STADSNIEUWS LEIDSCH DAGBLAD - Eerste Bled Vrijdag 3 November 1939 De Russische eischen aan Finland Oogsfdienst Zondag a.s. Chamberlain's week-rapport Laatste oorlogsnieuws HOOGLANDSCHE KERK Weinig nieuws In het Hoogerhuis City of Flint nadert de oorlogszone CHRISTELIJK MILITAIR TEHUIS. Hierbij een kaart van het Finsche rijk, waarop aangegeven zijn de Sovjet-Russische eischen ten opzichte van dat land. lei De grens van Finsch-Karelië. De dikke zwarte lijn omvat het Zuid- Oostelijk gedeelte van Finland waarin de provincie Karelië gelegen is; Rusland stel de voor de grens hiervan eenige dozijnen kilometers noordwaarts van Leningrad te verschuiven. 2eI Eilandjes in de Finsche golf. Verder gaat de dikke lijn dwars door de Finsche golf en omvat eenige Finsche ei landjes. welke voor Rusland een bijzondere zorg beteekenen ten aanzien van deze golf. 3e I Twee schiereilandjes in het Noorden. In het Noorden van Lapland loopt de Finsche grens langs de schiereilanden Ra- batsji en Stredny. dit uiterste kleine ge bied zou Rusland bij Kola willen voegen. 4e). Een gebied in de Finsche golf voor een vlootbasis. De Sovjet stelt voor dat Finland een klein gebied aan de Westkust bij den toegang tot de Finsche golf aan haar zou verpach ten, dit is vermoedelijk de havenplaats Hangö; dit punt is reeds eenige malen door de Sovjet genoemd. I". ruil zou Finland voor de voorgestelde grenswijzigingen een gebied in Sovjet-Rus land terug ontvangen, tweemaal zoo groot als het gebied dat Finland aan Rusland zou geven. Op de kaart overziet men Finland's klei ne ..Maginotlinle" een bolwerk van dui zenden meertjes, moerassen, rotsformaties en wouden. Herdenking van het "5-jarig bestaan. In verband met het 75-jarig bestaan van het Christelijk Militair Tehuis aan den Morschweg had gisteravond een intieme feestavond plaats Het bestuur zoomede de feestcommissie was voltallig aanwezig. Ook waren twee legerpredikanten aanwezig. De voorzitter, de heer C. Mulder opende dezen avond met gebed, waarna Psalm 146 ge zongen werd en hij alle aanwezigen harte lijk welkom heette. Spr. herdacht vervol gens het 75-jarig bestaan dat heden op ge paste wijze gevierd wordt, herinnerde aan de kerkelijke herdenking op 18 October j.l. in de Pieterskerk en bracht hulde aan de nagedachtenis van hen, die destijds het Christelijk Militair Tehuis stichtten, in het bijzonder de heeren S. J. Ie Poole, J. C. F. Schoch en Bensing,destijds penningmees ter. die in 1903 den eersten steen legde voor het tegenwoordige gebouw. Zijn opvolger de heer C. Th. Breebaart is van 1895 af. dus ruim 44 jaren penningmeester. H.M. de Koningin begiftigde hem voor zijn vele verdiensten met de medaille verbonden aan de huisorde van Oranje Nassau. In het bij zonder werden ook herdacht mevrouw Joosten en wijlen de heer Joosten, die 37 jaar lang aan het Tehuis verbonden ge weest is en hier al zijn krachten gegeven heeft. Een woord van bijzondere waardee ring richtte spr. tot den tegenwoordigen huisvader en moeder den heer en mevrouw Brinks, die altijd klaar staan om de be zoekers met raad en daad te steunen en hun taak met opgewektheid en toewijding vervullen Spr. besloot met een woord van waardeering tot de Nat. Chr. Onderofficie ren Vereeniging. De legerpredikant ds. Spliethoff sprak een woord van hart tot hart: de heer Brinks sprak mede namens mevrouw Joosten een dankwoord; ook lui tenant de Blank sprak zijn dank uit. De avond werd opgeluisterd door muziek van het Leidsch Salonorkest onder leiding van den heer J Plu. hetgeen op hoogen prijs gesteld werd, terwijl