Nieuwe Indische postzegels - Mengelberg terug - Kaas maken
LEIDSCH DAGBLAD
Tweede B!ad
10"*
80ste Jaargang
NEDERL- INDIË
NEDERL-INDIË
NEDERL-INDIE
FEUILLETON
De Hermandad, de
Heros en de Heroïne
AMBULANCE
SOCIAAL BUREAU VOOR N.l.
SOCIAAL BUREAU VOOR N.l.
MISS GLEN ALYN de Engelsche film-actrice heeft haar dien
sten aangeboden aan het Britsche Roode Kruis. Als chauffeuse
van een ambulance-auto.
HET VRACHT- EN PASSAGIERSSCHIP „CASTOR" bij de
Ned. Dok Mij. gebouwd voor rekening van de K.N.S.M. is bijna
gereed en zal Maandag a.s. proefvaren.
VAN 1 DECEMBER TOT 9 JANUARI A.S. zulien in Nedcrlandsch-Indic HOLLAND. HET LAND VAN BOTER EN KAAS. Een kijkje in een d^r
weldadigheidszegels worden uitgegeven ten bate van het Sociaal Bureau grootste zuivelfabrieken van ons land. Nadat de z.g. „wrongel" of kaasstof
voor Ned; Indië. De zegels zijn uitgevoerd in paars, groen, roodbruin, rood in de vormen is gedaan, wordt het in doekjes gewikkeld. Rechts een bak met
en blauw. „kaaskoppen", klaar om onder de pers te worden gezet
MET DE HULP VAN DE MARINE EN DE LUCHTVAART PROFESSOR WILLEM MENGELBERG arriveerde gisteren na een langdu-
krijgt deze jeugdige schaatsenrijdster op de Harringay Arena rig verblijf in het buitenland, te Amsterdam. Op het station werd de beroem-
ijsbaan te Londen haar schaatsen onder. de diri8ent door eeniSe "lenden verwelkomd.
SOCIAAL BUREAU VOOR N.l.
door
FELIX O "DERRICK.
71
Met een beleefde buiging overhandigde hij
de verbaasde Chiquita haar taschje, haar
>n het Fransch aansprekend.
■■Merci, monsieur", antwoordde zij, waar-
wee haar Fransche vocabulaire uitgeput
was.
"U ziet, mademoiselle, dat het geenszins
ongevaarlijk is om als jongedame hier zoo
snachts alleen te verwijlen." Hij sprak als
trad hij in een Fransche comedie op. ..Zoo
U zulks permitteert, zou ik gaarne het plei
ner hebben, U te begeleiden."
...Oui, monsieur", antwoordde zij slagvaar
dig, zonder eenig besef, wat hij bedoelde.
Maar toen de ridderlijke vreemdeling haar
nil de linkerhand vatte en vol ontzag naast
naar schreed, was zij gerust en tevreden.
Hoewel in strijd met haar trotsche Spaan-
«he karakter, was zij onder de huidige
omstandigheden met iedereen als begeleider
tevreden geweest.
Haar beschermer sprak met groote leven-
u'gneid in het klankrijke Gallische idioom
en scheen zich volkomen tevreden te stel
en met haar wijze van antwoorden. Die
"■|ize bestond uit het vertoonen van twee
uien verrukkelijke tandjes. Tenslotte scheen
ni) evenwel te bedenken, dat deze manier
van gedachtenwisselen wel heel charmant,
maar ook heel eenzijdig was. zoodat hij
haar vroeg of zij misschien de voorkeur gaf
aan een andere taal.
Zfj scheen geraden te hebben, wat deze
vraag beteekende.
„Oh senor", sprak zij, „ik ben niet een
Fransche maar een Spaansche".
Spaansch sprak de heer niet, maar dat
was de eenige taal. die zij machtig was.
Het is nu eindelijk geboden te verklaren
waarom deze heer zich dagelijks naar de
„Kurzaal" spoedde om zich te laven aan de
artistieke verrichtingen der „Revue espa-
nole". Hij had daar namelijk in het ietwat
dorre landschap een bloelende, zoetgeuren-
de bloem ontdekt, wier adem hij bedwel-
mender achtte dan die van de Perzische
roos of de Arabische amber. Deze bloem
wandelde momenteel naast hem voort en
verstond geen woord van zijn charmante
alleenspraak. Hij had bemerkt, dat hij zijn
hart aan haar verloren had, niet volgens
den stijl van haar landslieden, maar be
dachtzaam en degelijk, zooals men zulks in
het koelere Noorden pleegt te doen. Zulk
een ernstig, degelijk gevoel had zich bij hem
reeds meermalen voorgedaan, maar het
verloop ervan was nooit anders dan onge
lukkig en onbevredigend geweest. Maar aan
den anderen kant toch ook altijd een klein
beetje naar zijn zin. Immers, dit chronische
liefdesverdriet was namelijk-een gemak
zucht, die de ongeloofelfjke luiheid, waarop
de Oriënt kan bogen, verre in de schaduw
stelde en waaraan onze held dan ook zijn
bijnaam „De Groote Gemakzuchtige" te
danken had. Deze gemakzucht schoof zich
bij alle gelegenheden tusschen zijn emoties
en het object daarvan, zoodat hij eenerzijds
eiken keer weer door liefdessmart geteisterd
werd, maar anderzijds te veel op zijn ge
mak gesteld was om ook de plichten, die
de minnecultus ons oplegt, te vervullen.
