STADSNIEUWS
De Amerikaansche
neutraliteitswet
Donderdag 5 October 1939
Overzicht
Engeland en de neutralen
Ministers der Dominions
naar Londen
Voor- en tegenstanders
aan het woord
Bericht aan gemobiliseerden
Moeilijkheden in het
Japansche kabinet
Verspreide berichten
Italië neutraal?
DE AANHOUDING VAN DE IMANTA.
De Letlandsche gezant te Berlijn, die bij
de Duitsche regeering geprotesteerd heeft
tegen de inbeslagneming van het Letland
sche stoomschip Imanta door een Duitsch
patrouillevaartuig in de Zweedsche territo
riale wateren, heeft gisteren meegedeeld, dat
de Imanta is vrijgelaten en op weg is naar
Letland.
GRIEKSCH STOOMSCHIP ONDER
IERSCHE KUST GETORPEDEERD.
Gisteravond zijn 28 overlevenden van een
Grieksch stoomschip de „Diamantis", dat
naar verklaard wordt ter hoogte van Lands-
end door een Duitsche duikboot was tot
zinken gebracht aangekomen in Ventry-
ba.v, in het Iersche graafschap Kerry.
Iersche burgerwachten hadden de duik
boot zien onderduiken, doch zij waren te
laat om het schip vast te houden. De over
levenden waren 36 uur op de duikboot ge
weest waar zij, naar zij verklaren, hoffelijk
waren behandeld. Zij werden aan land ge
zet. Zes hunner moesten zich naar een
ziekenhuis begeven, doch de toestand van
geen der gewonden is ernstig. Twee of drie
zijn tamelijk ziek door shock en hooge tem
peratuur.
DE MINISTER VOOR DE OECONOMISCHE
OORLOGVOERING AAN HET WOORD.
Ronald Cross, de Engelsche minister voor
de oeconomische oorlogvoering, heeft giste
ren voor de radio een rede gehouden, waar
in hij zeide:
De neutrale landen zijn er natuurlijk op
uit. dat hun belangen en nooden erkend
worden, Ik hoef nauwelijks te zeggen, dat
wij daar ten volle rekening mee houden.
Zoodra de oorlog was uitgebroken, verklaar
den wij dat wij er op uit waren om reke
ning te houden met de gewettigde handels
behoeften van de neutrale landen en deel
den de neurale regeeringen mede, dat wij
gaarne de denkbeelden zouden willen over
wegen, welke zij zouden willen opperen.
Engeland tracht zijn eigen uitvoer op een
zoo hoog mogelijk peil te handhaven en
van het allereerste begin af hebben we alles
gedaan en doen we alles dat in onze macht
is om tot wederzij dsch heil de meest vriend
schappelijke handelsbetrekkingen met de
neutrale landen te laten voortduren.
Natuurlijk wenschen wij den neutralen
landen niet te beletten levensmiddelen en
andere voor hun eigen volk benoodigde
goederen en materialen in te voeren. Wij
wenschen op onze controlestations de neu
trale scheepvaart ook niet meer ongemak
te bereiden dan het noodzakelijke mini
mum.
We hebben reeds onderhandelingen aan
geknoopt met verscheidene neutrale regee
ringen en van de neutrale landen zijn een
aantal missies overgekomen om met ons
besprekingen te voeren. Deze besprekingen
hebben plaats gehad in de meest vriend
schappelijke atmosfeer en wij hopen in be
paalde gevallen in staat te zijn om tot re
gelingen te komen, die de procedure op de
controle op contrabande nog meer zullen
vereenvoudigen.
Intusschen overstroomt Duitschland de
neutrale landen met een gemengden stroom
van verzekeringen, protesten en dreigemen
ten. Onlangs is het begonnen deze be
dreigingen in daden om te zetten en bijna
iederen dag komen er berichten, dat neu
trale schepen door Duitsche duikbooten tot
zinken gebracht zijn onder omstandighe
den, welke in strijd zijn met het internatio
nale recht.
