H.M. de Koningin in Zeeland - Viering van „Idil Fithri" te Batavia LEIDSCH DAGBLAD ïwaede Blad 80ste Jaargang FEUILLETON De Hermandad, de Heros en de Heroïne HET RUIM 5000 TQN METENDE MOTORTANKSCHIP „SLIEDRECHT", EIGENDOM VAN DE FIRMA VAN OMMEREN TE ROTTERDAM, DAT DOOR EEN DUITSCHEN ONDERZEEER TOT ZINKEN IS GEBRACHT. VIJF OPVARENDEN ZIJN TOT DUSVERRE GERED. 26 WORDEN NOG VERMIST. HET GROOTE, 12.000 TON METENDE JAPANSCHE SCHIP „TERUKUNI MARU" LIEP BIJ DE ENGELSCHE OOSTKUST OP EEN MIJN EN ZONK. Alle opvarenden konden worden gered. Reddingbooten verwijderen zich van het schip, dat langzaam overhelde en daarna in de diepte verdween. H. M. DE KONINGIN BRACHT EEN NI ET- OFFICIEEL BEZOEK AAN ZEELAND. IN GEZELSCHAP VAN GENERAAL I. H. REIJNDERS SLAAT H. M. HET DEFILE VAN EEN DEEL DER IN ZEELAND GELE GERDE TROEPEN GADE. OP BIJZONDER PLECHTIGE WIJZE is dit jaar de ..Idil Fithri", de godsdienstige feestelijke viering van Lebaran (Mohammedaansch einde van de vasten en Nieuwjaar) gehouden. Tengevolge \an het feit, dat groote waarde wordt gehecht aan de omstandigheid, dat de Profeet den Heer liever in de open lucht prees dan in een moskee, wordt deze plechtigheid thans ook in de openlucht gehouden. De op hun fraaist uitgedoste vrouwen en mannen verzameld voor het gebed op het mooie Waterlooplein te Batavia. H.K.H. PRINSES JULIANA BEZOCHT DE SPEELGOEDTENTOONSTEL LING welke gehouden wordt in het gebouw van de Nederlandsche Vrou wenclub aan de Keizersgracht te Amsterdam. Prinses Juliana verlaat het gebouw. door FELIX OT1ERRICK. 26) „Oh, die brieven? Die heb ik heelemaal 'hgeten", sprak het jonge meisje en poe rde haar neusje. „Stel je voor, Carlos, "kn nacht, dat men mij overviel en bijna Jtrgde heeft men geprobeerd ze te stelen, wdertdien heeft senor Tenn (dat was haar I Mrsoonlijke uitspraak van den Holland- Khen voornaam, dien haar ridder droeg i ze zijn schrijfbureau opgeborgen. U kunt "(t hem het beste zelf vragen." Carlos wendde zich prompt tot den Kmaksuchtigen edelman en sprak tot hem 10 het Fransch: „Chiquita vertelde mij, monsieur van ""tan, dat U nog in het bezit bent van Jtalge papieren van den heer Kopolovlci, zoo wreed om het leven gebracht is, en 9 vroeg mij wat daarmee gebeuren moet. lijkt het mij persoonlij k het beste wan- leer u die mij ter hand stelt, opdat Ik er ysschien voor den armen Ruiz, die ver- i ral" van moord op zijn directeur in de pangenis zucht, iets mee uit kan richten, "kunt ze natuurlijk ook eventueel onmld- "ffijk aan de politie doen toekomen." „Mmmm". „Ja. dat begrijp ik volkomen. Het is U ongetwijfeld te omslachtig om U daarvoor naar het politiebureau te moeten begeven. Ik bied U dan ook gaarne mijn diensten aan, om zulks voor U te doen. Ik heb een zaagd en ik was genoodzaakt naar iets anders uit te kijken." „Dat messen-werpen lijkt mij wel ont zettend moeilijk." „Is in hoofdzaak oefening en natuurlijk ook een hoop aanleg. Heele volksstammen, die het nooit leeren." „Dat wil ik best gelooven. Maar hoe houd je nu eigenlijk zoo een mes, als je er mee wilt gooien. Van boven of van onderen?" „Dat is allebei mogelijk. Als ik werp. houd lk gewoonlijk het mes bij de punt vast tus- schen mijn vingers." „Zoo zie je, Teun, dat men nooit te oud is om weer iets nieuws te ontdekken. Maar ik geloof, dat het al aardig laat begint te worden en morgen wil lk bijtijds naar de Pyramiden gaan kijken." „Daar zult U aardig van staan te kijken. Juweeltjes." „Ja, dat heb ik gehoord. Wij zien elkaar toch nog eens. nietwaar mijnheer Carlos? Morgen misschien voor die brieven of zoo Ik geloof bij nader inzien, dat Uw voorstel eigenlijk heel verstandig is ik bedoel uw vriendelijk aanbod om mijn vriend al het geloop te besparen. Dus goeden avond, mijnheer Carlos." „Goeden avond, heeren. goeden avond. Tot morgen dan." Bertrand nam een taxi en reed met zijn vriend en het meisje naar Demerdache. Na korten tijd zaten zij weer op hun lievelings plekje op de veranda sigaretten te rooken- „Je hebt mij puik begrepen, sloth. Je her sens schijnen onder de hopelooze luiheid blijkbaar toch niet al te zeer hebben." geleden te „Och, zoo heel moeilijk was het nu ook weer niet. De kerel liet zijn belangstelling wel wat erg duidelijk doorschemeren." „Ja, dat is een feit. De heroïne-kwestie wordt hoe langer hoe duidelijker en het aantal personen, dat er bij betrokken is, hoe langer hoe grooter. Eerst Kopolovlci; maar die is heengegaan. Vervolgens die eerbied waardige heer Joakimoglou uit Alexandrië. Dien zal ik morgen eens van dichtbij gaan bekijken. Maar