De 4-2 overwinning van de Oranjeploeg - Naar de bloembollenvelden Echtpaar z.k. 8 Isie Jaargang LEIDSCH DAGBLAD Tweede Blad FEUILLETON HET DERDE NEDEKLANDSCHE DOELPUNT IN DEN WEDSTRIJD NEDER, LAND—BELGIE. DE HARDER SCHIET VIA DEN PAAL IN HET BELGISCHE DOEL. ZATERDAG is op Nederlandsch grondgebied onder de gemeente Bunde, bij een noodlan ding zwaar beschadigd terecht gekomen, een Duitse he bommenwerper. Een der vijf inzit tenden heeft hierbij den dood gevonden. Het toestel was tot daling gedwongen na beschie ting boven Belgisch grondgebied. De zwaar beschadigde machine in den boomgaard. VAN MALE raakt op een gege ven oogenblik „zijn hoofd kwijt". De bal verdwijnt net naast den paaL OP DEN EERSTEN ZOMERSCHEN ZONDAG viel reeds veel te ge nieten van de prachtig bloelende hyacintenvelden. Meisjes te Hillegom plukken hyacinten voor de langs den ueg tc verkoopen bloemenslingers. HET PRINSELIJK PAAR BIJ HOLLAND— BELGIË. Van links naar rechts: minister van Kleffens, dr. van Prooye, H.K.H. Prinses Juliana, Z.K.H. Prins Bernhard en mr. van Kesbeeke. DE ROTTERDAMSCHE ROEIVEREENIGING „NAUTILUS" HIELD EEN PROPAGANDA-TOCHT DOOR DE HAVENS EN GRACHTEN. DE DEELNEMERS IN DE BLAAK. DE SCHIPBREUKELINGEN VAN DEN TRAWLER „PROTINUS" die zich in een hospitaal in Schotland bevinden, hebben vla de B.B.C. uitzending met hun familieleden, vrienden en kennissen gesproken. De familie v. d. 2en machi nist Glasenmaker te Haarlem luistert naar wat vader te vertellen heeft HET ENGELSCHE KONINGSPAAR BEZICHTIGDE MUNITIEFABRIEK ERGENS IN ENGELAND. EEN door Mr. KEA BOSSERS. 8) „Maar lk heb gemerkt, dat jullie zoo goed als nooit gebruik maakt van je vrije avon den en doorloopend samen thuisblijft. Hoe komt dat?" „Dat vinden we heusch prettig" zei Lies. „Wc zien elkaar overdag zoo weinig en dan zijn we 's avonds het liefste samen thuis. We hebben hier ook geen kennissen, ziet u." „Goed, goed. Ik vind het zeer te prijzen, dat je zoo huiselijk bent. Dat is een zeld zaamheid tegenwoordig. Maar een beetje afleiding moet je toch hebben. Daarom had lk gedacht, om Je man in het vervolg toe te staan, af en toe een avond de kleine auto te gebruiken. Dan kan hij je eens mee uitnemen. Misschien ga Je graag eens naar èh bioscoop of zooiets." O Jonker!" Lies bloosde. „Wat buiten gewoon aardig van u. Ik vind het heerlijk gewoonweg." Oplettend keken de grijze oogen. Dat schepseltje wist zich nogal behoorlijk uit te drukken. Lies bedacht hetzelfde. „Ik vind het reuze" zei ze er haastig achteraan, om don goeden indruk een beetje weg te nemen. „Mooi. Zeg dan maar aan Je man, dat hij één avond in de veertien dagen over den wagen kan beschikken." „Ja Jonker en dank u nog wel Jonker." Ze danste naar de keuken, verlangend om het Frank te vertellen. Maar daar trof ze alleen Annie. „Toos moest nog een schoone schort voordoen" legde ze uit, „dan gaan wc er ook op af." „Zeg hoor eens Annie, heeft Toos iets tegen me? Ze deed straks zoo onaardig." „Onaardig noemt ze dat. En dat van daarstraks zie Je, dat was om de pot." „Om de pot? Daar heb ik toch niets mee te maken." „Nou, Jullie krijgt er toch ook Je portie van. En nou willen Hendrik en lk hebben dat Jullie gewoon gelijk mee op deelt en dai kan-Toos niet zetten. Zie Je. we maken hem twee keer per jaar open. op één Januari en op één Juli. En nu zijn jullie wel pas twee maanden hier, maar toen Kee wegging heeft ze er haar part in laten zit ten. „Da's voor de nieuwe" zei ze nog ex pres. „Die motte d'r lui kostje nog opschar relen. Ik ben nou toch onder de pannen" zei ze." „Wat lief" zei Lies, geroerd door de goed heid van een totaal vreemde. „Zeg dat wel. Maar Toos, die kon dat nou niet zettert en daarom dee ze straks zoo venijnig." „Maar er ls geen sprake van. dat wij dat aannemen" zei Lies, „Dat zal Frank ook niet willen." „Dan ben Je stapelgek. Ik gun het je van harte en Hendrik ook. Jullie ben toch ook maar arme bliksems zeker." „Nou dat wel hoor" lachte Lies. „Maar eerlijk ls eerlijk en lk ben al biy genoeg met de goeie bedoeling van jullie allebei en van Kee." „Van goeie bedoelingen wor-Je niet vet, meid" lachte Annie. „Ziezoo, daar ls ze ein delijk. Kom vooruit, anders is de brand kast nog dicht, als