BINNENLAND J&e JtteivyeZeemeermin H.C. ANDERSEN Onze handelspolitieke verhouding met Duitschland IEIDJCH DAGBIAD - Derde Blad Zaterdag 10 Juni 1939 Bezwaren tegen ontwerp vluchtelingenkamp De erfpacht-kwestie te Amsterdam Mr. Goseling als getuige gedagvaard De aanvoer van steenkool In een efmaal naar Indië! De achterstand in de clearing Rede van dr. Hirschfeld. Transpiratie en stukloopen ran beschouwingen der eerste kamer. Verschenen is het Voorloopt Verslag aan Eerste Kanier over het ontwerp van wet tot wijziging en verhooging van het vijfde hoofdstuk (Binnenlandsche Zaken) der Sjjksbegrooting voor 1939 (vluchtelingen hulp). Wil lezen er o.a. in: Bij de overweging van dit wetsontwerp to de afdeelingen verklaarden verscheidene leden daartegen zeer groote bezwaren te Boesteren. Naar hun meening viel er In jen geheelen opzet van het vliuchtellngen- toamp een bureaucratische geest te bespeu- ien, welke het effect van ede onderneming ten'zeerste in gevaar moet brengen. Het kwam hun voor, dat de organen van Bet particulier Initiatief die de middelen tot dekking van de kosten van de vluchte lingenzorg tot nu toe hebben opgebracht en in de toekomst opnieuw zullen moeten opbrengen, reeds uit dien hoofde een na- itiarlljk reeht kunnen doen gelden op een Eter ruime mate van medezeggenschap ten lanzien van den aard en den omvang van de te nemen maatregelen. Het moest, naar het gevoelen dezer leden, worden betreurd, dat de motie-Joekes door de Tweede Kamer, zij het slechts met 43 tegen 38 stemmen, werd verworpen. Tegen een voorbereldingskamp voor toekomstige emigranten hadden zij in beginsel geen bezwaar. Z1.1 dachten hienbU aan den opzet na het Engelsche Kltchener-kamp. Kaar hun meening behoort het onderscheid tasschen zoogenaamde legalen en Illegalen ie verdwijnen, in elk geval voor wat be lieft de z.g. illegalen, die nu reeds ln ons land ziln toegelaten. Zij waren van oordeel, dat een opzet, be perkt tot de groep voor emigratie in aan merking komende vluchtelingen, dn het be lang zou zijn van een zoo goed mogelijke oplossing van het geheele vraagstuk, terwijl daardoor bovendien de weg open zou blijven toor financieel gunstige regelingen, o.a. door gebruik te maken van reeds nu ter beschikking staande verblijfplaatsen, zooals b.v. het Lloyd-hotel. Eenige andere leden waren eveneens van mrdeel. dat de met het wetsontwerp be oogde maatregelen weinig aanbeveling ver dienden. Zij meenden, dat hieruit voor de geïnterneerden een uiterst onbevredigende toestand zou ontstaan. Zij vroegen zich af, siarom niet door opneming in gezinnen, Heine gestichten en kampen van meer be perkten omvang, naar een minder harde TOizlening zou kunnen worden gestreefd. Ernstig bezwaar koesterden deze leden tegen de stelling, dat vluchtelingen in een lamp moeten worden ondergebracht, omdat sij op die voorwaarde zijn toegelaten. Onjuist achtten deze leden de opvatting un den minister, dat particuliere bijdragen toot de instandhouding van het vluchte lingenwerk zoo lang mogelijk behooren te lomen van ras- en geloofsgenooten, die het bijeenbrengen der benoodigde gelden als (en eerezaak zouden moeten beschouwen. Zij noemden dezen gedachtengang zelfs bietsend voor de Joden. Kwetsend ook voor ie Nederlandsche volksgemeenschap, alsof ie» het gebod der Christelijke naasten liefde niet ernstig zou willen nemen Vele andere leden achtten het verwijt, lat met het beginsel der humaniteit te teinig rekening zou zijn gehouden, ten (enenmale ongegrond. De regeering heeft ilt beginsel integendeel zijn volle plaats (steven. Het volgen van een andere ge- iragslljn ware, huns inziens, ook met het op de belangen van eigen land en volk, (olstrekt onverantwoord