STADSNIEUWS
LEIDSCH DAGBLAD - Eerste Bled
Vrijdag 3 November 1939
De Russische eischen aan
Finland
Oogsfdienst Zondag a.s.
Chamberlain's week-rapport
Laatste
oorlogsnieuws
HOOGLANDSCHE KERK
Weinig nieuws
In het Hoogerhuis
City of Flint nadert de
oorlogszone
CHRISTELIJK MILITAIR TEHUIS.
Hierbij een kaart van het Finsche rijk,
waarop aangegeven zijn de Sovjet-Russische
eischen ten opzichte van dat land.
lei De grens van Finsch-Karelië.
De dikke zwarte lijn omvat het Zuid-
Oostelijk gedeelte van Finland waarin de
provincie Karelië gelegen is; Rusland stel
de voor de grens hiervan eenige dozijnen
kilometers noordwaarts van Leningrad te
verschuiven.
2eI Eilandjes in de Finsche golf.
Verder gaat de dikke lijn dwars door de
Finsche golf en omvat eenige Finsche ei
landjes. welke voor Rusland een bijzondere
zorg beteekenen ten aanzien van deze golf.
3e I Twee schiereilandjes in het Noorden.
In het Noorden van Lapland loopt de
Finsche grens langs de schiereilanden Ra-
batsji en Stredny. dit uiterste kleine ge
bied zou Rusland bij Kola willen voegen.
4e). Een gebied in de Finsche golf voor
een vlootbasis.
De Sovjet stelt voor dat Finland een klein
gebied aan de Westkust bij den toegang
tot de Finsche golf aan haar zou verpach
ten, dit is vermoedelijk de havenplaats
Hangö; dit punt is reeds eenige malen door
de Sovjet genoemd.
I". ruil zou Finland voor de voorgestelde
grenswijzigingen een gebied in Sovjet-Rus
land terug ontvangen, tweemaal zoo groot
als het gebied dat Finland aan Rusland
zou geven.
Op de kaart overziet men Finland's klei
ne ..Maginotlinle" een bolwerk van dui
zenden meertjes, moerassen, rotsformaties
en wouden.
Herdenking van het "5-jarig bestaan.
In verband met het 75-jarig bestaan van
het Christelijk Militair Tehuis aan den
Morschweg had gisteravond een intieme
feestavond plaats Het bestuur zoomede de
feestcommissie was voltallig aanwezig. Ook
waren twee legerpredikanten aanwezig. De
voorzitter, de heer C. Mulder opende dezen
avond met gebed, waarna Psalm 146 ge
zongen werd en hij alle aanwezigen harte
lijk welkom heette. Spr. herdacht vervol
gens het 75-jarig bestaan dat heden op ge
paste wijze gevierd wordt, herinnerde aan
de kerkelijke herdenking op 18 October j.l.
in de Pieterskerk en bracht hulde aan de
nagedachtenis van hen, die destijds het
Christelijk Militair Tehuis stichtten, in het
bijzonder de heeren S. J. Ie Poole, J. C. F.
Schoch en Bensing,destijds penningmees
ter. die in 1903 den eersten steen legde voor
het tegenwoordige gebouw. Zijn opvolger
de heer C. Th. Breebaart is van 1895 af. dus
ruim 44 jaren penningmeester. H.M. de
Koningin begiftigde hem voor zijn vele
verdiensten met de medaille verbonden aan
de huisorde van Oranje Nassau. In het bij
zonder werden ook herdacht mevrouw
Joosten en wijlen de heer Joosten, die 37
jaar lang aan het Tehuis verbonden ge
weest is en hier al zijn krachten gegeven
heeft. Een woord van bijzondere waardee
ring richtte spr. tot den tegenwoordigen
huisvader en moeder den heer en mevrouw
Brinks, die altijd klaar staan om de be
zoekers met raad en daad te steunen en
hun taak met opgewektheid en toewijding
vervullen Spr. besloot met een woord van
waardeering tot de Nat. Chr. Onderofficie
ren Vereeniging. De legerpredikant ds.