Bij het debat over de neutraliteitswet
heeft Senator Connally verklaard, dat
Duitschland spoedig zou beginnen met het
tot zinken brengen van Amerikaansche
koopvaardijschepen, tenzij het embargo op
wapens werd ingetrokken en de Ameri
kaansche scheepvaart werd beperkt. Sche
pen der Vereenigde. Staten waren aange
vallen of tot zinken gebracht door Duitsch
land, voordat Amerika ging deelnemen aan
den wereldoorlog, ..niet omdat zij wapens
of munitie of oorlogstuig vervoerden, maar
omdat zij algemeen koopvaardij uitoefen
den en op grond van de theorie, dat de
vernieling van een dergelijken handel
Duitschland behulpzaam zou zijn en de
geallieerden zou benadeelen".
Hij voegde hieraan toe: „Wat Duitsch
land in den wereldoorlog deed, zal het ook
in dezen oorlog doen. De onbeperkte duik
bootoorlog tegen alle neutrale koopvaardij
is reeds begonnen. Duitschland aarzelde
niet onze schepen tot zinken te brengen,
vóór wij gingen deelnemen aan den wereld
oorlog en toen wij in vrede leefden. Het zal
ook thans niet aarzelen zulks te doen".
Voortgaande zeide Connally: „De Veree
nigde Staten werden den wereldoorlog in-
gesleept niet door den verkoop van wapens,
maar door den verkoop van algemeene
vrachtgoederen, welke Amerikaansche sche
pen vervoerden. Op gelijke wijze brengt de
bestaande wet een voortdurende bedreiging
mede, dat de Vereenigde Staten in den oor
log zullen worden gestort door het tot zin
ken brengen van Amerikaansche schepen en
Amerikaansche ladingen. De Vereenigde
Staten gaan er niet toe over, nadeel toe te
brengen aan voordeelen, die Duitschland
genoot door zijn ligging en de Vereenigde
Staten hebben niet het recht de natuurlijke
voordeelen, die Groot-Brittannië en Frank
rijk wellicht genieten, te weigeren of te
kortwieken. Hoe kan Duitschland zich er
over beklagen, dat wij wapens verkoopen
aan oorlogvoerende naties, terwijl het zelf
koopt van neutrale naties?"
De volgende spreker, senator Vandenberg,
verklaarde, dat een opheffing van het em
bargo zou zijn „een opzettelijk onneutrale
daad, welke maar al te gemakkelijk een
voorloopster zou kunnen zijn van andere
daden, wanneer de gewoonte eenmaal
begint."
Vandenberg vervolgde: „Bewust of niet,
maar grootendeels bewust, wordt ons ge
vraagd, af te wijken van de neutralitèits-
politlek ten behoeve van een oorlogvoeren
de. die grootendeels begunstigd wordt door
onze persoonlijke sympathie en tegen een
anderen oorlogvoerende, die grootelijks ver
oordeeld wordt door onze persoonlijke ge
voelens. Naar mijn meenihg is dit de weg,
die ons zou kunnen leiden naar den oor
log en dien weg wil ik niet vrijwillig in
slaan".
Verder verklaarde Vandenberg, dat het
„een verraderlijke leer was, dat wij vele
dingen kunnen doen, behalve oorlog voeren,
om onze gunstelingen te helpen, alsof wij
met succes half in dezen oorlog zouden
kunnen zijn, maar er toch veilig buiten
blijven".
Spr. verklaarde, dat het wapenembargo
het symbool was geworden der Amerikaan
sche neutraliteit en een opheffing zou door
de wereld opgenomen worden als een aan
duiding, dat Amerika partij kiest. „Iemand
zal voor den gek gehouden worden, hetzij
Amerika, dat de verzekering krijgt, dat de
wijziging volkomen vredelievend is. hetzij
de buitenlanders, die gelooven, dat het be-
teekent, dat wij onze teerling werpen".
Spr. waarschuwde zijn hoorders, dat de
Vereenigde Staten wellicht zouden beginnen
met „het plan van contante betaling en
vervoer in eigen schepen", de volgende
stap echter zou zijn „crediet en vervoer in
eigen schepen" en dan leeningen en ver
voer in eigen schepen".
