Engeland en Frankrijk eischen
terugtrekking der Duitsche
troepen uit Polen
Anders worden betrekkingen
verbroken
ZATERDAG 2 SEPTEMBER 1939
No. 24368
HET VOORNAAMSTE NIEUWS
VAN HEDEN
De Bilt
80ste Jaargang
DAGBLAD VOOR LEIDEN EN OMSTREKEN
Onze houding in
dezen tijd van dreiging
Dit nummer bestaat uit VIER bladen
EERSTE BLAD
Staat van oorlog
in Nederland
verwacht
De opperbevelhebber
benoemd tof generaal
LEI DSC H
DAGBLAD
PRIJS DER ADVERTENTIES:
30 ets. per regel voor advertenties uit Lelden en plaatsen waar
agentschappen van ons Blad gevestigd zijn. Voor alle andere
advertenties 35 ets. per regel. Voor zakenadvertenties belangrijk
lager tarief. Kleine advertenties uitsluitend bij vooruitbetaling
"Woensdags en Zaterdags 50 ets. bij maximum aantal woorden
van 30. - Incasso volgens postrecht. Voor opzending van brieven
10 ets. porto te betalen, - Verplicht bewijsnummer 5 ets.
Bureau NoordeincUpIein Telefoonnummers voor
Directie en Administratie 25041 (2 lijnen)
Redactie 21507
Postcheque- en Girodienst no. 57055 - Postbus no. 54
PRIJS DEZER COURANT:
Voor Lelden en gemeenten, vaar agentschappen gevestigd tljn:
per 3 maanden f. 3.3S
per week f.O.U
Franco per post t. 2 35 per 3 maanden portokosten.
(voor binnenland t. 0.80 per 3 mnd.1
Men beware een strikte
neutraliteit.
De tijd is ernstig en dreigend, vol van
oorlogsgerucht!
De zon moge schijnen daarbuiten, in
onze harten dragen wij een ernstige
beklemming mede.
Wij zien rond ons geweld tegen ge
weld. Van uur tot uur neemt de
spanning grooter afmtingen aan!
Op het oogenblik, dat wij dit schrijven,
ls in Europa de oorlog tusschen Dultsch-
land en Polen uitgebroken: met gerecht
vaardigde vrees vraagt men zich allerwe
gen af, of het hierbij wel blijven zal.
De mogelijkheid, dat ook Engeland en
Frankrijk zich in den strijd zullen werpen
is zéér groot. Misschien is zulks, wanneer
U deze regelen onder de oogen krijgt,
reeds een feit.
De berichten verdringen elkaar van mi
nuut tot minuut. Het zal velen moeite
kosten, het hoofd koel te houden, het even
wicht te bewaren en rustig zijn dagelijk-
sche plichten te blijven vervullen.
Toch ls dit vóór alles noodzakelijk; nie
mand mag of kan zich aan onnoodlge
zenuwopwinding overgeven.
Dat is niet noodig ook: reeds langen tijd
heeft onze Regeering zich op gebeurtenis
sen als de huidige voorbereid. Talrijke
organisaties treden thans in werking en
zij, die daarbij betrokken zijn, weten wat
hun te doen staat en zullen de opgedragen
orders met waardigheid, vastberadenheid
en beheersching ten uitvoer brengen.
Denken wij slechts aan ons leger!
Geïnspireerd als het is door de fiere
woorden van
H.M. de
Koningin,
zal
het weten
als het
móet
zijn
plicht te doen
aan alle
grenzen,
van
waar het gevaar ook moge komen.
Onze „jongens" gaven allen reeds een
schitterend voorbeeld.
Wij constateerden met vreugde de rust
en het plichtsbesef, waarmede zij aan het
mobilisatiebevel gehoor gaven, toen de re
geering hen riep, om daar te gaan staan,
waar het Vaderland hen noodig had.
Inderdaad: zij gaven den burgers een
voorbeeld, zooals het in tijden van nood
behoort.
In een land als het onze verdwijnt de
innerlijke partijstrijd onmiddellijk, wan
neer het Vaderland by oorlogsrumoer
roept.
Wy zagen dat in 1914: in 1939 is het en
zal het niet anders zyn!