Spliethoff sprak een woord van hart tot
hart: de heer Brinks sprak mede namens
mevrouw Joosten een dankwoord; ook lui
tenant de Blank sprak zijn dank uit. De
avond werd opgeluisterd door muziek van
het Leidsch Salonorkest onder leiding van
den heer J Plu. hetgeen op hoogen prijs
gesteld werd, terwijl een conferencier de
aanwezigen met kostelijken humor wist te
vermaken en veel succes oogstte. Sergeant-
majoor de Geus ging voor in dankgebed,
waarna allen opgewekt naar hun kwartle
ren terugkeerden.
MEER STEUN GEVRAAGD.
Een aantal steuntrekkers van Maatschap
pelijk Hulpbetoon heeft in een adres aan
den gemeenteraad verzocht de steunuit-
keeringen met 35"/» te verhoogen.
GEVONDEN VOORWERPEN.
In de maand October zijn gevonden
2 armbanden, armbandhorloges, agende
voor gymnasium, bankbiljetten, brillen,
boekje van Bisdom Haarlem, baal turf
molm. badpak en badhanddoek, ceinturen,
damestaschje, distributiekaart en petro-
leumkaart, dameshoed, étui zonder inhoud,
Engelsche sleutel, gouden oorknopje, gou
den mongramring, 2 gladde gouden ringen,
eenige paren gummi-hakken, handschoe
nen. kralen halskettingen, hamer, hoedje,
handbeschermer, Jongenspetje, kinder
schoenen, kinderjasjes, kindercape, ket
tinkje. waaraan sleutel en sigarenknijper.
kindertaschje, kindercape, koppel, kano,
kwitantie', lapje bont, mutsen, notitieboek
jes, nummerbord, overall, onderdeel van een
auto, portemonnaies, pak spek. pakje inh.
1 paar kousen, pakje inh 4 handdoeken,
passer, pakje inh. lapje goed, rol electrischc
kabel, rijwlelbelastingmerken, reparatie-
kaart van een auto, rozenkrans, R K. gebe
denboek, rekenboekje en schrift, regen-
kapje, regenjas, sleutels, sjaal, stuk bont
katoen, stormlantaarn. Sponzen, schortje
met strengetje zijde, tabakszak, vulpotloo-
den, vijl, 2 verfkwasten, vulpenhouder, za-
dcldekje, zakmes, zakdoek.
Gevonden in de Tram (stadslijn).
Handschoenen, 2 doosjes inh. potloodjes
enz., 1 Dultsch leesboek, 1 boek .Student
aan de Leidsche Unlverstielt", 1 damespa-
rapluie. een brillcndoos en een lippenstift,
een sjaal, een bruine vilten tasch, inh. brei
werk. een bankbiljet.
Terug te bekomen en inlichtingen te ver
krijgen iederen werkdag van 1—3 uur nam
behalve Donderdag en Vrijdag ten Polltie-
bureele alhier.
HANDELSREGISTER
KAMER VAN KOOPHANDEL.
Opheffing: J. J. Schaft, firma C. C. Smit,
Steenstraat 49, fijne vleescliwaren.
Wijziging: M. Stol, Middelstegracht 61.
Leiden, tapperij. Volmacht verleend aan: B i
Heetvelt, Leiden iBeperkende Bepalingen).
Morgenochtend om halfelf vindt op
het Schuttersveld de beëediglng plaats van
den reserve 1ste luitenant J. G. de Bruin,
die overgaat naar het beroepskader.
ONEERLIJKE POSTBESTELLER
AANGEHOUDEN.
De Leidsche politie heeft een 18-jarigen
hulpbesteller der posterijen aangehouden,
die door het plaatsen van valsche hand-
teekeningen kans had gezien een viertal
postwissels te verzilveren tot een gezamen
lijke waarde van f. 125.
De jongeman, die nog slechts eenige
maanden in dienst was bij de P.T.T., is in I
verzekerde bewaring gesteld.
de» avonds 7 uur, in de
Voorganger: Dr. J.: RIEMENS.
Medewerking van het Jeugdkerkkoor
JUBILATE DEO.
Bloemen en/of fruit zulten gaarne
Zaterdag a.s. van 2V, uur 's middags
tot 9 uur 's avonds in ontvangst wor
den genomen aan de Kosterij van de
Hoogl. Kerk. Middelweg no. 2.
2119
ACADEMISCHE EXAMENS.