Spr. merkte verder op, dat het huidige
conflict de schulden uit den vorigen oorlog
overschrijft in „het grootboek van het dui
zendjarig rijk".
Senator Edwin Johnson heeft een resolu
tie ingediend, waarin president Roosevelt
verzocht wordt, zich aan te sluiten bij an
dere neutralen om aan te dringen op een
onmiddellijken wapenstilstand in Europa.
TOT COÖRDINEERING DER HULPACTIES
In het Britsche Lagerhuis heeft minister
Eden verklaard, dat de regeeringen van
Canada, Australië, Nieuw-Zeeland en Zuid-
Af rika bezig zijn regelingen te treffen om
elk een lid van het kabinet naar Groot-
Brittannië te zenden, ten einde met de
Britsche regeering zoo spoedig als- uitvoer
baar is, overleg te plegen. Deze stap wordt
genomen tot aanvulling van de bestaande
regelingen voor samenwerking tusschen de
regeeringen van het Britsche Gemeene-
best en de regeering in het Vereenigd
Koninkrijk.
De ministers der Dominions zullen in
Londen confereeren met de ministers, met
het doel te komen tot een coördinatie,
welke het beste profijt zal opleveren van
de bijdragen, die elk leveren kan voor de
gemeenschappelijke zaak.
Eden voegde hieraan toe: „Wij vertrou
wen, dat wij hier ten zeerste zullen profi-
teeren van de gevarieerde kennis, die wij
op deze wijze zullen verkrijgen van de pro
blemen en plannen der Dominion-regee
ringen".
Een door het Japansche kabinet goedge
keurde plan tot instelling van een minis
terie voor den buitenlandschen handel,
dat op formeele gronden was afgewezen
door de handelsafdeeling van het ministe
rie van koloniën, heeft plotseling tot ern
stige moeilijkheden geleid De chef der
handelsafdeeling. Matsoesjima. en acht
ambtenaren van buitenlandsche zaken
hebben hun ontslag genomen. Later zijn
honderdvijftig ambtenaren van buiten
landsche zaken in vergadering bijeengeko
men. Zij konden ook door een uiteenzetting
van den minister van buitenlandsche zaken
niet overtuigd worden van de noodzakelijk
heid van het nieuwe ministerie. Volgens
het handelsorgaan „Tsjoegai" bestaat er
ook verzet in economische kringen, die
vreezen, dat een samenvoeging der han-
delsafdeelingen der verschillende minis-
terien belemmeringen van bureaucratischen
aard voor den buitenlandschen handel zou
veroorzaken, welke op het oogenblik bij
zonder ernstig zouden zijn.
In politieke kringen is men van meening
dat door deze aangelegenheid een ernstige
toestand voor het kabinet Abe zou kunnen
ontstaan. Ook op het gebied der buiten
landsche politiek, zou het kabinet voor
moeilijke beslissingen staan, daar de poii-
tr die een toenadering tot de Ver. Staten
bcocjt, weinig kans op succes zou bieden.
DE STRIJD IN CHINA.
De „Times" meldt uit Sjanhai:
De Japansche luchtmacht, in haar wiek
Aangezien voor toezending van cou
ranten aan gemobiliseerden naar
hun militair adres geen porto
verschuldigd is, kunnen wij van gemo
biliseerden postabonnementen aan
nemen, tegen den prijs van f. 0.18 per
week, f. 0.80 per maand of f. 2.35 per
kwartaal.
Dcsgewenscht wordt over het abonne
mentsgeld aan hun particulier adres
per week, per maand of kwartaal be
schikt.
Zij, die een dergelijk speciaal abon
nement wenschen, gelieven ons hun
volledig militair adres op te geven,
opdat ons Blad steeds zoo spoedig
mogelijk in him bezit komt.
DE DIRECTIE
geschoten door den Chineeschen aanval op
Hankou, heeft haar aanvallen op de Chi-
neesche luchtbases vermenigvuldigd. Ver
scheidene Chineesche bases in het binnen
land werden gisteren gebombardeerd en
Tsjoenking kreeg een bombardement bij
maanlicht te verduren.
