Chamberlain's verklaring in het
Britsche Lagerhuis
Frankrijk geeft eveneens
verzekeringen aan
Griekenland en Roemenië
LEIDSCH DAGBLAD, Vrijdag 14 April 1939
Derde Blad No. 24248
Garanties
en
voor Griekenland
Roemenië
80ste Jaargang
De achtergrond der
gebeurtenissen
Garanties voor Griekenland
en Roemenië
De status quo in de Middellandsche Zee en
op den Balkan dient gehandhaafd
Was bang de straat over te
steken.
Het Brilsch-ltaliaansch actoord
dient gehandhaafd
De Italiaansche vrijwilligers
in Spanje
Geloof in de mogelijkheid
van den vrede
Konden wij gisteren in een deel onzer
oplaag nog een kort resumé opnemen van
Chamberlain's rede. thans geven wij die
rede uitvoerig weer.
Het Lagerhuis was tot de laatste plaats
bezet en de tribunes waren overvol, toen de
Speaker te 15.05 uur zijn plaats innam.
Onderweg naar het Lagerhuis werd
Chamberlain, die vergezeld was van zijn
ethtgenoote, luide toegejuicht.
Ook in het Lagerhuis werd de premier
met langdurig applaus begroet, toen hij
opstond om zijn rede uit te spreken.
Chamberlain verklaarde, dat de Speaker
na overleg met de regeering tot de overtui
ging was gekomen, dat het in het openbaar
belang was het huis bijeen te roepen voor
de bespreking van zekere gebeurtenissen,
die het Paaschfeest hadden verstoord en
een wijd verspreide ongerustheid en onbe
haaglijkheid hadden teweeggebracht in
Europa en in het bijzonder in het Oosten
van de Middeellandsche Zee.
De minister verklaarde te zullen begin
nen met een kort relaas van de gebeurte
nissen.
Hij sprak vervolgens over de verklaring,
die hij een week geleden in het Huis over
Albanië heelt afgelegd en voegde hieraan
toe. dat Italiaansche oorlogsschepen voor
de kust van Albanië verschenen op 6 April,
dat Italiaansche inwoners aan boord ge
nomen werden en dat des avonds Italiaan
sche troepen uit Bari en Brindisi vertrok
ken naar Albanië.
De verbinding met Albanië was
moeilijk en de Britsche regeering wacht
nog steeds op een medcdeeling omtrent
de recente gebeurtenissen van den
Britsohen gezant te Durazzo.
Intusschen zijn echter uit Italiaansche
en Albaneesche bron inlichtingen over de
gebeurtenissen ontvangen. De bezetting
van Albanië begon in den vroegen ochtend
van 7 April en in den middag van Goeden
Vrijdag scheen het, dat de vier kuststeden
door de Italiaansche troepen bezet waren.
Koning Zogoe en de Albaneesche regeering
schijnen in den nacht van 6 op 7 April
Tirana verlaten te hebben en volgens be
richten uit Italiaansche bron was hun ver
trek het sein voor het uitbreken van on
lusten in de hoofdstad.
De Italiaansche troepen moeten op 8
April te Tirana zijn binnengerukt en op
denzelfden dag kwamen de koning, de ko
ningin en hun kind op Grieksch gebied
aan, waar zij gastvrij door de Grieksche
regeering werden ontvangen (toejuichin
gen).
Dat zijn, aldus de premier, alle feiten, die
mij omtrent de Italiaansche bezetting van
Albanië bekend zijn.
Wanneer wij den achtergrond bezien,
staan wij al weer tegenover een dergelijk
verschil van getuigen.
