De D.C. 4 - Tom Mooney vrij - De Rallye naar Monte Carlo
79sfe Jaargang LEIDSCH DAGBLAD Tweede Blad
JÉ
A
FEUILLETON
Het Blauwe Teeken
DE OUDE MUNTTOREN TE AMSTERDAM is geheel alleen
komen te staan, doordat het aangrenzende gebouw ls gevallen, als
slachtoffer van de wegverbreeding, noodzakelijk door het drukke
verkeer ter plaatse.
TOM MOONEY is na een gevangenschap van 22 jaar te San Fran
cisco vrijgelaten. Na de vrijlating. Tom Mooney (midden) met zijn
vrouw en zijn broeder.
DE RALLYE DE MONTE-CARLO-RIJDERS die gestart zijn te Tallinn,
Umea en Stavanger. arriveerden gistermiddag in de controleplaats Venlo. Op
den voorgrond de B.M.W. van J. HofmansM. Jacobs, gestart te Amster
dam, arriveerde gelijktijdig.
jH*-
DE „CORONATION SCOT" wordt aan boord van het stoom
schip Belpamela geheschen te Southampton, voor verscheping, met
8 wagons naar Amerika, waar zij op de wereldtentoon
stelling te zien zullen zijn.
DE SNEEUW EN DE REGENVAL VAN DE LAATSTE DAGEN
hebben het water in de rivieren belangrijk doen stijgen. Ook het water
van den Usel wast, met het gevolg, dat de uiterwaarden van deze rivier
onderloopen. Overzicht uit één der torens te Deventer.
EEN AMATEUR IN CHICAGO - maakte deze foto van twee
schilders, wier steiger finaal door midden brak. De rechtsche kon
door zijn kameraden door een venster naar binnen gehaald wor
den. De ander wist zelf door een raam naar binnen te klimmen.
DE VIERMOTORIGE D.C. 4,
die ernstig in aanmerking komt om door de K.L.M. aange
schaft te worden voor den dienst op Indië.
De roman van een uitgestootene
door
HUGO BETTAUER.
45)
Carlo mediteerde voor zich heen. Welk
een dwaze wereld is het toch, die we ons
hebben opgebouwd! Als deze jonge vrouw
zich vandaag aan den dag in Berlijn of
Weenen vertoonde, zou ze in een oogwenk
een gevierde schoonheid zijn, de aristocra
ten en geldmagnaten zouden elkaar om
haar gunst in de haren vliegen en met een
klein beetje verstand en terughoudendheid
wu het haar zeker niet moeilijk vallen de
echtgenoote van een aanzienlijke persoon
lijkheid in den lande te worden! Maar
hier? Hier is zij een uitgeworpene, die met
een blanke niet aan een tafel mag eten,
hiet in dezelfde rij in den schouwburg mag
zitten en door haar raszuivere, blanke
■hedemenschen slechts als een minder
waardig schepsel wordt beschouwd.
Het station was bereikt en het meisje
verdween in de menigte. Carlo liet aan de
controle zijn kaartje afstempelen en stond
°P het punt in een der dichtstbijzijnde
wagens van den gereedstaanden trein te
stappen, toen hem een hand op den schou-
o „wer<i gelegd. Hij keerde zich om en
j~hh tegenover een zwarten conducteur.
O's hem met een breeden grijns toevoegde:
Hallo, Jimmy, dat is een vergissing, jij
pehoort achteraan in een wagen voor onze
■henschen!
Wederom laaide een felle woede in Carlo
op, wederom voelde hij het suizen van zijn
bloed in zijn ooren, maar op het laatste
oogenblik liet hij zijn reeds gebalde vuist
zinken.
Op wlen zou lk me kwaad maken? Op
dien armen kerel, die slechts zijn afschu
welijken plicht doet? Tegen het vleesch
geworden vooroordeel van de heeren van
dit land?
Hij slaakte een diepen zucht, maar volgde
zonder een woord van protest de aanwij
zingen van den conducteur en stapte in een
der beide laatste wagens, waarop een bord
was aangebracht met de woorden: ..Only
coloured people!"
Nochtans had het incident, dat een her
nieuwden aanslag op zijn zelfbewustheid
inhield, hem dusdanig aangegrepen, dat
hij, toen hij zich in een hoek op de bank
liet vallen, onwillekeurig tusschen zijn
tanden gromde: Gemeen vee!
Een helder, met moeite onderdrukt lachje
deed hem opkijken. Tegenover hem zat aan
het open raam het jonge meisje, dat hij
van het reisbureau af was gevolgd. Zij
lachte hem nu openlijk toe, maar getroffen
door zijn woedenden en vragenden blik,
boog zij zich eenigszins voorover, terwijl zij
zacht en in onberispelijk Engelsch. zooals
men dat van de negers in het Noorden
nooit hoort, zei:
Neemt u me niet kwalijk dat ik even
moest lachen, maar ik was toevallig ge
tuige van die scène op het perron en van
uw verontwaardiging, welke zich uitte in
een minder vleiende opmerking aan het
adres van de spoorwegdirectie.
Waarschijnlijk bent u hier in het Zuiden
reemd, anders zou u zich over dergelijke
kleinigheden niet zoo opwinden!
Carlo vond het heel niet onaardig op
deze wijze met het knappe jonge meisje
kennis te maken, maai zijn ergernis was
toch nog niet geheel verdwenen en zoo
kwam het, dat hij bijna bruusk ant
woordde
Ik ben inderdaad vreemd in het zui
den, maar eigenlijk in het Noorden al even
zeer en ik sta dan ook op het punt dit ge
hate land, dat ik beter nooit had kunnen
betreden, weer te verlaten!
Het meisje keek hem met haar mooie,
groote oogen medelijdend aan.