we komen." Na de koffie werd de pot plechtig geo pend en verdeeld. Lies en Frank hielden voet bij stuk en wilden niet meer. dan wat hun precies toekwam. „Maar dat krijgen we nooit uitgerekend" kwam Hendrik wanhopig. „Weet je wat," zei Annie, „dan doen we de heele zaak ln vieren en dan nemen Jullie samen een vierdepart. Hoe is-ie9" „Geweldig" bewonderde Hendrik, „meid, je moet minister van Financiën zien te worden." „Niks hoor" zei Annie. „Mijn vader zegt, die weten alleen van innemen, maar uit- deelen ho maar." „Jouw vader heeft gelijk" besliste Frank. „Wat vind je Lies. zullen we het dan aan nemen? Het is eigenlijk nóg te veel." „Vooruit hoor. zanik niet." Hendrik schoof Frank een stapeltje toe, klein geld. guldens en een tientje. „Nou dank Jullie wel hoor. namens ons allebei." Frank borg het geld meteen zorg vuldig weg. „Ziezoo Jongens" riep Hendrik, „dat heb ben we weer te pakken Wie wild'rmet met uit vanavond?" „Ik lk" riepen Toos en Annie tegeiyk en grepen ieder een arm. „Best hoor, als je maar voor je eigen betaalt „Héèèè!" klonk het teleurgesteld. Ze Joelden de keuken uit. „Ziezoo meisje" zei Frank, „en nou ga JU vanmiddag maar eens netjes nieuw jaarsbrieven schreven, hoor." „En jij toch ook zeker?" „Ik! Ik moet rijden" zei Frank braaf. „Wat. vanmiddag?" „Nou alsjeblief. Nieuwjaarsvisites, den geheelen middag hoor, wat dacht je?" „Moet de Jonker dan niet ontvangen vandaag?" „Ben je mal, hij is toch vrijgezel." „Hij is weduwnaar" zei Lies zacht. „Zijn vrouw is heer jong gestorven „Zoo, dat is beroerd voor hem. Wist ik niet. Maar in ieder geval, hij Ls cavalier seul en als zoodanig gaat hij vandaag zijn opwachting maken bij zijn getrouwde ken nissen en bij een heel stel nóg hoogere pieten dan hy, snap je? Dus je schrijft maar netjes brieven en ik ga vanmiddag eens van de mooie omstreken genieten." „Ik mag lijden, dat je vier lekke banden krygt" zei Lies wraakzuchtig. ..Wat moet ik in 's hemelsnaam allemaal bij elkaar liegen?" „Dat ls jou best toevertrouwd. Sterkte hoor!" „O zeg Frank, hoor eens. ik heb nog een zalig nieuwtje". En ze vertelde gauw-gauw de verrassing van dien morgen „Nee maar. dat is kolossaal, zeg. Hy ont dooit nog heelemaal. Kindje, daar zullen we van genieten. Samen uit. net als vroe ger". Hy kneep haar wans ..Dag schat, lk vlieg weg. Schryf plezierig" Met groote stappen bonkten zyn laarzen over het tuinpad, zyn jekker waalde open Voor het keukenraam keek Lies hem na De Renault stond al voor de garage Maai de Jonker stond er naast horloge in de hand. Brrr. zou hy mopperen? Een beetje lastig was hy wel af en toe, de ouwe baas. Ze zag Frank, correct nu, hand aan de pet, het portier openen. Hy was tiré, de baas. Zoó leek hij nog niets oud. Oei, daar ging zyn hooge hoed. Byna. Frank redde hem nog net. Daar gingen ze. Wat schakelde die kar beroerd over. Lies zuchtte méé met het ge kraak der tandwielen één twee drie goddank, hy liep. Je moest toch wel een keiïge chauffeur zyn om met zoo'n ding te kunnen omspringen. In vredesnaam, nu maar aan de schrij- very. „Lieve Gerard en Til", begon ze, knabbel de toen op haar penhouder Toen pende ze vlug: .Jullie zult ons wel monsters van on dankbaarheid, onharteUjkheid vul zelf zelf maar verder in vinden, dat we zoo lang niets hebben laten hooren. Maar dat had heusch een gegronde reden. Om te beginnen wenschen Frank en ik jullie alle mogeiyke goeds voor het nieuwe jaar. Aan Jou, Gerard, speciaal een stroom van kippige en andere slecht-oogige pa tiënten en een daarmee samengaande stroom van aardsche schatten, waarvan Til hopelijk in gezondheid en vreugde zai mo gen meegenieten. En verder het allerbeste in alles, hoor lieve menschen. En nu het een en ander over ons. want jullie zult natuurUjk wel benieuwd zyn. hoe wij het stellen Om te beginnen zie ik Til met een kwaadaardig gezicht het*poststem pel Hilversum op dezen brief bedijken en ik hoor het haar al zeggen: zoo vlak in de buurt en dan nog niet eens aankomen Nee jongens, dat was tot nos toe werkelijk niet mogeiyk en voorloopig zal het ook nog wel even duren, voor we elkaar zien. (Nadruk verboden) (Wordt vervolgd).

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1940 | | pagina 5