De Chineezen maken er aanspraak op de
Japansche troepen met een krachtig tegen
offensief ten Noorden van Tsjangsja te
hebben teruggeslagen.
Van Japansche zijde wordt nu verklaard,
dat wellicht geen poging zal worden ge
daan deze stad te veroveren en dat het
doel van de operaties in Hoenan alleen is,
zware verliezen aan de vijanden toe te
brengen, zooals dat in de lente in de cam
pagne van de Hanrivier is gebeurd.
Van beide kanten wordt verklaard, dat
sedert het begin van den strijd in Hoenan
twintigduizend tegenstanders zijn geveld.
MUSSOLINI BEZICHTIGT DE
VIA IMPERIALE.
Gisterochtend heeft Mussolini in gezel
schap van den minister van openbare wer
ken, den minister voor volksopvoeding en
den minister van corporaties, zoomede
eenige andere autoriteiten, de Via Impe
riale bezichtigd. Hij heeft een steen gelegd
voor nieuwe bouwwerken.
VERKLARING VAN MEVROUW
PILSUDSKI.
Mevrouw Pilsudski heeft in een inter
view gezegd, dat zij tot 5 September te
Warschau gebleven is en daar getuige was
van de verschrikkingen der Duitsche bom-1
bardementen. Zij vertelde, dat de vrouwen
met heldenmoed hebben meegewerkt aan
de verdediging der hoofdstad. Zij verklaar
de te protesteeren tegen ontwijding van
i het graf van haar echtgenoot en zeide, dat
het kasteel Belvedere, waar de maarschalk
i gewoond heeft, en het nationale museum
stelselmatig en meedoogenloos verwoest
waren.
HET CONFLICT BIJ AMERIKA's
VAKVEREENIGINGEN.
Het Amerikaansche vakvereenigingscon-
gres, dat te Cincinnati vergadert, heeft een
boodschap van Roosevelt ontvangen, waar
in de president de beide rivaliseerende vak
organisaties, de C.I.O. en de American Fe
deration of Labor met het oog op de nood
zakelijkheid van nationale aaneensluiting
in dezen tijd van nood opnieuw uitnoodigt,
de tusschen haar bestaande tegenstellingen
te begraven.
Morgen zal men vernemen, wat Duitsch
land heeft aan te bieden. Tenminste zoo is
de verwachting. Doch het blijft mogelijk,
dat de Fuehrer, gelet op de uitspraak van
Chamberlain, die door lord Halifax in het
Britsche Hoogerhuis nog eens duidelijk is
onderstreept, en na de uiteenzetting van
den Franschen premier Daladier voor de
Kamercommissie voor buitenlandsche za
ken, die aan duidelijkheid ook al niets te
wenschen overliet, er voor zal terugschrik
ken, zijn kaarten te openlijk op tafel te
leggen, daar men daaruit misschien een
bewijs van zwakte zou kunnen distilleeren.
Na hetgeen gezegd is over de huidige
Duitsche regeering en haar „verzekerin
gen", is een optimisme oveT een spoedig
einde van den oorlog misplaatst te noemen.
Met het HdUer-bewind, zeggen Londen en
Parijs, is geen betrouwbare overeenkomst
mogelijk
Bepaald hoopvol gestemd is Berlijn reeds
niet, ai is er nog een minderheid, die toch
nog eenige verwachting blijft koesteren.
Gezegd wordt: In politieke kringen ziet
men in de uiteenzettingen van lord Halifax,
evenmin als in de laatste redevoering van
Chamberlain, nieuwe gedachten. Iedere
concrete en constructieve aanduiding be
treffende de toekomst en de gewenschte
vorming van de toekomst is ijverig verme
den. Des te meer trachtte de Engelsche
minister van buitenlandsche zaken in het
verleden rond te graven, zonder echter den
balk in eigen oog gewaar te worden.
Italië's houding wordt ietwat duidelijker
en zooals de situatie zich thans ontwikkelt,
neemt de waarschijnlijkheid toe, dat. Rome
neutraal wil blijven. Daarop wijst heden
ook onze Romeinsche correspondent.
