BINNENLAND
Instantine
LEIDSCH DAGBLAD - Vierde Blad
Donderdag 30 Maart 1939
Piin
Verbond van Nederl. werkgevers
vergaderde
KERK- EN SCHOOLNIEUWS
Coll. Arbeidersovereenkomst in Het aantal kiezers voor
Slucadoorsbedrijf niet verbindend. ^e Prov. Staten.
Achf wetten voor oorlogstijd.
De nationale film.
Eerbetoon aan de nagedachtenis
van dr. H. J. Lovink
't is van
Aan de „Arnout" moei genoegdoening
worden gegeven
Winstbelasting: een nieuwe aanslag op
het bedrijfsleven
FAILLISSEMENTEN
MINISTER VAN SOCIALE ZAKEN HEEFT
AFWIJZEND OP HET DESBETREFFENDE
VERZOEK BESCHIKT.
De Minister van Sociale Zaken heeft, zoo
als wij gisteren nog in een deel onzer oplage
hebben gemeld, afwijzend beschikt op het
verzoek van den Bedrljfsraad voor het stu-
cadoorsbedrijf tot verbindendverklaring
van bepalingen van de collectieve arbeids
overeenkomst. afgesloten tusschen den Ne-
derlandschen Stucadoorsbond en den Ne-
derlandschen R.K. Bond van Stucadoors-
patroons ,.St Anthonius" eenerzijds en den
Algemeen Nederlandschen Stucadoorsbond,
een R.K. Bouwvakarbeidersbond „St. Jo
seph" en den Nederlandschen Christelijken
Bouwarbeldersbond anderzijds.
Naar aanleiding van ingediende bezwaren
welke betreffen de artikelen 13. 14 en 15
der collectieve arbeidsovereenkomst, waarin
eischen zijn gesteld ten aanzien van de
toelating en opleiding van leerlingen, heeft
de minister overwogen, dat bedoelde leer
lingenregeling van groot nut is te achten
en de daartegen aangevoerde bezwaren niet
gegrond kunnen worden geoordeeld..
Verder is overwogen, dat de in de collec
tieve arbeidsovereenkomst vastgestelde uur-
loonen voor vrijwel alle gemeenten des rijks
niet onbelangrijk uit gaan boven die van
arbeiders in andere bedrijven, die gelijk-
waardigen arbeid verrichten, met name van
arbeiders in het bouwbedrijf en het schil
dersbedrijf en dat dit loonverschil nog ver
sterkt wordt doordat ln het stucadoorsbe-
drijf veel in tarief pleegt te worden gewerkt.
Deze overschrijding van het normale loon
peil kan naar het oordeel van den minister
niet gemotiveerd worden geacht, met. het
oog waarop bezwaar bestaat, de bedoelde
uurloonen en de daarop gebaseerde tarie
ven algemeen verbindend te verklaren.
Ook heeft de minister overwogen, dat de
regeling inzake de verstrekking van vacan-
tiebons, neergelegd in artikel 6 der collec
tieve arbeidsovereenkomst, niet voldoet aan
het bepaalde bij artikel 1637 s van het Bur
gerlijk Wetboek en derhalve niet voor ver
bindendverklaring in aanmerking komt.
Ten slotte is overwogen, dat tegen ver
bindendverklaring van de overige daartoe
voorgedragen bepalingen der collectieve ar
beidsovereenkomst geen. althans geen over
wegend. bezwaar bestaat, doch dat die ver
bindendverklaring. in verband met het tijd
stip. waarop de onderhavige collectieve ar
beidsovereenkomst afloopt, geen effect zou
sorteeren.
VOORLOOPIGE VERSLAGEN DER
TWEEDE KAMER.