geweest. Eenige leden achtten het onderhavig Ktsvoorstel zwak. omdat het geen defini te oplossing brengt. Voor velen, die tos naar het kamp zullen worden ge- fseht. ontbreekt leder perspectief. De •ito. hier aan het woord, oordeelden het set verantwoord het ontwerp af te wijzen, mh drongen er op aan, dat de regeering •t zooveel mogelijk toe zal medewerken 'echtelingen onder te brengen bh parti- dUcren, die zich bereid verklaren hen te («zorgen. Verschillende leden spraken de hoop uit, ■ft ie gunstige finacieele verwachtingen, ie minister heeft, niet zouden worden «schaamd. Ook ander leden waren ten aanzien van ■en tlnancieelen opzet sceptisch gestemd. «1 meenden redenen te hebben om aan te •(men, dat de mededeeling, dat een bedrag JF1 J.5 a 6 millioen door het Joodsche «chtelingencomité zou zijn toegezegd, op misverstand berustte. Nadrukkelijk «luchten zli de vraag te stellen, of de «gering zekerheid heeft, dat zij op het "'i kan rekenen. Herinnerd werd aan 's ministers verkla pt in de Tweede Kamer, dat Protestant- we en Roomsch-Katholieke vluchtelingen ™t ln het centrale kamp behoeven te wor- ondergebracht, maar in e'gen kampen toen worden opgenomen. Tn verband ««mede drong men er op aan. dat uit den j™ waarop dit wetsvoorstel betrekking Si.200 noodlE' mede een bedrag be- I f/vlr 2a' worcJe" gesteld voor de in- litn n van een k'e'n afzonderlijk kamp I -/f, V °testantsche en een voor Roomsch- I to'ieke vluchtelingen. I («deel van de commissie van onderzoek. 'EtEID.SFOUTEN VAN ENKELE LEDEN VAN HET GEMEENTEBESTUUR. I ^et rapport van de 'erfpachts- I ichii 0 volgende week zal ver- I Jren: verneimen wij nog. dat daarin de 1 jttoi. e he conclusie komt, dat haar IJ onderzoek niet is geblekendat be- |L°e leden van het gemeente-bestuur Iïmii. beschuldigingen zijn geuit, per il*. I T00rheel hebben getrokken uit de li,' verrichte handelingen. Wel zou IijT^bitesie van oordeel zijn, dat enkele lij va« het gemeentebestuur, betrokken i f uitgifte van erfpachtsgronden. niet ijg» worden vrijgepleit van beleids Msb. DE ZAAK VON BÖNNINGHAUSEN. Aangezien de minister van Justitie, mr. C. M. J. F. Goseling, heeft geweigerd den naam en het adres op te geven van den rijksrechercheur, die de getuigen in de zaak tegen Ihr. E. L. M. T. J. von Bönning- hausen, den ontslagen burgemeester van Ootmarsum heeft gehoord en het onderzoek in dezen ln opdracht van den minister van Justitie is geschied, heeft de raadsman van jhr. von Bönninghausen minister Goseling zelf doen dagvaarden om als getuige in deze zaak voor het ambtenarengerecht te verschijnen op Vrijdag 16 Juni a.s. Boven dien zijn tien andere personen namens klager als getuige gedagvaard, terwijl de minister van Binnenlandsche Zaken, de heer H. van Boeyen, is opgeroepen om als party in deze zaak verklaringen af te leggen. Tel. GEEN VREES VOOR ACHTERSTAND. Op de vragen van den heer Wijnkoop in verband met een te verwachten achter stand in den aanvoer van huisbrandkolen heeft de minister van Economische Zaken als volgt geantwoord: Het ls den minister niet gebleiken, dat de handel voor het nieuwe kolenjaar 1 April 1939 tot 1 April 1940 bij de Limburg- sche steenkolenmijnen in het algemeen belangrijk kleinere hoeveelheden zou kun nen betrekken dan in het vorige kolenjaar. Wel bestaan er moeilijkheden ten aanzien van de levering van enkele soorten huis- brandkolen, omdat de vraag naar deze soorten ln den laatsten tijd sterk is toege nomen, doch de levering van huisbrand ais geheel genomen heeft, naar den minister is gebleken, tot nog toe een normaal verloop. Hierbij dient in aanmerking te worden ge nomen, dat de vraag naar deze brandstof bij het begin van het nieuwe kolenjaar