Ons Kort Verhaal Strijd in het Westen of strijd op neven-operatietooneelen Aan dezen oorlog is niets te verdienen akkerB LEIDSCH DAGBLAD - Derde Blad Zaterdag 20 Januari Een beschouwing van het voor en tegen van het standpunt der strijdenden Overal schadeposten STOFZUIGERS Collega's doen het werk Migraine /CUECP/J TJMNCINT VRAGENRUBRü Onze militaire medewerker schrijft: Meer dan vier en een halve maand reeds ligt Europa gevangen in den greep van een nieuwen oorlog: vier en een halve maand vraagt iedereen zich dagelijks met zorg ln het hart af wat van dit alles het einde zal zijn: vier en een halve maand zonder dat een redelijke schikking tusschen de groote mogendheden binnen de sfeer van de moge lijkheden schijnt te zijn geraakt, zonder dat er een enkele aanduiding is dat op militair gebied binnen korten tijd een beslissing kan worden verwacht. Voor wat den landoorlog betreft, spreken de sobere door de generale staven uitge geven communiqué s een taal voor zich zelf Ja, wel trachten eiken nacht in de smalle terreinstrook, welke de fronten scheidt, de patrouilles temidden van sneeuw en ijs elkaar te benaderen teneinde elkaar wederkeerig verliezen toe te brengen, doch wat beteekenen deze kleine acties tegenover het groote geheel? Niemand gelooft ln wer kelijkheid, dat deze patrouille-oorlog de in leiding vormt van een op korten termijn te verwachten grootscheepschen aanval: nie mand gelooft in de mogelijkheid, dat van aanvallen op de starre fronten in het Saar- gebied of in de Paltz binnen korten tijd groote beslissingen zijn te verwachten. Kan deze toestand blijven voortduren? Nog slechts enkele weken scheiden ons van het oogenblik, dat de lente gaat komen: de lente met langere dagen en betere voor waarden voor groote operatiën. Zal dan het beeld van twee onbewegelijke millioenen- legers tegenover elkaar bestendigd blijven? Het is omtrent dit punt, dat zich een zekere onrust bij de openbare meening in de oorlogvoerende landen heeft meester ge maakt. Voor Duitschland is de toestand in dit op zicht iets gunstiger dan voor de geallieerden. Het politieke doel. dat Duitschland zich ge steld had, n.l. de verbetering aan de grenzen ln het Oosten is vervuld. Voor Duitschland geldt dus slechts zorg te dragen, dat het de veroverde winst kan behouden. Voortdurend wordt van Duitsche zijde betoogd, dat het tegenover het Westen geen agressieve bedoelingen heeft. In dezen gedachtengang past logisch een defensieve houding aldaar. Offensief optreden kan slechts in aanmerking komen, wanneer de toestand door andere omstandigheden zoo précair wordt geacht, dat het beslist nood zakelijk is om op korten termijn den vrede Sif ts dwingen De geallieerden daarentegen wenschen het ln hun oogen plaats gehad hebbende onrecht te herstellen en wel bij voorkeur zoo snel mogelijk. Zulks zal alleen kunnen geschieden door Duitschland aan te grijpen. Wil men hierbij niet alleen vertrouwen op den langen en twijfelachtlgen weg der blokkade, dan zullen de Duitsche machtsmiddelen geslagen moe ten worden. Het is in deze landen, en ln het bijzonder in Engeland, de openbare meening, welke over het verloop der krijgsverrichtingen teleurgesteld is. Is dit de grond van het con flict, hetwelk tot gevolg heeft gehad, dat de Engelsche minister van defensie aftrad? Het lijkt zeer aannemelijk: aan de eene zijde de minister, in voortdurend contact met de vertegenwoordiging van het volk, waarvan steeds nieuwe offers worden gevraagd zon der dat het daarvan tot dusverre resultaten zag; aan de andere zijde de nuchtere gene rale staven, die niet den minsten lust ge voelen, om ln de kaart van den tegenstan