Lord Perth, aldus voegde Chamberlain
hieraan toe, werd er op 4 April van In ken
nis gesteld, dat koning Zogoe voorstellen
had gedaan betreffende een versterking van
het Italiaansch-Albaneesche bondgenoot
schap. Op 20 Maart had koning Zogoe om
troepen gevraagd, welke, naar beweerd
werd, bestemd zouden zijn voor een gebruik
tegen Zuld-Slavië. De Italianen waren ech
ter niet op zijn voorstel ingegaan en legden
kort daarna een plan voor versterking van
het bondgenootschap voor in overeenstem
ming met de vroegere voorstellen van
Zogoe. Het voorgelegde plan bracht geen
wijziging in den juridischen toestand in
Albanië en ging niet vergezeld van eenig
ultimatum.
Na gezinspeeld te hebben op de verdere
Italiaansche beweringen, n.l. die omtrent
anti-Italiaansche betoogingen in Albanië,
laf de premier de Albaneesche lezing van
de gebeurtenissen.
„In een schriftelijke mededeelingen van 8
April aan het Foreign Office betoogde de
Albaneesche gezant, dat de Italiaansche
regeering, na vergeefs getracht te hebben
de Albaneesche regeering te dwingen een
voorstel te aanvaarden, dat deze onver-
eenigbaar achtte met de onafhankelijkheid,
de souvereiniteit en de integriteit van het
tand, haar wil trachtte op te leggen door
middel van een ultimatum".
Dit ultimatum werd eenstemmig door de
Albaneesche Kamer van Afgevaardigden
verworpen, waarop de Italiaansche troepen
landden onder dekking van een zwaar bom
bardement door hun vloot- en luchtstrijd
krachten op de vier havens in den vroegen
ochtend van 7 April.
De Albaneesche gezant verklaarde, dat
hij nog geen bijzonderheden kende omtrent
de. Italiaansche voorstellen. Desniettemin
luidden de berichten, dat deze voorstellen
onder meer bestuurscontróle op uitgebreide
schaal door Italië en bezetting van zekere
uitgezochte punten van strategisch belang
door Italiaansche troepen inhielden. Het
leek waarschijnlijk, dat dit mettertijd zou
kunnen leiden tot een uitgebreide Itali
aansche immigratie.
Koning Zogoe had een commissie be
noemd ter bestudeering van de voorstellen
en deze commissie rapporteerde, dat de
uanuansche plannen de instelling van een
Protectoraat ten nadeele van de
°n®'hankeHjkheid, souvereiniteit en on-
hacfden Van A^'3an'® tot strekking
?on'n8 Zogoe heeft toen den Italiaan-
w~ifn Bezant gevraagd, wat gebeuren zou,
Z~;!leer mj weigerde de voorstellen in over-
f'nB te nemen. Daarop was hem mede-
vaat- deze koers een werkelijk ge-
Niott.V0?r Albanië met zich zou brengen.
vnnSüJi verw'erp de Albaansche vorst de
tëllen en verklaarde hij, dat zoo noo-
dig het land met geweld tegenstand zou
bieden.
Op 8 April deed de Albaneesche gezant,
na de bovenstaande redenen opgegeven te
hebben voor de verwerping der Italiaansche
voorstellen een beroep op de Britsche re
geering om alles te doen wat in haar ver
mogen lag, teneinde een klein land, dat
wanhopig trachtte zijn eigen gebied te ver
dedigen, te helpen.
De beide lezingen, zoo vervolgde Cham
berlain, verschillen naar den inhoud zeer
van elkander en voor het oogenbhk zal het
verstandig zijn, een oordeel over de ge
beurtenissen, die voorafgingen aan de be
zetting op te schorten.
Volgens de officieel-gelnspireerde verkla
ringen der Italianen en van den Italiaan-
schen minister van buitenlandsche zaken,
werd de bezetting den Italianen opgedron
gen door het wanbestuur en de weerbar
stigheid van koning Zogoe, door het feit,
dat de Italiaansche uitgaven voor scholen,
wegen enz. slecht beheerd werden door de
Albaneesche regeering, dat koning Zogoe
zijn volk verried, terwijl voorts de Italianen
staande hielden, dat de hulp van hun re
geering ingeroepen was door vele elemen
ten, die er naar verlangden bevrijd te wor
den van konings Zogoe's wanbestuur.
