Waar de Vrouw belang in stelt LEERARBEID LEIPSCH DAGBLAD, Donderdag 2 Februari 1939 Vierde Blad No. 24189 Leerarbeid: gezellig en practisch! RADOX 79sie Jaargang |We beginnen met drie paar schattige kinderschoentjes. Brood van Hazelnoten VETWORMPJES? Het raadsel Lederhandel A. VERHOOG De Hollandsche huisvrouw eïscht Voor leerarbeid bestaat tegenwoordig zeer veel belangstelling en zonder twijfel zullen er onder onze lezeressen zijn, die het in dit prettige handwerk al aardig ver ge bracht hebben. Zoowel voor haar als voor eerstbeginnen- den zijn de afgebeelde baby-schoentjes en de huisschoentjes voor een kleuter van een jaar of twee genoeglijke werkstukjes, want hoewel ze niet moeilijk te maken zijn, is de uitvoering en de afwerking eenigszins anders dan de geijkte omwerking met leer- band, dat voor zulke kleine slofjes wel wat grof zou zijn. We zullen eerst samen de foto eens be kijken. Ons eerste en gemakkelijkste modelletjes is het paar babyschoentjes met de ge kruiste veters. Ze zijn gemaakt van wit saf- fiaanleder en gevoerd met wit voeringleer; ceitensklver. De bandjes voor de afwerking zijn uit hetzelfde voeringleer geknipte reepjes l model I), Het tweede paar is- eveneens van wit saffiaan, met geitenskiver gevoerd, doch de afwerking is een stiksel met de hand. Hier voor neemt men D.M.C. No. 10 In rose of lichtblauwe kleur (model II). De huisschoentjes werden uitgevoerd In blauw leer, versierd met een grappig klepje van rood suède. Het stiksel is van naturel boekbinderstouw. Ook visschersgaren is te gebruiken (model III). Nu vraagt U zich misschien af: Hoe kom ik aan leer en aan de benoodigde in strumenten en.... is het niet erg duur?" In bijna iedere flinke plaats is tegenwoor dig een fijnlederhandel, die vellen leer ver koopt, zoowel per vel als per gedeelte. Een dergelijke zaak levert u ook de instrumen ten. Deze zijn ook in een goede huisvlijt- zaak te krijgen. De prijzen zullen u mee vallen. De twee paar witte schoentjes kwa men mi] op ongeveer f. 1,25 samen. Daarbij is saffiaan niet een van de goedkoopste leersoorten! Zullen we ons nu eens aan het eerste paar wagen? Legt u dan eerst een flink stuk karton op tafel en een oud radioprogramma om op te plakken aan uw linkerhand. Daarbij een tube rubberlijm of solutie (zooals ge bruikt wordt om fietsbanden te plakken) en een tube hulshoudlijm, de gebruikelijke bruine, onaangenaam riekende soort. Nu aan uw rechterhand een scherpe schaar, Potlood, plat liniaaltje en een niet te kleine hamer. Een oud gilettemesje, punaises en oen oud lapje, om de handen af te vegen doen goede diensten. Benoodigde instrumenten zijn: een leernaald met twee oogen, oen hol pijpje, waarmee men 2 m.M. ronde gaatjes kan slaan (kosten ongev. 10 ct.), of, indien men gerulschloos wil werken: een revolvertang, waarmee men ver schillende gaatjes kan knippen (ongeveer ct.). Als men bolpijp en hamer gebruikt, slaat men de gaatjes op een stukje zoolleer of oik karton, echter In geen geval op zink. Ziezoo, we steken van wal! MODEL I. Zooals u ziet ls de zool A symmetrisch; ™or zulke kleine schoentjes, die men ruim neemt, kan dat best. Het stuk B ls de lin- bovenkant, voor den rechterkant wordt net patroon omgedraaid. U teekent de pa- uoondeelen en knipt ze '/i c.M. ruimer uit. "u legt u