Waar de Vrouw belang in stelt
Wat zullen we dragen?
BARETTEN
de Groet
LEIDSCH DAGBLAD, Donderdag 30 November 1939
Vierde Blad
No. 24444
Leuke Shawls
Aardige Mutsen
Handschoenen
Corsages
EEN WELKOM GESCHENK
ƒ1.25
lïcuxGmerci
80ste Jaargang
Moeder Weegbree
De goede Sint
Vlotte hoedjes, die niet duur zijn
Goedkoop en toch
smakelijk
Let op het JUISTE ADRES!
i>ool /zekfecfe
gahdekoóe tnaAe-u^jf
Donkersteeg 1 - Telef. 20706
Sack*
ma
xpozya.
ZE ZEI: LAAT ME MIJN KLEEREN
BRENGEN, IK MOET NAAR HEM TOE!
Ze woonde bij ons in de buurt, de dap
pere kleine moeder Weegbree, het glanzend
middelpunt van haar druk gezin. We wa
ren door de jaren heen zeer bevriend met
haar geworden en leefden innig mee met
het lief en leed van vader en moeder Weeg
bree en van vijf jongens.
Vier ervan waren prachtkerels: blond en
forsch van gestalte, met lachende, blauwe
oogen en weerbarstig haar, dat alleen op
Zondagmorgen netjes wou zitten.
Wat een echte moeder was dat kleine,
pittige vrouwtje geweest in de jaren toen
haar oudste vier geboren werden. Altijd
vroolijk, altijd bedrijvig zorgen, van niets
nog iets makend (want ze moesten zuinig
Üjnn. altijd met dat moederlijke glim
lachje als ademloos luisterend naar alles,
wat er opsteeg uit die wereld van kinder
leven om haar heen.
Ze wist de wind eronder te houden, maar
tegelijkertijd leefde ze met hen mee in al
hun vreugden en nooden, zóó innig of ze
zelf nog een kind was.
En dat bleef zoo, toen ze opgroeiden cn
het moeilijker werd, gelijken tred met hen
te houden. Maar moeder Weegbree bracht
het voor elkaar: ze was net zoo eerzuchtig
ais de jongens, wanneer het ging om het
halen van mooie cijfers op school, avond
aan avond zat ze nu met den een, dan met
den ander over een moeilijke som gebogen
en ze stelde een diep en ernstig belang ln
hun schoolverliefdheden, waardoor deze
dweeperijtjes als vanzelf een sfeer van zui
verheid kregen.
Zoo leefden de jongens vlak bij moeder
als bij een koesterend zonnetje. En de va
der. een stille man, die geheel in zijn zaken
opging, stond eigenlijk slechts in hun le
vens als een vriendelijke verre ster.
En toen, acht jaar na de geboorte van
den vierden zoon, meldde zich nog een na
komertje. Toen moeder Weegbree het wist,
vertelde ze het ons met stralende oogen,
pet zoo moederlijk-blij als in vroeger jaren.
Maar het verdere verloop van haar wacht
tijd was geheel anders dan toen. Ze was teer
en lijdend, moest maandenlang liggen en
toen het kind geboren werd, bleek het een
zwak, nietig wezentje te zijn, dat met pijn
lijke zorg door de eerste maanden moest
worden heengeholpen.
En toen Paultje opgroeide bleef hij een
stil. bleek kereltje, dat bang ln donker was
en zich eigenlijk in alles ongunstig onder
scheidde van zijn kerngezonde, levenslus
tige broers. Het spreekt vanzelf, dat moe
der Weegbree haar zorgen om hem verdub
belde, maar er kwam een oudere trek ln
haar gezicht: terwijl ze voor de oudsten
nooit angst had gehad, kon ze nu haar
zware voorgevoelens met betrekking tot
Paultje nauwelijks onderdrukken.
Toen Paul tien jaar oud was, werd Frank,
de oudste, officier bij de marine. Hij was
een buitengewoon knappe jongen, die in
zijn keurig uniform altijd veel bekijks had.
En moeder Weegbree was grenzenloos
trotsch op hem, al was ze te verstandig om
het te laten merken. We zagen echter wel
aan den glimlach, waarmee ze ons groette,
dat een kerkgang met Frank gelijk stond
met een zegetocht, en we gunden het haar
van harte.
Later werd de tweede zoon ingenieur cn
de beide volgenden werden door familie in
staat gesteld te studeeren.