„Er kan geen twijfel over bestaan, dat
deze zaken later duidelijker zullen worden
dan zij thans zijn. Intusschen kan geen
twijfel gekoesterd worden, ten aanzien van
de algemeene gevolgen, die de Italiaan
sche bezetting te voorschijn roepen. (Toe
juichingen.)
De openbare meening in de geheelc
wereld is eens te meer diep geschokt
(toejuichingen) door dit nieuwe ver
toon van het gebruiken van geweld.
Terecht of ten onrechte worden de ver
halen omtrent onderdrukking en slechte
behandeling door de vroegere Albaneesche
regeering, omtrent gevaar voor de Itali
aansche belangen en omtrent Albaneesche
geestdrift voor de Italiaansche troepen,
met twijfel en argwaan beschouwd. Voor
een ieder, wat ook zijn geloof moge zijn,
Christelijk of Mohammedaansch, moet het
duidelijk zijn, dat een machtige natie haar
eigen wil heeft opgelegd aan een klein en
betrekkelijk weerloos land, door een in
drukwekkend vertoon van gewapende
macht
Wij in dit land, zoo vervolgde Chamber
lain, hebben ons één ding af te vragen: In
hoeverre zijn de gebeurtenissen in Albanië
in overeenstemming met het BritschIta
liaansche verdrag van 16 April 1938?
Chamberlain bracht de voorgeschiedenis
van deze overeenkomst in herinnering en
zelde:
„Ik ben er van overtuigd, dat in dit
land en in de wereld het gevoel zal
lieerschen, dat het optreden der Ita
lianen in Albanië, dat zoo ver verwij
derd is van een „bijdrage tot de alge
meene zaak van vrede en veiligheid",
onvermijdelijk de oorzaak van verdere
onbehaaglijkheid en van toeneming
der internationale spanning moet zijn.
Ten aanzien van den status quo in de
Middellandsche Zee, zooals die in de over
eenkomst is omschreven, zeide Chamber
lain, dat Lord Perth te Rome en Halifax te
Londen met deze overwegingen in hun ge
dachten hebben duidelijk gemaakt, dat de
situatie het geheele vraagstuk van hand
having van den status-quo, welke een zoo
belangrijk element van de overeenkomst
is, in acuten vorm zou kunnen naar voren
brengen.
„De Adriatischc Zee is zeker een
deel van de Middellandsche Zee, en de
Italiaansche regeering kan niet bewe
ren, dat wij daarbij niet betrokken
zijn"
Chamberlain herinnerde er aan, dat op
7 April Ciano verklaard heeft, dat de Ita
liaansche regeering voornemens was de on
afhankelijkheid en de integriteit van Al
banië en den status quo in de Middelland
sche Zee volledig te eerbiedigen. Op 9 April
zijn de Italianen ervan in kennis geste)''
dat wij, ofschoon wij van deze verzekering
kennis hadden genomen, ernstig bezorgd
waren over de berichten van een plotse-
lingen inval in Albanië en moeilijk konden
gelooven, dat de geschillen, indien de toe
stand tusschen Italië en Albanië was, zoo
als Ciano hem had Geschreven, niet langs
den weg van onderhandeling konden wor
den opgelost. Wij konden moeilijk begrij-
hoe de Italiaansche landing op de Alba
neesche kust In overeensteming kon wor
den gebracht met de handhaving der on
afhankelijkheid van dat land.
Lord Perth heeft Ciano medegedeeld, dat
de Britsche regeering het recht meende te
hebben op een zoo duidelijk mogelijke uit
legging over den toestand der Italiaansch-
Albaneesche betrekkingen en de verdere
voornemens van Italië.