Het Italiaansche bureau Stefani meldt
zelfs: Verscheidene Engelsche bladen heb
ben de mededeeling gepubliceerd, dat de
Duce bezig zou zijn, een ontwerp voor een
vredesconferentie te bestudeeren en geven
hierbij zelfs een lijst van de mogendheden,
welke hieraan zouden moeten deelnemen.
Dit bericht is van allen grond ontbloot.
In den huidigen stand van zaken zal Italië
een dergelijk initiatief niet nemen.
En de tegenspraak van zijn vroegere me
dedeeling ten spijt, deelt het Engelsche
Reuter-bureau mede:
De omroeper van den zender Rome heeft
gisteravond voor de microfoon verklaard
„De Italiaansche politiek beoogt te voor
komen. dat de tweede Europeesehe oorlog
zich uitbreidt en afmetingen aanneemt, die
voor de menschheid noodlottig zouden zijn.
De omroeper voegde hieraan toe: „Er is
geen reden om aan te nemen, dat Italië
zich in de krijgsverrichtingen zou mengen,
tenzij het dat zou doen tot zijn eigen ver
dediging of tot verdediging van zijn be
langen". Hij zeide verder, dat de Italiaan
sche regeering geen initiatief zou nemen
voor hst bijeenroepen van een vredescon
ferentie, ofschoon zij bereid is moreelen en
diplomatieken steun te verte-enen aan elke
poging, die een regeling van het conflict
zou kunnen brengen.
Het Reuter-bureau geeft daarop nog vol
genden commentaar:
Men brengt deze verklaring in verband
met het feit, dat na het bezoek van Ciano
aan Berlijn geen communiqué is uitgegeven
en men ziet erin, dat de Duce geweigerd
heeft de vredesplannen van Hitier te steu
nen. Dit is van te meer beteekenis, omdat
Chamberlain verklaard heeft, ieder voorstel
te zullen onderzoeken in het licht van de
voorwaarden, die hij tevoren had omschre
ven. Klaarblijkelijk voldeden de Duitsche
plannen aan deze voorwaarden niet en heeft
Mussolini besloten geen verantwoordelijk
heid voor het indienen der voorstellen te
aanvaarden. Ook de zinsnede „in den hui-
WIE ZAG DIE AANRIJDING?
Gistermiddag, omstreeks 5 uur is de 4-
jarlge W. S„ die zonder uit te kijken den
Lage Rijndijk overstak, aangereden door
oen motorrijwiel, bestuurd door A. v. d.
A. Het kind viel en brak het linkerbeen.
De Eerste Hulpdienst vervoerde den knaap
naar het Diaconessenhuis.
De onbekend gebleven dame en heer, die
van deze aanrijding getuigen waren, wor
den verzocht zich te willen melden aan
liet Politiebureau afdeellng recherche.
VEREENIGING „BELLAMY."
Rede van Mr. Dr. IJsscl de Schepper.
De afdeeling Leiden van de Internatio
nale Vereeniging „Bellamy" hiéld gister
avond in de kleine Stadsgehoorzaal, welke
bijna geheel gevuld was, een openbare
vergadering, waarin als spreker optrad
mr. dr. P. IJssel de Schepper uit Den
Haag, president der Int Ver. Bellamy, die
tot onderwerp had gekozen „De huidige
toestand en de Bellamy-gedachte."
Spr. werd Ingeleid door den voorzitter
der Leldsche afdeellng, den heer Arnold.
Wij leven, aldus begon spreker, In een
moeilijk tijdsgewricht, zooals de mensch
heid nog nimmer beleefd heeft. In een der-
gelijken tijd is bezinning broodnoodig,
maar ook alleen mogelijk wanneer de ge-
dachtensfeer, waarin de menschheid leeft,
veranderd wordt van een van moordende
concurrentie op elk gebied, van afbraak
o.a. door beperking en vernietiging der
productie en van strijd en oorlog op elk
gebied, in een van broederschap in de
practijk, zooals ons door Jezus Christus is
geleerd, d.w.z. van samenwerking, van op
bouw en van vrede.
