BINNENLAND
Verkoudheden
LEID5CH DAGBLAD, Vrijdag 3 November 1939 Derde Blad No. 24421
IUYLENSPIEGHEL
Vaste basis voor de gemeentelijke
financiën gewenscht
30ste Jaargang
Geen breuk
lussdien Anti Revolutionnairen en
Roomsch Katholieken!
Ontwikkeling en ontspanning
voor militairen
De nieuwe commandant van het
Leger des Heils in ons land
Vicks Va-tro-nol
In den 4C
Uit NedOost-Indië
De beteekenis van den
staat van beleg
Begrooting van
Binnenlandsche Zaken
VRAGENRUBRIEK
prof. Homme contra dr. Cotijn.
f geen onoverbrugbare klove.
Naar aanleiding van de rede van dr. Co-
Jtjn in het A.R. Central en-Convent over de
breuk tussohen Anti-Revolutionnairen en
Roomsch-Katholieken, heeft oud-minister
Ramme aan de pers een verklaring afge
legd. waarin hij zeiden
In hetgeen geleid heeft tot val
var het vierde kabinet Colijn ligt, naar
mijn overtuiging, niet iets zoodanigs,
dat men met recht aan katholieken eti
anti-revolutionnairen zou mogen voor
houden: de principieele verschillen,
welke natuurlijk tusschen u bestaan,
iwhetden u voortaan voor het practi-
sche politieke leven.
Veeleer lijkt mij juist deze stelling,
dat de principieele verbondenheid tus
schen (oa) katholieken en anti-revo-
lutionnairen, welke in 1937 geleid
heeft tot een vruchtbare rechtsche
samenwerking tot Mei 1939 toe, door
het dezen zomer gebeurde in geen enkel
opzicht is geraakt.
„Hoe ik het ook bezie het schijnt
nrij ongerechtvaardigd en daarom in
desen tijd minder juist dan ooit, om
aan de anti-revolutionnairen en de
katholieken thans te trachten bij te
brengen de opvatting van een diepe,
althans hen onoverbrugbaar scheiden
de, klove. Aan de katholieken ik ben
niet direct de meest aangewezen advi-
sew voor de anti-revolutionnairen
zou ik daarom met klem willen zeggen:
ondanks alles wat dezen zomer gebeurd
is en naar mijn meening dezerzijds niet
anders kon en niet anders mocht ge
beuren hoedt u voor de gedachte,
dat de anti-revolutionnaire volksgroep
daarom uw politieke vijand zou moe
ten zijn; die gedachte is fout en daar
om onnoodig schadelijk voor onze Ne
der landsche gemeenschap
Het nationaal hoofdkwartier Tan het
Leger des Heils schrijft: een Tan de
eerste gewichtige beslissingen, welke de
onlangs in functie getreden generaal
van het Leger des Heils te nemen had,
was de benoeming van een nieuwen
territorialen leider voor Nederland. De
keuze is daarbij gevallen op de mar
kante persoonlijkheid van commandant
Alfred J. Benwell.
Reed.-: op zeer jeugdigen leeftijd maakte
de huidige commandant de zaak van het
Leger des Heils tot de zijne. In 1890 kwam
hij vanuit Schoeburyness in opleiding voor
heilsofficier. Na verscheidene jaren als een
jong, succesvol officier in Groot-Brittannië
gearbeid te hebben, viel hem de groote on
derscheiding te beurt om door den stich
ter aangewezen te worden tot pionier van
den legerarbeid in Zuid-Amerika. Gedu
rende de vijftien Jaren van zijn bevel al
daar werden in de drie groote republieken
de grondslagen gelegd voor een gezonde,
krachtige, zich tot op dezen dag steeds uit
breidende Leger des Heils-activlteit.
Een periode als assistent internationaal
secretaris op het hoofdkwartier te Londen
leende zich er bij uitstek toe om hem
grondig in te werken in de groote proble
men zoowel als in de interne organisatie
dezer wereldomvattende beweging, waarna
zijn benoeming tot chef-secretaris ln De
nemarken volgde.