de interessantste van alle lieden, die van deze hiërarchie deel uitma ken, is ongetwijfeld onze goedgeluimde artist. Niet bepaald een zuivere figuur, Teun. Welke rol hij in de heroïne-zaak speelt, kan ik natuurlijk nog niet vast stellen. Maar hij is bovendien nog een moor denaar ook." „Waaaat?!" „Dit treurige gebrek kleeft hem inderdaad aan. Hij heeft den directeur van de Revue Espanol. den heer Kopolovici, voor zijn tijd naar de andere wereld geholpen." „Hoe weet je dat, Jock? Je bent notabene eerst gisteren hier aangekomen!" „Ja. ik had ook ongeloofelijk veel geluk. Het lijkt warempel wel eventjes afklop pen of de dingen hier alleen maar op mijn komst gewacht hebben, om mij het noodige werk van nadenken en speuren te besparen. Ik zal je ln het kort meedeelen wat de afgeloopen morgen mij in den schoot heeft geworpen." En Van Duren luisterde geduldig en belangstellend naar het relaas van zijn vriend. „Wel, wel, Abu el Taleb. Het was geen zuiver geluk. Maar er zat wel een hoop ge luk bij. En ben je er van overtuigd, dat deze Carlos de werkelijke dader is?" „Ik ben van meening, sloth, dat virtuoze messenwerpers rilet zoo maar over straat wandelen, zelfs niet in dit gezegende land Morgen wil ik het zien klaar te spelen, dat ik ongemerkt een afdruk van den duim van dat eerbiedwaardige individu in handen krijg! Dat is wel op de een of andere manier te arrangeeren. Verder zal hij zich van morgen af wel eenige beschaduwing moeten laten welgevallen. Ik kan hem immers op het oogenblik onmogelijk laten arresteeren; hij ls het, die ons op het spoor moet bren gen, dat naar het hoofdkwartier van deze bende leidt. Misschien slaag ik er zelfs in door middel van hem den sleutel van dien plattegrond te bemachtigen, wanneer die tenminste in eenig verband tot deze zaak staat. Het lijkt er, naar de energieke.pogin gen der heeren te oordeelen, erg op. Boven dien wil ik mij morgen tot Larkyn Pascha wenden. Ik heb namelijk absoluut geen tijd om mij nu met ontcijferingen bezig te houden, terwijl ze zoowel op het gezant schap als bij den Geheimen Dienst over Johnnie's beschikken, die niets anders te doen hebben dan vreemde codes te ontcij feren. Verder heb ik reden om aan te nemen dat senor Carlos, wanneer wij hem morgen de papieren niet geven en ik vrees, dat wij hem inderdaad die teleurstelling zullen moeten bereiden geen middel onbeproefd zal laten om in het bezit er van te geraken. In geval van nood zal hij zich vermoede lijk zelfs niét ontzien om deze heele tent plat te branden of jou en je huisgenooten levend te villen. Ik zal dus voor alle zeker heid nog vandaag fotografische copieën van brieven en plattegrond maken en noo- dig je hierbij uit mij daarbij de behulpzame hand te willen bieden." „De Groote Gemakzuchtige" bood geen weerstand aan deze gruwelijke uitdaging Het temperament en de jachtlust van den inspecteur begonnen hem aan te steken. Zijn dierbare doodzonde was toch al een weinig begonnen te wankelen, want het is nu eenmaal onmogelijk tegelijkertijd te be minnen en op zijn gemak gesteld te zijn. Weliswaar was het privé-temperament der lieftallige Chiquita nagenoeg van denzelf den aard als het zijne; tenminste, wanneer ze niet op de planken haar betooverende evoluties hoefde uit te voeren, gaf zij zich met groote toewijding aan de meest royale en consequente gemakzucht over. Doch in beider hart had nu het verderfelijke kruid der liefde wortel geschoten en in het hare ging de vurige Andalusiër hoe langer hoe meer schuil achter de breede figuur van den soliden Hollander. Het was stellig niet in de eerste plaats het aangename leventje, dat er in de villa geleid werd, waardoor Chiquita's hart zoo bekoord werd. Ook het zekere, imponeeren- de optreden, de rustige, zelfbewuste man lijkheid van haar gemakzuchtigen cavalier betooverden de kleine danseres in hooge mate. Tot tweemaal toe had Teun haar bewezen, dat hij in penible omstandigheden zijn mannetje stond, zonder de lawaaiige, veelal opschepperige bombarie van haar landslieden. Bij Andres bijvoorbeeld had zij nooit dergelijke manieren van den man van de wereld gezien, en zoo kon het ge beuren, dat de dappere, fiere Andalusiër verbleekte om plaats te maken voor Teun. den nobelen gemakzuchtige, den welopge- voeden corpulente. Destijds was het de hul peloosheid geweest, die haar naar Van Du ren gedreven had, nu zou het voor haar een zware slag beteekenen zoo zij hem zou moeten verlaten. (Nadruk verboden). (Wordt vervolgd).

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1939 | | pagina 5