Lord Perth had hieraan toegevoegd, dat
de uitlegging de sterke afkeuring van de
Britsche regeering had en de openbare
meening in Engeland niet zal bevredigen.
Toen Perth had gevraagd naar de verdere
plannen van Italië, had Ciano geantwoord,
dat die zouden afhangen van de wenschen
van het Albaneesche volk.
Chamberlain voegde hieraan toe. dat het
thans uit de laatste berichten duidelijk
was, dat het Albaneesche bewind de kroon
aan den koning van Italië heeft aangebo
den.
Wij moeten de toestemming der Italiaan
sche regeering afwachten.
Wat ook het resultaat mag zijn, de Brit
sche regeering acht dat. wat in Albanië
gebeurd is, uiterst moeilijk te vereenigen
met datgene, waarop de Britsch-Italiaan-
sche overeenkomst het oog heeft. Het is
niet alleen de toekomst van Albanië, die
op het spel staat. (Toejuichingen.) Een
gevoel van onbehaaglijkheid en ongerust
heid heerscht niet alleen in het aangren
zende gebied, maar ook in andere landen,
die door de Middellartdlsche Zee bespoeld
worden of in het Balkanschiereiland liggen.
Ik wil het Huis niet lastig vallen met uit
voerige bijzonderheden, maar één bewijs van
dit feit geven. Toen Crolla. de Italiaansche
zaakgelastigde, op 11 April een bezoek
bracht aan Halifax, deelde hij den minis
ter mede, dat de aangrenzende landen.
Griekenland en Zuid-SIavië, volkomen
rustig waren.
Later tijdens dit onderhoud deelde Hali
fax hem mede. dat de Britsche regeering
niet voornemens was Korfoe te bezetten,
doch het een zeer ernstige zaak zou achten,
wanneer een andere mogenheid dit zou
doen. (Toejuichingen.)
In den ochtend van den Paaschzondag
vernamen wij van onzen gezant te Athene,
dat de Grieksche regeering een inlichting
had gekregen, volgens welke Italië van
plan was Korfoe spoedig te bezetten. Dit
bericht werd bevestigd door den Griekschen
gezant te Londen. De minister van Buiten
landsche Zaken heeft denzelfden dag den
Italiaanschen zaakgelastigde van dit be
richt mededeeling gedaan, waarop de zaak
gelastigde zeide zonder aarzelen te kun
nen verklaren, dat het bericht onmogelijk
juist kon zijn. Hij gaf op eigen verant
woording de verzekering, dat dit niet de
politiek van zijn regeering was.
Halifax verklaarde daarop, dat hij over
deze verzekering tevreden was, doch dat
er noodzakelijkerwijs geen enkel misver
stand tusschen beide regeeringen ten aan
zien van dit punt mocht bestaan. De
Grieksche gezant werd van den inhoud van
dit gesprek in kennis gesteld en op den
avond van denzelfden dag heeft de Itali
aansche zaakgelastigde een nieuwe bood
schap van Mussolini overgebracht en op
nieuw de verzekering gegeven, dat Italië
voornemens was de land- en zeegrenzen
van Griekenland te eerbiedigen.
Zijn rede voortzettende, zeide de pre
mier. naar aanleiding van Korfoe en de
geruchten daarover en hoe die ontstaan
zijn: „Ik beweer niet, dat ik dat alles weet.
Het feit echter, dat zij in omloop gekomen
zijn en in breeden kring geloof hebben ge
vonden, illustreert de algemeene onbehaag
lijkheid. die door de recente gebeurtenissen
is gewekt".
Aan deze heele geschiedenis wordt, thans
geen geloof meer geslagen, maar toch, ge
lijk ik reeds bij een vorige gelegenheid heb
gezegd, wanneer het vertrouwen eenmaal is
geschokt, wordt het niet gemakkelijk her
steld. De Britsche regeering is van mee
ning, dat zij zoowel een plicht te vervullen
als een dienst te verrichten heeft, door
geen twijfel te laten in den geest van wie
het ook zij, ten opzichte van haar stand
punt.