De Voorlooplge Verslagen van de
Tweede Kamer zijn verschenen over de
ontwerpen van de volgende wetten: de
„Wet medewerking verdedigmgsvoorberei-
ding-1939", de ..Algemeene Vorderlngswet-
1939", de „Bodemproductiewet-1939", de
„Prijsopdrijvings- en hamsterwet-1939". de
„Zeeschepenvorderingswet-1939". de ..Wet
behoud scheepsruimte-1939en de „Zee-
en Luchtvaartverzekeringswet-1939" en de
Distributiewet-1939.
Over de verdedigingsvoorbereiding merkt
men uit de Tweede Kamer op. dat men
het waardeert, dat deze uiterst belangrijke
materie thans op normale wijze behandeld
kan worden Toen in 1938 dezelfde stof
aan het oordeel van de Staten-Generaal
werd onderworpen, waren de internatio
nale omstandigheden van dien aard. dat
er alles op gezet moest worden de ont
werpen zoo spoedig mogelijk kracht van
wet te doen verkrijgen. Het tijdelijk ka
rakter van toen maakt het thans mogelijk
er alle noodlge aandacht aan te wijden.
Met. de strekking kon men zich in het
algemeen vereenigen en evenzeer onder
schreef men het oordeel, dat de medewer
king van het bedrijfsleven zoo noodig
moet kunnen worden afgedwongen. Vele
leden achtten echter de werkingssfeer te
ruim. daar zij tegen toepassing van de
bepalingen met betrekking tot voorzienin
gen, verband houdende met de economi
sche crisis bezwaar zouden hebben.
Andere leden wezen er op, dat door deze
wet de regeering reeds in vredestijd als
het ware een dictatoriale macht over het
geheele economische apparaat zou hebben.
Als men dat in theorie reeds wil, aldus
betoogden zij, laat men zich dan maar
tevens losmaken van den partij enstaat.
In zake de Bodemproductiewet werd ge
vraagd of naar de meening van de regee
ring niet reeds nü de verbouw van graan
behoort te worden aangemoedigd.
Van verschillende zijden werd de aan
dacht gevestigd op het feit, dat. terwijl in
het ontwerp-wet medewerking verdedi
gingsvoorbereiding werd gesproken van
voorbereiding van de voorziening in geval
van „oorlog, oorlogsgevaar of andere bui
tengewone omstandigheden", de conside
rans van de algemeene Vorderingswet en
van alle overige tot deze serie behoorende
ontwerpen alleen gewaagt van „buiten
gewone omstandigheden". Blijkens de door
de regeering gegeven toelichting worden
onder dezen laatsten term zoowel oorlog,
oorlogsgevaar en daarmede verband hou
dende bijzondere omstandigheden begre
pen als hongersnood, watersnood, e.d. Men
wilde gaarne aannemen, dat de regeering
meent voor dit verschil ln terminiologie een
goede reden te hebben, maar achtte dat
verschil op zichzelf toch niet duidelijk.
Bij de Distributiewet bepleitten eenige
leden de uitvoering hiervan, voor zoover
de gemeentebesturen er mede zijn belast,
niet in handen te leggen van den burge
meester alleen, doch ln die van B. en W.
Zij achtten het principieel juister. Ingrij
pende maatregelen, welke een distributie
regeling noodig maakt, te laten nemen
door een orgaan, dat als een vertegen
woordiging van de burgerij kan worden
beschouwd.
Nog achtten deze leden het een bezwaar,
dat, "voor zoover het ontwerp eenige be
voegdheid legt in handen van de „ge
meentebesturen", niet blijkt, of daarmede
de gemeenteraden dan wel hetgeen het
meest logisch schijnt de colleges van
burgemeester en wethouders zijn bedoeld.
Over de verdere wetsontwerpen wordt
verder weinig meer opgemerkt.
De verkiezingsdienst van het A.N.P. deelt
mede:
Het aantal stemgerechtigden voor de
verkiezing van leden voor de Provinciale
Staten, welke op 19 April a.s. zal worden
gehouden bedraagt voor het geheele land
4.623.414.