Toen hij vanavond aan de kassa entree
geld teruggekregen had met de hartver
scheurende opmerking: de „Revue espanole"
is ter ziele, was hij, om niet al te ver hoe
ven te loopen, in het artisten-café'tje gaan
zitten, om nog een blik in het avondblad te
slaan. Vol verrukking had hij gezien, dat
ook zijn bloem, het object van zijn dage-
lijksche verafgoding, het caféterrasje met
haar aanwezigheid opluisterde. Het ver
heugde vooral daarom, omdat hij nu niet
genoodzaakt was een heelen avond lang de
dappere kracht van alle mogelijke tenoren,
baritons, sopranen, enz. om van het duize
lingwekkende gedraai van vurige danskun
stenaars en kunstenaressen maar niet te
spreken, over zich heen te laten gaan.
Weliswaar had hij aan het opgewonden
gekakel der artlsten gemerkt, dat er iets
bijzonders aan de hand was, en ook had hij
zijn aangebedene vol overgave mee hooren
kakelen en de bezorgdheid op haar gelaat
gezieh, maar juist op dat moment trad zijn
gezegende apathie ln. Hij deed wat hij kon
en deelde zich de rol van geïnteresseerd,
doch lijdelijk toeschouwer toe. Toen de bru
tale roover echter zijn eenzame bloem haar
taschje ontrukt had en het hem toevallig
mogelijk was zonder veel bewegingen de ge
schiedenis in het voordeel van de beroofde
te beslissen, was de duivel der onrust in hem
opgestaan en had hij den onverlaat een ge
weldige oorvijg toegediend. En nu speelde
hij den galanten ridder, begeleidde de bloem
op haar weg. maakte haar het hof en noo-
digd haar uit voor het diner.
Chiquita had „ja" gezegd, omdat ze er
geen notie van had, wat de ietwat corpu
lente caballero vroeg. Toen hij eindelijk in
zag, dat zij geen woord verstond, nam hij
zijn toevlucht tot het internationale Espe
ranto van de hongerigen en verliefden en
begon met het rollen van zijn oogen en al
lerlei gebaren zijn uitnoodiging te herhalen.
Chiquita's hart was even vol als haar maag
leeg en toen begrepen had wat men haar
vroeg, hoorde zij in haar ziel galmend klok
ken luiden. Haar „oui. monsieur" klonk zoo
overtuigend en hartelijk, dat de caballero er
volkomen zeker van was, dat zij hem begre
pen had.
Nu zaten zij bij Celestino, aten. dronken
en zwegen, wanneer zij althans niet iets ter
zake dienends te gesticuleeren hadden.
De lieftallige Chiquita, die door den hon
ger en de opwinding der laatste dagen
zwaar beproefd was, ontfermde zich over
een voorraad spijzen, die haar ridder, die
toch voor geen portie terug deinsde, ontzag
inboezemde.
Buiten lawaaide de Oriënt; de straatven
ters boden hun waren aan. van Bechstein-
vleugels tot witte muizen; de bruine straat
jongens renden rond en haalden streken uit
in plaats van netjes en gehoorzaam in hun
bed te liggen. Het strijkje bij Celestino
speelde vol Napolitaansche toewijding en
de Grteksche kellners flitsten door het zaal
tje, zoo volkomen beheerscht. dat zij geen
spier van hun gezicht vertrokken, wanneer
zij bij het knoeien met de prijzen betrapt
werden. Helgekleurde lampions vervingen
allergezelligst de glimwormpjes, terwijl de
Egyptische nacht droomverloren verhaalde
van den geur van gebakken uien.
Nadat ons jonge paar zijn honger gestild
had en vervolgens bij tabak en koffie het
stadium van volmaakt welbehagen bereikt
had hun stilzwijgen was nu geen zuivere
noodzaak meer, maar doel op zichzelf ge
worden kwam er een elegant heer van
middelbare grootte den tuin door geslenterd
bleef bij hun tafeltje staan en richtte het
woord tot den savoureerende ridder:
„Halloh, Van Duren!" Hij maakte een
buiging voor de dame. „Kijk me dien kerel
nu eens. Is in geen velden of wegen te be
kennen en zit hier kalmpjes met een beeld-
schoone dame te dineeren. Allez, stel ma
eens gauw aan madame voor!"
Mijnheer Van Duren keek hem stralend
en een weinig verlegen aan en stelde hem
vervolgens voor aan zijn schoone Andalusi-
sche, die de eerbiedige begroeting van den
aangekomene met een gereserveerdheid, een
regeerend vorstin waardig, in ontvangst
nam.
„Dit is mijn oude vriend amigo Le
Follezou."
„Oui monsieur", sprak Chiquita en liet
haar paarlen tandjes schitteren.
„Spreek jij misschien Spaansch, Mauri
ce?" vroeg Van Duren.
..Op den kop af drie woorden. Torrero.
carramba en tango. Zou dat genoeg zijn?"
„Voor mij wel, maar deze dame beheerscht
helaas alleen de Spaansche taal en ik had
al gehoopt, dat jij als ouwe Franschman
„Hola. Ik ben geen Gascogner, maar ik
kom uit Sr. Malon in Breton. Het spijt me
ontzettend, dat ik je niet helpen kan. Hoe
gaat het overigens verder met je. old man?"
„Niet kwaad. Wil je bij ons komen
zitten?"
„Heel geschikt van je. Maar ik ben zelf
met iemand. Laat ik je niet langer storen.
Tusschen twee haakjes, een allerliefst meis
je en een prima danseres. Ik heb haar op
de planken gezien."
(Nadruk verboden). (Wordt vervolgd).