der te spelen door op diens sterkste front aan te vallen. Dat overigens ook bij de generale staven van de beide partijen voortdurend wordt overwogen op welke wijze het beloop van den oorlog kan worden bekort spreekt van zelf. Voor belden geldt, dat een optreden in het Westen in front op schier onoverkome lijke moeilijkheden stuit; voor belden is aan een optreden op de vleugels België of Zwitserland door de daaraan verbonden consequenties schier evenmin te denken. Gegeven deze feiten gaat de aandacht vanzelf uit naar neven-operatie-tooneelen. Natuurlijk, zuiver strategisch geredeneerd is dit niet Juist. De strategie toch leert om de krachten op het hoofdoperatietooneel bijeen te houden, zulks teneinde aldaar de beslissing te verkrijgen. De strategie leert voorts zoo min mogelijk krachten over nevenoperatietooneelen te versnipperen. Doch als het terrein op het hoofdoperatie tooneel nu het verkrijgen van een beslissing schier onmogelijk maakt, is het dan niet verantwoord, om naar andere zwakke plek ken in de vijandelijke vesting te gaan zoe ken? Grau 1st alle theorie: de oorlog blijft een aaneenschakeling van bijzondere ge vallen. Als neven operatletooneelen, welke voor de geallieerden ln aanmerking komen moe ten beschouwd worden de Balkan, Finland en Syrië. De Balkan echter levert voor hen bijzon dere moeilijkheden op. Meermalen toch reeds verklaarde Italië, dat alle aangelegen heden, den Balkan betreffende, ln eerste instantie voor Italië van belang geacht moesten worden. Italië nu blijft een teer punt in den gedachtengang van de ge allieerde staatslieden. Niet licht zal men er van deze zijde toe overgaan om handelingen te verrichten, welke voor Italië onaange naam zouden zijn en welke er toe zouden kunnen leiden, dat dit land beslissingen ging nemen, welke wellicht in ongunstigen zin de verhouding tot de Westersche demo cratieën zouden kunnen beïnvloeden. Eveneens doen zich moeilijkheden voor ten aanzien van een eventueele hulpverlee ning aan Finland Hoe zou deze trouwens kunnen geschieden? De Baltische zee is een te gevaarlijke weg, terwijl de weg door de IJszee naar Petsamo evenmin in aanmer king komt. Blijven dus alleen de door Zwe den en Noorwegen voerende wegen over. Behalve de vele aan deze wegen verbonden moeilijkheden doet zich het bezwaar voor, dat van deze wegen alleen gebruik gemaakt sal kunnen worden met toestemming van de betrokken staten. Voorloopig nu lijkt het er niet veel op, dat deze van zins zijn om hun neutraliteit prijs te geven en tengevolge daarvan ln conflict te komen met Rusland. Tenslotte Syrië. Hier is onder leiding van den ouden-jongen generaal Weygand een leger van enkele honderdduizenden soldaten gevormd Ook voor deze krijgs macht zijn de mogelijkheden echter beperkt. Een weg voert naar de Dardanellen; een andere naar het gebied van den Kaukasus. Beide wegen hebben echter het nadeel, dat zij slechts gebruikt kunnen worden met toestemming van Turkije Dit land nu is wel georiënteerd naar het Westen, doch is geenszins van plan om zich in een conflict met Rusland te laten meeslepen. Boven dien leidt de opmarschweg naar den Kauka sus door zeer onherbergzaam terrein, zoodat groote operatiën hier wel op bijzondere moeilijkheden zullen stuiten. En het eind doel: een eventueele vermeestering van het oliegebied in den Kaukasus, het zal inder daad zeer onaangenaam zijn voor Duitsch land en in het bijzonder voor Rusland, doch zal van het bereiken van dit doel zooveel resultaat mogen worden verwacht, dat het de eindbeslissing wezenlijk zal beïnvloeden: zal het den inzet van enkele honderddui zenden menschen waard zijn? Mag boven