een conferencier de aanwezigen met kostelijken humor wist te vermaken en veel succes oogstte. Sergeant- majoor de Geus ging voor in dankgebed, waarna allen opgewekt naar hun kwartle ren terugkeerden. MEER STEUN GEVRAAGD. Een aantal steuntrekkers van Maatschap pelijk Hulpbetoon heeft in een adres aan den gemeenteraad verzocht de steunuit- keeringen met 35"/» te verhoogen. GEVONDEN VOORWERPEN. In de maand October zijn gevonden 2 armbanden, armbandhorloges, agende voor gymnasium, bankbiljetten, brillen, boekje van Bisdom Haarlem, baal turf molm. badpak en badhanddoek, ceinturen, damestaschje, distributiekaart en petro- leumkaart, dameshoed, étui zonder inhoud, Engelsche sleutel, gouden oorknopje, gou den mongramring, 2 gladde gouden ringen, eenige paren gummi-hakken, handschoe nen. kralen halskettingen, hamer, hoedje, handbeschermer, Jongenspetje, kinder schoenen, kinderjasjes, kindercape, ket tinkje. waaraan sleutel en sigarenknijper. kindertaschje, kindercape, koppel, kano, kwitantie', lapje bont, mutsen, notitieboek jes, nummerbord, overall, onderdeel van een auto, portemonnaies, pak spek. pakje inh. 1 paar kousen, pakje inh 4 handdoeken, passer, pakje inh. lapje goed, rol electrischc kabel, rijwlelbelastingmerken, reparatie- kaart van een auto, rozenkrans, R K. gebe denboek, rekenboekje en schrift, regen- kapje, regenjas, sleutels, sjaal, stuk bont katoen, stormlantaarn. Sponzen, schortje met strengetje zijde, tabakszak, vulpotloo- den, vijl, 2 verfkwasten, vulpenhouder, za- dcldekje, zakmes, zakdoek. Gevonden in de Tram (stadslijn). Handschoenen, 2 doosjes inh. potloodjes enz., 1 Dultsch leesboek, 1 boek .Student aan de Leidsche Unlverstielt", 1 damespa- rapluie. een brillcndoos en een lippenstift, een sjaal, een bruine vilten tasch, inh. brei werk. een bankbiljet. Terug te bekomen en inlichtingen te ver krijgen iederen werkdag van 1—3 uur nam behalve Donderdag en Vrijdag ten Polltie- bureele alhier. HANDELSREGISTER KAMER VAN KOOPHANDEL. Opheffing: J. J. Schaft, firma C. C. Smit, Steenstraat 49, fijne vleescliwaren. Wijziging: M. Stol, Middelstegracht 61. Leiden, tapperij. Volmacht verleend aan: B i Heetvelt, Leiden iBeperkende Bepalingen). Morgenochtend om halfelf vindt op het Schuttersveld de beëediglng plaats van den reserve 1ste luitenant J. G. de Bruin, die overgaat naar het beroepskader. ONEERLIJKE POSTBESTELLER AANGEHOUDEN. De Leidsche politie heeft een 18-jarigen hulpbesteller der posterijen aangehouden, die door het plaatsen van valsche hand- teekeningen kans had gezien een viertal postwissels te verzilveren tot een gezamen lijke waarde van f. 125. De jongeman, die nog slechts eenige maanden in dienst was bij de P.T.T., is in I verzekerde bewaring gesteld. de» avonds 7 uur, in de Voorganger: Dr. J.: RIEMENS. Medewerking van het Jeugdkerkkoor JUBILATE DEO. Bloemen en/of fruit zulten gaarne Zaterdag a.s. van 2V, uur 's middags tot 9 uur 's avonds in ontvangst wor den genomen aan de Kosterij van de Hoogl. Kerk. Middelweg no. 2. 2119 ACADEMISCHE EXAMENS. Geslaagd voor het candidaatsexamen rechten, de dames M. E. van Breen (Hil- lcgersbergi. M. E, Luyten (Den Haagi en A. Schouten (Den Haagi; doctoraal examen Indisch recht, de heer M. H. Adi Tjondro Leiden i; doctoraal examen geneeskunde, de heeren M. Rothschild (Den Haagi, w, J. H Nauta (Oegstgeest) en P. M. Bakker (Middelburg): artsexamen le gedeelte: de dames E. Noorduyn (Nijmegen) en M. A. Speelman (Rijswijk) en de heeren F. W. H. M. Rademaker (Rotterdam), H Wagenaar (Rotterdam). J. F. Jonkers (Ermelo). J. Zuring (Oegstgeest) en P. B. Noordzij (Den Haagt Bevorderd zijn tot arts: de heeren J. F Reitsma (Rotterdam), F. Kroes (Den Haag) en P. J. W. Beukers iSchiedami. De N.V Modemagazijn W. J. H War- necke, heelt haar beide zaken aan den Stationsweg no. 4 en 6b totaal omgedraaid in dien zin. dat wat voorheen dameszaak was, nu heerenafdeeling Is geworden en omgekeerd. De reden van deze verwisseling is gelegen in een tekort aan ruimte, waar door een gedeelte van de damesgoederen in de heerenafdeeling moest worden onder gebracht. Thans zijn de beide afdeelingen geheel van elkaar gescheiden, waarmede gepaard is gegaan de bouw van een aan tal paskamers en een uitbreiding van het aantal dames-artikelen, o.a. met een al- deeling corsetten. Ook de winkelruimte in de heerenzaak is vergroot, zoodat de voor deden van deze verbouwing vele zijn. De heer J. Dirkse, candidaat aan de Universiteit alhier is door het provinciaal kerkbestuur van Zeeland toegelaten tot de Evangeliebediening In de Ned. Herv. Kerk. De heer Dlrksè stelt zich direct beroep baar. (Ingez. Med.) In zijn wekelijksch rapport in het Brit- sche Lagerhuis heeft minister-president Chamberlain verklaard, dat de vorige week het stormachtige weer en het slechte zicht hun invloed hebben gehad op de operaties te land en ter zee en in de lucht. De activiteit aan de FranschDuitsche grens is beperkt tot plaatselijke actie en hier en daar kanonvuur Niettegenstaande de buitengewone koude en vochtigheid, zet het Britsche expeditie- leger zijn taak tot het versterken van de verdedigingslinies van zijn sector aan het front voort. Voortgegaan wordt met het vernielen van Duitsche duikbooten, doch ook de Britsche koopvaardij heeft enkele schepen verloren. Niets is evenwel geschied, dat het vertrou wen schokt, dat men de bedreiging van de duikbooten te boven zal komen. In de afgeloopen week is een aantal ge vechten geleverd met Duitsche vliegtuigen, die ofwel verkenningen uitvoerden, ofwel poogden convooien aan te vallen De Britsche schepen en vliegtuigen leden geen verliezen, noch werden zij beschadigd. De vijand daarentegen leed wel eenige ver liezen, hetgeen den hoogen dunk, welken men reeds had over de kwaliteit van de Britschegevechtsvliegtuigen en de kunde en moed van de bemanning, heeft beves tigd. Een dapper stukje was de succesvolle verkenningsvlucht boven Noord-West- Dultschland, waarbij waardevolle foto's werden gemaakt. Ten aanzien van de rede van Molotof zeide Chamberlain, dat deze met spanning te Berlijn werd verwacht, doch hij is van meening, dat de rede daar eenige teleur stelling zal hebben gewekt De rede wordt door de Britsche regeering met zorg bestudeerd De regeering heeft met belangstelling kennis genomen van de uiteenzetting van de doeleinden van de regeering der sovjet unie. In tfljn rede van 31 Mei heeft Molotof ge waarschuwd. dat zijn regecring niet in een internationaal conflict betrokken wenschte te worden. Molotof zeide toen ook: Wij steunen de zaak van den vrede en het voor komen van iedere soort van aanval". Dit is ook het standpunt van de Britsche re merino en Chamberlain verklaarde niet te willen ingaan op de vlucht van de ver beelding van Molotof, waarmede hij de doeleinden van de geallieerden heeft be- iproken. Deze doeleinden heeft de regeering in duidelijke bewoordingen uiteengezet en hij vertrouwt, dat de groote meerderheid van de mogendheden deze ten volle waardeert. In de laatste dagen heeft men een op vallende manifestatie gezien van de aan eengesloten vastberadenheid van het Brit sche imperium De