Ik maak daarom van deze gelegen
heid gebruik om namens de regeering
te verklaren, dat de Britsche regeering
het grootste belang er aan hecht, dat
vermeden wordt om door geweld, of
bedreiging met geweld, den status in
de Middellandsche Zee en op het Bal-
kanschierci'and te verstoren. Bijgevolg
is zij tot het besluit gekomen, dat in
geval van eenigerlei actie, die duidelijk
een bedreiging zou vormen van de on
afhankelijkheid van Griekenland of
Roemenie (toejuichingen) en tegen
welke resp. de Grieksche of de Roe-
meensche regeering het van vitaal be
lang zou achten verzet te bieden met
haar nationale strijdkrachten, de Brit
sche regeering zich verplicht zou ge
voelen om terstond de Grieksche of de
De Fransche regeering heeft gisteren de
besluiten welke de ministerraad heeft ge
nomen. bekend gemaakt. De publicatie
gaat vergezeld van een verklaring van Da-
ladier aan de pers. De Fransche politiek is
laatstelijk gedefinieerd, aldus Daladier's
verklaring, in mijn radiorede van 29 Maart
j.l. Ik zeide toen dat Europa in een staat
van verontrusting verkeerde en dat Frank
rijk vastbesloten zijnde den vrede in vrij
heid en met eer te behouden, in de eerste
plaats zijn eigen defensie moest verdedi
gen en de banden van solidariteit hechter
moest maken met alle landen, die besloten
zijn weerstand te bieden aan agressie.
Wij hebben sedertdien in dezen zin
gehandeld. Wij deden dit zonder veel
ophef te maken en zonder ijdele pro-
taten vaststel. Ik breng hulde aan het ge
heele volk. dat in Frankrijk en de Overzee-
sche gebieden een bewonderenswaardig
voorbeeld van kalmte en vastberadenheid
geeft.
Tezelfder tijd en met dezelfde methoden
hebben wij de noodzakelijke diplomatieke
actie voor de handhaving van den vrede
door versteviging der solidariteit, welke een
eenheid moet vormen tegenover het ge
meenschappelijk gevaar voor alle landen,
die vastbesloten zijn hun vrijheid te be
houden, voortgezet.
Wij blijven in voortdurend contact met
de regeeringen van Engeland, de Ver, Sta
ten, Rusland. Polen en den Balkanbond.
Ons doel is die noodzakelijke samenwerking
te organiseeren tusschen alle naties, die er
niet aan denken om de vitale belangen van
vocaties. Wilde onze actie doeltreffend ®eni& volk' welk het ook zij, te bedreigen,
die geen enkel loyaal onderzoek der hui
dige problemen afwijzen, en die vastbe
sloten zijn om weerstand te bieden aan
iedere poging tot overheersching. Moet ik
hieraan toevoegen dat onze nauwe en diepe
overeenstemming met Groot Brittannië
nooit een grooter kracht gehad heeft dan
thans?
'Ik richt dus tot de Fransche natie de
De regeering dankt uit naam van Frank- volgende verklaring, welke is opgesteld in
rijk alle mannen die hun post hebben in- overeenstemming tusschen de Fransche en
genomen by hun regimenten, in hun es- de Engelsche regeeringen:
quadrilles en op hun schepen, en allen die
ertoe hebben bijgedragen om hun land zijn De Fransche regeering hecht er het
veiligheid te verzekeren. Ik wil ook allen grootste" belang aan, iedere wijziging tc
dank zeggen, die in onze fabrieken der
landsverdediging, waar het ook zij, een voorkomen, die opgelegd wordt door ge-
krachtige inspanning tot stand brengen, weid of door bedreiging met geweld, in
waarvan ik dagelijks de gelukkige resul- den status quo in de Middellandsche
zijn, dan moesten zoowel bedreigingen
als geredeneer achterwege blijven. Wij
hebben daarom militaire maatregelen
genomen die de grenzen van Frankrijk
en zijn Rijk tegen iedere verrassing be
schermen.