Geslaagd voor het candidaatsexamen
rechten, de dames M. E. van Breen (Hil-
lcgersbergi. M. E, Luyten (Den Haagi en
A. Schouten (Den Haagi; doctoraal examen
Indisch recht, de heer M. H. Adi Tjondro
Leiden i; doctoraal examen geneeskunde,
de heeren M. Rothschild (Den Haagi, w,
J. H Nauta (Oegstgeest) en P. M. Bakker
(Middelburg): artsexamen le gedeelte: de
dames E. Noorduyn (Nijmegen) en M. A.
Speelman (Rijswijk) en de heeren F. W. H.
M. Rademaker (Rotterdam), H Wagenaar
(Rotterdam). J. F. Jonkers (Ermelo). J.
Zuring (Oegstgeest) en P. B. Noordzij (Den
Haagt Bevorderd zijn tot arts: de heeren
J. F Reitsma (Rotterdam), F. Kroes (Den
Haag) en P. J. W. Beukers iSchiedami.
De N.V Modemagazijn W. J. H War-
necke, heelt haar beide zaken aan den
Stationsweg no. 4 en 6b totaal omgedraaid
in dien zin. dat wat voorheen dameszaak
was, nu heerenafdeeling Is geworden en
omgekeerd. De reden van deze verwisseling
is gelegen in een tekort aan ruimte, waar
door een gedeelte van de damesgoederen
in de heerenafdeeling moest worden onder
gebracht. Thans zijn de beide afdeelingen
geheel van elkaar gescheiden, waarmede
gepaard is gegaan de bouw van een aan
tal paskamers en een uitbreiding van het
aantal dames-artikelen, o.a. met een al-
deeling corsetten. Ook de winkelruimte in
de heerenzaak is vergroot, zoodat de voor
deden van deze verbouwing vele zijn.
De heer J. Dirkse, candidaat aan de
Universiteit alhier is door het provinciaal
kerkbestuur van Zeeland toegelaten tot de
Evangeliebediening In de Ned. Herv. Kerk.
De heer Dlrksè stelt zich direct beroep
baar.
(Ingez. Med.)
In zijn wekelijksch rapport in het Brit-
sche Lagerhuis heeft minister-president
Chamberlain verklaard, dat de vorige week
het stormachtige weer en het slechte zicht
hun invloed hebben gehad op de operaties
te land en ter zee en in de lucht.
De activiteit aan de FranschDuitsche
grens is beperkt tot plaatselijke actie en
hier en daar kanonvuur
Niettegenstaande de buitengewone koude
en vochtigheid, zet het Britsche expeditie-
leger zijn taak tot het versterken van de
verdedigingslinies van zijn sector aan het
front voort.
Voortgegaan wordt met het vernielen van
Duitsche duikbooten, doch ook de Britsche
koopvaardij heeft enkele schepen verloren.
Niets is evenwel geschied, dat het vertrou
wen schokt, dat men de bedreiging van de
duikbooten te boven zal komen.
In de afgeloopen week is een aantal ge
vechten geleverd met Duitsche vliegtuigen,
die ofwel verkenningen uitvoerden, ofwel
poogden convooien aan te vallen
De Britsche schepen en vliegtuigen leden
geen verliezen, noch werden zij beschadigd.
De vijand daarentegen leed wel eenige ver
liezen, hetgeen den hoogen dunk, welken
men reeds had over de kwaliteit van de
Britschegevechtsvliegtuigen en de kunde
en moed van de bemanning, heeft beves
tigd.
Een dapper stukje was de succesvolle
verkenningsvlucht boven Noord-West-
Dultschland, waarbij waardevolle foto's
werden gemaakt.
Ten aanzien van de rede van Molotof
zeide Chamberlain, dat deze met spanning
te Berlijn werd verwacht, doch hij is van
meening, dat de rede daar eenige teleur
stelling zal hebben gewekt
De rede wordt door de Britsche regeering
met zorg bestudeerd
De regeering heeft met belangstelling
kennis genomen van de uiteenzetting van
de doeleinden van de regeering der sovjet
unie.
In tfljn rede van 31 Mei heeft Molotof ge
waarschuwd. dat zijn regecring niet in een
internationaal conflict betrokken wenschte
te worden. Molotof zeide toen ook: Wij
steunen de zaak van den vrede en het voor
komen van iedere soort van aanval".
Dit is ook het standpunt van de Britsche
re merino en Chamberlain verklaarde niet
te willen ingaan op de vlucht van de ver
beelding van Molotof, waarmede hij de
doeleinden van de geallieerden heeft be-
iproken.