steeds groot ls, in verband met de alsdan ingaande prijsreducties. Aangezien in het contingent voor Belgi sche huisbrandkolen geen wijziging ls ge komen, is het ook niet juist, dat aan de importeurs minder consenten worden ver strekt dan vorig jaar om dezen tijd. Zulks blijkt overigens ook uit den Invoer, die blijkens de handelsstatistiek ln de eerste 4 maanden van dit jaar circa 20 pCt. hoo- ger was dan in het overeenkomstige tijd vak van 1938. Zooals de situatie zich thans laat aanzien, bestaat er voor den minister geen aanleiding om te vreezen, dat een cventueele achterstand in den aanvoer van huisbrandkolen in het najaar van zoodanigen omvang zal worden, dat een schaarschte in den winter daarvan het gevolg zou zijn. Gezien het bovenstaande acht de mi- nister geen dringende noodzaak voor ver- j ruiming van de invoermogelijkheid van huisbrand uit België aanwezig. De vraag stukken, verbonden aan de kolenvoorzie- ning van Nederland, hebben sinds gerui- men tijd zijn bijzondere aandacht. In het oog dient te worden gehouden, dat versohilende factoren van handels- politieken aard invloed kunnen uitoefenen op de vraag, hoe groot de invoermogellfk- heid van steenkolen uit een bepaald land dient te zijn. wet, speciaal met létter en geest van art, 34 dier wet? Is de minister niet van meening, dat het opdragen van de verdediging der grenzen ln de eerste plaats aan werkloozen in zoo verre een discriminatie van deze taak be- teekent als daardoor wordt te kennen ge geven, dat elke andere arbeid boven deze militaire taak voorrang heeft? Is de minister voorts niet van meening, dat de hierboven bedoelde regeling, waar door de verdediging der landsgrenzen in de eerste plaats wordt opgedragen aan de minder bedeelden, geen juiste verdeeling der tn het algemeen belang be dragen lasten beteekent, en gelijkenis vertoont met het vroegere remplacantenstelsel? Ls de minister bereid een regeling te ont werpen, die, zonder de boven aangeduide bezwaren mede te brengen, aan de ern stige moeilijkheden voor de werkende dienstplichtigen tegemoet komt, welke re geling zou moeten omvatten o.a. wettelijke waarborgen voor het behouden hunner be trekking en maatregelen tot Instandhou ding van hun bedrijf? CAUSERIE VAN DEN HEER PLESMAN. In een gisteren te Den Haag gehouden bijeenkomst van den Alg. Ned Verkeers- federatie heeft de heer Plasman, directeur der K.L.M. gesproken over het luchtver keer. Hij vestigde de aandacht op de re gelmatigheid van dat verkeer, welke voor de K.L.M,-diensten nagenoeg 100 "A. be draagt. Wil Nederland in de luchtvaart van groo te beteelkenis zijn. dan zullen we ons ab soluut moeten instellen op internationale diensten aam derden. Door de gescheiden ligging van Nederland en Nederlandsch- tndië met een afstand van 14.200 K.M. hebben we sedert vele jaren diensten op den langen afstand kunnen verrichten. In 1919 opgericht begon de K.L.M. ln 1920 met haar exploitatie hier te lande en vier Jaren later met den regelmatigen dienst op Ned.-Indië. Over enkele jaren zal de K.L.M. een dergelijfcen dienst over Porto- oraja naar Paramaribo exploiteeren. De cmzet van de K.L.M. bedraagt f. 14 millioen per jaar en hij zal, naar een schatting van spreker, over een tiental ja ren veertig millioen per jaar beloopen. In de bijna 20 jaren van haar exploitatie heeft de K.L.M. f. 68.5 milloen uitgegeven en f. 59.2 millioen aam Inkomsten genoten. Er ts diertiaive f 9 millioen suhsidie ver bruikt, hetgeen teteekent, dat de K.L.M. voor 36Vs "/o haar uilgaven heeft gedekt. Op de gisteren gehouden Jaarvergadering van het Centraal Instituut ter Bevorde ring van het normale Handelsverkeer tus- schen Nederland en andere landen, heeft