Deze broederschap in de practijk brengt
ons de Bellamy-gedachte, zij geneest drie
wetten waarop hèt economische stelsel
waaronder wij nu leven, gebaseerd is, n.l.
die van vraag en aanbod, van productie,
distributie en consumptie en van waarde,
prijs en inkomen. Zij zijn ongeneeslijk ziek
omdat thans vraag (de koopkracht! in
plaats van groot, klein is en steeds kleiner
wordt en het aanbod (de productie) in
plaats van klein, groot is en steeds groo-
ter wordt als zij niet kunstmatig beperkt
wordt. In de Bellamy-economie is alles ge
baseerd op de behoefte en zijn deze drie
wetten dus weer gezond. Dan toch bestaat
het inkomen van den staat uit de pro
ductie naar de behoefte van alle men-
schen en daar de waarde dezer producten
over alle menschen gelijk verdeeld wordt,
is ook hun Inkomen op de behoefte ge
baseerd. Aangezien deze producten in de
magazijnen der gemeenschap te koop zijn,
tegen prijzen die even hoog zijn als de
waarde en ieder mensch zijn gelijk aandeel
in de gezamenlijke waarde op zijn giro
rekening krijgt, zijn waarde, prijs en in
komen met elkaar in evenwicht.
Doordat de gemeenschap, deze produc
ten laat maken door de leden van het ar
beidsleger, waarin alle inwoners worden
opgenomen, heeft zij het in haar macht
om te zorgen dat er steeds voldoende is
en dus noch zij noch eenig inwoner ooit
te kort aan inkomen hebben zal.
Eenige gevolgen zijn volgens spreker:
1. Dat het tegenwoordige geld verdwijnt,
wat noodig is omdat het a. onpersoonlijk
is en b. een langdurige waarde heeft, waar
door men er niet aan zien of ruiken kan
dat het eerlijk verkregen is of niet en men
niet meer overtreden kan het Chris
telijk gebod van het schatten vergaren en
dienen van den mammon;
2. Dat alle vermogensdelicten verdwij-
nén, want het op naam staande girale
geld kan niet worden afgenomen en ge
stolen voorwerpen kunnen niet meer wor
den verkocht;
3. Dat wij door de ijfhoorlijke, moreele
en technische opvoeding van alle kinderen
een maatschappij krijgen van behoorlijk
opgevoede menschen en goed werkende
beroepskeuze;
4. Dat oorlogen verdwenen zullen zijn,
want de oorlog met wapenen is een nood
zakelijk gevolg en het zichtbare symbool
van den economlschen oorlog, die sinds
lang tusschen de verschillende staten
woedt (de concurrentie op de wereldmarkt)
Spr. vergelek de menschheid met de
schoone slaapster in het bosch. De prins,
die haar eenmaal zal wekken, ls de Bella
my-gedachte.
De heer Arnold dankte den spreker voor
zijn bezielend betoog.
Na de pauze beantwoordde mr. J. de
Schepper de talrijke schriftelijke vragen,
waarbij hij de gelegenheid vond de prac-
tische verwezenlijking van de Bellamy-
gedachte nader toe te lichten.
HOOGHEEMRAADSCHAP RIJNLAND.
Vereenigde vergadering.
In de gisteren gehouden vereenigde ver
gadering van het Hoogheemraadschap van
Rijnland werd mededeeling gedaan van de
herbenoeming van den heer Ch. M. Rein-
ders Folmer en van de benoeming van den
heer P. J. Heemskerk als hoogheemraad
digen stand van zaken" wordt zeer belang
rijk geacht, daar deze bestaande omstandig
heden den staat van oorlog tusschen
Duitschland en Frankrijk en Engeland, als
mede de neutraliteit van Italië, insluiten.