deze deelen op het leer, dus 2- maal A, tweemaal B en tweemaal B om- Jfeevd. Het is gemakkelijk als u door- Drivt papier gebruikt, In den buitenrand p; 7 u een paar punaises om het patroon zetten en met een mesje of de punt ari de schaar maakt u met tüsschenrulm- wiiuVaï c.M. kerfjes in het leer. Ver- it Ju-, papier en knip de deelen langs kerfjes uit. «anl jongleer knipt u iets ruimer uit ziid» Bovenleer, dat nu aan de achter- J e met de rubberlijm wordt ingesmeerd. ls'»t ;fboone bladzijde van uw plakboek onH». uTOering met den goeden kant leer v rop komt het ingesmeerde boven- Dai;'ervc,gcns omkeeren en met de hand- ZooH Bestrijken, doch niet rekken, ion Ns\U aclltereenvolgens met alle dee ls itni t cla 'Urn eenige minuten gedroogd „mpt men het overtoll'ge voeringleer af. bh Ra,an we Bc eaatjes maken. Oefen van a op een vf-ii-jo afval. De afstand eaatu Iand 's 3 m M Be afstand der In rti«s Pnclerl,ng 1 c M. Wanneer U dit reerej j g hebf" begint u met het perfo- beus d vo°rstukjes. waarbij aan hak en ,"aat;cs precies tegenover elkaar komen. U begint met de hoek- I gaatjes en verdeelt de ruimte zóó, dat men uitkomt. Nu past men den onderrand langs de zool, met potlood de gaatjes doorslip pend van middenvoor tot middenachter. In dc rondingen houdt men iets in. Wanneer dit klopt, slaat of knipt men ook deze gaatjes. Nu gaan we van het voeringleer de rijg- bandjes knippen, c.M. breed We steken een bandje in den naald, héén door het groote en terug door het kleine oog. Eerst werken we om de zool, van achter begin nend, waar we een eindje laten hangen, tot voor. De rechterhand precies zoo. Voor aan doen we een heel klein beetje lijm uit de andere tube aan den verkeerden kant van ons bandje, zoodat het leer netjes onder het bandje vastzit; dan maken we kruisjes tot bovenaan en laten de einden los voor een strik. Aan de beglnbandjes, die nog aan het hakje hangen, wordt een nieuw bandje ge plakt. waarvan u het einde dunner ge maakt hebt met het gilettemesje. Ook het eind van het oude bandje diunt u zoo uit. Nu maakt u ook aan den achterkant kruis jes en werkt door tot den voorkant. Maak twee steken in het hoekgaatje en doe onder de laatste wat lijm. Nu knippen we vlak bij het gaatje af en onze eerste schoen is gereed! Geen heksentoer, wel? De tweede gaat natuurlijk reeds vlotter en ik denk wel dat dit eerste product naar behooren zal slagen en dat u er succes mee zult oogsten. MODEL II. Het uitsnijden en voeren van het tweede paar schoentjes heeft nu geen geheimen meer. Voor de afwerking maken we echter kleinere gaatjes. Hiervoor kunt u een hol- pijpje met een gaatje van 1 m.M. gebruiken, terwijl u, wanneer u voorkeur heeft voor den kniptang, hierin een ponspijpje van 1 m.M. inpiaats van een der minder ge bruikte laat zetten. In het latere steenen tijdperk (tot onge veer 2000 v. Chr.) was de hazelnoot in Noord-Europa zóó algemeen, dat de men- schen ze als broodplant gebruikten Ook het gerstebrood werd in later tijd nog sterk met hazelnoten gemengd. Vele hazelnootsoorten zijn sindsdien ge heel uitgestorven. Naar alle waarschijnlijk heid zullen we na enkele eeuwen in het geheel geen hazelnoten meer bezitten. Meng slechts geregeld wat Radox door Uw wasch- water en binnen korten tijd zijn ze verdwenen. Bij apothekers en