dien verwacht worden, dat de geallieerden er zich toe zullen laten verleiden om door het ontketenen van één van deze neven- acties in conflict met Rusland te komen. Iets wat tot dusverre steeds angstvallig werd vermeden? Voor Duitschland worden als neven operatietooneelen genoemd Scandinavië en Z.O. Europa, Wij gelooven echter niet, dat één van deze operatierichtingen voorshands werkelijk voor een Duitsch optreden in aanmerking komt. Zoolang Duitschland toch uit deze beide richtingen grondstoffen kan betrek ken. zou het voor dit land slechts nadeelig zijn om het conflict erheen te verplaatsen. Mocht echter op eenigerlei wijze stagnatie in dezen aanvoer komen, dan lijkt een Duitsch optreden in één van deze richtin gen minder onwaarschijnlijk De betrokken landen en in het bijzonder Roemenië, zullen met het voorbeeld van Polen voor oogen en met de zekerheid, dat de geallieerde hulp, zoo deze al voor hen zou komen, toch zeker te laat zal zijn in dit opzicht vermoedelijk wel een voorzichtige politiek voeren. Resumeerende zouden wij dus kunnen zeggen, dat: a. een optreden in front tegen Magi- notlinie of Westwall voor beide partijen weinig aanlokkelijk en dus niet waar schijnlijk is; b. aan een offensief op de vleugels door België of door Zwitserland voor beide partijen zoodanige consequenties verbonden zijn, dat daaraan voor de ge allieerden niet en voor Duitschland slechts onder zeer bijzondere omstan digheden kan worden gedacht: c. een optreden van Duitschland in N.W. of in Z.O. Europa niet waarschijn lijk is, zoolang dit land uit de betrok ken streken grondstoffen kan verkrij gen; d. een offensief van de geallieerden in Finland of op den Balkan moeilijk kan worden verwacht, terwijl een optreden schljntijk, vermoedelijk slechts beschei den resultaten zal kunnen opleveren. FINLAND. Wij mogen dit overzicht niet besluiten zonder stil te staan bij de heldhaftige ver dediging van Finland. Een vorige maal reeds mochten wij vast stellen, dat de Russische aanval tegen Fin land te onderscheiden was ln 3 gedeel ten, nl.: 1. een hoofdaanval tusschen het Ladoga- meer en de Finsche Golf; 2. een aanval N. van het Ladogameer; 3. een nevenaanval ter vermeestering van de haven van Petsamo Zien wij thans hoe het verloop van de krijgsverrichtingen op elk van deze terrei nen gedurende de laatste weken Is geweest. Op het hoofdoperatie-tooneel en op het gedeelte N .van het Ladogameer, hebben de Russen hun opmarsch in algemeenen zin tot ongeveer 18 December kunnen voortzetten. Sedertdien maken de Russische communi- qué's geen melding meer van terreinwinsten, doch bepalen zij zich ertoe te vermelden, dat verkennende acties plaats vinden, dan wel dat het weer geen operaties op groote schaal toeliet. De Finnen daarentegen mel den in hetzelfde tijdvak herhaaldelijk Rus sische aanvallen, welke overigens alle ln het bijzonder met een noemenswaardig verlies aan vechtwagens werden afgesla gen. Men zal echter goed doen, om aan deze gevechten geen al te groote waarde te hechten. De grootte van de opgegeven ver liezen, het gemaakte aantal gevangenen, de inzet van materieel, alles wijst er op. dat nog geen grootscheepsche aanval op de Finsche verdedigingsposities plaats vond, doch dat hier inderdaad slechts sprake is van inleidende gevechten. Hebben de Russen den weerstand van de Finnen onderschat, of stellen het terrein en het klimaat zoodanige moeilijkheden, dat de mogelijkheid tot het inzetten van een aanval zich nog niet voor deed? Beide gevallen zouden er niet toe strekken om het gezag van den Russischen generalen staf te verhoogen. In Midden-Finland behielden de krijgs handelingen