Maar toen gebeurde het onverwachte. De
kleine Paul was ziek geworden, zooals zoo
dikwijls gebeurde. Moeder had hem met
haar gewone zorgvuldigheid verpleegd en
toen hij schijnbaar weer beter was, kreeg
hij opeens een paar vreeselijke benauwdhe
den en stierf binnen enkele uren.
Toen wij, diep begaan met het droevige
gebeuren moeder Weegbree wilden bezoe
ken, vernamen wij, dat de arme vrouw
totaal ontwricht was. Ze had den heelen
nacht bij het bed van het doode kind ge
zeten en niets anders geroepen dan„Waar
om? o, waarom toch? Maar het is niet
waar! Ik kan hem niet missen! O, ik kan
hem niet missen!"
Zelfs haar man kon haar niet troosten
of tot rede brengen, zoodat men haar ten
slotte maar naar een ziekenhuis gebracht
had, waar ze onder de liefdevolle behande
ling van een psychiater misschien zou her
stellen.
Maar er gingen weken voorbij, zonder dat
•r verandering in haar toestand kwam. De
radelooze wanhoop van de eerste dagen had
Plaats gemaakt voor een verstarde rust.
waarin ze steeds maar zei, dat ze niet meer
vilde leven. Paultje was altijd zoo bang ge
veest voor het donker. Nu wilde ze naar
hem toe om hem te beschermen, opdat hij
niet alleen door die donkere poort hoefde
te gaan. En dan zweeg ze weer, uren achter
een.
Ze wilde niemand zien.
Intusschen waren de oudere jongens na
Paul's begrafenis weer aan het werk ge
gaan. Den vader zagen we in en uit zijn
eenzaam huis gaan, bleek en somber. Tot
dien dag, toen het vreeselijke bericht van
''ank kwam. We hoorden het door de radio,
•en mijn ontploft en hij behoorde tot de
Waargewonden.
Vader Weegbree ging ons huis voorbij
War het ziekenhuis: een man, die plotse
ling tien jaar ouder leek
Veel later heeft moeder Weegbree ons zelf
verteld van wat zij „het wonder" noemde.
..Toen m'n man voor m'n bed stond, wilde
J niet luisteren," zei ze, „ik wist immers,
ja' mijn leven uit was, dat ik nooit zou
Jmnen leven zonder Paultje. Toen hoorde
den naam: Frank.
.Is hij dood?" vroeg ik heel rustig. Als
F}( toen verteld was, dat mijn heele gezin
J'! een ongeluk om het leven was gekomen,
P"1 het me niet geraakt hebben.
.Heen, hij leeft nog," zei mijn man, „hij
"gewond. Hij heeft naar je gevraagd."
's kan moeilijk begrijpen, wat er met me
peurde, toen ik die woorden hoorde: „hij
Nog dienzclfdcn avond was ik bij Frank. En
eerst toen ik hem gezien had en hoorde,
dat hij buiten gevaar was, heb ik kunnen
huilen. Toen wist ik ook, dat ik genezen
was. Ik heb toen eigenlijk voor het eerst
begrepen, wat een moeder moet zijn. Met
Paultje was ik géén goede moeder.
Zie je, een moeder moet in dienst van het
leven staan, altijd. Ze moet begrijpen, dat
de zwakken sterven en de sterken leven.
Dat moet een moeder kunnen dragen. An
dersanders is het haar schuld, als er
ongelukken gebeuren, zooals met Frank."
Dat zei moeder Weegbree en toen vertelde
ze van haar oudste, die weer zoo vlug op
knapte.
De oude, dappere glimlach speelde weer
om haar mond. Alleen een paar lichte
groefjes om de oogen vertelden van Paultje
en van haar groote leed
MAJA.
'N VLEKKERIGE HUID wordt weer Irtseh en gaaf
door betten met Redox, opgelost ln warm water.
Regelmatige Radox ruurstofbaden doen puistjes
verdwijnen en Uw huid wordt weer gezond, frlsch
cn fleurig.
Bij Apolh. en Drog. i 90 en 40 cl per pak en 15 ct per klein pakje.
3-556 (Ingea. Med.)
dan stort ons hart zich uit in
kreupelrijm bij marsepeinen harten.