erkende drogisten f0.90 per pak en f 0.15 per klein pakje 7749 (Ingez. Med.) „Griezelig" jongmensch en licht- geloovig vrouwtje. De jongeman blijft vlak voor haar staan. Hij neemt zijn hoed af. „U heet Annie!" zegt hij streng. „Pardon, maar...." „Heet u Annie? Ja of neen?" „Ik heet Annie. Maar ik ken u toch heelemaal niet?" De jongeman kijkt haar diep in de oogen „Ik ken u ook niet. U ziet me vandaag voor het eerst. En toch weet ik, dat u An nie heetzegt hij droomend. „Hoe weet u dat dan?" „Ik weet nog veel meer", gaat de Jonge man voort en zijn stem wordt steeds drin gender. „Ik weet, dat u getrouwd bent, dat u een benedenhuis bewoont met een tuin tje, dat de rupsen laatst al uw slaplantjes hebben bedorven, dat uw man Jan heet en dat uw huwelijk tot uw groot verdriet tot dusverre kinderloos is gebleven. Klorit het?" Annie staat verbluft, paar armen vallen als verlamd langs haar lichaam. „Dat isdat is griezelig! Alles klopt precies" „Gisteren hebt u de wasch gedaan, ze- ven-en-zestig stuks". „O! U woont zeker in de buurt?" De jongeman haait zijn portefeuille voor den dag. „Heelemaal niet. Ik ben nog nooit eerder in deze stad geweest. Hier is mijn pas. Vier uur geleden was ik nog ln het buitenland". „Maar hoe weet U dat alles dan?" „Mijn geheim", zegt de jongeman met een grafstem. „Ik weet nog veel meer. Uw man is stadhuisbeambte, hij werkt samen met een zekeren heer Willemsen. De heer Wlllemsen is getrouwd, zijn vrouw is blond en heeft pas een nieuwe hoed gekocht, die haar absoluut niet staat. Verder heeft ze een jurk van het vorige jaar laten ver maken". Annle beefde over haar heele lichaam. „Meneer, dat grenst aan tooverij!" „Ik ben ook een toovenaar!" „O! Maar dat is De jongeman glimlachte hautain. „Mevrouw, ook U kunt deel hebben aan mijn geheim procédé. Ik wil mijn weten schap niet met mij in het graf nemen. Voor de bagatel van rijf gulden wijd ik u in „En kan ik dan ook alle intieme dingen van de menschen te weten komen?" „Zeker, mevrouw". Annie haalt vijf gulden uit haar taschje en overhandigt het aan den geheimzinni- gen jongeling. „Enhoe moet ik dan doen?" De jongeman fluistert: „Net als ik. Veel in de tram zitten. Ik heb n.l. tien minuten ln de tram achter U gestaan en precies gehoord, wat U aan Uw vriendin vertelde". Zondag Kalfssoep Rundertong Zure saus Witte boonen Gevulde manda rijnen Maandag: Ragout van resten tong met bruine saus Aardappelen Brusselsch lof Vruchten Dinsdag Witte boonensoep Gehakt Spruitjes Aardappelen Beschuit met bessensap Woensdag: Kalfsroliade Boontjes uit de bus Aardappelen Ma zenapudding met sinaas appelsaus Donderdag: Tomatensoep Snijboonen- stamppot Rookworst Koffievla Vrijdag: GebakVc schel- v sehfilets Aardappelen Botersaus Veldsla Havermoutpap Zaterdag: Macaroni ham en Watergruel VEGETARISCHE MENU'S. 1. Bloemkoolschotel met aardappel puree en kaassaus Rijst koekjes Vruchten 2. Kerrysoep Spruitjes met kastanjes Aardappelen Gewelde boter Citroenvla 3. Linzen met tomatensaus Aardappel koekjes Sla van Brusselsch lof Vruchten met vanillevla 4. Omelet met rijstvulsel Stamppot van rauwe raap- steeltjes Griesmeelpudding met rozijnen en citroensaus Alle benoodigdheden voor HAARLEMMERSTRAAT no. 57 t.o. Rex-bioscoop - Telef. 578. 