iie Jaargang Vrijdag 17 Februari 1939 No. 52 LEIDSCH DAGBLAD Anneke gooit het stuur om! q verhaal voor oudere ongens en meisjes •ke keek expres niet naar de bank achter haar. Éxpres niet, want ze dat Kitty daar zat te wenken en psst •pen. Het zou wel weer over vanmid- ;aan, en Anneke ging nou eens lekker ee met ,.de bende!" blonde Kitty, die met haar heel lange, nte beenen, in onberispelijke zijden gehuld, eerst een tijdlang schuin het bankenpaadje tot bijna onder An- bank had gepord, trok deze nu met nonchalant gebaar binnenboord, le de schouders op en trok haar sple- om te kijken, of de hoogblonde krul- die ze altijd met oneindig veel zorg. io r voorhoofd schikte, tot ze van een e ij dele vriendin een hoonende duw incasseeren, nog keurig zaten. Op- jongedames!" kraste de stem van den geschiedenisleraar, neke liet met een handige beweging knieën zakken, waardoor het roman- dat ze op haar schoot had, geruisch- n haar kastje terecht kwam en gooide twee lange vlechten op den rug. En, aangemoedigd door dit vertoon van gaf ..Betje" haar de beurt, dukkiger had ze het niet kunnen i, want na de knalfuif van gister- was er op de plaats, waar de Prui- oorlogen behoorden te zitten, In An- s hersens eenvoudig een hiaat, er slecht," constateerde ..Betje" na wanhopig gehakkel, „ik 9chrijf een een twee voor je neer", hoonend gegrinnik van de jongens links en rechts deed Anneke's stern- tot het nulpunt dalen. Ja, plagen n ze, maar eens even een meisje, een raad nog wel, uit den brand helpen, aar! En Kit had ook al geen mond gedaan, en Lola was zóó verdiept in houd van haar taschje, dien ze om- g op de bank deponeerde, dat ze udig niet eens gemerkt had, dat haar iin in nood zat! Trouwens al had ze i, ze had immers niet kunnen voor- n, want het was bekend, dat Lola, die >or het tweede jaar in de derde ziat. lijk heelemaal niet op een H. B. S. loerde. ty hem.Kitty was vlug, maar ei Ce eenvoudig niets uit. Gekheid n met de jongens, dansen en lachen oepen, was haar lust en haar leven en ieder rapport spurtte ze eventjes, zoo- e tot dusver nog net met de hakken de sloot was gekomen. Anneke zelf.och, er was een tijd tót, hoe vreeselijk lang scheen dat nu ndat ze echt van werken hield, ïeke liep eraan te denken in het ovortier, toen ze Kitty's voorstel om "vlinders te gaan koopen in het win- aan den overkant met een landerig r had af ges-lagen. ir Anneke was heelemaal niet boos, een beetje verdrietig oftewel „melig", et met een meer gangbaren H.B.S.- uit te drukken. dacht, terwijl ze doelloos het eindje straat afslenterde, dat hen voor het „luch ten" was toegemeten, hoe ze eigenlijk in geen tijden en tijden écht blij was ge weest! Vroeger wél, toen noemden ze haar thuis .zonnestraal - wervelwind", zoo enthousiast kon ze komen binnenstuiven met verhalen van school. Toen had ze allemaal mooie, kranige rap port-en gehad en toen kwam Huug ook nog werken Fijn was het geweest om elkaar de loef af te steken, elkaar te overhooren en dan te doen, wie zich het minste vergiste Later was Huug weggebleven. „Waarom0" had moeder gevraagd. En hij een beetje uit de hoogte in zijn waardigheid van nieuwbakken gymnasiast, had gezegd: „Ja, Tante, ik heb het stuur omgegooid. Voortaan ga ik degelijk werken, en dan houdt dat gespeel met Ansje me te veel op." Woest was ze geweest, gehuild en gesnikt had ze om die onrechtvaardige woorden. Ja, onrechtvaardig! Want zij had toch ook haar best gedaan. Maar zóó dat niemand het merkte, want hij was het heelemaal niet- waard, dat ze verdrietig was om hem! Verbeeld je, laten merken, dat je het ellen dig vond, dat je neef een brave kuur kreeg en je opeens links liet liggen! Ze had Huug dan ook wel getoond, dat ze er niets, absoluut niets om gaf en toen hij haar eens cp een partijtje had gevraagd, of ze nog al opschoot met haar werk, had ze haav wipneus in den wind gestoken en gebluft: „Reuze zeg. een heele opluchting, dat ik van die kinderlijke braafheid verlost ben!" En toen was al heel gauw direct eigen lijk al na haar overgang naar de tweede de vriendschap met Kitty en Lola ?n Toosje en Loesje gekomen. „De bende" wer- oen ze genoemd, hetgeen door de inwoners van het stadje nu niet direct als eeretitel was bedoeld, maar wel min of meer als zoodanig werd opgevat. Het viertal vriendinnen, stevig gearmd en met vier brutale gepoederde neuzen in den wind maakte ieder en Woensdag- en Zaterdagmiddag de hoofdstraat onveilig met haar uitbundig gelach en gegichel. Meestal kwam er dan een troepje lanter fantende jongens bij en gingen ze samen taartjes eten. „Ontzaglijke schik gehad!" vertelde An neke in dien eersten tijd met een opgewon den kleur, als ze aan tafel geen eetlust had. Maar later zweeg ze wijselijk over de uitgangetjes met „de bende". Moeder had het. direct willen verbieden dat wist An neke maar vader, die altijd een echte goeierd was, had gezegd, „och, ze doen geen kwaad". „Maar iets nuttigs ook niet," hoorde An neke moeder nóg zeggen. „Een beetje ontspanning mogen we toch heusch wel hebben," vond Anneke. En daar was het bij gebleven. En nu had ze ontspanning in overvloed, 's Zaterdagmiddags, 's Woensdagmiddags èn onder ae les, want niemand voerde een steek uit. En het kwam heusch alleen omdat ze zco extra-vlug was, dat Anneke's rapporten er tot dusver nog mee door kon den. Geen onvoldoendes' maar ook geen enkele 7 of 8, allemaal zesjes en 6-min- netjes. „Ontzettend vervelend!" zuchtte Anneke, zoo op haar eentje het straatje voorschool afslenterend „ontzettend vervelend!" wie had dat ook weer gezegd? O ja, Nel, haar getrouwde zuster, toen ze er den laat- sten keer was en ze gesproken hadden over het afgeoaste leventje van Nel's vriendin, die bij haar moeder thu's was gebleven „Boos-kwaad-nijdig?" had Kit geroepen. „Ook goed!'

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1939 | | pagina 15