Ja, zijn verjaardag nadert weer, staat al
bijna voor de deurEn reeds waart hij
rond door ons landje: vreemd romantische
verschijning met zijn rooden tabberd, mijter
met gouden kruisEn met zijn grinni
kend zwart knechtje, dat glimt van chocola
met vaseline of dof ziet van gebrande kurk.
Al naar de artistieke inspiratie het gebiedt.
Waaróm toch komt Sinterklaas zoo trouw
ieder jaar weer heelemaal uit Spanje net
precies hier bij ons? Waarom niet in Frank
rijk, in Duitschland, in België? Waarom
juist uitgerekend hier in deze lage landen,
waar het guur en regenachtig is en het geen
pretje moet zijn om de natte sneeuw in je
baard te voelen kleven op je tochten over
de daken? Waaróm?
Kan het zijn, dat er tusschen Nederland
en Sinterklaas een band bestaat, een stille
verwantschap, een diep begrijpen?
Ja, dat moet wel!
De Nederlandsche huisvrouw hoe ook
bekneld en benauwd door geld- en andere
zorgen voelt haar hart opspringen als
Sinterklaas zijn vriendelijk gezicht aan den
horizon laat opdoemen!
Dan werken haar gedachten koortsachtig,
dan gaat ze combineeren en deduceeren
winkelen endichten!
Dan worden er heel wat penhouders stuk-
geknabbeld, heel wat opgedroogde dicht
aders tot nieuw leven gewekt door.... ja
natuurlijk door den goeden Sint zélf, die
wil, dat ieder „er toch niets aan doet" op
zijn verjaardag!
Hij met zijn goedig gezicht en zijn plech
tig gebaar is toch eigenlijk een oolijkerd.
die ons allemaal bij den neus neemt Zóó
ben je nog gezond en zóó heeft het je te
pakken en je weet niet eens of het nu
eigenlijk een ziekte is of een brokje gezond
heid.
Ik gelool het laatste. Het is een gezond
verschijnsel, dat wij, massa-producten (die
we geworden zijn, ingedeeld bij een oneindig
aantal nuttige en liefdadige „instanties",
opdat alles met orde geschiede!) één keer
per jaar eens individu willen zijn en zélf
persoonlijk en in stilte iemand gelukkig
willen maken, zonder dat het eenig ander
mensch ter wereld iets aangaat.
Want ons verstand moge al die ordelijke
dingen oprecht bewonderen.ons hart
rukt soms aan de ketenen! En tegen 5
December breekt het los en het stort zich
uit in kreupelrijm bij marsepeinen harten
of letters van banket.
Is het eigenlijk niet een groote eer voor
ons volk. die verwantschap met den goeden,
ouden Sint? Want losbreken moet immers
toch een ieder die mensch is: zij het in
camavalsroes, rhythmisch geloei of commu
nity singing.
Laten wij het doen onder aanvoering van
Sinterklaas, die zijn trouwe, vriendelijke
oogen smeekend op ons richt dit jaar.
„Het is zoo'n klein kunstje", zegt hij: „ik
weet natuurlijk wel, dat je deur wordt plat-
geloopen en je giro leeggeplunderd. Ja, ja
en dat je grijs wordt als je denkt aan die
mobilisatie-opcenten. Maar dat is nu alle
maal niet aan de orde!
Eerst kom ik, want een losgebroken hart
leeft uitsluitend in het heden, nietwaar?
En is er werkelijk geen zieltje in je om
geving, dat het schraal-noodige al heeft en
nu zóó blij zou zijn met een klein beetje
zonnige overbodigheid? Niemand, die dol is
op letters? Niemand, die snakt naar wat
vroolljke gezelligheid?
Kom. kom, dat meen je niet
RHÉMONDA.
beef-
naar je gevraagd.'
Lj Sing overeind zitten en zei: .iaat me
kleeren brengen, ik moet naar hem
lij begreep en hij vergemakkelijkte alles.
Wat is gezonder, bruin of wit brood?
De meest gebruikte soorten brood zijn
wit, bruin en roggebrood. Wit brood wordt
gemaakt van gebuild d.i. gezeefd tarwe
meel, dus meel, waaruit bij het zeven bijna
alle schilletjes, hier zemelen genoemd, ver
wijderd zijn.
Bruin brood wordt gebakken van tarwe
meel, dat nog een groot gedeelte van de
zemelen bevat.
Roggebrood wordt gebakken van de ge
malen roggekorrel.
Tegenwoordig wordt door verschillende
bakkers het „volkoren brood" gebakken.
