Spoorwegramp in Amerika - Oudheidkundige vondst - Honkbal Hand in hand met Mariene 80ste iciürgftr.Q LEiDSCü DAGdLAD Tv.tcgü3 Blad FEUILLETON y. 1 MAX FIRE UIT LOS ANGELES heeft dit nieuwe hoofddeksel voor heeren bedacht. De parapluie rust op het hoofd, zoodat men beide handen vrij heeft. DEMONSTRATIE OP DE VEKABAAN nabij Duivendrecht, van de nieuwste sport n.l. rolschaatsenjöring, hetwelk is geïnspireerd op ski joring achter paarden. De rijders laten zich met een snelheid van plm. 65 k.m. voorttrekken. KUSTREDDINGSDEMONSTRATIE op het strand te Scheveningen, georganiseerd door den Ned. Bond tot het redden van drenkelingen. Een drenkeling wordt naar het strand gebracht. HONKBALWEDSTRIJD HOLLAND—BELGIË in het Ajaxstadion te Amsterdam. De Hollanders aan slag. NATIONALE ZEILWEDSTRIJDEN op het Alkmaarder meer, georganiseerd door de Zaanlandsche Zeilvereeniging. De regenboog 44 „Kikker", stuurman J. de Vries (Z.Z.V.) met bolle zeilen. OP HET LANUGO ED „DE VALK" TE LUNTEREN heeft de conservator van het Rijksmuseum van Oudheden alhier dr. F. C. Bursch, bij opgravingen eenige belangwekkende vondsten gedaan. Dr. Bursch wijst belangstellenden een door hem gevonden en uitgegraven waterput door HANS HIRTHAMMER. 46) ■Hopenlijk smaakt het u!" moedigde "agda haar gasten aan en dan werd het jjh poosje stil. Slechts het eentonige ge- Uikklak van lepels en vorken verbrak deze stilte. Toen de groente werd opgediend, kwant Magda Helling met haar nieuws voor den 4a* ..Ik heb vanochtend al mijn heelen ken nissenkring telefonisch gealarmeerd. Een aame, die eenige verplichting aan mij "teent te hebben, Is bevriend met een arts en had gehoord, dat die Iemand zoekt. Zij lilde vandaag nog naar hem toegaan en mij dan onmiddellijk meedeelen, of het werkelijk iets is. Een andere dokter, onder *'ens behandeling ik zelf eenigen tijd ben «awecst, ls helaas voorzien, maar hij heeft beloofd, dat hij eens bij zijn collega's zou Mormeeren. Mochten al deze pogingen desondanks zonder resultaat blijven, dan "•Hen we eens een advertentie in een of ander vaktijdschrift plaatsen. U zult eens zien. hoe gauw ons streven met succes be kroond wordt." „Dat zou werkelijk heerlijk zijn. Ik heb er intusschen al met uw moeder over gespro ken en die heeft zioh direct bereid ver klaard overdag op den jongen te letten." „Ja, daar heb ik geen oogenblik aan ge twijfeld! Alleen vrees ik, dat zij den knaap op een gruwelijke manier zal verwen nen." Mevrouw Helling schoof haar jeugdigen gast juist een bord met een omvangrijk stuk appeltaart toe, toen de telefoon ging. Zij haastte zioh naar het kleine schrijf bureau, dat Ln een hoek bij het raam stond en nam den hoorn van den haak. „Mevrouw Helling! Aoh, Lenie, ben jij het! Ben je er al op uit geweest? Ja, een oogenblik, dan zal ik het even op schrijven!" Ze bedekte den microfoon met haar hand en knipoogde naar Mariene. „We hebben al wat. mevrouw Burmester! Ja, hallo, daar ben ik weer. Linkstraat 16? Dokter.hoe heet die man? Spel het eens even! Aha, Welkenlaub, ja. ja, Welken-laub! Vanmiddag tusschen vier en vijf uur? Prachtig hoor, ik zal er met die dame heengaan en me op Jou be roepen. Dat kan ik toch gerust doen, niet? Prachtig! Nou, Lenie. dat heb je keurig voor elkaar gebracht, dank Je wel, hoor! Nee, dat kan lk nog niet met zekerheid zeggen, misschien de volgende week eens! Je weet, ik zit tot over mijn ooren in het werk. Ja tot ziens dan en nogmaals hartelijk dank, hoor Lenie!" Zij legde den hoorn weer op den haak en trad verheugd op Mariene toe. „Nou u hebt het zeker gehoord - vanmiddag moet u zich gaan voorstellen. Ik zal met u meegaan. En, bent u nu tevreden over me?" Mariene straalde over het heele gezicht. Zoo goed meende Fortuna het dus met haar als ze maar den moed had om zioh te handhaven! O, Lorenz zou opkijken! Hoe innig verlangde ze naar het oogenblik, dat ze het hem zou kunnen vertellen. Voor Hansje werd een slaapplaats op den divan gereed gemaakt, maar eerst na dat hem de noodige verrassingen in uitzicht waren gesteld, liet hij er zich toe bewegen zijn oogen te sluiten. „U kunt dfen jongen gerust hier laten, als wij naar de Linkstraat gaan. Mijn trauiwe gedienstige