Vervolgens werd hij aangesteld als twee
de in bevel van het legerwerk in Frank
rijk Aan de enorme uitbreiding en opbouw
van den maatschappelijken arbeid aldaar
is zijn initiatief en groote stuwkracht zeker
niet vreemd geweest.
Sedert 1932 voerde hij het bevel over het
Leger des Heils in Noord-China. Het was
onder zijn leiding, dat het leger door zijn
hulpverleening aan de zwaar geteisterde
burgerbevolking tijdens het Chlneesch—
Japansche conflict, de bewondering af
dwong van het internationale roode kruis
en van de geheele wereld.
Sinds de bijeenkomst van den hoogen
raad, die den nieuwen leger-generaal moest
kiezen, vertoeft hij In Engeland. De benoe
ming van dezen bekwamen leider met zijn
grondige kennis van de interne aangele
genheden van het Leger des Heils, gerug-
gesteund door een rijpe ervaring cn bree-
den blik, verkregen door zijn werk in ver
schillende landen en zeer uiteenioopende
bevolkingen, zal in Leger des Heils-krin-
gen en onder de velen, die het Jregcr in
Nederland een goed hart toedragen, zeker
met vreugde worden ontvangen.
EEN FUNCTIE VOOR MR. L. EINTHOVEN.
In zijn radiotoespraak Maandagavond
heeft jhr. ir. O. C. A. van Lidth de Jeude
o.a. medegedeeld, dat de centrale raad van
advies inzake ontwikkeling en ontspanning
van militairen hoopte, dat zeer binnenkort
ter beschikking van de sectie O. en O. zal
worden gesteld een bij uitstek daarvoor ge-
eigende functionrmris, die, voorgelicht door
deskundige medewerkers, onder meer, er
naar zal streven, dat overal op velschillend
gebied de juiste man op de juiste plaats zal
worden gesteld.
Thans wordt gemeld dat het in de bedoe
ling ligt. dat de hoofdcommissaris van
politie te Rotterdam, mr. L. Einthoven. voor
deze functie zal worden benoemd. Hij zal
dan worden gedelegeerd lid van den ccn-
tralen raad.
De taak van den heer Einthoven zal zijn
het contact te vormen tusschen organisaties
en legerleiding bij het organiseeren van het
werk van O. en O.
Het ligt niet in het voornemen, dat de
heer Einthoven in verband met deze benoe
ming, welke uiteraard slechts een tijdelijke
zal zijn, zijn ambt bij de Rotterdamsche
politie zal neerleggen. Voor het waarnemen
van zijn nieuwe functie is het d» bedoeling,
dat hem voorloopig voor ongeveer een
half jaar verlof zal worden verleend.
Zoodra U snuift of niest, vlug een paar druppels
Vicks Va-tro-nol in ieder neusgatl Spoedig ver
dwijnen de benauwdheid en prikkeling en de ver
koudheid wordt gewoonlijk in de kiem gesmoord.
2123
(Ingez. Med.)
TEGEN CUMULATIE VAN INKOMSTEN.
Voorziening betreffende de
militaire justitie.
Volgens het voorloopig verslag der Eerste
Kamer over het ontwerp van wet houden
de nadere voorzieningen betreffende de
militaire justitie werd de indiening er van
algemeen toegejuicht, en wel wegens de
dringende noodzakelijkheid van aanvulling
der militaire rechtspleging bij de land
macht.
Gevraagd werd. of indien dit ontwerp tot
wet mocht worden verheven, de te benoe
men presidenten der krijgsraden ook zul
len kunnen worden benoemd tot president
van een krijgsraad te velde. Zoo neen, dan
duchtten de hier aan het woord zijnde le
den, dat de eerstbedoelde functionarissen
eerlang als wachtgelders ten laste van het
Rijk zullen komen.
Algemeen werd de wensch geuit, dat de
Regeering de gelegenheid zou openstellen
om te solliclteeren naar het ambt van pre
sident van een krijgsraad.