Dat na Ciano's bezoek aan Berlijn geen com
muniqué is gepubliceerd, wordt waarschijn
lijk verklaard door de omstandigheid, dat de
beide regeeringen over de bewoordingen niet
tot overeenstemming konden komen en dat
een communiqué slechts gepubliceerd zou
worden, indien de Duce met de Duitsche
voorstellen instemde. Daar hij zijn goedkeu
ring niet heeft gegeven, zal het communiqué
nooit het licht zien. Het is, zoo besluit de
redacteur van Reuter, zeer ongewoon, dat
na een dergelijk belangrijk officieel bezoek,
geen mededeeling wordt gepubliceerd.
Wellicht ziet Londen het echter weer wat
te optimistisch van zijn zienswijze uit.
De Italiaansche staatscourant publiceert
een lange lijst van goederen, waarvan de
uitvoer vanaf heden verboden is. Daartoe
behooren ook wapenen, munitie, vliegtuigen,
watervliegtuigen en vele voedingsmiddelen.
Tenslotte trekt de aandacht, dat de sovjet-
regeering de Scandinavische koopvaardij
heeft gepolst om schepen naar de Witte Zee
te zenden voor houtvervoer naar Engeland,
daar die weg nog veilig ls. Denemarken zou
reeds gunstig geantwoord hebben.
en van hun beëediging, benevens van het
overlijden van 'den hoofdingeland-plaats
vervanger voor het 16e district, den heer
G. van Wijk te Zoetermeer.
Voorts werd mededeeling gedaan van de
goedkeuring van de suppletoire begrooting
voor den buitengewonen dienst 1938 en
van den staat van af- en overschrijving
op de begrooting voor 1938, benevens van
de genomen maatregelen voor luchtbe
scherming van Rijnlands gebouwen en
werken.
In 1938 onthielden Gedeputeerde Staten
van Zuid-Holland en Noord-Holland goed
keuring aan een keur tot wijziging van de
Algemeene Keur van Rijnland, strekkende
tot invoering van een verbod voor de pol
ders ten Noorden van den Rijn om uit te
malen op Rijnlands boezem, zoodra van
Rijnlandswege bij dringend of dreigend
gevaar het bevol zou zijn gegeven tot stil
zetten van de polderbemallngen. Wegens
de overwegingen, waarop deze afwijzing
rustte werd aan beide colleges de vraag
voorgelegd, welke bevoegdheden aan Rijn
lands bestuur zouden toekomen uit hoofde
van art. 1 der Bevoegdhedenwet bij drin
gend of dreigend gevaar ten Noorden van
den Rijn. Thans werd het antwoord van
deze colleges overgelegd, waaruit blijkt, dat
zij, zoolang zij niet bepaaldelijk worden ge
roepen tot het doen van een uitspraak over
dit wetsartikel, zich van het uitspreken
van een meening daarover willen onthou
den.
Ook werd medegedeeld, dat de Wierikker-
dijklanden, genaamd Celia's Hoeve, welke
onverdeeld eigendom waren van de hoog
heemraadschappen Rijnland, Delfland en
Schieland. krachtens het door Rijnland ge
vraagd rechterlijk bevel tot openbaren ver
koop op 12 September j.l. In het openbaar
te Bodegraven zijn verkocht, waarbij do
huidige pachter kooper werd.
Nadat beschikkingen waren genomen op
reclames tegen aanslagen ln Rijnlands bun-
dergeld 1939 werd besloten tot verleenen
van uitstel van aflossing over 1939 van het
renteloos voorschot aan den polder Broek-
velden en Vettenbroek, verstrekt wegens
kosten van dijkherstel en droogmaling; tot
het goedkeuren van het voorzien van een
deel van den Lekdijk Bovendams van een
betonmuur ter vervanging van een dijks-
ophooging; tot verhuring van een gedeelte
van het Spaarne aan de N.V. Spaarndam-
mer Scheepswerf Stapel N.V.; tot het ver
koopen van water der Kromme Aar aan de
provincie Zuid-Holland voor den bouw van
een brug; tot het verkoopen van een stukje
water van het Kanaal achter Alphen aan
de N.V. N. Samsom N.V. aldaar; tot het
wijzigen van het ambtenaren-reglement en
tot teruggaaf van een wegens tijdelijke
ontgronding gestort waarborgkapitaal.