Hiervoor gebruikt men de heele tarwe
korrel, die grof gemalen wordt, zoodat er
dus niets onttrokken wordt en zoo krijgt
men het volkorenmeel. Dit brood heeft dus
overeenkomst met het roggebrood.
Heel veel menschen geven de voorkeur
aan wit brood, hoe fijner en blanker, hoe
beter.
Toch staat wit brood wat voedings
waarde betreft achter bij bruin- en vol
korenbrood. Door het eten van uitsluitend
fijn wit brood benadeelen we onze gezond
heid en zijn bovendien het tegendeel van
zuinig daar we met de zemelen een groot
deel van de belangrijkste voedingsstoffen,
die de graankorrel bevat, weggooien.
Een graankorrel is omgeven door de
taaie zaadwand, hieronder volgt een laag
eiwlthoudende cellen en binnenin bevindt
zich de kern of het meellichaam, dat bijna
uitsluitend zetmeel bevat.
De cellen direct onder de zaadhuid be
vatten nu de belangrijkste voedingsstoffen.
Behalve eiwit, bevatten ze een kleine hoe
veelheid vet, verder verschillende zouten
en vitamine B. Worden de zemelen nu ver
wijderd. dan gaat hiermee een belangrijk
deel van deze stoffen verloren. Bruinbrood
en zeker volkorenbrood heeft dus grootere
waarde voor ons lichaam, dan wit brood.
Bovendien moet bruin brood beter ge
kauwd worden dan wit. Dit laatste wordt
in den mond gauw zacht en wordt dan ge
makkelijk en vlug ingeslikt. De moeilijk
verteerbare zemelen van het bruine brood
prikkelen de speekselkliertjes tot het af
scheiden van speeksel en later in de maag
en in de darmen de kliertjes, 'die hier de
spijsverteringssappen afscheiden, zoodat
de omzetting tot stoffen die in het bloed
opgenomen kunnen worden, vollediger kan
zijn. Daar het lichaam uit het witte brood
minder haait dan uit het bruine, moet er
dus van wit brood meer gegeten worden.
Iedereen weet dat bruin brood voedzamer
is dan wit.
Wie dus geregeld bruin brood eet, voedt
zich goed en maakt, dat de voorraad graan
die er in ons land is, langer „duren zal.
Iets over het drogen van peertjes en appelen
en enkele recepten.
Het conserveeren van levensmiddelen door
drogen berust op het feit. dat bacteriën
zich niet kunnen ontwikkelen als er geen
vocht aanwezig Is. Aan gedroogde groente
en vruchten is het water dus onttrokken, de
andere voedingsstoffen zijn er in gebleven.
Wil men zelf appelen en peren drogen om
dat men overvloed heeft, dan moet men ze
dun schillen, in vieren snijden of halveeren,
of appels boren en in schijven snijden. Men
geeft ze dan aan den bakker om te drogen,
die dat meestal wel voor een kleine vergoe
ding doet.
Zijn ze door en door droog, dan bewaart
men ze in goed sluitende trommels. Voor
het klaarmaken moeten ze het verloren
water weer opnemen dus worden ze een
nacht in de week gezet, en met het week-
water gaargekookt. Goed wasschen van te
voren met lauw water is aan te raden.
Zuurkool inmaken.
Benoodigd: 3 witte kooien; 3 savoye koo
ien. Op 1 K G. kool 12 gr. zout; 10 gr. zwarte
peperkorrels.
jdllllllillllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllilllllllllllllllllllilllllllllllllllllllllij
DE GROOTE MODE
en alles wat tot het modevak behoort.
U zult het nergens zoo goed
gesorteerd en zoo voordeelig
vinden als bij ons.
Haarl.str. 137 - h. Donkerstceg 2-4-6
Midzabons bij al Uw aankoopen
3578
(Ingez. Mea.i
Bereiding: De kool van de buitenste bla
den ontdoen en met een schaal heel dun
snipperen. De kool wasschen en uit laten
lekken. De kool met het zout zoolang kne
den tot zich pekel vormt. De peperkorrels
er door doen en de kool overdoen in een Keul-
schen pot. De kool bedekken met een doekje,
hierop een plankje en een steen leggen. De
kool moet onder de pekel staan.
Na 4 a 6 weken kan men ze gebruiken.
3583 (Ingez. Med.)
