lipases Juliana als reuniste - Skieën te Wassenaar - Slede-wedstrijden
LEIDSCH DAGBLAD
Tweede Blad
:;en bericht van
\l Hamilton
FEUILLETON
H.K.H. PRINSES JULIANA - woon
de de reünie van de Vrouwelijke
Studentenvereeniging alhier, t.g.v.
het 8ste lustrum bij. Aan de lunch
in de „Vergulde Turk".
TE OUD-ALBLAS werden wed
strijden voor arresleden gehouden in
het ringsteken en kegelgooien. De
winnaar G. Bas uit Alblasserdam,
doet een aanval op de kegels.
.AD VAN BEHEER VAN HET KOLONIAAL INSTITUUT TE AM-
18?! JAM bood een lunch aan ter gelegenheid van het vertrek van R.
Soejono, die. benoemd is tot lid van den Raad van Indië. In zijn kwa-
ran eere-voorzittér vart het Instituut zat Prins Bernhard mede aan.
ONDER LEIDING VAN DE K.N.A.U. werd te Delft een veld-
loop voor militairen georganiseerd door de Delftsche Studenten
bonden. Eenige deelnemers passeereji een bruggetje
in het parcours.
SKI-JÖRING ACHTER AUTO'S OP DEN NOORD-BOULEVARD TE
ZANDVOORT. EEN MOMENT UIT EEN DER
SPANNENDE TWEEKAMPEN.
IET FRAAIE LANDGOED „DUINRELL" TE WASSENAAR
ïj!DT THANS DRUK SKI-GELOOPEN. IN VOLLE VAART
2®^' VAN DE HELLING NAAR BENEDEN.
EEN GROOTE BOERDERIJ OP HET LANDGOED OOSTER-MEERWIJK
BIJ NIJMEGEN GING IN VLAMMEN OP. Eenig vee kwam in het
vuur om het leven. De geheel uitgebrande boerenhoeve.
HET LEGGEN VAN MIJNEN AAN DE ENGELSCHE OOST
KUST. EEN DER VOOR DE SCHEPEN ZOO UITERMATE
GEVAARLIJKE MONSTERS GAAT TE WATER.
113
73
51
door
HANS HIRTHAMMER.
)g de weg eenigszins stijgend, scherp
Zu!den af, waar hij de richting
n,,;t randgebergte volgde. Daarna liep
i ujjer terug naar het Noorden, vervol-
jijimg het, nog steeds stijgend, door
^luwe kloof en nauwelijks was deze
;.-eerd, of het pad liep plotseling met
i. w scherpe bocht steil omlaag, dat
JgBeen een oogenblik den indruk kreeg,
achtervolgden door de aarde waren
lisilgen. Hij zat hen beiden nu dicht op
«Men; a£ en toe bedroeg de afstand
"r.en hen slechts eenige passen cn dat
,y:ijn geluk, want anders zou het hem
zijn ontgaan, dat het tweetal geheel
vachts in een spleet tusschen de rot-
^ïrdween.
n bleef een oogenblik staan en on-
géurig greep hij zijn revolver. Daarna
hij zich tusschen de smalle opening
vastbesloten de achtervolging tot het
wvoort te zetten.
smalle, vrij rechte, maar sterk hel-
pad dwong hem de grootste voor-
gheid in acht te nemen. Een onbe-
chte beweging, een misstap, elk ge-
i.borg gevaar voor ontdekking in zich.
imaal bleef All Mohammed staan en
keek om. Het scheelde een haar. of Been
die daarop niet verdacht was. had zijn
aanwezigheid verraden. Hij kon zich ter
nauwernood achter een vooruitspringende
rots verbergen.
Duidelijk hoorde hij, hoe Ali zei: „Wat
was dat? Klonken daar geen voetstappen
achter ons?"
Zijn metgezel stelde hem echter spoedig
gerust. „Onzin! Het is de echo van onze
eigen voetstappen. Alle geluiden weerkaat
sen in dezen nauwen pas zeer sterk".
Ali Mohammed liet zich overtuigen. Hij
bleef nog even scherp luisteren, maar
daarna sloot hij zich toch weer bij zijn
gids aan.
Het pad tusschen de aan weerskanten
hoog oprijzende rotsen werd nu zoo nauw,
dat het slechts voor een man begaanbaar
was. Links en rechts voelde men met de
armen het gesteente.
Hans Been besefte volkomen den om
vang van het gevaar, waarin hij zich ge
heel vrijwillig had begeven, maar hij ver
trouwde geheel op het geluk, dat hem nog
nooit in den steek had gelaten.
Er kon ongeveer een uur verloopen zijn,
sinds zij het kamp verlaten hadden, toen
zich wederom een oponthoud voordeel.
De maan stond nu hoog aan den hemel
en daardoor kon hij zien, hoe de mannen
bleven staan voor een geweldigen rotswand
welke dwars over het pad omhoog rees en
dientengevolge het verder gaan scheen te
beletten.
Nóg hoorde Been, hoe Ali's metgezel het
woord ..Brahmachadji" uitsprak. De vol
gende seconde waren beiden verdwenen.
Been bleef staan en overlegde, wat hem
nu te doen stond. Hij was er van overtuigd,
dat het woord, dat hij had opgevangen,
den sleutel tot het geheimzinnige doel van
dezen nachtelijken tocht vormde, een soort
„Sesam open u", dat de poort van het on
bekende rijk ook voor hem zou ontsluiten.
