandamlnlster werd
ontheven, werd dit door zeer velen ln ver
band gebracht met zijn overgroote toewij
ding aan het Italiaansch-Dultsch verbond
en als ernstige verzwakking van de as ge
kenmerkt. Het ls derhalve logisch, dat de
benoeming van dezen fasclstlschen politi
cus tot ambassadeur te Berlijn Juist op dit
oogenblik als een belangrijke versterking
van de as moet worden opgevat. Onder de
diplomatieke vertegenwoordigers der Ge
allieerden ln de Italiaansche hoofdstad ls
dit oordeel dan ook algemeen. Ons dunkt
dat de reactie uit Parijs en Londen spoedig
van dit oordeel blijk zal geven en bewijzen
zal dat tenminste ln dc verantwoordelijke
kringen aldaar niet meer met de Itali
aansche .vriendschap" wordt gerekend.
(Nadruk verboden).
cCuMeit,
BEN 6PANNENP e>OEK
"RN PtJP TA0AK VAN
3T7®
Onaez Med.)
De minister van Justitie, prof. mr. P. S.
Gerbrandy, heeft gevolg gegeven aan den
aandrang der commissie voor privaat- en
strafrecht uit de Tweede Kamer, om de
maximumstraf op spionnage en soortgelijke
misdrijven nog meer te verzwaren, dan ln
het betreffende ontwerp werd voorgesteld.
De minister had gelijk bekend, voorge
steld de maximumstraf op het misdrijf van
art. 98 W. van S. (openbaar maken aan een
bultenlandsche mogendheid van gegevens,
die met het oog op 's lands veiligheid ge-
helm moeten blijven) van 6 op 15 jaar te
brengen, hetgeen de commissie niet vol
doende achtte.
De minister heeft thans zijn ontwerp
gewijzigd in dier voege, dat voor spion
nage, althans voor wat feiten betreft,
gepleegd In tijd van oorlog, de moge
lijkheid wordt geopend van levenslange
gevangenisstraf of tijdelijke gevange
nisstraf van ten hoogste twintig jaren.
Dezelfde straffen zijn in een nota van
wijzigingen voorgesteld voor het mis
drijf van artikel 97 (het in verstand
houding treden met een buitenlandsche
mogendheid met het oogmerk haar tot
het plegen van vijandelijkheden tegen
den staat te bewegen).
Beide wijzigingen hebben tot gevolg,
dat bij deze delicten, evenals thans
reeds het geval is bij dc andere delicten
van titel I en titel II van het tweede
boek W. van S., waarop levenslange ge
vangenisstraf is bedreigd, „in geval van
oorlog", dj. dus indien oorlog werke
lijk Is uitgebroken, de doodstraf zal
kunnen worden opgelegd, indien zij al
thans gepleegd worden in een in staat
van beleg verklaard gedeelte van het
grondgebied des Rijks.
Eveneens is in de nota van wijzigingen
voorgesteld om ook de voorbereidingshan
delingen van het misdrijf van artikel 102
het opzettelijk ln tijd van oorlog den
vijand hulp verleenen of den staat tegen
over den vijand benadeelen), strafbaar te
stellen.
NIET HET UITERSTE.
Verder zou de minister, zoo deelt hij in
de memorie van Antwoord aan de Tweede
Kamer mede, voor het oogenblik niet wil
len gaan. In het bijzonder staat bij hem
bezwaar voor het tegenwoordige mede te
gaan met de verder strekkende voorstellen
van de meerderheid van de commissie, ra
kende de strafmaat van artikel 98. Deze
voorstellen houden in. overbrenging van de
misdrijven van de eerste beide titels van
het tweede boek van het Wetboek van
Strafrecht, ook wat de burgers betreft,
reeds onder den staat van beleg dus nog
voordat oorlog werkelijk is uitgebroken
naar den militairen rechter. Het gevolg
zou dan zijn dat reeds onder den staat van
beleg de mogelijkheid van doodstraf geo
pend zou worden voor die delicten, waarop
in het Wetboek van Strafrecht levenslange
gevangenisstraf is gesteld.
De minister heeft deze materie bij zich
zelf herhaaldelijk overwogen. Hij is hierbij
tot de conclusie gekomen, dat het te dezen
om zeer vérstrekkende voorzieningen gaat,
waartoe, naar zijn overtuiging, alleen zeer
beraden en in volkomen rust en na over
denking van alle in aanmerking komende
gezichtspunten, mag worden besloten. Voor-
HORIZONTAAL
1. Iemand die onbe
46
uitroep
kend wenscht te
47.
feestkleeding
blijven
49.
leder
3. gezin
61.
muzieknoot
8. riviertje in Neder
52.
stel van twee
land
64.