dr. H. M. Hirschfeld, directeur-generaal van handel en nijverheid over onze han delspolitieke verhouding met het Duitsche Rijk gesproken. In het centrum van de belangstelling staat thans wederom, aldus spreker, de achterstand ln de Nederlandsoh-Dultsche clearing. Ai is de wachttermijn thans nog steeds aanzienlijk korter dan deze ln 1936 Dank zij de „automaat" m het moge lijk 24 uren aehtereen te vliegen. In dien de actie-radius grooter kan wor den gemaakt, dan kunnen benzinesta tions worden overgeslagen en dan kan de afstand naar Indië, die hemelsbreed 11.000 KM. bedraagt, in korteren tijd worden afgelegd, voornamelijk omda^ op den vliegafstand van 14.200 K.M. dan aanmerkelijk kan worden inge wonnen. In een afzienbare toekomst rekent spreker op het afleggen van den afstand Amsterdam-Batavia in ruim een etmaal. Het luchtverkeer biedt aan ieder land de mogelijkheid tot vergrooting van zijn rijk. Hiervoor is nog ruimte in overvloed, want slechts 15 pCt. van het aardoppervlak is bekend gebied. Langs luchtfoto® raf lachen weg kunnen nieuwe gebieden, grondsoorten en zelfs schatten onder den pond worden onderkend, zooals bijv. olierijkdommen. Heeft men iets gevonden dat voor de ex ploitatie van belang Ls. dan behoeft men slechts een vliegveld te bouwen en men springt over 1000 kilometer moerassen heen. huid en voeten. Purolpoeder houdt huid en voeten koel en droog, gezond en 1432 gaaï. Strooïbus 60 ct, (Ingez. Med.) was, zoo is er een begrijpelijke teleurstel ling, dat de gunstige conjunctuur van het jaar 1937 in den loop van het jaar 1933 wederom is omgeslagen. Spreker legde er in het bijzonder den nadruk op, dat de toegenomen achter stand in de voornaamste plaats zoo betreurenswaardig is van wege de daar door noodzakelijk geworden beperking van den export. De ongerustheid ten aanzien van het risico hetwelk in een achterstand schuilt achtte spreker zeer overdreven. Spreker waarschuwde der halve nadrukkelijk tegen misbruiken bij het discouteeren van clearing-vor- deringen. Sommige praktijken op dit gebied achte hij afkeurenswaardig. Art. 18 van het Nederlandsch-Duitsch clearingverdrag voorziet er in, dat verplich tingen ontstaan vóór de opzegging erf den afloop van het verdrag ook nadat het ver drag buiten werking is gesteld, zullen worden afgewikkeld door de stortingen, welke nog plaats vinden krachtens de be palingen van het verdrag. Spreker wees er op, dat de uitstaande verplichtingen van Nederlandsche importeurs voor uit Duitsch land betrokken goederen voorzichtig be rekend een bedrag van f. 45.000.000 ruim schoots overtreffen. Hieruit blijkt reeds, dat er voor den bestaanden achterstand nog steeds een marge aanwezig is. Doch zelfs indien de achtergrond het bedrag der nog te verrichten stortingen op een gegeven moment mocht overtreffen, voorziet het verdrag ook in een zoodanige situatie door te bepalen dat stortingen nog zoo lang met uitstaande vorderingen op het andere land zullen moeten worden verrekend, tot dat het saldo geheel is afgewikkeld. De heer Hirschfeld waarschuwde dan ook hier te veel waarde te hechten aan een absoluut getal. De aanwezigheid van het bestaande clearingapparaat ls juist een waarborg, dat men het geheel overaiet. Het doel van de autoriteiten, die zioh met de regeling van het clearingverkeer bezig houden, is, dat steeds zooveel moge lijk naar evenwicht wordt gestreefd. In een tijd van terug loopende conjunctuur in het internationale handelsverkeer is het echter moeilijk onwrikbaar aan een be paald evenwicht vast te houden. Men heeft steeds tegen elkaar af te wegen de nadee- len, verbonden aa neen bepaalden wacht termijn, en het niveau van den uitvoer hetwelk men liefst zoo