het karakter van operatiën op kleine schaal. De Finnen hadden daar niet alleen het succes de Russen tegen te houden, doch konden zelfs tot bescheiden tegenaan vallen overgaan en op enkele plaatsen de Russische grens overschrijden. Ook de operatiën in het Noordelijkste gedeelte, waar de Russen op 18 December reeds op 85 KM. Z. van Petsamo stonden, kwamen niet alleen tot stilstand, doch wer den door een terugtocht gevolgd De Russische luchtmacht trachtte de da gen, dat de weersomstandigheden zulks toe lieten, haar overmacht tot gelding te bren gen door het inzetten van verkenningen en het bombardeeren van Finsche steden en dorpen. Resumeerende zien wij aldus een stand houden van de Finnen op alle fronten: ln twee maanden tijd wisten de Russen, on danks hun overmacht, nog slechts beschei den terreinwinst te maken. Niettemin blijft de toestand van Finland précair. Wij gelooven, dat slechts een wonder of de geallieerde divlsiën het land op den duur voor den ondergang zullen kunnen behoeden. (Nadruk verboden). (Van onzen flnancleelen medewerker). In het ingewikkeld raderwerk van oor- logs- en neutraliteits-economie vraagt de financiering ongetwijfeld de meeste aan dacht. Van de wijze van financiering im mers hangt af eenerzijds of de ontzaglijke middelen benoodigd voor strijd en verde diging inderdaad kunnen worden opge bracht. anderzijds of zulks al dan niet met de minst mogelijke schade aan 's lands en 's werelds algemeen welvaartspeil kan ge schieden. Zoo langzamerhand komt er iets meer vorm in de Nederlandsche financierings plannen, hoewel zeer veel er van nog ln de schaduw der onzekerheid blijft. De aange kondigde vorming van een fonds voor economische verdediging brengt ongetwij feld een aanzienlijke vereenvoudiging van de financiering onzer economische defensie mede, doordien zij thans in één hand en één geldbuidel geconcentreerd wordt. Als gevolg hiervan ontstaat de mogelijkheid van een veel soepeler leiding onzer bevoor- radingspolltlek, terwijl tevens ook de prijs politiek onder sterker controle zal komen te staan. Men beoogt namelijk tegelijker tijd de eerste levensbehoeften, alsmede wel licht enkele grond- en hulpstoffen en ver- bruiksartlkelen, aan een prijsverhooging te onttrekken, hetgeen door verliesneming van de zijde van het nieuwe fonds kan geschieden, waartegenover anderzijds het fonds zich weer kan dekken uit winst marges bij doorverkoopen, uit binnenland- sche heffingen, heffingen bij den in- of uitvoèr enz,, zooals zulks reeds bij het nu op te heffen landbouwcrisisfonds het ge val was. Daarnaast blijkt thans ook hard te wor den gewerkt aan de opvoering van onze belastinginkomsten De voorgestelde ver van Syne uit, hoewel minder onwaar-1 vanging der dividend- en tantième-belas ting door een zuivere winstbelasting is een uitermate belangwekkende ontwikkeling ln onze belastingwetgeving, al wil minister De Geer ons er van trachten te overtuigen, dat er tusschen beide belastingen geen diepgaand onderscheid aanwezig is. Dit wil er bij mij werkelijk niet ln; zoowel ln hef fing als in uitwerking ls er een principieel verschil, hetgeen niet wegneemt, dat in deze tijden deze omschakeling van harte kan worden toegejuicht, .te meer waar zij liefst twintig millloen meer in de lade zal brengen. Niettemin ls het te vreezen, dat er voor belastinginspecteurs, accountants en onze rechtskundige colleges heel wat werk aan den winkel zal komen in verband met de interpretatie en de te vormen Juris prudentie ten aanzien van wat als winst of geoorloofde reserveering beschouwd moet worden. Intusschen is het volkomen redelijk, dat ook rechtspersonen, meer