Verschillende leden hadden ernstige be
denkingen tegen het aan de Regeering toe
geschreven voornemen, om tot voorzitter
van den te 's Gravenhage in te stellen krijgs
raad een lid van de Tweede Kamer te be
noemen.
Zoo de berichten, dienaangaande in enke
le bladen verschenen, juist waren (namelijk
Inzake een benoeming van oud-minister dr.
Deckers (Red. L. D.», dan achtten de hier
aan het woord zijnde leden vooreerst ge
let op de omvangrijke werkzaamheden, aan
elke dier beide functies verbonden behoor
lijke waarneming er van door een en den
zelfden persoon te eenenmale uitgesloten.
Ten tweede zou hiervan h.i. een cumulatie
van niet geringe inkomsten het gevolg zijn,
welke in het huidige tijdsgewricht, bovenal
daar het een lid der Volksvertegenwoordi
ging zou betreffen, meer dan ooit verwerpe
lijk geacht, en mitsdien zorgvuldig verme
den moet worden.
VOORLOOPIGE MOBILISATIE
VRIJSTELLINGEN.
De regeeringspersdienst meldt:
Ten einde tegemoet te komen aan enkele
practische bezwaren, gebleken bij de uitvoe
ring van het mobilisatie-vrijstellingbesluit
van 18 April zijn. in afwachting van nadere
voorzieningen, alle voorloopige mobilisatie-
vrijstellingen van beperkten tijdduur, welke
een ingangsdatum dragen van vóór 27 Oc
tober, ook al zou deze tijdduur reeds ver
streken zijn, verlengd tot 1 Mei 1940. voor
zoover de vrijstellingen verleend zijn aan ge
wone dienstplicht der landmacht, welke
behooren of geacht worden te behooren tot
de lichtingen 1924 t/m 1938 en aan die der
zeemacht, welke behooren of geacht worden
te behooren tot de lichtingen 1925 t/m 1938.
Hieronder zijn uit den aard der zaak niet
begrepen die mobilisatievrijstellingen, welke
op grond van militaire onmisbaarheid intus-
schen zijn ingetrokken of nog ingetrokken
zullen worden, dan wel door de desbetref
fende instanties of bedrijven zelf intusschen
reeds zijn opgegeven als geëindigd, omdat
de reden, op grond waarvan de mobilisatie
vrijstelling werd verleend, niet langer meer
bestond.
Voor de gewone dienstplichtigen der
overige lichtingen en voor de buitengewone
dienstplichtigen blijft de mobilisatie vrij stel
ling gelden zooals deze aan ieder van hen
afzonderlijk werd verleend.
Overeenkomstig het bovenstaande zijn of
worden de dienstplichtigen welke onder
deze verlengingsregeling vallen ep ingevolge
den beperkten tijdduur hunner mobilisatie
vrijstelling zich thans wederom in werke-
lijken dienst bevinden, onverwijld met klein
verlof tot I Mei 1940 huiswaarts gezonden.
ARNHEM GROEIT.
Naar we vernemen, heeft het zielental van
Arnhem een dezer dagen de 90.000 over
schreden.
Msb.
BURGEMEESTERSBENOEMINGEN.
Bij Kon. Besluit is met ingang van 17
November benoemd tot burgemeester der
gemeente Diever: J. C. Meyboom.
De heer Meyboom is thans werkzaam aan
het departement van blnnenlandsche zaken
en ls o.a. adjunct-secretaris van de com
missie in overleg Inzake de gemeente-
begrootingen.
Met Ingang van 15 November is benoemd
tot burgemeester der gemeente Hontenisse:
mr. dr. C. J. M. A. van Rooy, die thans als
volontair werkzaam is ter gemeente-secre
tarie van Castricum. Bovendien is hij ad
junct-secretaris van de staatscommissie voor
de herziening der woningwet.
AANGAAN VAN EEN OF MEER GELD-
LEENINGEN TEN LASTE VAN HET RIJK.