hoog mogelijk houdt Blijft de toeneming van den achterstand langer aanhouden, dan verwacht werd of gewenscht is, dan moeten noodzakelijker wijs de maatregelen om het evenwicht te handhaven drastischer worden. SCHOOLTANDVERZORGING. Centrale Raad voor sociale tandheelkunde opgericht. Door drie organisaties, die zich op het gebied der sociale tandheelkunde bewegen, te weten: de Nederlandsche Maatschappij tot be vordering der Tandheelkunde; de Nederlandsche Vereenlglng voor So ciale Tandheelkunde: „Het Ivoren Kruis", Nederlandsche Ver- eeniging voor Mond- en Tandhygiëne; ls ingestel d een „Centrale Raad voor Sociale tandheelkunde". Deze raad heeft tot taak. vraagstukken betreffende de sociale tandheelkunde te behandelen, dienaangaande inlichtingen te verstrekken en leiding te geven aan hen, die zich met sociale tandheelkunde bezig houden. Aanvankelijk zal het werk van den raad zich beperken tot de schooltandverzorglng. De raad bestaat uit 6 leden en 6 plaats vervangende, leden, waarvan iedere organi satie er 4 aanwijst, benevens een voorzitter In den raad hebben zitting genomen de heeren B. J. Brugman te Voorburg, Ad. ter Cock te Amersfoort, G. A. H. Eibrink Jan sen te 's-Gravenhage, prof. dr. G. C. He ringa te Amsterdam. W. Hoekstra te 's-Gra venhage en H. C. Kranenburg te Rotter dam, leden en J. J. Backer Dirks. Rotter dam, J. J. Feringa te Alkmaar, Cl. Mahler te Rotterdam F. J. Scherphuis te Zaandam, dr. D. de Vries te Wierlngerwaard en mr. dr. J ,H. van Zanten te Amsterdam, plaats vervangende leden. In de dezer diagen gehouden eerste bij eenkomst. werd tot. voorzitter gekozen d" heer R. N. M. Eijkel. arts., oud-hoo'fdin- soecteur van de volksgezondheid. De heer B. J. Brugman heeft de functie van secre taris-penningmeester aanvaard. Het secretariaat is voorloopig gevestigd: Mauritskade 55. Den Haag. „Hier is de drank", zei de zeeheks en meteen sneed zfj de kleine zeemeermin den tong af, zoodat deze niet meer zingen of spreken kon, „Mochten de dieren, die mij beschermen, je willen grijpen, dan zijn een paar druppels van de drank voldoende om ze af te schrik ken", riep de heks 't prinsesje na, toen deze wegzwom. Maar de Copyright p. i. B. Bor 6 Copenhoger» dieren deden haar niets en ongedeerd bereikte »j 't paleis weer. Daar was alles al donker. Iedereen sliep en 't prinsesje durfde niemand wakker te maken, omdat zij niet kon spreken. Diep be droefd ging zij den tuin in, plukte daar een bloem uit elk tuintje van haar zusjes, wierp duizenden kushandjes naar 't paleis en steeg in de donkerblauwe zee op DE VERVANGING VAN DIENSTPLICHTIGEN. De heer Van Vessem stelt vragen. De heer Van Vessem heeft aan den mi nister van Defensie de volgende vragen ge steld Is de minister bereid uiteen te zetten in hoeverre de vervanging van werkende dienstplichtigen door tot deze vervanging gedwongen werkloozen in overeenstemming is met letter en geest van de dienstplicht De maan scheen nog toen zij de marmeren trap besteeg, welke naar 't slot van den prins leidde. Daar dronk zij den brandend- scherpen drank: 't was of ztf door een scherp zwaard getroffen werdZij viel in onmacht om pas te ontwaken toen de zon op kwam. De vjschstaart was verdwenen en voor haar stond de jonge prins, die nieuwsgieng vroeg hoe zij daar gekomen was. Antwoorden kon zij niet, maar hij nam haar vriendelijk bij de hand en bracht haar naar 't slot. Bij iedere schrede, die zij deed, was het alsof haar voeten op scherpe messen trapten, maar dat verdroeg zjj, om dat de prins haar leidde. Haar gang was zelfs zóó zwevend, dat iedereen, ook de prins, vol bewondering naar haar keek. 3—3

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1939 | | pagina 11