Jongensnaam
13. versterkend voe
66
een vijand van
dingsmiddel
Nederland ln de
14. onderdeel
16e eeuw
15. huishouding
58.
huls
18. bevelen
69.
deponeeren
20. mannetjes-eend
63.
einde
21. Iemand die eet
64.
poover
22. klein in breedte
65
hier
24. telwoord
67.
plaats ln Noord-
26. berg ln Zwitserland
Holland
27. plaats ln Gelder
70.
nauwelijks genoeg
land
74.
studentenroeiveree-
29. meisjesnaam
niglng
31. folterwerktulg
75.
plaats waar men
36. gekleurd doek
kaartjes koopt
38. onderdeel van een
76.
paddestoel
trap
78
de opgevulde ruim
39. Provinciën aam
ten tusschen stee-
(afkorting)
nen
40. godsdienstig gebruik 81.
dier
41. opbergplaats
82
muzieknoot
42. met weinig moed
83
waarschuwend aan
begiftigd
dringen
43. aldus
84
visch
45. landbouwwerktuig
86.
scheikundig element
DE SCHOT EN DE GOUDEN
KETTING.
Een Schot, die de kwaal aller Schotten had.
zuinig te zUn, sprak met den waard van een loge
ment af, zijn rekening per dag te mogen betalen
met dc schakels van een gouden ketting, die
ln z\)n bezit was. lederen dag een schakel, zoo
luidde het tarief. Om nu echter per dag te kun
nen betalen, moesten de schakels van den ketting
worden doorgeknipt. Het waren eenvoudige,
cirkelvormige schakels, en de ketting was niet
gesloten, telde dus twee uiteinden.
By het doorknippen van de schakels ging
echter een deel van dc waarde verloren, zoo be
tuigde de waard, die eveneens Schotsch bloed
ln de aderen had vloeien. ZU kwamen dus over
een, dat bU het vertrek van den Schot geteld zou
worden, hoeveel doorgeknipte schakels in het
bezit van den waard waren. Voor leder dezer zou
een kwartje worden bijbetaald.
Verder zouden de schakels als gewoon geld
worden beschouwd, als geldstukken dus. die
Juist het per dag te betalen bedrag vertegen
woordigden. De ketting telde 63 schakels, en
toevallig wcnschte de Schot Juist 63 dagen te
biyvcn ln het logement. Natuurlijk ging hij den
ken en hij vond inderdaad de meest economische
manier, waarop de schakels konden worden
doorgeknipt. Na de 63 dagen behoefde hU
lechts 3 kwartjes te betalen De vraag aan U
ls nu. welke schakels de Schot, doorknipte, om
tot dit resultaat te komen, en hoe lederen dag
de verschuldigde schakel werd betaald.
HORIZONTAAL
1.
v.g.
44.
kotters
78.
gereed
3.
kam
46.
lint
80.
moesson
6.
reede
47.
saam
82.
steenblok
11.
lep
50.
reep
85
mep
13.
koren
51.
Ee
86.
pad
15.
Zondag
53.
eg
88
aak
16.
slag
54.
etste
89.
al
17.
soorten
55
Sam
91.
To
18
kolder
57
Sr
92
Udel
19
cel
M
Arles
95.
klas
20
Po
60
vlotte
97
klem
21.
leek
61
stronk
99
om
22
vlot
63
kruik
100
Eva
23
heir
64
Ko
101.
straal
25
L. D.
65
mee
103.
vampier
27.
nc
66
later
105
rein
28.
vee
67.
ga
106
staalt
30
N.N.O.
68
ma
107.
peren
31
dol
69
boer
108.
leg
33.
Noorwegen
71
Amer
109
aarde
38
genaken
zalm
110.
rap
41
te land
74.
boomtak
111.
S.S.
42
An
77.
TT.
VERTICAAL
1.
visch
35.
ent
70.
ras
2.
Geleen
36.
G. D.
72.
zee
3.
kool
37.
naasten
73.
melk
4
arren
39.
nor
75.
om
5.
meteen
40.
nr.
76.
kopy
6
rolt
43
natte
78.
ge
7.
end
45.
serum
79.
Do
8
eden
47
stom
81.
nadeel
9.
dar
48.
mee
83
T.T.
10.
eg
49
kartets
84
kalmer
12
paling
52
Eliab
87.
devies
13.
Ko
54.
el
90.
lepra
14.
nek
55.
stamt
93.
langs
15.
zoo
56
moer
94
star
17.
soldatesk
58.
ar
95.
kale
18.
klewang
59
ck
96
lat
22.
verlies
60
voetspoor
97.
kap
24.
roek
61
sla
98
Miep
26.
dokter
62
nr.