Bij de verkiezingen voor de Tweede Kamer
in 1937 was het aantal kiezers 4 462.859,
waarvan toen 4.212.903, zijnde 94.40 procent,
aan de stemming hebben deelgenomen.
Bij de verkiezingen voor de Provinciale
Staten, gehouden in April 1935, bedroeg het
aantal kiezers 4 238 446. van wie 3.945 456,
zijnde 93.09 procent, aan den stemplicht
hebben voldaan.
Het aantal kiezers in de Kieskringen van
de provincie Zuid-Holland is als volgt:
Kieskring I Rotterdam 346.708: Kieskring
II s'-Gravenhage 291.477; Kieskring III Lei
den 101.188: Kieskring IV Gouda 139.702;
Kieskring V Delft 128 779: Kieskring VI
Dordrecht 91 768; Kieskring VII Ridderkerk
81.106. Totaal 1.180.728.
In de overige provinciën bedraagt het aan
tal kiezers: Noord-Brabant 483.809, Gelder
land 479 115. Noord-Holland 943 783, Zeeland
142.751, Utrecht 255.574, Friesland 231 999.
Overijssel 300.703, Groningen 231.547, Drente
104.162 en Limburg 269.243.
ver geen verderen voortgang gevonden. De
geruchten over het tot stand komen van
een internationale kolenconventie moeten
derhalve als voorbarig worden beschouwd.
Hieraan kan worden toegevoegd, dat
blijkens verkregen inlichtingen, Engelsche
en Duitsche kolenproducenten onlangs tot
overeenstemming zouden zijn gekomen om
trent een zekere verdeeling van den buiten-
landschen afzet. Tot het hiervoor gepleegde
overleg zijn de Nederlandsche mijnen niet
uitgenoodigd.
De meer concrete vragen kunnen derhalve
niet nader worden beantwoord.
GEEN INTERNATIONALE
KOLENCONVENTIE.
Op vragen van den heer Van der Waer-
den betreffende een internationale kolen-
conventie. welke tot stand zou zyn geko
men. heeft minister van Buuren geant
woord. dat ln den zomer van het vorige Jaar
tusschen Europeesche kolenproducenten
besprekingen over een internationale sa
menwerking hebben plaats gevonden, waar
aan ook door den Nederlandschen mijnbouw
is deelgenomen. Deze besprekingen droegen
een voorloopig karakter Zij hebben tot dus-
H. M. DE KONINGIN EN H. K. H.
PRINSES JULIANA WONEN GALA
VOORSTELLING IN DEN HAAG BIJ.
Onder auspiciën van het comité ,,De
Nationale Film 1898—1938 1 is g'sieravond
in het Metropole-Palace te 's Gravenhage
een gala-voorstelling van de film „Veert g
jaren" 'gegeven.
H.M. de Koningin en H.K.H. Prinses
Juliana hebben deze bijgewoond. De vor
stelijke gasten werden ontvangen door jhr,
ir. O. C. A. van Lidth de Jeude. voorzitter
en mr. E. E. Men ten penningmeester van
het comité Zij werden vergezeld door gene-
raal-majoor de Jonge van Ellemeet, baron
Sweevts de Landas en mr. J. C. baron
Baud.
Voor de vertooning van de hoofdfilm
werden eenige journaals gedraaid welke in
het bijzonder betrekking hadden op ge
beurtenissen waaraan leden van het Ko
ninklijk Huis onlangs hebben deelgenomen.
Verschillende autoriteiten o.w. de voorz t-
ter van de Tweede Kamer, woonden dezen
avond bii. De opbrengst van de soiree komt
ten goede aan het Nationaal Fonds voor
Bijzondere Nooden. Het bijprogramma van
de voorstelling was verder in overeenstem
ming gebracht met het karakter van dezen
avond.
VERSPREIDE BERICHTEN.
De heer W. Jongstra, hoofd-stat ons
chef van het centraal-station te Amster
dam. is door den Koning der Belgen be
noemd tot ridder in de kroonorde van
België.