Zou hij het wagen daarvan gebruik te
maken? Het gevaar, waarin hij zich begaf,
was tenslotte niet te peilen. Hij wist niet,
wat hem daar wachtte. Hij zou in een im
passe kunnen geraken, waar hij niet tegen
was opgewassen.
Aan den anderen kant realiseerde hij
zich volkomen, dat hij voor een beslissende
ontdekking stond. Misschien vond hij daar
de metgezellen van Mr. Hamilton en
misschien kon hij hen helpen.
Deze laatste veronderstelling gaf ten
slotte den doorslag. Hij haalde eens diep
adem. kneep zijn revolver nog steviger in
de vuist en daarop stapte hij verder.
Plotseling, alsof zij uit de ruimte te
voorschijn werd getooverd, dook een ge
stalte voor hem op, die hem den weg ver
sperde.
Been's wijsvinger klemde zich om den
haan van de revolver.
„Brahmachadji!"
De gestalte verdween even geheimzinnig
als zij gekomen was.
De weg naar het onbekende lag voor hem
open.
Been versnelde zijn pas om zijn vijanden
in te halen.
De schildwacht scheen te hebben aange
nomen, dat deze derde man bij de twee
anderen behoorde. Nochtans was het merk
waardig, dat de Europeesche kleeding zijn
wantrouwen niet had opgewekt!
Been bevond zich thans in een tunnel
van ongeveer manshoogte. Verbaasd tastte
hij met zijn handen langs de wanden van
de nauwe gang. Het was hier zoo donker,
dat hij geen hand voor de oogen kon zien
en dat maakte hem onzeker. Hij voelde
zich volkomen weerloos in deze afschuwe
lijke, van een muffe lucht doortrokken
schacht, welke steeds verder in den berg
doordrong.
Weldra hoorde hij weer de beide ande
ren voor zich en nu voelde hij hun nabij
heid schier als een geruststelling.
Hans Been was een moedig man, die
geen tegenstander vreesde, wanneer hij
tegenover hem stond, maar de spookach
tige duisternis, die hem omgaf, had iets
zeldzaam beklemmends.
Nog twee maal gebeurde het, dat uit het
duister een hand naar hem greep, welks
eigenaar het woord „Brahmachadji" van
hem wenschte te hooren.
Gelukkig werd Been beide keeren door
de achtervolgden op dit intermezzo voorbe
reid. Hij kon daardoor juist op tijd blijven
staan en wachten tot het tweetal buiten
het bereik van zijn stem was.
Op een gegeven oogenblik bemerkte hij
aan den veranderden klank van zijn voet
stappen en aan zijn onbelemmerde bewe
gingsvrijheid, dat hij uit de nauwe tunnel
in een breede, hooge ruimte moest zijn
aangeland.
Hij keek naar boven en onderdrukte
met moeite een uitroep van verrassing.
Hier en daar glinsterden lichtpunten in de
diepe duisternis, deels dichtbij, voor een
ander deel op grooten afstand. Hoewel het
zwakke schijnsel niet voldoende was, om de
ruimte behoorlijk te verlichten, kon Hans
Been zich toch ongeveer een denkbeeld vor
men van haar omvang.
De uitgestrektheid cn de hoogte van dit
onderaardsche gewelf spotten met elk be
grip van ruimte en overtroffen alles, wat
menschelijke fantasie in dit opzicht zou
hebben kunnen uitdenken. Wanneer daar
ginds, waar een geheele rij lichtjes als een
parelsnoer aaneen scheen te zijn geregen,
plotseling een zon was opgegaan, dan zou
zij een landschap hebben belicht, dat even
infernaal als gigantisch zou zijn geweest. Zij
zou dan een uitgestrekt, rotsachtig dal heb
ben beschenen, zonder struik of boom,
zonder water en zonder hemel, koud en dor
als de helsche kraters, welke de veirekijker
ons op de oppervlakte van de maan te aan
schouwen geeft.
Maar nochtans van een imponeeren-
de verhevenheid. Grillig gespleten ge
steente, grotesk op elkander gestapelde
rotsblokken en dat alles overkoepeld door
een steenen gewelf, zooals zelfs de stout
moedigste architect zich dat nooit zou heb
ben durven droomen.
Maar dat kon men slechts vermoeden.
Eeuwige, ondoordringbare duisternis lag
over het dal en misschien was het goed zoo.
Dr. Been moest zich met geweld onttrek
ken aan den machtigen invloed, die er van
dit alles uit ging. Hij haastte zich achter
den klank der zich snel verwijderende voet
stappen aan.
Van een rechten weg was nu geen sprake
meer. Kris-kras ging het tusschen de rots-
groepen door, nu eens langzaam stijgend,
dan weer sterk dalend.
Ali Mohammed naderde nu een greep
menschen, die om een helder licht ge
schaard, op den grond hurkten.
Been durfde het niet aan het tweetal
daar te volgen. Aarzelend bleef hij staan.
Van een poging het gezelschap te beslui
pen, kon geen sprake zijn. Hij zou onmid
dellijk worden gezien.
(Nadruk verboden). (Wordt vervolgd).