101
sta
28.
voel
63.
kalebas
102.
rad
29
te
64.
komeet
104
en
32
leep
67.
garnaal
106.
SA.
34
Ot
69
boom
In de opgave van dit kruiswoordraadsel ls helaas
een kleine fout geslopen. Nummer 11 horizon
taal moest „boom" zijn inplaats van het abu
sievelijk opgegeven „bron".
VERTICAAL
1. iemand van een 35.
bepaald ras
2. gering
4. Indien 36.
5. indien 37.
6. insgelijks 42
7. persoonlijk voor- 44.
naamwoord 46
8 geprepareerde huid 48
9. Jezus van Nazareth, 50.
Koning der Joden
10. nadeel opleverend 53.
11. hoofdpersoon van 56
bekende detective- 57.
romans 60.
12. riviertje in Neder
land
15. boerderij die als
model dient voor 61.
de ideale boerderij
17. weermachts onder- 62.
deel
18 jongensnaam 66.
19 voorzetsel 68.
23. Bijbelsche figuur
25. een in de groote 69.
schoonmaak veel
gehanteerd hulshou-71.
delijk werktuig
28. knal 72.
30. opbergplaats voor 73
visch en vloeistoffen 77.
32. bevel 78.
33. zij die de baten van 79
het voorgeslacht
genieten 80.
34. lidwoord (Pransch)
sterke streek in
onze verdedigings
linies
gierigaard
palmsoort
Engelsch edelman
vreemd
doen
bloedvat
vervoeging van
liggen
voorzetsel
kortst geleden
wend van richting
Electromotorische
kracht (de in de
natuurkunde ge
bruikelijke afkorting
begroeiing van den
bodem
menschen van een
bepaald ras
hoog bouwwerk
de vroegere bestuur
der van Genua
plaats in Duitsch-
land
onderdeel van een
mast
karakter
groente
boom
's ochtends
waaronder (afkor
ting»
voorzetsel
Doordat tweemaal twee cijfers worden aan
gehaald voordat de deeling verder uitgevoerd
kan worden, kan men dadelijk in het quotient
(C) twee nullen invullen, en wel op de 2e en 4e
plaats van links. Het derde cijfer van het quo
tient (c) maal (a) ls een getal van drie cijfers,
dat, van een getal van 4 cijfers afggetrokken.
een getal van 1 cijfer overhoudt. Bijgevolg moet
<d> grooter zijn dan (e). aangezien dit getal een
grootcr getal overhoudt inl van 3 cijfers» als
men het van een getal van slechts 3 cijfers af
trekt. Het derde cijfer van het quotient ls dus
grooter dan het vijfde, dus grooter dan 7. Het
moet echter kleiner zijn dan het eerste en laat
ste. die vermenigvuldigd met ia» een getal van
4 cijfers opleveren. Bijgevolg ls dit derde cijfer
een 8 en de eerste en laatste belde een 9. zoo
dat (c) blijkt te zijn 908079 Wij zien dat (d>
minder dan 10 van de 1000 verschilt, en tevens
een 8-voud is. Dit kan alleen 992 zijn. waaruit
<a> te berekenen ls. Dit wordt 124. Vermenig
vuldiging van <a> en (c) levert (b) op
(112601796), waarna de deeling verder is uit te
werken.
zieningen bovendien waartegen ook ver
schillende bedenkingen bestaan.
De minister die aan zijn betoog uit
drukkelijk toevoegt, dat hij met deze over
wegingen niet bedoelt de geprojecteerde
oplossing definitief af te wijzen wijst er
o.m. op. dat de militaire gerechten deels
eerst onlangs zijn ingesteld, deels nog op
korten termijn moeten worden gevormd,
terwijl zij krachtens opzet en samenstelling
ook allereerst zijn gericht op de berech
ting van militairen en de beoordeeling
van specifiek-militaire verhoudingen. Ook
herinnert de minister aan de bekende be
zwaren tegen de doodstraf, ojti het be
zwaar van onherstelbaarheid. In tijden van
groote spanning kunnen vergissingen in de
rechtspraak eerder voorkomen dan in nor
male tijden; het ls gevaarlijk de toepasse
lijkheid van de doodstraf juist voor zulke
tijden uit te breiden. Ook is de afkondi
ging van den staat van beleg voor het ge
heele land afhankelijk van het subjectieve
inzicht van dc regeering.
MILITAIR STRAFRECHT.
Bij de voorstaande overwegingen voegt
zich voor den minister nog de volgende
omstandigheid Bij de regeeringen zijn
voorzieningen in beraad, wplke de strek
king hebben de mogelijkheid uit te slui
ten, dat gevangenisstraffen van langeren
duur. opgelegd ter zake van de hier in
aanmerking komende misdrijven, ten ge
volge van een vijandelijken inval zouden
kunnen worden onderbroken. Zouden deze
voorzieningen na onderzoek de regeejrlng
aanvaardbaar voorkomen, zoo zou een be
langrijke aanleiding om overeenkomstig
de voorstellen te gaan in de richting van
ce doodstraf wegvallen.