In het besef van de groote verdiensten
van dr. H, J. Lovink ioud-burgemeester van
Alphen i voor de bodemcultuur hier te
lande alsmede die. welke hij gedurende zijn
negenjarigen arbeid, als directeur van den
landbouw in Nederlandsch Indië verwierf,
is het plan gerijpt op aanstichting van
Lovinks inmiddels overleden vereerder en
vriend Mengerman om Lovinks nage
dachtenis te eeren. bij voorkeur op blijvende
wijze. In het feit, dat Lovink ln en door de
Nederlandsche Heide-MaatschappiJ gele
genheid vond zijn rijke gaven te ontplooien,
vond de raad van commissarissen der Ne
derlandsche handelmaatschappij aanlei
ding hiertoe het Initiatief te nemen
Ter uitvoering van dit denkbeeld werd
een comité gevormd.
Gedacht is aan een borstbeeld van Lovink
te plaatsen in het plantsoen vóór het ge
bouw van de Nederlandsche handelmaat
schappij te Arnhem.
Bijdragen kunnen worden gestort op post
rekening 7371 der Ned. Heidemaatschappij
te Arnhem, onder bijvoeging „eerebetoon
Lovink".
He1 moderne pijnstillende middel
1948
(Inzez. Med.)
ZOON VAN DEN SOESOEHOENAN ALS
CADET.
Het Indische blad „Mataram" schrijft,
dat een van de jongere zoons van wijlen
den Soesoehoenan, B R. M. Koesen, den
wensch te kennen heeft gegeven de mili
taire loopbaan te volgen, waartoe dus na
het behalen van het eindexamen HB8. de
studies moeten worden voortgezet aan de
militaire academie te Breda.
Een van de groote moeilijkheden was.
dat hij reeds getrouwd is en men hieT dus
voor een precedent geplaatsc is: het al
dan n et toelaten van een gehuwden cadet,
Intusschen is het besluit afgekomen, dat
hl| gewoon reglementair na de keuring
dient deel te nemen aan de toelatlngs- en
selectie-examens als alle andere Candida-
ten. Van Kratonzijde is tevergeefs getracht
hem zonder examens op de K.M.A te
krijgen.
Daarna moest men zich echter met Hol
land en de rageering ln verbinding stel
len of op de K.M.A. gehuwde cadetten kon
den worden toegelaten, waarbij de zoon van
den Soesoehoenan indien hij het geluk
mocht hebben een plaatsje te verwerven op
de K.M.A.als de andere cadetten volgens
de geldende voorschriften gehuisvest wordt,
terwijl het in de bedoeling ligt, dat zijn
echtgenoote in Breda op kamers gaat
wonen.
Het Verbond van Nederlandsche Werk
gevers heeft gisteren in het gebouw van
de Industrieele Club te Amsterdam een al
gemeene vergadering gehouden.
De algemeen-voorzitter, de heer H P.
Gelderman C.Mzn., wees in zijn Inleiding
op den grooten invloed, welken de over
heidsmaatregelen tegenwoordig op den
gang van zaken ln het bedrijfsleven uit
oefenen.
In het bijzonder besprak spr. de nieuwe
belastingplannen van de regeering, welke
o.a. Inhouden de heffing van een winst
belasting op rechtspersonen. Spreker zette
in het kort de bezwaren uiteen, welke bij
het Verbond tegen dien nieuwen aanslag
op het bedrijfsleven worden gevoeld. Het
Verbond is overtuigd, dat wanneer de fis
cus een zoo belangrijk deel gaat opeischen
van de middelen, die noodig zijn om de be
drijven op peil te houden, de basis van
ons bedrijfsleven zeer ernstig zal worden
aangetast. Dit zal zeker niet bevorderlijk
zijn aan de vergrooting der werkgelegen
heid. waarnaar allerwegen toch moet wor
den gestreefd.