Ingediend is een ontwerp van wet tot het
aangaan van een of meer geldleenlngen ten
laste van het rijk.
Ter toelichting zegt de minister van
financiën:
Aangezien de vlottende schuld tot een
aanmerkelijk bedrag ls opgeloopen. terwijl
een verdere stijging niet zal uitblijven, acht
de minister het noodig te kunnen beschik
ken over een wettelijke machtiging tot het
aangaan van een of meer geldleeningen.
welke voldoende ruimte geeft om op gun
stige tijdstippen aan de leeningbehoefte van
het Rijk te kunnen voldoen. Wells van de
machtiging, vervat in de leeningwet 1936
nog niet ten volle gebruik gemaakt, doch dc
ingevolge die wet nog beschikbare machti
ging tot het opnemen van f. 200 millioen
biedt voor de naaste toekomst niet voldoen
den armslag.
Gevraagd wordt daarom een nieuwe
machtiging tot een bedrag van f.300 mil
lioen. d.w.z. een bedrag, overeenkomende
met dat van de vorige machtigingswet.
DE BOTERHEFFING.
Het bedrag van de heffing en steunuit-|
keering op boter is behoudens tusschen-
tijdsche wijziging, voor de week van 2 tot
9 November vastgesteld op 80 cent per K.G.
(onveranderd).
DIEFSTAL VAN F. 50.000.
CHERIBON. 3 Nov. Aneta/A.N.P.) Een
Chineesche vrouw alhier is bestolen voor
ongeveer f. 50.000 aan contanten en juwee-
len, die in een brandkast waren opgebor
gen. De vermoedelijke dievegge is gear
resteerd. Slechts voor een bedrag van f 1500
kon worden achterhaald.
Uitgesproken
A. A. W. J. van der Made. koopman te Lel
den. Morschweg 98a R.-c.: mr. A. W. J. van
Vryberghe de Coningh; cur.: mr. J. M. Leen-
ders. Leiden,
J. Wolf. kantoormachine-specialist. Vrouwen-
steeg te Leiden. R.-c.: mr. A. Ikman van Burck;
cur.: mr. M. Teekens, te Leiden.
C. G, Maaswinkel, reiziger. Badhoevedorp.
Rietvinkstraat 74. Haarlemmermeer. R.-c.: mr.
J. H P. E. Mijnssen; cur.: mr. A. G. H. H.
Roeffen, Aalsmeer.
Volgens ..Handelsbelangen" werden gedurende
October bij de gezamenlijke griffies in Neder
land gedeponeerd: 116 crediteurenlijsten met een
totaal passief van f. 857.396.41 Vt, waarvan prefe
rent f. 129.003.56.
Vanaf 1 Januari werden in totaal gedeponeerd
877 crediteurenlijsten met een totaal passief van
f. 11.9C4.694.23. waarvan preferent f.2.218.037.35'^
Jaren geleden
Met korte broekjes aan stonden wij eer-
biediglijk rontelom den meester geschaard,
die ons meegenomen had naar kasteel
Doorwerth, op een schoolreisje.
„Ja jongens, 't is akelig om te vertellen,
maar hier, in dit kamertje, liet de kasteel
heer z'n gevangenen doodhongeren!", ver
telde meester.
Wij werden wat bleekjes om den neus en
keken met ontzag naar de ongezellige wan
den en zoldering. Wat al leed moesten die
steenen hebben gezien
„Maar 't was nog érger," voer meester
onverdroten voort, hij had een geheime
voorkeur voor griezel-verhalen, ik herinner
mij, dat de Tachtigjarige Oorlog onderzijn
leiding wel honderdzestig jaar scheen te
duren. „Kijk es. dit luikje komt uit in de
keuken van het kasteel. Daar braadden ze
dan fijne kippetjes en de heerlijke geuren
kwamen door die opening in de cel van
den armen, verhongerenden gevangene.
Dat was om het nog een beetje móóier te
maken maar jullie moet ook bedenken,
dat was in de zwartste middeleeuwen...."
Jaren later.