De minister zou ook daarom gaarne deze
voorstellen, evenals een aantal andere
vraagstukken op het gebied van landver
raad en spionnage, vcor het moment aan
houden en behoudens eventueele meer jn-
dergeschikte wijzigingen en aanvullingen
thans willen volstaan met het gewijzigd
wetsontwerp, waaromtrent vrijwel alge
meenheid van gevoelen blijkt te bestaan
en dat een spoedige totstandkoming be
hoeft.
Mocht d2 Kamer dezen gedachtengang
kunnen aanvaarden, zoo wil liij r.ijnerzljds
gaarne toezeggen op korten termijn de in
diening te zullen bevorderen van een twee
de ontwerp, rakende deze materie, Inhou
dende ojn. een wijziging van het Wetboek
van Militair Strafrecht. Waar hij omtrent
deze laatste wijziging overleg moet plegen
met zijn ambtgenoot van Defensie, zou in
voeging in he' aanhangig wetsvoorstel tot
vertraging aan'eidlng geven. Bij de behan
deling van dit nieuwe ontwerp zullen de
bovenbedoelde voorstellen opnieuw onder
het oog kunnen worden gezien.
In de nota van wijzigingen wordt voor
gesteld de strafbaarheid uit het bestaande
artikel 102 en ook die van artikel 97
uit te breiden tot voorbereidingshandelin
gen Gelijktijdig bevat deze nota, in aan
sluiting aan de strafverhooging in de ar
tikelen 98 en 97, een verhooging van de
maximumstraf, bedreigd ln het eerst» lid,
tot levenslange gevangenisstraf of *ajde-
lijke van ten hoogste twintig jaren.
Het in verstandhouding treden met een
bultenlandsche mogendheid met het oog
merk om haar tot het plegen van vijan
delijkheden te bewegen, enz., omvat ook het
in verstandhouding treden met tusschen -
personen met gelijk oogmerk. Dit laatste
zal trouwens het normale geval zijn.
De nieuwe tekst van het tweede lid van
artikel 102, voorgesteld ln het gewijzigde
wetsontwerp, omvat ook het teweegbren
gen of bevorderen door burgers van oproer,
of muiterij of desertie onder het krijgs
volk ln tijd van oorlog, zonder dat hulp
aan „den vijand" of het benadeelen van
den staat tegenover ..den vijand" zal be
hoeven te worden bewezen.
PENSIOEN.
Artikel 130 van de Pensioenwet bevat
reeds een algemeene regeling met betrek
king tot pensioenen, verschuldigd aan hen,
die veroordeeld zijn tot een vrijheidsstraf
van drie maanden, tot plaatsing in een
rijkswerkinrichting of tot eenige zwaardere
straf.
Zeker kan de vraag rijzen, of de in dit
artikel gegeven regeling uitputtend moet
worden geacht en of niet. b.v. na zeer
zware misdaden, op grond van onwaar
digheid het recht op pensioen of uitgesteld
pensioen zou dienen te vervallen. Hier staat
echter tegenover, dat voor de pensioenen
door de gepensionneerden regelmatig is be
taald, zoodat het te deaen voor een ge
deelte om verworven rechten gaat. De
ambtenaarspensioenen vervullen voor de
ambtenaren de rol, welke levensverzekerin
gen vervullen voor tal van personen, werk
zaam in het particuliere bedrijf.
Het betreft hier bovendien een probleem,
meer omvattend dan het gebied enkel van
landverraad en spionnage, hetwelk ln ver
band daarmede moeilijk in het thans aan
hangige ontwerp kan worden opgelost.
De minister wijst er voorts in zijn me
morie op, dat hij de voorzieningen, opge
nomen in het thans aanhangige wetsont
werp. slechts ziet als een onderdeel van
hetgeen voor een doeltreffende bestrijding
en onderdrukking van het zoo gevaarlijke
euvel van de spionnage is vereischt. Bij
voortduring en in de eerste plaats houdt
hy zijn aandacht gericht op al. wat een
daadwerkelijke bestrijdlne in den meest uit-
gebreiden zin van het woord en een doel
treffende vervolging van de spionnagemis-
drijven kan bevorderen.
In dit verband wijst de minister ei op,
dat op het gebied van de voorkoming, op
sporing en vervolging van de hier bedoel
de feiten in ons land den laatsten rijd
reeds wel meer is bereikt, dan naar bul-
Un kan blijken.