Als tweede voorbeeld van onjuist inzicht
behandelde de algemeen voorzitter de
plannen om de verantwoordelijkheid voor
het landbouwcrisisbeeld en de uitvoering
en den opbouw van de landbouwcrisis
maatregelen in handen te geven van orga
nisaties van de bedrljfsgenooten.
Er is nimmer een waarborg te verkrij
gen, dat haar samenstelling zoodanig zal
zijn, dat de nieuw gevormde organen uit
sluitend de algemeene belangen zullen die
nen Tegen dezen nieuwen koers in de re-
geeringspolitiek werd door spr. dan ook ten
sterkste bezwaar gemaakt.
De Arnoud.
Ten slotte zette de heer Gelderman het
standpunt van het bestuur van het Ver
bond tegenover het verbod aan de N.V.
Kunstzandsteenfabrlek ..Arnoud" Hillegom
om in twee ploegen te blijven werken, uit
een.
Het bestuur is van meening. dat deze on
derneming door dit verbod, dat geheel in
afwijking van vroeger gedane toezeggingen
van regeeringszijde is opgelegd, onrecht is
aanedaan, hetwelk moet worden goedge
maakt.
Na eenige discussie nam de vergadering
ten aanzien van dit onderwerp met alge
meene stemmen (één onthouding) de vol
gende motie aan:
Het Verbond van Nederlandsche Werk
gevers, in buitengewone algemeene le
denvergadering op 29 Maart 1939 te
j Amsterdam bijeen, overwegende, dat
een zijner leden, t.w. de N.V. Kunst
zandsteenfabrlek „Arnoud" te Hillegom
in verband met een persoonlijk door
den toenmaligen minister van Arbeid,
Handel en Nijverheid bij geschrifte ge
geven aanwijzing, tot een kostbare re
organisatie van haar bedrijf overge
gaan zijnde, fen einde een bepaalde
werkwijze als door den minister be
doeld te kunnen toepassen, moet on
dervinden, dat haar deze werkwijze
door het bevoegde gezag achteraf wordt
onmogelijk gemaakt, hoewel door den
huidigen minister van Sociale Zaken
wordt erkend, dat hiermede het bestaan
der onderneming is gemoeid,
stelt vast, dat het ten deze gevoerde
beleid het vertrouwen in beslissingen
en toezeggingen van de overheid on
dermijnt, de rechtszekerheid aantast en
onrust in het bedrijfsleven veroorzaakt,
ten nadeele van het algemeen belang,
en is, wat het onderhavige geval be
treft, van oordeel, dat de rechtvaar
digheid eischt, dat aan de getroffen
onderneming genoegdoening worde ge
geven.
Jeugdwerkloosheid.
Vervolgens sprak mr. B. C. Slotémaker
over de jeugdwerkloosheid.
Het z.g. arbeidsverbod voor Jongens be
neden de vijftien jaar en meisjes beneden
de zestien jaar (het eerste als crisis-, het
laatste als blijvende maatregel) werkt nut-
teloozen lediggang ln de hand, met alle
moreele gevaren daaraan verbonden, tenzij
daarvoor een opleiding in de plaats komt.
Het zou voor de jeugd worden „een er
uit" via een arbeidsverbod en vervolgens
weer een er ln volgens een of ander leer
lingstelsel. Spr. acht dien omweg even on-
noodig als overbodig. En voor de bestrij
ding van de jeugdwerkloosheid en dit
was toch het motief van geen belang
De jeugdwerkloosheid is trouwens geluk
kig niet meer van ernstigen omvang. De
vraag rijst, of hier nog wel van een pro
bleem kan worden gesproken, dat door in
grijpende maatregelen zou moeten worden
opgelost. Slechts 3van de bij arbeids
beurzen ingeschreven geheel werkloozen
was beneden de 18 jaar nJ. op een totaal
van 418 389 slechts 12.499 jeugdigen, cijfers
van 1 Januari 1939).