dan tot dusver het geval is geweest, hun aandeel in de be lastingen opbrengen. Men zal zulks ook moeten uitbreiden tot de leeningspolitiek. Onze staatsleeningen zullen dusdanig inge richt moeten zijn, dat zij niet slechts den gewonen belegger, doch ook de ondernemin gen en den zeer kleinen spaarder zullen moeten aantrekken. Te dezer plaatse ls op de noodzaak hiervan reeds den 25sten No vember gewezen. Ook de Amsterdamsche Bank maakt zich thans In haar jongste overzicht zeer terecht pleitbezorgster voor een veel gevarieerder leeningspolitiek in navolging van Engeland, opdat werkelijk alle onderdeelen van het nationaal vermo- 35 verschillende bekende merken. Ook in huurkoop. DE STOFZUIGER-CENTRALE HAGEMAN HOOIGRACHT TELEFOON 25955 7195 (Ingez. Med.) door ABLOVA. De tentoonstelling „De Wereld van 2000" werd dagelijks bezocht door meer dan 100.000 personen. Een warte compacte ein- delooze stoet, voetje voor voetje voort- schuivelend door de reusachtige hallen en tentoonstellingsgebouwen of buiten over de stoffige voetpaden langs waterpartijen en fonteinen. Een fenomenaal succes was „De Wereld van 2000"; in de eerste plaats voor de organisatoren, die zich van den vroegen ochtend tot den laten avond vergenoegd in de handen wreven en in de tweede plaats voor de zakkenrollers, die eveneens van den vroegen ochtend tot den laten avond met de handen werkzaam waren. De bordjes past op voor zakkenrollers door het zorgzame tentoonstelllngscomlté op tallooze plaatsen aangebracht bleken maar weinig succes te sorteeren; het aan tal provincialen, dat na een bezoek aan de tentoonstelling met een schrik moesten ontdekken dat zij het een of ander op on verklaarbare wijze kwijt geraakt waren, was ontstellend groot. Af en toe was er wel zoo'n grijpvinger door een rechercheur be trapt, maar dat bleef een uitzondering; in de geweldige drukte was het haast onbe gonnen werk om jacht op die heeren te maken De kleine Josua was het hier roerend mee eens, hij voelde zich zoo veilig als een pasgeboren baby in zijn wieg. Den eersten dag was dat steeds rondscharrelen op de zelfde plek een beetje vreemd geweest, maar na zes-en-zeventig tentoonstellings- bezoeken begon hij zich hier werkelijk thuis te gevoelen. Vandaag was het weer prachtig gegaan. Het begon vanochtend vroeg al meteen met dien dikken provinciaal, die bij de in gang uitnoodlgend met zijn gouden horlo ge stond te pronken. Ie wie waai weg. In het Engelsche paviljoen een veelbelovende portemonnale, bij de Hollandsche kazen een damestaschje en tenslotte bij de Itali- aansche macaroni nog een dikke porte feuille. Als dat zoo door ging was hij over een maand, bij het sluiten der tentoonstel ling, een gezeten burger. Dan ging de klei ne Josua een aardig huisje met een tuintje huren en bloembolletjes planten zooals hij ze nu al zes-en-zeventlg keer bij het Hol landsche paviljoen bewonderd had. Over een uurtje werd het tijd om naar huis te gaan en zoo zoetjesaan zette hij koers naar den uitgang, hopende onderweg nog een slachtoffer tegen het lijf te loopen Hij wandelde door den Japanschen tuin en stond hier even stil om de omgeving eens waar te nemen. Toen hij zijn blik in het rond liet dwalen zag hij op korten afstand bij een vijvertje een heer staan, die hem zeer bekend voorkwam Verduiveld, wie was die knaap ook weer?? Een dikke man in een gele gabardine regenjas De buitenman van het gouden horloge! De kleine Josua voelde zich bleek worden en zijn hart in de keel kloppen. Onzin, bromde hij, waarom mag die vent daar niet staan? Maar het was toch wel allemachtig toevallig dat hij heir. één van de hon derdduizend bezoekers