besprekingen met de vertegenwoordigers van Indië en de domi nions zijn reeds begonnen en met hen wordt bestudeerd, hoe het best de bijdrage, welke zij aan de gemeenschappelijke zaak kunnen leveren, kan worden gecoördineerd. Het imperium heeft reeds getoond bezield te zijn met een edelmoedigen geest, om vol ledig samen te werken, hetgeen getuigt, dat de verschillende rassen overtuigd zijn, dat de bedreiging van Engeland ook hun vrij heid en welzijn bedreigt Hoewel sedert het begin van den oorlog de medewerking van de koloniën vooral economisch is. maakt de minister-president toch met dankbaarheid melding van de tal rijke aanbiedingen voor persoonlijken dienst van inwoners van de koloniën. Het ligt in de bedoeling van de regeering de menschelijke kracht van de koloniën op zoo doeltreffend mogelijke wijze te gebrui ken. De minister-president wees er op, dat ook Britsche onderdanen uit de koloniën dienst kunnen nemen bij het leger. Hij besloot zijn rede met te zeggen, dat de hulp van het imperium, welke zoo spontaan is aangeboden en met vreugde is aanvaard, een schitterend voorbeeld is van vrije sa menwerking en zelfopoffering zonder wrok voor een edele zaak. HET DEBAT. Na Chamberlain nam Attlee het woord. Ook hij richtte woorden van verwelkoming tot de vertegenwoordigers der dominions en zeide: „Hoe meer wij met hen kunnen be raadslagen, niet alleen over oorlogsaange legenheden. maar ook over de vraag, hoe wij tot den duurzamen vrede komen, des te beter. Er is op het oogenbllk een soort pauze in de oorlogsverrichtingen, doch de organisa ties van den oorlog wordt voortgezet en wij moeten veel aandacht besteden aan het binnenlandsche front, de economische orga nisatie en vooral aan de handhaving van het nationale moreel. De tijden, waarin het aan het front be trekkelijk rustig is, zijn wat moeilijker: we hebben den plicht tot moreelen steun door den menschen een volledig besef voor de be ginselen. welke wij verdedigen, bij te bren gen". De liberale afgevaardigde Sinclair ver klaarde het met Attlee's laatste opmerking eens te zijn. Hij zeide: „Het is ook van zeer veel gewicht, de menschen zooveel mogelijk in te lichten over de oorlogvoering". Hij drong er op aan, dat de verklaringen van Chamberlain zoo gedetailleerd mogelijk zouden zijn en juichte het toe, dat Churchill de volgende week een mededeellng over den oorlog ter zee zou doen Het verheugde hem. dat de regeering be sloten had, ten aanzien van Rusland een politiek van geduldig onderhandelen te voe ren, vooral voor de handelsbetrekkingen. Minister Stanley deelde naar aanleiding van een vraag mede, dat de regeering met de vertegenwoordigers van Balkanstaten be sprekingen voert over handhaving en zoo mogelijk uitbreiding van den wederzijdschen handel. Hij zeide nog geen bijzonderheden te kunnen bekend maken. Op een vraag over den handel met de sov jet-unie zeide de minister niets te kunnen toevoegen aan vroegere verklaringen, hoe wel de regeering verbetering van de han delsbetrekkingen blijft wenschen. Toen men hem vroeg naar de waarde van den goederenrull, welke kortgeleden tus- schen Engeland en Rusland tot stand is ge komen, antwoordde Stanley, dat de publica tie der maandstatistieken over den handel met de verschillende landen voor den duur van den oorlog gestaakt was, daar dergelijke inlichtingen voor den vijand van nut zouden zijn. Door een lid werd den minister-president gevraagd, of hij een minister wilde benoe men, wiens taak het zal zijn, te zorgen dat de regeling van den vrede op onpartijdige wijze wordt tot stand