7764 (Ingez. Med.) De werkwijze is. wat betreit het maken der gaatje lijk. Eerst dus weer de bovenhelft en daarna op de zool afmeten. Plaats de gaatjes 3 m.M. van den rand, met tusschenruimten van 4 m.M. Men maakt gewone rijgsteken en vult terug gaand de openingen tusschen de steken, waarbij men zorgt altijd op dezelfde ma nier in te steken, zoodat u een mooi gelijk matig stiksel krijgt Lange draden worden gauw ruig, dus liever een keertje meer aan- knoopen. Wanneer uw draad op is, iaat u het eind hangen en begint met een nieuwe. Later maakt u alle knoppen en doet er wat lijm ajan, dan kunt u ze heel kort afknip pen. Maak een gaatje in leder hakbandje en doe er zijden vetertjes ln. MODEL Hl. Durft u nu ook de huispantoffeltjes aan? Ja toch?? Let u hierbij goed op het onsymmetri- sohe model, dus voor het rechterschoentje zoowel zool als bovendeel omkeeren. Ver sterk het schoentje met een binnenzool, iets kleiner geknipt en eerst op de eigenlijke zool vastgeplakt (rubberlijm), en van een stlknaad voorzien. Nu knippen we eerst de klepjes van suède en maken van de franje onderaan fijne rolletjes, door het leer te bevochtigen en tusschen duim en wijsvinger ln één richting te draaien. Aan den bovenkant plakt u de lip op het schoentje en maakt U het stiksel er over heen. Daarna bovenleer op de zool en ten slotte knipt u van het suède vetertjes. Het verdient aanbeveling ook dit mo delletje te voeren met geitenskiver of mei dun schapenleer. Als U de zool van riubbe' bovenleer neemt, behoeft deze niet wee- gevoerd te worden. Ik hoop. dat u deze werkstukken zonde moeite zult volbrengen; eigenlijk twijfel i' er niet aan. Mocht u onverhoopt voor pro blemen zitten, dan help ik u gaarne. Dus goed succes! MARGOT VAN CAPELLE— VAN BUUREN. RECEPTEN. Gevulde mandarijnen. Benoodigdheden: 6 mandarijnen, >/i ci troen. 2 sinaasappelen 1 eiwit, 80 a 90 gr. suiker. 5 gr. 2'/i blad gelatine, 1/4 L. slagroom. Bereiding: Van de mandarijnen een kapje afsnijden en met een klein lepeltje de partjes van den wand losmaken en ze er uit nemen. De stukjes door een haren zeef wrijven en het sap van de citroen en van de sinaasappelen er aan toevoegen. In een klein beetje water de geweekte gelatine en de suiker oplossen en als het wat bekoeld is bij het vruchtensap schenken. De room met het eiwit stijf kloppen, een klein ge deelte afzonderlijk houden en de rest met het vruchtensap vermengen. Als deze massa nu stijf begint te worden de leege manda- riinenschillen vullen. Od elk nog een kopje slagroom leggen, het dekseltje er luchtig opzetten en hieraan een steeltje maken van sucade. Ragout van ossetong met bruine saus. Benoci .eden: Resten tong en mooie stukjes v-.csch van het keelstuk, 6 d_L. bouillon van de tong, 50 gr. bloem, 50 gr. boter, soya of Engelsche saus. Bereiding: De bloem in de boter bruin fruiten, de bouillon er langzaam bligieten en door Aten koken tot men een vrij dikke saus heeft. Deze op smaak afmaken met wat soya of Engelsche saus en het vleesch er door roeren en 10 minuten zachtjes laten stoven. Rijst of gekookte aardappelen er bij geven. Bloemkoolschotel met aardappel puree en kaassaus. Benoodigdheden: 1 flinke bloemkool, I KG. koude aardappelen. L. melk, 100 gr. oude geraspte kaas, 25 gr. bloem. 