Zulk een voorbeeld doet goed!
Want velen hebben het onwillekeurig
noodig.
Velen zyn te zeer geneigd, zélfs in oogen-
blikken als deze, het eigenbelang te stel
len boven dat van het algemeen.
zy mopperen, nu het gewone leventje
van allen dag geschokt dreigt te worden.
Nu zy by voortduring lezen van financi-
eele of economische maatregelen, die onze
regeering nemen móet. in het belang van
een sterke en hechte landsverdediging, in
het belang van een tot in onderdeelen
kloppende regeling.
Zy mopperen, wanneer hun auto, hun
Paard of wat dan ook gerequieerd wordt.
Zij mopperen. wy wezen daar gisteren
reeds op in de beschouwing „Niet klagen"
wanneer hun trein niet loopt en zy
Voor één keer merken, dat het leven niet
rolt, als zy gewoon zyn.
Zy hebben dan het diepste medeiyden
Wet zichzelf, niet denkend aan de groote
belangen, die op het spel staan.
Niet beseffend, dat ook zy met een klein
offer thans medehelpen het Vaderland in
dien staat van verdediging te brengen, die
thans met de grootste beslistheid nood-
takeiyk is.
Eigenbaat, eigen-gemak, zelfzucht: zy
Woeten thans wegvallen!
Gistermiddag is het Britsche Lagerhuis bijeengekomen. Het Huis
was stampvol, ook de tribunes waren meer dan bezet.
Chamberlain werd luide toegejuicht, toen hij de zittingzaal
betrad. Chamberlain sprak de eerste woorden van zijn rede op
bijna onhoorbaren toon uit.
De eerste woorden van Chamberlain waren: „Ik ben niet voor
nemens hedenavond veel woorden te zeggen. De tijd is geko
men voor daden meer dan voor woorden. Achttien maanden
geleden bad ik dat de verantwoordelijkheid niet op mij zou
mogen vallen om dit Huis te vragen de vreeselijke scheidsrech
terlijke uitspraak van een oorlog te aanvaarden. Ik vrees dat ik
niet in staat zal zijn die verantwoordelijkheid te vermijden. Ik
zou echter geen duidelijker omstandigheden wenschen, dan
zij vandaag zijn ten aanzien van de vraag waar mijn plicht is
gelegen (toejuichingen).
Wij hebben geen enkel middel verwaarloosd om het kristal
helder te maken voor de Duitsche regeering, dat, wanneer zij
er aan vasthield wederom geweld te gebruiken op de wijze,
waarop zij dit in het verleden heelt gebruikt, wij vastbesloten
waren ons met geweld tegen haar te verzetten.
Nu alle desbetreffende documenten gepubliceerd zijn, aldus
Chamberlain verder, zullen wij voor de rechtbank der historie
staan, wetende dat de verantwoordelijkheid voor deze ver
schrikkelijke rampspoed ligt op de schouders van één man
luide toejuichingen). De Duitsche rijkskanselier heeft niet ge
aarzeld om de wereld te dompelen in ellende om zijn eigen
zinnelooze eerzucht en ambities te dienen.
Ik heb thans alle met de Duitsche re
geering gevoerde correspondentie in den
vorm van een witboek doen publiceeren.
Ik denk niet dat het noodig is op dit
oogenblik in byzonderheden te refereeren
naar deze documenten, die reeds voorbye
historie zyn. Zy maken het volstrekt dui
delijk dat ons doe] is geweest er naar te
streven besprekingen tot stand te brengen
omtrent het Poolsch-Duitsche geschil tus
schen de twee regeeringen zelve op voor
waarden van gelykheid (toejuichingen).
De regeling zou er eene moeten zyn ge
weest welke de onafhankelykheid van
Polen waarborgde en haar behoorlijk in
acht nemen veilig stelde door een inter
nationalen waarborg.
„Wanneer het antwoord van de Duit
sche regeering op deze laatste waar
schuwing ongunstig is en ik veronder
stel niet. dat het waarschijnlijk anders
zal zyn, heeft de Britsche ambassadeur
instructies gekregen om zijn paspoort
aan te vragen. In dat geval zijn wy
gereed".