weer tegen het lijf moest loopen Zonder het zelf te weten verhaastte hij onwillekeurig zijn schreden, wipte het breede terras voor het Deensche paviljoen op en maakte op de bovenste trede een denkbeeldig lossen schoenveter vast. Tusschen de voorbijschuivende men- schenmassa zag hij in de verte een gele regenjas in zijn richting komen. Het zweet parelde Josua op het gezicht en een oogen blik kreeg hij de aanvechting om hier van daan te vluchten. Maar dan verraadde hij zich zeker en als die kerel een „stille" was hielp dat toch niet. Bij de Deensche zulvel- stad gluurde hij nog een keer om een opge zette koe; op een twintig meter afstand naderde zijn noodlot. Zoo snel mogelijk, in de hoop door de drukte zijn achtervolger kwijt te raken, liep de kleine Josua naar den uitgang. Buiten de hekken gekomen, tusschen het rumoer van af-en aanrijdende taxi's en het gedrang van het publiek gebeurde het. De kleine Josua kromp ineen toen hij een hand op zijn schouder voelde. Een vlakke harde stem vroeg: Heb je vuur voor me, baas? Voor hem stond de gele regenjas, de man had een sigaret tusschen de lippen. Terwijl Josua met bevende vingers een lucifer aanstak ging de stem voort. Geen grappen, vriendje, Je spelletje is uit. Ik heb al lang op jou geloerd, ga maar eens rustig mee. Samen staken ze over naar het plantsoen achter een boschje werd de kleine Josua vluchtig en onopvallend gefouilleerd op een wapen. De bult van dien dag verdween alvast in de zakken van den rechercheur. Daarna wandelden ze samen verder; de kleine Josua en de man met de gele regen- Jas en geen mensch zou kunnen zien, dat de een den ander vasthield. Ze liepen door het plantsoen en kwamen aan den grooten boulevard, waar het hooren en zien je ver ging door het groote stadsverkeer. Hier kreeg Josua zijn kans Een oogenblik verslapte de greep van de hand om zijn arm en van dat oogenblik maakte hij gebruik. Met een ruk sprong hij weg, holde met ware doodsverachting den rijweg op en.e Prachtig, bromde de rechercheur alias „gladde Toontje" en keek de tusschen de auto's en bussen wegschietende gedaante glimlachend na. HIJ keerde zich om en ging ln het plantsoen op een bank zitten om den inventaris op te maken. Zooals hij dat lederen dag deed trouwens. Dien goe den ouden vergulden knol maar vast in zijn vestjeszak opbergen. Als hij morgen ochtend, met den zwaren ketting uitnoodl gend over zijn buik bungelend, aan den ingang stond zou er wel weer een andere kleine Josua invliegen. Dan deed die de rest van het werk; de een beter dan de ander, er zijn grijpvingers en grijpvingers, en een er.kel keertje was er wel eentje in zijn kraag gegrepen. Dat koste Toontje dan een nieuwe knol, kon cr wel van af. Maar bijna altijd liep het van een leien dakje en als de ander dan met het spul netjes buiten de hekken kuierde was het verder een koud kunstje; de zaak overhevelen en hem de kans geven om oc ue n Klaar was Kees. Als Je „Gladde Toontje" heet moet Je ook glad zijn, nietwaar?? (Nadruk verboden. Auteursrecht voorbeh.). gen hun tribuut aan de gemeecT nen leveren. - De Nederlandsche belastu j over 't afgeloopen Jaar zijn on— zlns bevredigend te noemen ia gen plus ontvangsten uit India.