Het ultra-korte-golf-gebied, jachtterrein
der eerzame huisvaders. „Moe-je die Rus
sen weer es te kéér hooren gaan! O, da's
vast een Duitscher ln Frankrijk.. Ts-ts-ts,
wat 'n taal
En dan. opééns, een genoegelijk-keuve-
lende stem, een Duitsch geluid, uit een
ander oorlogvoerend land.
„Ja. die in Duitschland den oorlog
meemaken, zullen er niet dikker op wor
den". vindt de stem. Meewarig wordt uitge
weid over al die kaarten, niks kan men zóó
maar van over de toonbank krijgen en
wat men op die kaarten krijgt, het mag
haast geen naam hebben....
„Dan hier bij ons!", de stem wordt
wat opgewekter. „Wij hebben hier over
vloed! Kom. we gaan eens met de micro
foon naar de vleeschhallen!"
Een gerucht van vele stemmen bromt
uit den luidspreker, petsende geluiden
geven aan. hoe dikke biefstukken worden
plat-geslagen en een slager vraagt:
„Hoeveel pond. mevrouw?"
„Drie pond. alsjeblieft!"
..Nog ham? Spek? Vet?"
„Och ja, doet u er maar een half pond
ham bij
Van de vleeschhallen gaat de microfoon
naar den kruidenier en van den krui
denier naar den zuivelwinkel
Vroeger moest de geur het doen, tegen
woordig het geluid maar de bedoeling
en het resultaat zijn gelijk gebleven: die
niet krijgen kunnen, watertanden er naar,
'lijk Tantalus naar de wijkende vruchten
en het vallende water. Deze kwelling is al
zoo oud als de wereld
Mijn meester is reeds lang den weg aller
meesters gegaan. Niet dat het leven, dat
kostelijk geschenk, niet onder alle omstan
digheden de moeite het te leven waard is
maar ik denk zoo, dat het hem geen
deugd gedaan zou hebben mee te maken,
dat deze wereld weer inéén zou krimpen
tot een klein Doorwerth-kamertje en
dat niet in de zwartste middeleeuwen,
maar in den jare 1939....
Bittere desillusie voor hen, die geloofden,
dat stofzuigers, schrijfmachines en elec-
trisch licht de menschheid op een waar
lijk hooger peil hadden gebracht.
NIEUWSGIERIGEN ZULLEN WORDEN
GEWEERD.
Van bevoegde zijde deelt men ons mede:
Uit het in staat van beleg verklaren van
versohillende gemeenten heeft men hier en
Jaar den indruk gekregen, dat in die ge
bieden thans een militaire dictatuur zou
ontstaan.
Uit is geenszins het geval.
De burgelijke overheden behouden in
het bedoelde gebied haar bevoegdheden
en blijven haar taak vervullen.
Daarnaast krijgen dc autoriteiten, be
last met hel militair gezag, eenige be
voegdheden, welke zij behoeven om de
landsverdediging zoo goed mogelijk te
kunnen voorbereiden. Zoo zullen zij ver
ordeningen kunnen vaststellen en beve
len kunnen geven om te beletten, dat te
nieuwsgierige personen zich met de in
richting van dc stellingen op de hoogte
stellen en zullen zij gerechtigd z'jn zoo
danige personen uit dal gebied te ver
wijderen. Naar ons werd medegedeeld,
gaat het in hoofdzaak hierom.
Voor het gewone leven brengt on
der de huidige omstandigheden het
in staat van beleg verklaren vrijwel
Keen verschil.
hebbe^1^6' bericht zegt dat de oppcrbcvel-
vanv
'r van land en zeemacht aan militairen
S Bfreemde nationaliteit het verblijf in het
onb van keteg verklaarde gebied heeft
tenzij zij voorzien zijn van een
rtftelijke vergunning.
Burgemeesters, die zich aan
hun verantwoordelijkheid
onttrekken.
