Toeval, of De Rolandsboog bij Nonnenwerth Hoe kleine dingen in het leven van groote mannen een rol speelden. Wij zijn in de stad Delft in het midden der 17e eeuw. Anthonie van Leeuwenhoek, de zoon van een uitdrager, vindt op een goeden dag tusschen het rommelzoodje van zijn vader een glasscherf, die hij zonder erbij te denken op een stuk stof legt. En opeens merkt de jongen, dat de stof er door die scherf gezien heel anders uitziet dan gewoon. Zijn belangstelling is gewekt en van dit oogenblik af besteedt Anthonie ieder oogenblikje van zijn vrijen tijd om alle mogelijke dingen door glas te bekij ken. En bovendien slijpt hij stukken glas met heel veel moeite tot lenzen, die hij steeds maar weer verbetert. Het is een wonder: die kalme jongen, die tot dusver op school maar nauwelijks meekon, is op eens een fanatiek speurder geworden. Hij bekijkt door zijn lenzen kleine velletjes van zijn huid, insecten, haren, bloeddruppels. En dan zet hij de lenzen aan elkaar: An thonie heeft den microscoop ontdekt, maar hij weet nog niet, dat deze ontdekking hem onsterfelijk zal maken. Het gelukt hem door zijn microsoop een tweehonderdzeventigvoudige vergrooting te verkrijgen. En de menschen vertellen el kaar. dat Van Leeuwenhoek zichzelf een zieke tand heeft getrokken en een deeltje ervan in een waterdruppel onder den mi croscoop heeft gelegd. En dan.ontdekt hij een ontzaglijke massa kleine levende wezentjes, die hij verbluft aan zijn vrien den laat zien. Opgewonden vertelt hij hun dan van „die zielige kleine beestjes". Een glasscherf is het begin geweest van een der grootste ontdekkingen ter wereld: die van de wereld van het kleine! We zijn in Parijs, in het midden van de 19e eeuw. Op tafel in een eenvoudig ka mertje in het Quartier Latin staat een 1 lf gevuld glas wijn. De bewoner van het ka mertje, een jong schilder en scheikundige, heeft het half uitgedronken en toen ver geten. Hij komt thuis, ziet het glas en als hij den inhoud wil weggooien bemerkt hij, dat er op de wijnr^t een wonderlijk laagje drijft. Snel schuift hij iets van deze groen achtige witte massa in een waterdruppel onder den microscoop en kijkt.Op dit moment doet hij een groote ontdekking: hij ziet, dat het beslag bestaat uit een heele korst van kleine levende wezmiies Op dit moment doet hij een groote ontdekking! en opeens valt hem in, dat zij het moeten geweest zijn, die den wijn hebben doen ver zuren. Hij giet iets van het witte laagje in een frisch glas wijn en ontdekt, dat zich ook hier een schimmellaagje vormt. De oorzaak van de gisting is gevonden en nu volgt nog een veel gewichtiger stap: de ontdekking van de bacteriën, die ontzag lijk kleine diertjes, die een gezond mensen ziek kunnen maken. In een minimum van tijd is dc naam van den geleerde overal bekend: Louis Pasteur! Een schijnbaar onbeteekenend ding: een restje wijn. dat werd vergeten, was het begin van een wereldschokkende ontdek king! Op 11 Januari 1871 kreeg de jonge Duitsche dokter Robert Koch een mooi ca deautje van zijn vrouw. Op zijn verjaar dag? Neen, zij gaf hem een microscoop om hem te troosten over een groot offer, dat hij voor haar gebracht had. Hij had n.l. Droevige geschiedenis van Roeland en Hildegonde. Heer Roeland van Angers, de eerste van de paladijnen van keizer Karei den Groote, had een hekel aan het weelderige leven aan hefr hof en verzocht daarom zijn keizer ver lof, een reis door Frankenland te maken. Slechts door enkele schildknapen verge zeld. verliet Roeland het paleis aan de Seine en sloeg de richting in naar het Oosten. Hij reed door de Vogezen, kwam aan den Rijn en trok stroomafwaarts tot waar hooge bergen de ruischende rivier omsluiten. In het Zevengebergte zag hij eindelijk de muren en tuinen van een ridderslot. „Daar boven zal ik een nachtverblijf vragen", besloot Roeland. Hij roeide in een bootje den Rijn over, maakte zich bekend en werd door den eigenaar van het kasteel de Drakenburcht, graaf Heribert, zeer hof felijk ontvangen. Den volgenden morgen stelde de graaf zijn dochter Hildegonde aan den ridder voor en reeds op dit oogenblik voelden beiden, dat de liefde in hun harten was ontvlamd en hen had verbonden voor het geheele leven. Gaarne vertrouwde graaf Heribert zijn dochter aan den gevierden paladijn toe. In het vooruitzicht van een gelukkige toekomst liet hij voor hen een burcht bouwen op den rots tegenover den Drakenburcht: den Ro- landsburcht. En dagelijks stond het ver loofde paar op het terras van den Draken burcht en keek naar den overkant, waar gestadig de muren omhoog rezen. Reeds was de dag van de bruiloft vastgesteld, toen een bode. gezeten op een met schuim overdekt paard, op den Drakenburcht, verscheen. De afgevaardigde kwam van den keizer uit Worms en berichtte, dat de vorst ridder zijn zinnen er op gezet om scheepsdokter te worden, maar om harentw.lle liet* hij het mooie, avontuurlijke plan varen en bleef thuis. Al zijn vrijen tijd besteedt Koch nu aan onderzoekingen. Pasteur op perde reeds het denkbeeld, dat