Gisteren hebben wy verdere stappen
genomen in de richting van een vervolle
diging der defensievoorbereidingen en he
denmorgen hebben wy bevel gegeven tot
algeheeie mobilisatie van de geheele vloot,
het geheele leger en de geheele lucht
macht. Wy hebben ook een aantal andere
maatregelen genomen, zoowel in het bin
nenland als in het buitenland, waarvan
het Huis niet zal verwachten, dat ik in
byzonderheden een uiteenzetting geef Ook
zyn stappen genomen om de positie te be
veiligen ten aanzien van de materiaal- en
levensmiddelen-voorraden van verschillen
den aard.
De Regeeringspersdienst meldt:
Ten einde de noodzakelijke mili
taire maatregelen, welke noodig
zijn in het belang van de ge
oefendheid en de paraatheid van
onze weermacht, te kunnen ne
men, heeft de regeering zich ge
noodzaakt gezien het grondge
bied des rijks in staat van oorlog
te verklaren.
De tengevolge van dezen rechts
toestand aan het militaire gezag
toevallende bevoegdheden zullen
zich voorshands beperken tot
vorderingen, welke verband hou
den met het oefenen van den
troep (het betreden van particu
liere terreinen) en den aanleg
van verdedigingswerken.
Het begrip „Staat van Oorlog"
is vastgesteld en uitgewerkt in
de wet van den 23sten Mei 1899,
houdende bepalingen ter uitvoe
ring van art. 187 het tegen
woordige art. 195 van de
grondwet.
Na den normalen vredestoestand
is de „Staat van Oorlog" verge
lijkenderwijs de eerste trap,
waardoor aan het militair gezag
een bijzondere bevoegdheid ten
opzichte van en in overleg met
de burgerlijke overheid wordt
verstrekt. (Later zou nog de
Staat van Beleg kunnen volgen).
Behalve in het geval van een
vijandelijken inval, waarvan op
het oogenblik natuurlijk in geen
enkel opzicht sprake is, wordt
onverwijld een voorstel aan de
Staten-Generaal gedaan om het
voortduren van den Staat van
Oorlog te bepalen. De indiening
daarvan kan dus elk oogenblik
worden tegemoet gezien.
BINNENLAND.
Engeland zal onze onzijdigheid eerbiedigen
(Binnenland, 3e Blad).
Maatregelen voor de voedering van vee
(Binnenland, 3e Blad).
Vragen van het publiek (3e Blad).
Moeilijkheden met de luchtpostverbinding
van Nederland naar Indië (Laatste Be
richten, le Blad).
AMSTERDAMSCHE BEURS.
Levendige handel Zeer willige aan-
deelenmarkt Aanzienlijke koersver-
betering Amerika belangrijk hooger
Beleggingen aangeboden.
BUITENLAND.
Engeland en Frankrijk eischen van Duitsch-
land het terugtrekken der troepen uit
Polen, anders zullen de betrekkingen
worden verbroken (le Blad).
Chamberlain in het Britsche Lagerhuis (le
Blad).
De Duitsche opmarsch in Polen. Vele lucht
bombardementen (le Blad).
Italië wil neutraal blijven (le Blad).
Engeland en Frankrijk betwisten de Duit
sche visie over den gang van zaken (4e
Blad).
ZIE VOORTS LAATSTE BERICHTEN
EERSTE BLAD.
MEN ZIE VOOR ONS KORT VERHAAL
PAG. 2 VAN HET DERDE BLAD.
Men zie voor Stadsnieuws pag. 2 van het
Tweede Blad.
De gedachten van velen onzer moeten
op dit oogenblik onvermijdelijk terugkee-
ren naar 1914 en naar een vergelijking
van onze positie van thans en die, welke
toen bestond.
„Hoe staan wij er ditmaal voor?" zoo
vroeg Chamberlain.
ENGELAND IS VOORBEREID.
In antwoord op deze door hem zelf ge
stelde vraag zeide Chamberlain:
„Het antwoord is, dat alle drie dien
sten gereed zijn en dat de toestand in
alle richtingen veel gunstiger en ge
ruststellender is dan in 1914. Achter
de strijdende diensten hebben wij een
uitgebreide organisatie voor civiele
Men denke aan het véél grootere offer,
dat onze soldaten thans brengen.