Aan het voorloopig verslag der Tweede
Kamer over de begrooting van binnenland
sche zaken voor 1940 ontlcenen wij het vol
gende:
Verscheidene leden hadden niet den in
druk, dat bij de samenstelling van deze
begrooting een ernstige wil tot bezuiniging
heeft voorgezeten.
Een deel der hier aan het woord zijnde
leden betwijfelde in het bijzonder, of de
voorgenomen personeelsuitbreiding bij de
afdeeling volkshuisvesting wel in overeen
stemming is met den in de huidige om
standigheden dringenden eisch, dat geen
nieuwe uitgaven worden gedaan, die niet
strikt noodzakelijk zijn.
Een aantal leden vestigde er de aan
dacht op, dat in de laatste twee jaren ver
schillende voornemens van den minister
op wetgevend gebied tot uiting zijn geko
men. doch dal daarvan nog geen enkel tot
zichtbare resultaten heeft geleid. Zij noem
den in dit verband een herziening van de
Zondagswet, van de Bioscoopwet en van de
Begrafeniswet. Gaarne zouden deze leden
vernemen, in welk stadium de voorberei
ding van de desbetreffende wetsontwerpen
(hans verkeert
Van verschillende zijden werd de aan
dacht gevestigd op het nog zeer groote
aantal arbeidscontractanten, in weerwil
van den aandrang tot inkrimping, welke
reeds sedert vele jaren met klem ls ge
oefend.
Gevraagd werd, of thans binnen afzien-
baren tijd de indiening van een wetsont
werp is te verwachten, strekkende tot ver
hooging van de pensioenen, uit te keeren
aan dc weduwen en wcezen van ambtena
ren. wier salaris meer dan f. 3000 beloopt.
Gevraagd werd. of de minister bereid is
bij de centrale commissie voor georgani
seerd overleg aanhangig te maken het
vraagstuk van de pensionneering van amb
tenaren op 60-jarlgen leeftijd.
Eenige leden drongen bij herhaling aan
op afschaffing van den opkomstplicht bij
verkiezingen.
Opnieuw werd de waarborging van het
geheime karakter der stemming ter sprake
gebracht.
Naar de meening van sommige leden zou
het aanbeveling verdienen, dat de leden
van den bijzonderen vrijwllligen landstorm
voor zoover niet gemobiliseerd, met het
verrichten van burgerlijke diensten wer
den belast. Gevraagd werd, of de regeering
plannen in die rlcnting heeft.
Volgens andere leden zou het onjuist zijn
op hen zonder meer voor andere diensten
beslag te leggen.
Sommige leden vroegen, of het niet ge
wenscht zou zijn in het bijzonder dc bur
gerwachten bij de organisatie van den vrij-
willigen burgerlijken dienst te betrekken.
Naar de meening van verscheidene
leden is het thans meer dan tijd, dat
een vaste basis voor de gemeentelijke
financiën tot stand komt. Zij achtten
daartoe een algeheele herziening van
de financieele verhouding tusschen
Rijk en gemeenten noodzakelijk.
Het paard achter den wagen span
nen noemden eenige leden het. dat de
inmenging van de rcgcering soms zóó
ver gaat. dat zij ook aanwijzingen geeft
welke de gemeenten belemmeren in
haar streven, zooveel mogelijk uit eigen
bronnen van inkomst te zoeken.
Gewezen werd daarbij op 's ministers
brief van 6 Maart jl. aan de colleges
van Gedeputeerde Staten, waarin ter
kennis van die colleges werd gebracht,
dat de regeering het sedert cenigen tijd
in het algemeen niet wcnschelijk achl-
le. dat gemeenten gelden vorderen voor
parkeeren met motorrijtuigen op voor
den openbaren dienst bestemden ge
meentegrond.
Tenslotte werd er in het kader van deze
beschouwingen nog op gewezen, dat met
betrekking tot het onderzoek van en de
beslissing omtrent gemeentebegrootingen
een tempo wordt gevolgd, dat voor vele
gemeenten tot groote bezwaren aanleiding
geeft. Zoo wacht de gemeente Amsterdam
nog steeds op een eindbeslissing met be
trekking tot haar begrooting voor het
dienstjaar 1937, tegen welker nlet-goedkeu-
ring door Gedeputeerde Staten van Noord-
Holland de raad bij de Kroon beroep heeft
ingesteld. Ook ten aanzien van de begroo
tingen van die zelfde gemeente voor 1938
en 1939 is nog geen beslissing genomen.