Zee en op het Balkan schiereiland. Re
kening houdende met de bijzondere on
gerustheid die de gebeurtenissen dezer
laatste weken hebben doen ontstaan,
heeft de Fransche regeering bijgevolg
aan Roemenië en Griekenland de bij
zondere verzekering gegeven dat, inge
val een actie zou worden ondernomen
welke duidelijk de onafhankelijkheid
van Roemenië of Griekenland zou be
dreigen, en waartegen de Roemeensche
of de Grieksche regeering het in haar
vitaal belang zou achten verzet te bie
den met haar nationale strijdkrachten,
de Fransche regeering zich gebonden
zal achten haar onmiddellijk allen bij
stand, die in haar vermogen is, te ver-
leenen. De Engelsche regeering heeft
een gelijke houding aangenomen.
De Fransche regeering is aan den an
deren kant verheugd over de afsluiting van
de wederzijdsche verplichtingen tusschen
Engeland en Polen, welke landen besloten
hebben, elkander wederzijds steun te ver-
leenen, ter verdediging van hun onafhan
kelijkheid, wanneer zij direct of indirect
worden bedreigd
Het Fransch-Poolsche bondgenootschap
is aan den anderen kant bevestigd door de
Fransche en de Poolsche regeering in den
zelfden geest. Frankrijk en Polen waarbor
gen elkander onmiddellijk en rechtstreeks
tegen iedere directe of indirecte bedrei
ging, die een aanslag zou beteekencn op
hun vitale belangen. Nog vandaag doen
onze ambassadeurs mededeeling van deze
verklaring aan alle betrokken regeeringen
en in het bijzonder aan Turkije.
Na deze verklaring te hebben doen hoo-
ren, ging Daladier als volgt voort:
Bescherming van Frankrijk en zijn Rijk
tegen iederen directen of indirecten aan
val op zyn integriteit en op zijn rechten,
een streven, uitsluitend in de zorg om den
vrede, naar alle overeenkomsten welke in
staat zijn om de solidaire bescherming te
verzekeren van de volkeren tegen iedere
onderneming, die hun onafhankelijkheid
bedreigt, aldus is de politiek, die de Fran
sche regeering voert, in het bewustzijn van
haar verantwoordelijkheden, in de onwrik
bare vastbeslotenheid, voor geen enkelen
plicht terug te deinzen, die het behoud van
het lot des vaderlands op haar legt."
Nu bevrijd van alle rheumatische pijnen.
„Twaalf maanden leed ik de hevigste rheu
matische pijnen in mijn beide knieën.
Tweemaal werd ik behandeld, maar het
gaf niets. Ik kon geen trap op of af. Be was
bang de straa/t over te steken, want ik was
al mijn zelfvertrouwen kwijt. Veertien da
gen geleden begon ik met Krusdhen Salts,
en iru ben ik al een heel ander menseh. Be
lorp kwiek en steek de straat met een ge
rust hart over. Mijn pijnen worden steeds
minder." D. L.
Rheumatische pijnen ontstaan bijna steeds
door de schadelijke afvalstoffen, die in Uw
organisme achterblijven, waarvan urine
zuur een der voornaamste is. Kruschen
Salts spoort lever, nieren en ingewanden
aan tot regelmatige, krachtige werking,
waardoor de afvalstoffen langs de natuur
lijke kanalen worden verwijderd, waardoor
het bloed wordt gezuiverd en de pijnen ver
minderen, om binnen korten tijd geheel te
verdwijnen. Kruschen Salts is uitsluitend
verkrijgbaar bij alle apothekers en dro
gisten.
2943 (Ingez. Med
Roemeensche regeering, al naar het
geval zou zijn, allen steun te verleenen,
die in haar vermogen ligt (toejuichin
gen.)