de ziekten zouden ontstaan door bacteriën, doch nie mand heeft nog ooit de verwekkers van bepaalde ziekten gezien. Maar eens op een dag onderzoekt hij een deeltje van de milt van een dier. dat aan miltvuur gestorven is. Ja, er vertoonen zich onder zijn micro scoop kleine staafjes, ze worden grooter. ze bewegen zich: Robert Koch heeft de milt vuurbacterie ontdekt! En nu gaat hij verder: hij w 1 steeds meer ziekteverwekkers vinden. Het toeval komt ook hem te hulp. In het laboratorium is een gekookte aardappel blijven liggen. Als Koch hem vindt, vertoont hij talrijke bonte plekken, blauw, rood en groen gekleurd. Hij onderzoekt ze en ontdekt een heele wereld van microben, evenveel soorten als er kleu ren zijn. De aardappel brengt Koch op de gedachte, bacteriën in zoogenaamde cul tures te kweeken. En dan doet hij in het jaar 1882 zijn groote ontdekking: de tuber kelbacil, de verwekker van d e vreeseliike ziekte de tuberculose, vertoont zich onder zijn microscoop. Als het eenmaal zoover is. nemen de doctoren over de geheele wereld hun maatregelen en door systematische bestrijding gelukt het, millioenen menschen het leven te redden! Toeval ofhoogere bestiering? Hier hebben we te maken met kleine dingen, die in het leven van groote mannen een rol hebben gespeeld. Wij allen hebben wel tientallen keeren een stukje glas op een tafelkleed zien liggen, een restje wijn in een glas zien staan of een groen schimmel laagje gezien op een vergeten korst brood of kaas. We hebben ook wel eens opge merkt. hoe raar een aardappel er gaat uit zien als we hem laten liggen! Ja, maar wij hebben bij d t alles hoog stens gedacht: „Bah, wat vies!" Om van kleine dingen groot profijt te trekken, om onbeteekende gebeurtenissen om te werken tot sensationeele ontdekkingen, daarvoor moet men een Leeuwenhoek, een Pasteur, een Robert Koch zijn! We leven temidden van wonderen, maar slechts een enkel bevoorrecht mensch on der ons vermag hierin door te dringen en een klein deurtje te openen, waardoor een bewonderende menschheid verbaasd en dankbaar binnenkijkt. Roeland opriep tot een kruistocht tegen Mooren in Spanje. En Roeland, hoewel zuchtende, ,geh« zaamde Na tal van overwinningen op de Sa« nen te hebben bevochten, werd Roelan kleine achterhoede van het hoofdleger gesneden en ln de nauwe pas van Ronce door een overmacht van Mooren aan; vallen. Om hem heen woedde een verbitla strijd en ook hijzelf werd door een lar steek getrof fen Overal in de heele wereld wekte de tijdii van Roeland's dood groote droefheid. en wel het meest op den Drakenburcht. Een week lang sloot de lieftallige Hild gonde zich in haar kamertje op, dan tr zij bleek maar vastberaden het vertrek v haar vader binnen en deelde hem het t sluit mee. dat in haar ziel gerijpt was. I vóór er een maand verstreken was, vies de gouden lokken van Hildegonde's hoolc en werd zij door een heilige gelofte or.c de nonnen opgenomen. Vóór eeuwig ai God gebonden en voor de wereld geste ven Maanden waren sedertdien verstreka Op den heuvel tegenover den Drakenhuid hield een ridder met zijn gevolg stil. Koi geleden was hij uit liet Zuiden terugge keerd, waar hij in de armoedige hut va een herder maandenlang met den doo worstelde. Maar tenslotte 'behaalde Roland krachtig gestel de overwinning. Hij stond stil en staarde naar den ova kant, waar de Drakenburcht zich verheli „Hildegonde" fluisterde hijen enkel minuten later sloot hij reeds den burcht heer Heribert in zijn sterke ai-men. „Waar Is zij? Dood?" vroeg hij stamelend Treurig keek graaf Heribert hem aan „Hildegonde is de bruid des hemels". E overmand door smart verborg Roeland he hoofd ln de handen Tegen het aanbreken van den dag verlie hij den burcht. Zijn wapenrusting had hi voor altijd afgelegd, want alle begeert! naar roem was in hem gestorven. Dag aai dag zat hij daarboven aan een venstei vanwaar hij het groene eiland met hel klooster kon zien. Hij zag Hildegonde dage Dag aan dag, zat hij daarboven aan een venster. lijks met de normen in den kloostertuin wandelen. Soms scheen het hem, of ze zich groetend boog, en dan werd het bleeke ge zicht van den ridder door het avondrood van het oude, stralende geluk verlicht. Maar op een dag verscheen de geliefde niet in den tuin: klagend klonk het doods- klokje op het stille eiland De herfst kwam en dorre bladeren woeien over het graf van zuster Hildegonde. En nog altijd zat Roeland daar boven en tuurde urenlang naar het eiland. Zoo vond hem op een dag zijn trouwe schildknaap levenloos, het gebroken oog nog gericht naar de plaats, waar de verloren geliefde rustte Vele eeuwen zijn sindsdien verstreken en de Roelandsburcht is in puin gevallen, evenals de trotsche Drakenburcht. Een halve eeuw geleden stortte in een storm- acht/igen winternacht de laatste boog van den Roelandsburcht ineen, maar ze werd weer opgebouwd en nog heden ben dage prijkt de Rolandsboog op de steile rots boven het eiland Nonnenwerth.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1939 | | pagina 16