25 gr. boter, zout, paneermeel. Bereiding: De bloemkool in stukken snij den en gaar koken in ruim water met zout. Van de aardappelen puree maken met plm. 3'/i dD. melk. wat boter en noot. Van 3 d.L. melk en bloemkoolwater (half om half) met de boter en de bloem bloem- koolsaus maken De geraspte kaas er door roeren. Onder in een vuurvasten schotel de puree doen hierop de stukken bloem kool leggen en hierover de saus schenken. Wat paneermeel er over strooien, gesmolten boter erop gieten en den schotel 20 minu ten in den oven zetten. Wil men dezen schotel aan niet-vege- tariërs opdienen dan kan men inpiaats van de kaassaus, gebraden saucijsjes tusschen de stukken bloemkool leggen, paneermeel er over strooien, de jus er op schenken en het schoteltje in den oven goed warm laten worden. Beschuittaart. Benoodigdheden: 20 groote beschuiten, 150 gr. boter. 100 gr. suiker, '/s blik appel moes, l theelepel kaneel, 50 gr. krenten. 50 gr. rozijnen. Bereiding: De beschuiten fijnstampen en vermengen met de tot room geroerde boter, de helft van de suiker en de kaneel. De appelmoes met de gewasschen en even opgekookte rozijnen en krenten en de sui ker vermengen. Een springvorm dik met boter insmeren, een laag van het beschuit deeg erin doen. hierop wat appelmoes, krenten en rozijnen uitstrijken en zoo doorgaan tot alles verwerkt is en men bovenaan een laag beschuitdeeg heeft. De taart in een niet te warmen oven in plm. 1 1/4 uur lichtbruin bakken. Koud laten worden en uit den vorm nemen. Vruchtenschotel met beschuit en slagroom. Benoodigdheden: 100 gr. gedroogde abri kozen. L. water. 70 gr. suiker. 8 beschui ten, 1 d.L. slagroom. Bereiding: De abrikozen wasschen, wee ken in het water met de suiker en den volgenden dag gaarkoken. In het sap de beschuiten voorzichtig weeken. Ze twee aan twee op elkaar leggen met de abrikozen er tusschen. Een paar abrikozen achterhouden voor garneering. De dubbele beschuiten op een ronden glazen schotel leggen en garneeren met den stijfgeklopten room, een paar mooie abri kozen en geconfijte vruchten. Hoe huishoudelijke artikelen worden gekeurd. Wat is goede boenwas, wat slechte? Welke oven beantwoordt aan het doel, wel ke niet? Wat is een deugdelijke pan en hoe moet een goede stofzuiger werken? Het is alles betrekkeliik, zult u ongetwij feld zeggen, en toch zijn er normen. We zijn het instituut voor huishoude lijke voorlichting van de Ned. Vereen, van Huisvrouwen dan ook zeer dankbaar voor al het werk dat het doet om de artikelen, die we dagelijks gebruiken, voor ons op deugdelijkheid te keuren. Want de Hollandsche huisvrouw eischt bovenal goede kwaliteit. „Rommel", hoe goedkoop ook, gebruikt ze nooit lang. En nu zoudt u misschien denken, dat de fabrikant, vóór hij een artikel in den han del brengt, dit reeds aan alle mogelijke deugdelijkheidsproeven heeft onderworpen. En toch is dit niet het geval, tenminste lang niet bij alle artikelen. Sinds Jaren be staan er wetenschappelijke proeven ter keuring van oliën, lakken, bakpoeder e. d. maar voor andere substanties bestaan ze niet of worden in vakkringen slechts spo radisch toegepast. Daar hebt u b.v. boenwas. Naast veel andere eigenschappen, die ze moet bezit ten, moet de was ook sterk glanzen en daarbij niet te glad zijn. Hoe is nu de graad van glans en gladheid wetenschap pelijk vast te stellen? Om de glanssterkte te bepalen wordt