Thesa zal wel op hem passen. Zij heeft mijn zoontje vroeger on der haar hoede gehad en ze zal ook met Hansje wel spoedig dikke vrienden wor den." Drie uur later lieten de beide vrouwen zich bij dr. Welkenlaub aandienen. Een oude jongejuffrouw, die een antieke lorg net op haar omvangrijken neus balan ceerde. bracht de beide dames naar de wachtkamer, waar eenige patiënten om een ronde tafel zaten en lusteloos in be duimelde tijdschriften bladerden. „Wij zijn door dr. Welkenlaub hier ont boden", lichtte mevrouw Helling toe. „Deze dame zou zioh komen voorstellen als as sistente". De vrouw wierp een ietwat wantrouwigen blik op Mariene, bromde iets onverstaan baars en begaf zich daarna naar de spreek kamer. Eenige minuten later verscheen dr. Wel kenlaub in hoogst eigen persoon, een ware colussus met vierkante schouders, een vorm- loozen, griezelig behaarden schedel en een zwaar lichaam, dat nog grooter scheen door de achter hem aan fladderende, witte jas, welk van voren, waarschijnlijk tenge volge van een gebrek aan ruimte, geheel open stond. Zijn grijze oogen dwaalden vluchtig over de aanwezigen. „De dame, die door juffrouw Witte is gestuurd?" Magda stond op en wees op Mariene. „Ik ben met mevrouw Burmester mee geko men, omdat zij nog vreemd ts in Berlijn." „Wilt u mij even volgen?" Een der wachtende patiënten bromde iets van „nog niet aan de beurt zijn". Dr. Welkenlaub keerde dit abrupt om. „Als het u te lang duurt, kunt u gaan!" De aldus aangesnauwde patiënt trok een beteuterd gezcht, maar dacht er nochtans niet over aan de onvriendelijke uitnoodiging gevolg te feeven. Welkenlaub's stem klonk heesch en maakte een zelfden verwaarloosden indruk als zijn uiterlijk. Hij liet zich in den stoel achter zijn schrijftafel vallen, waarin hij met beide armen een zonderlinge, fladde rende beweging maakte. „U zult me dus hier het leven komen verlichten, zeer lofwaardig! Al eerder op dit gebied gewerkt? Getuigschriften?" „Getuigschriften bezit mevrouw Burmes ter niet. Het is haar eerste betrekking. Maar als vrouw van een medicus is haar deze werkkring volkomen toevertrouwd. Heeft juffrouw Witte u dat niet meege deeld?" ,,'t Is mogelijk! Ben ik vergeten! Vrouw van een collega dus? Waarom blijft u dan niet bij uw man? Ruzie gehad? Misschien wel gescheiden, wat? Nou dat gaat me ook niks an. Wanneer kunt u be ginnen?" „Direct!" antwoordde Mariene, wat kleintjes. De man maakte een verre van prettigen indruk. Hij had iets van een nij dig dier. ..Mooi, mooi, uitstekend! Begint u dan maar dadelijk! Hebt u geen jas bij u? Enfin, dat doet er ook niet toe. Er moet er nog ergens een hangen van uw voorgang ster. Otto!" „Maar dokter, neemt u me niet kwalijk! Is het dringend noodig, dat ik onmiddellijk begin ik ben absoluut niet voorbereid". Het angstzweet stond Mariene op het voorhoofd. „Onzin! Voorbereiding is niet noodig! Otto, breng eens even die witte jas van juffrouw Segers! Zij heeft dat ding toch hier gelaten, niet of heb ik het mis?" De beide dames constateerden tot haar verbazing dat „Otto" de oude jongejuffrouw met de lorgnet was. Dat scheen hier een zonderling huishouden te zijn. „Die jas is nog niet gewasschen. Ik dacht dat juffrouw Segers hem vandaag of mor gen wel zou komen halen. Zij is toen im mers „Vertelt u toch niet zulke ellenlange ver halen als er patiënten zitten te waohten! Kom op met die jas!" Otto verdween, kennelijk ln haar wiek geschoten. „Een buitengewoon charmante Jonge dame, vindt u niet, juffrouw Bergman?" ,3urmester!" verbeterde Mariene, terwijl zij een hulpeloozen blik op Magda wierp. „Doet er ook niet toe! Eeeeh uw sa- lariseischen?" „Dat dat moet ik wel aan u over laten „Accoord! Maaltijden vrij en nou. la ten we voorloopig zeggen giftig mark per maand. Goed?" (Nadruk verboden). (Wo^dt vervolgd). DAMES ATHLETIEK-WEDSTRIJ DEN - te Amsterdam. Fanny Koen's mislukte poging om het wereldre cord verspringen met aanloop te verbeteren. EEN SNELTREIN ONTSPOORDE IN VOLLE VAART bij Carlin in Nevada (V.S.), waarbij 6 wagens in de rivier Humbouldt werden geworpen. Er waren 20 doo- den en 92 gewonden (luchtfoto).

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1939 | | pagina 5