Wij doen mededeeling van deze verkla
ring aan de rechtstreeks betrokken regee
ringen en aan de andere. Ik verneem, dat
de Fransche regeering een gelijkluidende
verklaring dezen midag aflegt. De regee
ringen der Dominions worden voortdurend
op de hoogte gehouden van alle ontwikke
lingen.
Ik wil slechts een of twee opmerkingen
hieraan toevoegen. Wat mij betreft, niets
van wat gebeurd is, heeft wijziging ge
bracht in mijn overtuiging, dat de politiek
der regeering, toen zij een jaar geleden het
Engelsch-Italiaansche accoord ondertee-
kende, juist was. (Toejuichingen van de
regeeringsaanhangers, geroep daartegen
van de oppositie). Ik zeg dat niet om een
controverse op te werpen, maar om een
verkeerd begrip van mijn tegenwoordige
houding te vermijden. Ik beken openhartig
mijn diepe teleurstelling over het optreden
der Italiaansche regeering.
Ongetwijfeld zullen sommigen zeg
gen, dat wij thans moeten verklaren,
dat het BritschItaliaansche accoord
als geëindigd moet worden beschouwd,
maar ik deel die opvatting zelf niet,
niemand met gevoel voor verantwoor
delijkheid kan in deze dagen lichtvaar
dig iets doen, dat zou leiden tot ver
hoogde internationale spanning en
ieder zal het verlies van de voordeelen
betreuren, die voortvloeien uit interna
tionale overeenkomsten, waartoe men
is gekomen na onderling overleg.
Ik geloof daarom, dat er een wijdver
breid verlangen zal zijn om de bepalingen
te zien nakomen van de overeenkomst en
uiteraard, met het oog op de recente ge
beurtenissen, kijk ik uit naar de Italiaan
sche regeering voor het practische bewijs,
dat zij dien wensch deelt, (toejuichingen.).
Chamberlain sprak vervolgens over de
evacuatie van de Italiaansche vrijwilligers
uit Spanje. Spr. haalde de bepalingen in de
overeenkomst aan, die dit onderwerp be
handelen en voegde hieraan toe, dat in den
loop van do recente gedachtenwisselingen
de Britsche rc-geering er van in kennis is
gesteld, dat de Italiaansche vrijwilligers te
ruggetrokken zullen worden na de overwin
ningsparade in Madrid.
Chamberlain voegde hieraan toe. dat de
Britsche regeering goede nota heeft geno
men van deze nieuwe verzekeringen.
„Ik kan hier slechts aan toevoegen,
dat de regeering de terugtrekking van
de Italiaansche vrijwilligers uit Spanje
altijd beschouwd heeft als een vitaal
element van de overeenkomst."
„Eens te meer bespreekt het Lagerhuis
zwaarwegende en ernstige problemen. Eens
te meer is ons allen duidelijk gemaakt van
hoe ondraaglijken aard de staat van zaken
is, die de geheele wereld in een eeuwig te-
rugkeeren van groote ongerustheid houdt,
die den handel en de industrie vernielt, die
het maatschappelijk leven en de cultuur
neerdrukt en een neerdrukkenden invloed
uitoefent op iedere sfeer van menschelijke
activiteit in ieder land. Wij hebben langen
tijd geduld geofend, ondanks vele verstorin
gen van ons streven naar wegnemen van
argwaan, bevordering van goeden wil en
behoud van den vrede.
Ik ben niet bereid te gelooven. dat dit
streven geen vrucht zal dragen. De ge
beurtenissen, waarover wij ons in het
verleden beklaagden en de gebeurtenis
sen, welke wij thans veroordeelen. kun
nen niet nalaten de rcmoc'eren en het
creweten der volkeren te waar
zij ook mogen leven, en ze te brengen
tot de erkenning van het gemeenschap
pelijke gevaar."