deze vergeleken met het zilverwitte glanzende metaal bariet en dan in een getal uitgedrukt. Een soort was, dat een bepaalde glanssterkte niet bereikt, „zakt" voor het examen. Vooral in het buitenland wordt het „tee- dere" punt: gladheid tegenwoordig weten schappelijk bestudeerd. Onlangs heeft men een geniale manier beducht om. door mid del van een met leer bekleede metalen 'taat. die het been van het uitgliidende slachtoffer voorstelt, precies te berekenen, me glad een bepaald soort boenwas is. Naaimachines worden gekeurd op haar rachtverbruik en geruischsterkte. Bij ivens komt het er voor het welslagen van net gebak vooral op aan. dat de hitte eenigszins gelijkmatig verdeeld is. Met thermometers, die op verschillende punten in den oven worden aangebracht, kan men de hitte, die ook weer niet al te gelijkmatig mag zijn, bepalen. Ongeveer 20 graden ver schil tusschen het midden en de zijkanten van den oven is de gunstigste verhouding; 60 graden wijst op een gebrek in de con structie. Emaille pannen worden aan een ware vuurproef onderworpen, n.l. droog tot op verscheidene honderden graden verhit en dan opeens met koud water overgoten. En dan moet het bovendien nog ettelijke „ge- weldsproeven" doorstaan. Stalen kogels van een bepaald gewicht worden van ver schillende hoogte op het email geworpen en slechts wanneer het proefkonijn „zonder kleerscheuren" uit deze beide bewerkingen te voorschijn komt, mag het deugdelijk heeten. Vertoonen zich echter barstjes of blutsen, dan is het email van minder kwa liteit. Bij handvatten van potten en pannen is het noodzakelijk, dat ze niet te heet wor den. Het is bij proeven o.a. gebleken, dat aluminimumhandvatten, ais de pan ver warmd werd, tot op 75 graden kwamen, dus op een temperatuur, die aanpakken met de bloote handen onmogelijk maakte Stalen handvatten kwamen op 57 graden, emaille handvatten op 46 graden. Het geschiktste bleken handvatten uit een soort hars te zijn, deze bereikten een warmte van ge middeld 35 graden. En nu onze vriend met stalen snuit! Heel vaak hebben stofzuigers de slechte re putatie, dat ze de tapijten te snel doerf slijten. Wat hiervan waar is? Uit verschil lende proeven, waarbij de „afgezogen" haartjes nauwkeurig werden gewogen, bleek, dat dit gevaar vrijwel denkbeeldig is. De waschmachines, die gekeurd moeten worden, krijgen een vracht erg vuile lap pen te verwerken. Na het wasschen moeten de lappen natuurlijk „kleur bekennen" en dan wordt fotografisch nauwkeurig vast gesteld. hoe schoon ze geworden zijn. Behalve op de mechanische werking van de waschmachine komt het ook aan op de reinigende kracht der verschillende wasch- middelen. Welk waschmiddel is goed? Om hierover te kunnen beslissen worden in een waschmachines met zes even groote kamertjes zes vuile kleedingstukken van dezelfde soort gedaan. Zes verschillende waschmiddelen werken nu gedurende een even langen tijd op de wasch in. Het resul taat wordt fotografisch vastgesteld. Ook worden stoffen, nadat ze b.v. dertig- tot veertigmaal achter elkaar gewasschen zijn, op slijtage onderzocht. Allemaal nuttig werk, waardoor de Hol landsche huisvrouw haar uitgesproken ver langen, „waar voor haar geld" te krijgen, kan bevredigenl

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1939 | | pagina 13