-1 gen hebben die van het vorig'» mlllioen, de raming met 43 troffen. Deze gunstige ontv%< echter niet meer dan een a bijdrage tot de bevrediging vj-'s meer stijgenden geldhonger kist. vr Minder voldoening hebben onzen bultenlandschen har.4* Jaar 1939 gewekt. Uitsluitend ai10 de onevenwichtige ontwikken™ uitvoer sinds September ls het' gestegen van f. 376 millloen ltr lioen. In normale tijden zou r weging geenerlel reden voor opleveren, omdat men dan kar eenerzijds, dat die verhoogde eerlang wel op de een of anil verhoogden uitvoer zal moei? anderzijds dat de onzichtbari verhooging van het invoersaWo helpen dekken. Ditmaal evenv belde compensatiemogelljkheó' hinderpalen ln den weg en voortduren dezer ontwikkeling llngsbalans sterk uit haar eïsy den geslagen met alle gevolge Wllllen wij dus guldendeprect voorkomen, dan Is noodig, he- ping van den Invoer tot het alij lljkste, hetzij geforceerde oprg den uitvoer. De moeilijkheden laatstgenoemde heeft te kamd duidelijk naar voren uit de van radio-artikelen, die in Deeg over November een waarden van bijna 50«/« aantoonen. Ta! bedrijven uiten soortgelijke kï' ziet ook Calvé Delft zich zvu, capt in zijn exportbelangen,! zelfde ongetwijfeld geldt voor. nijverheid, de baconfabricage pedeering van de „Arendskerk', uit hoofde van het feit dat hg,, zette naar een oorlogvoerend j worden beschouwd als een vet, ting van de door de Britsche boj zoo ernstig geschade belangen uitvoerhandel. Met groote bezorg men dan ook de verdere ontvrij slaan en men moet trachten ij volkshuishouding voorloopig nd ten, dat het door deze aderï zwakte lichaam althans van kj physleke en moreele kracht ic having behoudt. Het behoeft nauwelijks te i zegd. dat onder deze omsta.',', mede onder den druk der tiS van spanning rondom België r., de beurs ln haar stemming vs. slagen apathie bleef volhart, zekerheid, welken druk de nir belasting op elk individueel bk, gen, de ongewisheid betreffend^ openbaar gemaakte oorlogsvj de uitermate slappe houding c, alle goederenmarkten en last gebrek aan stimulans uitgai^ New Yorksche beurs, waren :3 even zoovele factoren om roepshandel van nieuwe bóft speculatieve ondernemingen r;g ken. Het is bovendien geblekt het algemeen blijkbaar niet cut nancleele resultaten over 193! 9 lelden tot een liberale dlvider.qj heeft de Bandar Rubber bij «s verdubbelde winst haar dlvisj van 5 op Th verhoogd en het lij lijk, dat de meeste onderra wijze voorzorg, dit voorbeeld rs Nadat de gulden, om nog niet klaarbare redenen, gedurendij tijd een vrij vaste houding hq dag gelegd, ls, onder invloed! militaire maatregelen hier te Ui om een daling ingetreden. Tui daling wonderlijk genoeg van ze a fmetingen gebleven en met ringe omzetten gepaard gegaan zulks waarschijnlijk mede schrijven van de groote aarzelt ten aanzien van de ontwikkel!:! rlkansche beurzen en het bedrijfsleven openbaart. De Irf Amerikaansche begrooting vk die een deficit van „slechts" 1' vertoont tegenover 3.933 Bil loopende jaar, ls verre van ra weest, om de bedrijvigheid en kooplust te prikkelen. Men vr« voor nieuwe New Deal-experts, de indiening van een 10*/» extnj belasting voor defensiedoeleicij teleurstelling over den omvang! landsche oorlogsorders mede u! geworden voor een zekere bedt. aanzien van de ontwikkeling kaansclrc conjunctuur in hei; Men. begint namelijk de vrees f ken, dat het hooge peil der k, zich niet langer zal kunnen ha.'j Immers de voorraden reeds gr«> normaal cn een reactie dus nï blijven. Ja. aan dezen oorlog a zelfs Amerika niet kunnen verin (Nadnii' Neem 8322 Java-Pacific Lijn: TANIMBAR. San Francisco via Magelhaen Afrika. Rott. LloydDEMPO. thuisreis 18 Holland-Amerika Hjn: BEEMSTS Jan. van R'dam te New York. C. K. te K a/z. Directeur Loos te Leiden. Breestraat 167. A. C. te A. - Het maandblad Wilskracht" ls ons nl^t t*k?nd „Fl." <van florin het Frar'^e j gulden) wordt vrij vaak Inplaats r „gulden" gebezigd. Daar ons nie» welke prestatie van de reflectant^ elscht. kruinen wij het aanbod niet

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1940 | | pagina 10