gebracht. Hetgeen niet kan worden gedaan door het oorlogskakabi net gedurende de vijandelijkheden, noch in de politieke atmosfeer na den oorlog. Chamberlain antwoordde ontkennend hierop. Hü achtte de bestaande organisatie voldoende om het hoofd te bieden aan dit vraagstuk. Adams (labouri vroeg den minister-presi dent een gespecificeerde verklaring over deze zaak af te leggen. De minister-presi dent aentwoorddc hierop, dat hij op het oogenblik niet bereid is eenig tijdstip te noe men, waarop hij een verklaring zou kunnen afleggen. Minister-president Chamberlain heeft voorts nog verklaard, dat geen tijd beschik baar zou worden opgesteld voor de behande ling van het witboek over de Duitsche con centratiekampen in het "Lagerhuis. Het witboek is uitgegeven om het publiek in Engeland en elders een eigen meening te laten vormen. De onthulde feiten spreken voor zichzelf. Met betrekking tot de rede van Molotof zeide lord Snell (laboir) in het Hoogerhuis: „De woorden van Mtlotof maken het, naar het mij voorkomt, nog urgenter, dat wij ons oorlogsdoel nader definieeren en bekendheid geven aan onze opvatting over de hoofdbe ginselen van een aanvaardbaren vrede'". De rede van Molotof. aldus zeide Samuel, heeft duidelijk aangetoond, dat Duitschland thans letterlijk geïsoleerd is Het is van groot gewicht, dat Dultschland waarschijnlijk In het veld geen bondgenooten zal hebben. Tot dusverre heeft de oorlog bewezen, dat bij een strijd tusschen evenwaardige tegen standers de verdediging in het voordeel is. hetgeen een goed teeken is voor de toekom stige beschaving. Dat Duitschland op het oogenblik niets doet, aldus Samuel, wordt misschien hier door verklaard, dat het niet weet, wat te doen, of niets kan doen. Dat is een gunstige omstandigheid, omdat zoo de economische factor zijn volle aandeel zal hebben. Minister Halifax zeide het er mede eens te zijn. dat Engeland of een ander land geen vrede kan aanvaarden, die niet eenige op lossing 'voor het bewapeningsvraagstuk brengt. ,,Het vertrouwen, dat de tegenwoor dige Duitsche regeering vernield heeft, moet hersteld worden en ik ben van meening", zoo zeide Halifax, „dat alleen Duitschland dat kan doen. De tijd kan komen, waarop het moge- gelijk en gewenscht zal zijn, meer in bijzonderheden de voorwaarden uiteen te zetten, die beschouwd zullen kunnen worden als de bekroning van het doel, waarvoor wij de wapenen hebben opge nomen. Ons eerste doel is, dat wij hen ver slaan, die door herhaalde schending van de Europeesche orde en bedreiging van de vrijheid ons hebben gedwongen een beroep op de wapenen te doen. Instinctief weten wij, wat wij willen: dat ieder in Europa een fatsoenlijk en ordelijk leven kan leiden en zijn per soonlijkheid kan ontwikkelen. Verder verklaarde de minister: ,,Wij moe ten allen bereid zijn. alle voorstellen te be zien. die de hoop en het verlangen der vol ken dichter bij de vervulling kunnen bren gen. Eén ding staat vast: Wij mogen ons niet aan onze taak onttrekken, vóór wij er van overtuigd zijn, dat wij de voorwaarden heb ben geschapen, welke naar menschelijke be rekening de wereld tegen een herhaling van deze tragedie kunnen behoeden". Hallfax zeide tenslotte opzettelijk in alge- meene termen te hebben gesproken. Hij ver wachtte genoeg te hebben gezegd om de al- gemeene houding der regeering aan te ge ven. HET DUltSCHE LEGERBERICHT. Het opperbevel van de Duitsche weer macht maakt bekend: „In het Westen geringe activiteit van ar tillerie en verkenningstroepen". DE ITALIAANSCH-BULGAARSCHE HANDELSBESPREKINGEN. Uit Italiaansche