Hoe dat zoo? Behoort u als kleur
ling, niet in de Vereenigde Staten thuis?
Mag ik, zonder onbescheiden te willen zijn,
vragen waar u vandaan komt?
Carlo dacht een oogenblik na. Waarom,
zoo ging het hem door het hoofd, zou ik
haar niet van mijn leven vertellen, dat ik
al voor zoovele menschen, die minder in
telligent en gedistingeerd waren dan zij,
heb bloot gelegd?
Hij maakte een lichte buiging en noem
de zijn naam.
Jane Morris, luidde het antwoord en
daarop vervolgde zij: Carlo Zeiler? Een
mengsel van Germaansch en Romaansch.
Dat komt tn Amerika werkelijk hoogst zel
den voor!
Carlo keek verbaasd op. Romaansch en
Germaansch! Wat een zeldzame woorden
uit den mond van een negerin! Met haar
zou hij, ook zonder naar de eenvoudige
woorden te moeten zoeken, behoorlijk een
gesprek kunnen voeren. En met weglating
van de persoonlijke elementen en zijn lief
desaffaire met Lisl, vertelde hij haar van
zijn afkomst, zijn leven in Europa en zijn
ervaringen in Amerika.
Maar nu heb ik er genoeg van en ik
kan u wei verzekeren, dat ik dolblij ben dit
land, dat door de kleinzieligste vooroor-
deelen en de laagste rassemnstincten
wordt beheerscht eindelijk te kunnen ver
laten!
Jane had, haar kin in de kleine, bruine
hand gesteund, aandachtig naar hem ge
luisterd. Toen hij uitgesproken was, zei ze,
terwijl er een schaduw over haar gelaat
viel:
Nu bedenkt u in het geheel niet hoe
verkeerd u doet van hier weg te gaan! Be
grijpt u dan niet, hoe goed wij hier luist
mannen als u kunnen gebruiken?
Carlo kromp ineen. Waar had hij bijna
dezelfde woorden eerder gehoord? Ach ja,
maanden geleden, in een natten Novem
bernacht had de zwarte methodisten gees
telijke in het negerrestaurant, waar men
hem, half verhongerd als hij was, mede
lijdend had opgenomen, hetzelfde gezegd.
Alsof ze zijn gedachten raadde, ant
woordde Jane:
Ja, meneer Zeiler, wij hebben u drin
gend, zeer dringend noodig! Wij kunnen
menschen als u in dezen bangen, moei
lijken tijd, waarin wij negers leven, niet
missen.
Carlo maakte een wanhopig gebaar, alsof
hij zich met groote moeite trachtte te be
vrijden van iets, dat hem vasthield.
U zou mij noodig hebben? Waarom,
als ik vragen mag? Zijn er nog niet genoeg
zwarte, bruine en gele negers, die den
blanken gentleman bedienen, hem schee-
ren. zijn schoenen poetsen en zijn slaven
zijn? Moet ik hier in het zuiden katoen
gaan plukken of wilt u misschien dat ik
geestelijke word en ootmoed, onderdanig
heid en eerbied ga prediken?
Hij had zoo luid gesproken, dat de
andere passagiers opmerkzaam werden.
Jane fluisterde hem toe:
Als u ook Fransch spreekt, dunkt het
me beter, dat we het gesprek in die taal
voortzetten
Wederom was Carlo verbluft. Dat meisje
sprak dus ook Fransch! En op hetzelfde
oogenblik, waarop hij dit constateerde,
moest hij erkennen, dat nog heel wat
wetenswaardigs in dit land niet tot hem
was doorgedrongen. Ook deze onuitgespro
ken gedachte scheen Jane niet te ontgaan.
Ik geloof, dat u in ontwikkeling velen
Amerikanen verre de baas bent. zei ze in
vloeiend zij het dan niet geheel van
accent vrij Fransch. Maar van het ne-
gervraagstuk schijnt u weinig af te weten,
althans slechts het gaaf uiterlijk te hebben
vernomen. Als ik u niet verveel, dan wil lk
u wel eens het een en ander van hetgeen
u nog niet weet, meedeelen. Luistert u dan
maar en laat u zich dan in de eerste plaats
eens door mij vertellen, dat in den belache
lijk korten tijd van nauwelijks een halve
eeuw de Vereenigde Staten een ontwikke
ling hebben beleefd, zooals die, wat in
tensiteit en snelheid betreft, elders in de
wereld nog nooit is voorgekomen. Denkt u
zich dit eens goed in. Op louter winstbejag
ingestelde zielenverkoopers hebben de
negers in Afrika op een hoop gedreven en
hen naar Amerika versjacherd. In Afrika
leefden deze menschen in een oertoestand,
naakt, wild, zich voedend met de vruchten
van het onverzorgde land en geheel over
geleverd aan hun eigen wilde driften en
neigingen. Maar toch bezaten deze men
schen, ergens diep begraven, een goddelijke
vonk. Als willooze slaven en werkpaarden
verloren zij veel van hun oorspronkelijk
heid, maar zij wonnen ook niets aan geest
en levensbeschaving. In het gunstigste ge
val werden zij gedresseerd, zoodat zij de
aesthetische gevoelens van hun blanke
meesters niet ai te zeer kwetsten. Toen
kwam de oorlog tusschen Noord en Zuid,
met ais gevolg daarvan de zoogenaamde
emancipatie der zwarte slaven Sindsdien
is weinig meer dan een halve eeuw voorbij
gegaan en weet u, wat wij, daf wil zeggen
eenige uitverkorenen onder ons en een
handvol verstandige Amerikanen hier in
het zuiden, waar de negers in groote
massa's gebleven zijn. hebben bereikt?
(Nadruk verboden). (Wordt vervolgd).