De daling van de jeugdwerkloosheid be
droeg, vergeleken bij 1936 bij de groep
van 18 tot en! met 24 jaar, ?6.9en bij
de groep jonger dan 18 jaar. zelfs 33.6
De vergetenen.
Niet de jeugd, doch de mannen van mid
delbaren leeftijd worden het sterkst door
de werkloosheid getroffen, zoowel in aan
tal als moreel Zij hebben minder perspec
tief dan de jeugdigen, minder mogelijkhe
den en veelal drukt hen de zorg voor een
gezin. Juist bij mannen van middelbaren
leeftijd de „forgotten men" dient het
zwaartepunt van de werkloosheidsbestrij
ding te liggen.
Men denke verder aan technische en fi-
nancieele bezwaren voor de bedrijven, wan
neer zij jonge werkkrachten moeten mis
sen Jongens kunnen en willen meisjeswerk
vaak niet aannemen inpakken van choco
lade, biscuits enz., spinnen, naaien, zak
doeken zoomen e.d.) Jongens missen voor
dit werk ook meeital de noodige handig
heid en vingervlugheid. Ook de loonlast
wordt verzwaard.
Hoofdzaak is, naar spr.'s meening, dat
niet in het uitschakelen, maar ln het in
schakelen van werkloozen in het produc
tieve leven de kracht ligt van elke doel
treffende werkloosheidsbestrijding. Bij die
bestrijding blijve primair het opnemen van
werkloozen in het vrije bedrijf. Al het an
dere is secundair.
De overheid stlmuleere daarom de be
drijvigheid o.a. door verlichting van kosten
gn lasten. Dit is positieve werkloosheids
bestrijding. Verzwaring van lasten als
thans weer voorgesteld, is averechtsche
werkloosheidsbestrijding.
De werkloosheid neemt gelukkig af, maar
de kosten stijgen. Want nog eens, zoo be
sluit spr., hoofdzaak is bevordering van
het particuliere bedrijfsleven; men geve
den werkgevers de gelegenheid hun roeping
te volgen tot het vinden en geven van
werk. Niet uitschakeling, maar opneming
van werkloozen in het productieve leven
blijve primair. Daarop richte zich bij voort
during de gespannen aandacht van regee
ring. parlement en volk.
De algemeen secretaris prof. mr. A. N.
Molenaar, hield vervolgens een Inleiding
over 't voorontwerp werkloosheidsverzeke
ring.
Te dezen aanzien werd de volgende mo
tie aangenomen met algemeene stemmen:
„Het Verbond van Nederlandsche Werk
gevers, in buitengewone algemeene leden
vergadering op 29 Maart 1939 te Amster
dam bijeen, heeft kennis genomen van het
voorontwerp van minister Romme betref
fende de werkloozenverzekering en stelt,
wat de hoofdpunten betreft, als zijn mee
ning vast:
1. Dat het zich vereenigt met den grond
slag van de uitvoering van deze verklaring,
waar deze aan bedrijfsvereenigingen en
een aanvullend overheidsorgaan wordt op
gedragen.
2. Dat het, gegeven dezen grondslag, in
beginsel tot het medebetalen door de werk
gevers bereid is.
3. Dat het de opname van bedrijfsraden
als uitvoeringsorganen in het ontwerp-
Romme betreurt.
4. Dat de practische mogelijkheid tot het
vei'ieenen van bijdragen van de zijde van
het bedrijfsleven afhankelijk is van de
economische omstandigheden ten tijde van
de behandeling van het wetsontwerp in de
■staten generaal en van het eventueel op
leggen van andere lasten op het bedrijfs
leven,
en gaat over tot de orde van den dag."
voor eon maateostuum is drie maanden.
Want dan pas kunt U oordeelen, of Uw
nieuwe pak corrèct en prettig zit of
dat U er nooit vriendschap mee zult
sluiten.