Parijs brengt voor 1940 een hoedenmode,
die maar ls dit niet eigenlijk met iedere
mode het geval? staat en valt inet de
elegance van de draagster. Deze vier vlotte
hoedjes zijn heel gemakkelijk zelf.te maken.
Boven links ziet u een gevalletje, gemaakt
uit.twee haarnetten. Door het eene net
wordt het haar van achteren geheel inge
sloten. Het „hoedje" wordt sterk naar voren
gedragen. Het wordt „op smaak afgemaakt"
met luit en kan allersnoezigst staan bij een
jong gezichtje Boven rechts een vilthoedje,
omgeven door een yersey-lint, dat van ach
teren wordt geknoopt.
Beneden links ziet u een aardig mutsje,
versierd met fijne wollen yersey, dat ge
drapeerd wordt van uit liet middelpunt. Het
haar wordt van achteren opgenomen en in
de sjaal weggestopt.
Beneden rechts: een tulband van zachte
wollen stof in verschillende tinten, van
voren uitloopend in een sjaal, die op
het voorhoofd wordt geknoopt en in den
nek in twee flappen eindigt.
Het geheel doet ongetwijfeld ecnigszins
Victoriaansch aan, maar geeft tevens aan
vindingrijke vrouwtjes een prachtgelegen-
heid, haar fantasie practisch toe te passen.
VINDT U BIJ ONS IN GROOTE
KEUZE REEDS VANAF
HAARLEMMERSTRAAT 145—147.
3579 (Ingez. Mea.)
Citroenschillen conserveeren.
Wanneer men het sap van een citroen
noodig heeft bij de spijsbereiding, of om een
kwast te maken, moet men de schillen niet
weggooien. Men moet ze afwasschen en met
een scherp mesje heel dun afschillen, zoodat
er aan den achterkant geen wit te zien is.
De schilletjes doet men met wat suiker in
een jampotje en men kan ze later voor
allerlei doeleinden in de keuken gebruiken
b.v. in pap en pudding, bij gestoofde abriko
zen, pruimen en appeltjes, bij stoofperen
enz. Vooral de saus van deze laatste vruch
ten wordt er veel geuriger door.
Paneermeel maken.
Paneermeel is niet duur, in de meeste
winkels koopt men een pakje voor 6 a 8 ct.
Maar wanneer de korstjes brood, die over
zijn van een broodschoteltje of broodpud
ding bewaard worden en op een bakblik in
den oven gedroogd, dan heeft men paneer
meel voor niets. Het droge brood wordt n.l.
met een flesch of deegrol fijngerold, ge
zeefd en in een goed sluitende bus bewaard.
Wanneer men het bakblik met het oude
brood in den oven zet, ais deze voor iets
anders gebruikt is, dus nog warm, kost het
ook geen gas extra.
Zondag: Gebakken lever, bieten, aardap
pelen. citroenrijst met custardvla.
Maandag: Stamppot van savoye kool
met gebraden versche worst, appelen.
Dinsdag: Varkenslappen, koolraap, aard
appelen, watergruel.
Woensdag: Bruine boonen, speksaus, uien
aardappelen, sinaasappel.
Donderdag: Bruine boonensoep met ge
haktballetjes, drie in de pan
Vrijdag: Panvisch, beschuit met bessen
sap.
Zaterdag: Macaroni met ham en kaas,
gevulde beschuitbollen.
Berekende maaltijd voor 4 personen
bestaande uit: Panvisch en be
schuit met bessensap.
Benoodigdheden
1 Stokvisch van S ons
f. 0.25
114 K.G. aardappelen
0.06
114 ons rijst
0.03
14 K.G. uien
0.04
l 1/4 ons margarine
0.16
mosterd, zout
0.03
14 fl. bessensap
0.17
1 ons suiker
0.04
1 roll, beschuit
0.09
f. 0.87
Bereiding
De stokvisch 2 x 24 uur weeken in ruim
water. Daarna in kleine stukjes verdeelen
en graat en vellen verwijderen. De visch
opzetten met plm. 1 L. water en 1 lepel zout
en 3/4 uur zachtjes laten koken. De aard
appelen en de rijst toevoegen en zooveel
water er bij doen. dat de aardappelen f
onderstaan Zorgen dat de rijst niet te zien
komt Samen nog ruim 1 uur laten ko „en,
dan doorstampen, de in de boter gebakken
uien er doorroeren en de panvisch afmaken
met mosterd en zout.