Deze doeleinden heeft de regeering in
duidelijke bewoordingen uiteengezet en hij
vertrouwt, dat de groote meerderheid van
de mogendheden deze ten volle waardeert.
In de laatste dagen heeft men een op
vallende manifestatie gezien van de aan
eengesloten vastberadenheid van het Brit
sche imperium De besprekingen met de
vertegenwoordigers van Indië en de domi
nions zijn reeds begonnen en met hen
wordt bestudeerd, hoe het best de bijdrage,
welke zij aan de gemeenschappelijke zaak
kunnen leveren, kan worden gecoördineerd.
Het imperium heeft reeds getoond bezield
te zijn met een edelmoedigen geest, om vol
ledig samen te werken, hetgeen getuigt, dat
de verschillende rassen overtuigd zijn, dat
de bedreiging van Engeland ook hun vrij
heid en welzijn bedreigt
Hoewel sedert het begin van den oorlog
de medewerking van de koloniën vooral
economisch is. maakt de minister-president
toch met dankbaarheid melding van de tal
rijke aanbiedingen voor persoonlijken dienst
van inwoners van de koloniën.
Het ligt in de bedoeling van de regeering
de menschelijke kracht van de koloniën op
zoo doeltreffend mogelijke wijze te gebrui
ken.
De minister-president wees er op, dat ook
Britsche onderdanen uit de koloniën dienst
kunnen nemen bij het leger.
Hij besloot zijn rede met te zeggen, dat de
hulp van het imperium, welke zoo spontaan
is aangeboden en met vreugde is aanvaard,
een schitterend voorbeeld is van vrije sa
menwerking en zelfopoffering zonder wrok
voor een edele zaak.
HET DEBAT.
Na Chamberlain nam Attlee het woord.
Ook hij richtte woorden van verwelkoming
tot de vertegenwoordigers der dominions en
zeide: „Hoe meer wij met hen kunnen be
raadslagen, niet alleen over oorlogsaange
legenheden. maar ook over de vraag, hoe
wij tot den duurzamen vrede komen, des te
beter.
Er is op het oogenbllk een soort pauze in
de oorlogsverrichtingen, doch de organisa
ties van den oorlog wordt voortgezet en wij
moeten veel aandacht besteden aan het
binnenlandsche front, de economische orga
nisatie en vooral aan de handhaving van
het nationale moreel.
De tijden, waarin het aan het front be
trekkelijk rustig is, zijn wat moeilijker: we
hebben den plicht tot moreelen steun door
den menschen een volledig besef voor de be
ginselen. welke wij verdedigen, bij te bren
gen".
De liberale afgevaardigde Sinclair ver
klaarde het met Attlee's laatste opmerking
eens te zijn. Hij zeide: „Het is ook van zeer
veel gewicht, de menschen zooveel mogelijk
in te lichten over de oorlogvoering".
Hij drong er op aan, dat de verklaringen
van Chamberlain zoo gedetailleerd mogelijk
zouden zijn en juichte het toe, dat Churchill
de volgende week een mededeellng over den
oorlog ter zee zou doen
Het verheugde hem. dat de regeering be
sloten had, ten aanzien van Rusland een
politiek van geduldig onderhandelen te voe
ren, vooral voor de handelsbetrekkingen.
Minister Stanley deelde naar aanleiding
van een vraag mede, dat de regeering met
de vertegenwoordigers van Balkanstaten be
sprekingen voert over handhaving en zoo
mogelijk uitbreiding van den wederzijdschen
handel. Hij zeide nog geen bijzonderheden
te kunnen bekend maken.
Op een vraag over den handel met de sov
jet-unie zeide de minister niets te kunnen
toevoegen aan vroegere verklaringen, hoe
wel de regeering verbetering van de han
delsbetrekkingen blijft wenschen.
Toen men hem vroeg naar de waarde van
den goederenrull, welke kortgeleden tus-
schen Engeland en Rusland tot stand is ge
komen, antwoordde Stanley, dat de publica
tie der maandstatistieken over den handel
met de verschillende landen voor den duur
van den oorlog gestaakt was, daar dergelijke
inlichtingen voor den vijand van nut zouden
zijn.