Wij beleven héél weinig van die critieke
momenten. Het costuum door ons afge
leverd, zien we zelden terug zónder
zijn eigenaar! Omdat een maatcostuum
van De Faam vanaf de eerste week is
„ingedragen" en tot het laatst toe z'n
onberispelijken pasvorm behoudt. Dank
zij de kwaliteit van onze stoffen, het
vormboudend binnenwerk, de eerste.klas
fournituren. Neemt U eens de proef.
HOOGS TBAAT 1-2
LEIDEN
1982
(Ingez. Med.)'
ONDERNEMERSOVEREENKOMST
INZAKE QUOTAREGELING
VOOR VLEESCHWAREN
EN -CONSERVEN.
De minister van Economische Zaken
maakt, ingevolge de wet op het algemeen
verbindend en onverbindend verklaren van
ondernemersovereenkomsten 1935 bekend,
dat hij aan de vaste commissie van den
economischen raad heeft verzocht hem te
willen adviseeren over hei nemen van een
algemeenen maatregel van bestuur, ten
aanzien van een bij rem ingediende onder-
nemersovereenkomst inzake een afzet-
quotaregellntr voor yleeschwaren en
vleeschconserven.
NEDERLANDSCHE BOND VAN
KLOMPENMAKERSPATROONS.
De Nederlandsche bond van klompen
makerspatroons heeft t» Zutphen zijn jaar
vergadering gehouden, welke voorgezeten
werd door den heer J. v. d. Berg uit Har-
melen.
Uit de jaarverslagen van den secretaris,
den heer J. W. ten Hove te Enter (Ov.i en
den penningmeester, den heer Th. Wester-
sluis (Meppeli, bleek, dat de bond in leden
tal is toegenomen door een krachtige pro-
paganda-actie.
Van bestuurszijde werd mededeeling ge
daan van den stand van zaken betreffende
de oprichting van een bedrijfsraad voorde
klompen-industrie en het van toepassing
op deze industrie doen worden van de be-
drijfsvergunningenwet. Er kon een toene
mende bereidheid van de zijde der overheid
worden bemerkt om deze industrie, welke
zoo zwaar gebukt gaat onder een moorden
de concurrentie en een afbraak der prijzen
te helpen.
Als bestuursleden werden herkozen de
heeren Th. Westersluls, Meppel; H. Reln-
ders, Ruinerwold en H. ten Hagen uit Win
terswijk.
PREDIKBEURTEN.
VOOR HEDEN.
Zoetermeer Geref. Gem.: Hedennam. half
acht. ds. Hofman van Moercapclle.
VOOR VRIJDAG 31 MAART.
Bodegraven Geref Gem.: Nam. 7 uur, ds.
M Heikoop van Utrecht.
Saasenhcim Gem. Gods: Vr^jdagnam. 8 uur
paster Perkins.
NED. HERV. KERK.
Bedankt: voor Opheusden J. Spelt te Rijssen.
Ds. F. WIERSMA f
Na een langdurig lijden is te Dokkum
overleden in den ouderdom van 63 Jaar ds.
F. Wiersma, predikant der Geref. Kerken.
Ds. Wiersma werd 10 Maart 1876 geboren
en ontving zijn opleiding aan de Vrije
Universiteit waar hij in 1902 candidaat
werd om 23 Nov. van dat jaar te Engwie-
rum zijn ambt te aanvaarden. Vandaar
vertrok hij in 1912 raar Veenwoudsterwal
om zich 6 Dec. 1914 aan de kerk van
Oosterbierum te verbinden. Ds. Wiersma
die de oudste predikant van de classis
Franeker was diende deze classis als
quaestor en in verschillende deputaat-
schapoen
De classis Franeker verleende hem
wegens voortdurende ongesteldheid met
ingang van 1 Mei 1938 eervol emeritaat
waarna de overledene zich metterwoon te
Dokkum vestigde.
Uitgesproken
C. J. Wennekers. landbouwer. Haarlemmer
meer. Bennebroekerdük 131. R.c. mr. A. L. M.
van Berckel, cur. mr. L. V. Hoog. Haarlem.
2—4