Weggerukt van gezin of bedrijf, geven
zij zich tóch niet over aan het zoo licht
vaardige „kankeren'.
Welnu: laat dan ook geen enkele burger
dat doen: laat een ieder met blijmoedig
heid, met vertrouwen en met een zuiver
gemeenschapsgevoel zijn offers, wat of
hoe zij ook mogen zijn, brengen.
Ieder op zijne wijze sta op de plaats, die
hem buiten het leger is of zal worden toe
gewezen. Met opgeheven hoofd en met
vertrouwen. Hij beklage zich niet, wan
neer het leven hem van nu af aan zekere
beperkingen zal opleggen, van welken
aard zij ook mogen zijn.
Het gaat thans om het welzijn van het
Vaderland!
Om het welzijn van het Vaderland
Daartoe mag tevens gerekend worden een
uiterst zware opgave voor iederen Neder
lander.
Welke?
Het antwoord is eenvoudiger, dan het ten
uitvoer brengen van het nu volgende aller
belangrijkste gebod:
Het bij voortduring en tot in detail
handhaven eener strikte neutraliteit.
In woord en in geschrift.
Ook dat ja dat vooral behoort tot de
zaken, die wij thans vóór alles dienen te
huldigen in het belang van Nederland.
Meer, véél meer, dan in 1914 nog, lijkt ons
dit thans noodzakelijk!
Het gaat niet meer om persoonlijke sym
pathieën, waarvan wij Nederlanders tot het
huidige moment dikwijls in gezelschap of
anderszins uiting gaven.
Het gaat om het belang van ons land, dat
ons lief is en eeuwig lief zal zijn, het gaat
er nu om, dat dit land niet in gevaar komt,
dat geen enkel ander land aanleiding zal
vinden, zich over onze houding te beklagen,
er aanstoot aan behoeft te nemen. Verhitte
gemoederen zijn nu uit den booze: men ver-
mij de dus den geringsten schijn van sym
pathie of antipathie.
Ook in dit opzicht spiegele men zich aan
het voorbeeld van onze Regeering, reeds ge-
gi-ven in de jaren 1914 1918 en ook thans
weer, zoo mogelijk met nóg meer nadruk
dan toen.
Wij van onzen kant geven hierbij
de verzekering, dat deze noodzakelijke
regel, in het bijzonder voor een Dag
blad, dat steeds in het openbaar voor
duizenden en duizenden te spreken
heeft, bij voortduring in practijk zal
Zwakke wind, meest uit Zuidelijke
richtingen. Helder tot licht of half-
bewolkt. Droog weer, behoudens
kans op onweer. Weinig verande
ring in temperatuur.
defensie opgebouwd en ten aanzien
van onze onmiddellijke hoeveelheid
manschappen zijn de behoeften van
vloot, leger en luchtmacht in een ge
lukkige positie aangezien zij bijna
evenveel mansehappen hebben als zij
op dit oogenblik passend kunnen ge
bruiken. Het voornaamste en meest
bevredigende om op te merken is, dat
het niet noodig is in algemeenen zin
een oproep uit te vaardigen voor re-
cruten gelijk door Kitchener 25 jaar
geleden gedaan werd.
worden gebracht.
Wij beseffen het terdege: op ons rust in
dit opzicht een zware, doch tevens een
buitengewoon belangrijke opgave: neu
traal te zijn over de gansche linie tot
heil van en tevens als een verplich
ting jegens „Ons Vaderland", dat alleen
op zulk een wijze gediend kan zijn op
een moment, waarop de spanningen
zich dreigen te ontladen tot een wereld
brand van ongekende afmetingen! Het
Bij Koninklijk besluit van 30
Augustus is benoemd en aange
steld bij den generalen staf, tot
generaal, den luitenant-generaal
I. H. Reijnders, van dien staf,
opperbevelhebber van land- en
zeemacht.
moge zóó zijn, dat allen trachten met
alle krachten dit voorbeeld na te volgen.
Wat de toekomst betreft Is net van es
sentieel belang, tegenover de geweldige
taak. die ons te wachten staat, meer in
het bijzonder met het oog op onze erva
ring van het verleden, ons manschappen-