bron verluidt, dat de sinds eenigen tijd in Sofia gevoerde Ita- ltaansch-Bulgaarsche handelsbesprekingen op het punt staan voltooid te worden. ORDEVERSTORING IN WILNA. Het Duitsche Nieuwsbureau ïeldt: Ook gisteren zijn te Wilna herhaaldelijk samenscholingen voorgekomen van jeug- j dige Polen waardoor dc orde verstoord werd. Voor het graf van Pilsudskl verzamelden zich eenige honderden personen die een dreigende houding tegen de Llthausche ordebewakers aannamen. Ten slotte moest een afdeeltng van de in Wilna gelegerde Lithausche cavalerie tegen hen optreden. De ordeverstoorders zijn met zeer scherpe maatregelen bedreigd. DE RUSSISCHE EISCHEN AAN FINLAND. Uit Helsinki wordt aan Deensche bladen bericht, dat sovjet-Rusland bulten de eischen, welke reeds in de redevoering van Molotof zijn uiteengezet, den Finnen ook zou kunnen vragen het district Petsamo af te staan. Dit zou Rusland een gemeenschap pelijke grens geven met Noorwegen. Rusland zou daartegenover Finland een gebied van 3000 vlerk. km. geven ten Noor den van het Ladoga-meer. Het district Petsamo is de eenige uitweg van Finland naar de Witte Zee. Het is ook een groot centrum voor metalen en andere mineralen. Daarom gelooft men, dat de Fin nen een dergelijk voorste] zeer zeker zullen verwerpen. Gemeld wordt, dat het Utoe-eiland, dat ten Zuidoosten van de Aalandellanden gele gen is, ook door Rusland zou kunnen wor den gevraagd. Aan den anderen kant wordt te Helsinki verklaard, dat indien de Finnen den Russl- schen eisch inzake de vestiging van een vlootbasis in Hangoe zouden Inwilligen, zij afstand zouden doen van een haven, welke de geheele scheepvaart controleert op Oostelijk daarvan gelegen groote steden en gelijk zou staan met een afstand doen van de Finsche souvereinitelt. De correspondenten zijn van meening. dat Rusland een landstreek zal eischen tusschen Styraudd in het Westen en Llpola In het Oosten, met Inbegrip van het vroegere Rus sische marinestation van Eino, dat de Russen steeds terug hebben gewenscht, daar Eino in de oogen der sovjets een strategisch punt Is voor een aanval op Leningrad. De Britsche admiraliteit deelt mede, dat het Ainerikaansche stoomschip „City of Flint" door Britsche lichte strijdkrachten is gesignaleerd. Het schip zette de reis bin nen de Noorsche territoriale wateren voort in Zuidelijke richting. Het is mogelijk, dat de City of Flint bin nen de Noorsche en de Zweedsche territo riale wateren zal blijven tot de Oostzee. EEN RUSSISCHE STEM OVER FINLAND. In een artikel over de onderhandelingen tusschen de sovjet'unle en Finland schrijft de Russische „Prawd"." o.a. het volgende: Een aanzienlijke verbetering is tot stand gekomen in de betrekkingen tusschen de sovjet-ur.ie en de Baltlsche landen in de afgeloopen twee maanden. De sovjet-unie heeft met deze landen pacten van weder- zijdschen bijstand gesloten, teneinde de veiligheid van de Westelijke grenzen dezer landen te verzekeren en bij te dragen tot de ontwikkeling van den handel en de be vordering van het nationale bedrijfsleven van Estland. Letland en Lithauen. Deze pacten consolldeeren de vreedzame betrek kingen van goede ^buurschap. Pogingen om de wederzijdse!., voordeelen van deze overeenkomsten voor al haar onderteeke naars te' ontkennen, worden slechts 8e" daan door hun gemeenschappelijke vijan den. die er belaag lij hebben, een oorlog te doen ontketenen, niet slechts in West* doch pok in Oost-Europa, en in het bijzo» der aan de kui4k-an de Oostzee. 2—1

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1939 | | pagina 2