Door een lid werd den minister-president
gevraagd, of hij een minister wilde benoe
men, wiens taak het zal zijn, te zorgen dat
de regeling van den vrede op onpartijdige
wijze wordt tot stand gebracht. Hetgeen niet
kan worden gedaan door het oorlogskakabi
net gedurende de vijandelijkheden, noch in
de politieke atmosfeer na den oorlog.
Chamberlain antwoordde ontkennend
hierop. Hü achtte de bestaande organisatie
voldoende om het hoofd te bieden aan dit
vraagstuk.
Adams (labouri vroeg den minister-presi
dent een gespecificeerde verklaring over
deze zaak af te leggen. De minister-presi
dent aentwoorddc hierop, dat hij op het
oogenblik niet bereid is eenig tijdstip te noe
men, waarop hij een verklaring zou kunnen
afleggen.
Minister-president Chamberlain heeft
voorts nog verklaard, dat geen tijd beschik
baar zou worden opgesteld voor de behande
ling van het witboek over de Duitsche con
centratiekampen in het "Lagerhuis.
Het witboek is uitgegeven om het publiek
in Engeland en elders een eigen meening te
laten vormen. De onthulde feiten spreken
voor zichzelf.
Met betrekking tot de rede van Molotof
zeide lord Snell (laboir) in het Hoogerhuis:
„De woorden van Mtlotof maken het, naar
het mij voorkomt, nog urgenter, dat wij ons
oorlogsdoel nader definieeren en bekendheid
geven aan onze opvatting over de hoofdbe
ginselen van een aanvaardbaren vrede'".
De rede van Molotof. aldus zeide Samuel,
heeft duidelijk aangetoond, dat Duitschland
thans letterlijk geïsoleerd is Het is van groot
gewicht, dat Dultschland waarschijnlijk In
het veld geen bondgenooten zal hebben.
Tot dusverre heeft de oorlog bewezen, dat
bij een strijd tusschen evenwaardige tegen
standers de verdediging in het voordeel is.
hetgeen een goed teeken is voor de toekom
stige beschaving.
Dat Duitschland op het oogenblik niets
doet, aldus Samuel, wordt misschien hier
door verklaard, dat het niet weet, wat te
doen, of niets kan doen. Dat is een gunstige
omstandigheid, omdat zoo de economische
factor zijn volle aandeel zal hebben.
Minister Halifax zeide het er mede eens te
zijn. dat Engeland of een ander land geen
vrede kan aanvaarden, die niet eenige op
lossing 'voor het bewapeningsvraagstuk
brengt.
,,Het vertrouwen, dat de tegenwoor
dige Duitsche regeering vernield heeft,
moet hersteld worden en ik ben van
meening", zoo zeide Halifax, „dat alleen
Duitschland dat kan doen.
De tijd kan komen, waarop het moge-
gelijk en gewenscht zal zijn, meer in
bijzonderheden de voorwaarden uiteen
te zetten, die beschouwd zullen kunnen
worden als de bekroning van het doel,
waarvoor wij de wapenen hebben opge
nomen.
Ons eerste doel is, dat wij hen ver
slaan, die door herhaalde schending van
de Europeesche orde en bedreiging van
de vrijheid ons hebben gedwongen een
beroep op de wapenen te doen.
Instinctief weten wij, wat wij willen:
dat ieder in Europa een fatsoenlijk en
ordelijk leven kan leiden en zijn per
soonlijkheid kan ontwikkelen.
Verder verklaarde de minister: ,,Wij moe
ten allen bereid zijn. alle voorstellen te be
zien. die de hoop en het verlangen der vol
ken dichter bij de vervulling kunnen bren
gen.
Eén ding staat vast: Wij mogen ons niet
aan onze taak onttrekken, vóór wij er van
overtuigd zijn, dat wij de voorwaarden heb
ben geschapen, welke naar menschelijke be
rekening de wereld tegen een herhaling van
deze tragedie kunnen behoeden".
Hallfax zeide tenslotte opzettelijk in alge-
meene termen te hebben gesproken. Hij ver
wachtte genoeg te hebben gezegd om de al-
gemeene houding der regeering aan te ge
ven.
HET DUltSCHE LEGERBERICHT.
Het opperbevel van de Duitsche weer
macht maakt bekend:
„In het Westen geringe activiteit van ar
tillerie en verkenningstroepen".