Ten slotte werd besloten, tot het aan
gaan van een geldleenlng van f. 200.000
tegen een rente van ten hoogste 4% wegens
nog ter dekking overgebleven uitgaven, ge
daan voor de nieuwe dieselgemalen te
Gouda en Spaarndam, wijziging en inrich
ting van het gemeenlandshuls te Leiden
met naastgelegen pand en den bouw van
een archiefbewaarplaats.
„EX ANIMO" HERDENKT LEIDEN'S I
ONTZET.
Wijdingsuur in de Pieterskerk.
De Chr. Gemengde Zangvereeniging „Ex
Animo" heeft gisteravond in de Pieterskerk
een wijdingsure gehouden, welke geheel in
het teeken stond van het beleg en ontzet
van Leiden.
Het kerkkoor deed zich op dezen avond
in enkele Valerius-liederen hooren, terwijl
het kinderkoor enkele stukjes zong van
den directeur, den heer H. W. de Wolff.
Beide koren verhoogden door hun goeden
zang de wijding van deze bijeenkomst.
Dr. J. Rlemens, eere-voorzitter van „Ex
Animo" heeft in dezen dienst een korte
rede uitgesproken, waarbij hij allereerst
in de herinnering terugbracht, hoe de
Pieterskerk bij het ontzet van Leiden ln
1574 ln het middelpunt van de dankbare
burgers stond. Een zeer groote schare was
op dien Zondagochtend in de October-
maand onder gehoor van ds. P. Cornells.
Wij. die hier thans ln de Pieterskerk bij
een zijn. hooren alsof een stem ons zegt:
„Ik, Pieterskerk, heb beleg en ontzet mede
gemaakt, doodsangst en bevrijding, bitter
lot en openbaring van Gods Voorzienigheid
en tenslotte predik ik U: God is ons een
toevlucht en sterkte, Hij is ons krachtiglijk
bevonden een hulp in benauwdheden".
Spr. wees er vervolgens op dat het in
1574 een godsdienstoorlog gold en zeide,
dat er een overeenkomst tusschen den
strijd van 1574 en thans ls. Evenals ln
dien tijd komen ook thans ln den oorlog,
die reeds ontbrand is, duivelsche machten
op het Koninkrijk Gods aanstormen. Men
wil het Evangelie des Kruises wegtrappen
en komt met de meest cynische vergel-
dingsleer. Gelukkig kunnen wij, temidden
van den strijd, die reeds rondom ons woedt,
nog rustig bijeenkomen en zingen. Het
kanongebulder, dat in de zestiende eeuw
rond onze stad gehoord werd, overstemt
thans nog niet ons zingen En ook de mili
tairen, die momenteel in onze stad ver
blijven, zien wij in geheel ander licht dan
de Spaansche soldaten, die in 1574 rond
Leiden gelegerd waren. Waren zij onze vij
anden, ónze militairen zijn onze vrienden.
Temidden van veel verwarring en afval
van Gods Woord rijst ongetwijfeld de vraag
„Wat moet er van Gods kerk terecht
komen?" Maar dan is het spr. of hij de
stem der Pieterskerk andermaal hoort, die
zegt: „Ziet hoe Ik al jaren en eeuwen de
wacht houd. Ik, Pieterskerk, betuig U: God
is ons een toevlucht en sterkte, Hij is ons
krachtiglijk bevonden een hulp in be
nauwdheden". Dit woord, aldus spr., moet
waarheid voor eigen leven worden.
Dr. Riemens wees er tenslotte nog op,
dat Gods Woord eeuwig zal triomfeeren;
niet door kracht of geweld, maar door Zijn
Geest. Door dien Geest moeten wij ons
dan ook laten lelden. In de kracht des
Heiligen Geestes zullen wij de eenheid
onder elkander zoeken, breken met de
wreedheid, strijden tegen den leugen en
de goddeloosheid vervloeken.
Na deze rede lieten zoovel het kinder-
als gemengd koor zich nog in enkele wel
gekozen en schoonklinkende liederen hoo
ren. Vooral trof het „Dona nobis Pacem"
van H. W. de Wolff, dat met veel wijding
werd gezongen.