Voorts zijn er noodlijdende gemeenten, die
over haar begroottgen voor 1939 op dit
oogenblik nog niets hebben gehoord, dus
zelfs nog niet in kennis zijn gesteld van
de opmerkingen, tot. welke die begrooting-
gen mogelijkerwijze aanleiding geven
Gaarne zouden de leden, hier aan het
woord zien. dat de noodige maatregelen
worden getroffen, opdat het genoemde tem
po in het algemeen aanzienlijk worde ver
sneld. Wat in het bijzonder de begrooting
van Amsterdam voor 1937 betreft, achtten
zij het een geenszins onredelijk verlangen,
dat thans met de beslissing ter zake groote
spoed worde betracht.
Gevraagd werd. of naar 's ministers
meening de burgemeester van den Bommel
na hetgeen aldaar gebeurd is, als zooda
nig kan worden gehandhaafd.
Gaarne zouden eenige leden voorts ver
nemen. welke houding de minister zich
voorstelt aan te nemen ten aanzien van
burgemeesters, die zich opzettelijk onttrek
ken aan uit de wet voortvloeiende verplich
tingen. Ais voorbeeld werd gewezen op de
handelingen van den burgemeester van
Haren, die met zijn verantwoordelijkheid
heeft gedekt, dat B. en W. hebben gewei
gerd. met een schoolbestuur in die gemeen
te overleg te plegen inzake de beschikbaar
stelling van gelden voor schoolbehoeften
en leermiddelen.
Is vroegen eenige leden den minis
ter iets bekend van het bestaan van een
band tusschen den burgemeester van Go-
rinchem en de Nationaal-Sociaiistische
Beweging'' Zoo neen, wil de minister dan
terzake een onderzoek doen instellen en
van het resultaat van dat onderzoek aan
de kamer mededeeiing doen?
Sommige leden verzochten te mogen wor
den ingelicht omtrent den stand der plan
nen inzake dc reorganisatie der politie, meer
in het bijzonder voor zoover die de ge
meentepolitie betreft.
Mijn kogel is weg.
Abonné te L. By vaststelling van het be
drag. dat eventueel ter voorziening in het on
derhoud moet worden uitgekeerd, wordt met
allerlei omstandigheden rekening gehouden, o a.
zoowel met ae inkomsten als met de verplich
tingen. die reeds nagekomen moeten worden.
Ons is niet bekend, wie voorzitter van de be
doelde commissie is.
G. P. te L. De aanvragen om octrooi moe
ten worden gericht tot, en octrooi wordt ver
leend door den Octrooiraad s-Gravenhace,
Willem Witsenplein
Bij de aanvrage is een bewijs over te legge".
dat een bedrag van f.40 is gestort bij het
Bureau van den Industrieelen Eigendom.
J. O. te L. - U dient zich te wenden tot het
Nederlandsche Roode Kruis. Prinsessekade. D^n
Haag. waar men u wel zal kunnen inlichten.
P. D. L. te L. - Men heeft vrij reizen op den
dag. welke op de pas is aangege ven. Een extra
welwillend spoorwegambtenaar zal een militair
misschien ook een dag later wel doorlaten 'de
practijk heeft dat bewezen) maar hij is zulks
niet verplicht.
Mevr. H.—v. d. M. te O. - Het is gewenscht
dat u zoo spoedig mogelijk de instantie welke
uw zoon voor de opleiding heeft aangenomen
op dc hoogte brengt van den toestand en
vraagt, of uw zoon cenig uitstel kan worden ver
leend.
G. K. Ie K. Bedoelde inrichting adverteert
regelmatig in dit blad. Kijkt. U maar eens coed
uit.