DE ITALIAANSCH-BULGAARSCHE
HANDELSBESPREKINGEN.
Uit Italiaansche bron verluidt, dat de
sinds eenigen tijd in Sofia gevoerde Ita-
ltaansch-Bulgaarsche handelsbesprekingen
op het punt staan voltooid te worden.
ORDEVERSTORING IN WILNA.
Het Duitsche Nieuwsbureau ïeldt:
Ook gisteren zijn te Wilna herhaaldelijk
samenscholingen voorgekomen van jeug-
j dige Polen waardoor dc orde verstoord werd.
Voor het graf van Pilsudskl verzamelden
zich eenige honderden personen die een
dreigende houding tegen de Llthausche
ordebewakers aannamen. Ten slotte moest
een afdeeltng van de in Wilna gelegerde
Lithausche cavalerie tegen hen optreden.
De ordeverstoorders zijn met zeer scherpe
maatregelen bedreigd.
DE RUSSISCHE EISCHEN AAN FINLAND.
Uit Helsinki wordt aan Deensche bladen
bericht, dat sovjet-Rusland bulten de
eischen, welke reeds in de redevoering van
Molotof zijn uiteengezet, den Finnen ook
zou kunnen vragen het district Petsamo af
te staan. Dit zou Rusland een gemeenschap
pelijke grens geven met Noorwegen.
Rusland zou daartegenover Finland een
gebied van 3000 vlerk. km. geven ten Noor
den van het Ladoga-meer.
Het district Petsamo is de eenige uitweg
van Finland naar de Witte Zee. Het is ook
een groot centrum voor metalen en andere
mineralen. Daarom gelooft men, dat de Fin
nen een dergelijk voorste] zeer zeker zullen
verwerpen.
Gemeld wordt, dat het Utoe-eiland, dat
ten Zuidoosten van de Aalandellanden gele
gen is, ook door Rusland zou kunnen wor
den gevraagd.
Aan den anderen kant wordt te Helsinki
verklaard, dat indien de Finnen den Russl-
schen eisch inzake de vestiging van een
vlootbasis in Hangoe zouden Inwilligen, zij
afstand zouden doen van een haven, welke
de geheele scheepvaart controleert op
Oostelijk daarvan gelegen groote steden en
gelijk zou staan met een afstand doen van
de Finsche souvereinitelt.
De correspondenten zijn van meening. dat
Rusland een landstreek zal eischen tusschen
Styraudd in het Westen en Llpola In het
Oosten, met Inbegrip van het vroegere Rus
sische marinestation van Eino, dat de
Russen steeds terug hebben gewenscht, daar
Eino in de oogen der sovjets een strategisch
punt Is voor een aanval op Leningrad.
De Britsche admiraliteit deelt mede, dat
het Ainerikaansche stoomschip „City of
Flint" door Britsche lichte strijdkrachten
is gesignaleerd. Het schip zette de reis bin
nen de Noorsche territoriale wateren voort
in Zuidelijke richting.
Het is mogelijk, dat de City of Flint bin
nen de Noorsche en de Zweedsche territo
riale wateren zal blijven tot de Oostzee.
EEN RUSSISCHE STEM OVER FINLAND.
In een artikel over de onderhandelingen
tusschen de sovjet'unle en Finland schrijft
de Russische „Prawd"." o.a. het volgende:
Een aanzienlijke verbetering is tot stand
gekomen in de betrekkingen tusschen de
sovjet-ur.ie en de Baltlsche landen in de
afgeloopen twee maanden. De sovjet-unie
heeft met deze landen pacten van weder-
zijdschen bijstand gesloten, teneinde de
veiligheid van de Westelijke grenzen dezer
landen te verzekeren en bij te dragen tot
de ontwikkeling van den handel en de be
vordering van het nationale bedrijfsleven
van Estland. Letland en Lithauen. Deze
pacten consolldeeren de vreedzame betrek
kingen van goede ^buurschap. Pogingen
om de wederzijdse!., voordeelen van deze
overeenkomsten voor al haar onderteeke
naars te' ontkennen, worden slechts 8e"
daan door hun gemeenschappelijke vijan
den. die er belaag lij hebben, een oorlog
te doen ontketenen, niet slechts in West*
doch pok in Oost-Europa, en in het bijzo»
der aan de kui4k-an de Oostzee.
2—1