VANGE
SALTS
De fotografie wordt bekend!
LEIDSCH DAGBLAD, Zaterdag 7 Januari 1939
Vierde Blad
No. 241(7
Mister X" van de Nederlandsche
Spoorwegen
79ste Jaargang
9 januari 1839:
De eigenlijke uitvinder is Joseph Nicéphore Niepce
PAK DIE RHEUMATISCHE PIJNEN
VAN BEIDE KANTEN AAN
Menschenkennis en een goed geheugen voor
gezichten: twee eigenschappen, die te pas komen!
GEMENGD NIEUWS
Oude vrouw dood
gevonden
Zijn experimenten brachten Louis
Jacques Mandé Daguerre roem,
eer engeld.
(Van een bijzonderen G.P.D.-medewerker).
Joseph Nicéphore Niepce, de man wiens
experimenten er de oorzaak van waren, dat
op 9 Januari 1839 in de „Academie des
Sciences" te Parijs de eerste openbare me-
dedeeling over de uitvinding van de
totografie gedaan kon worden!
Straks zal het juist honderd jaar ge
leden zijn, dat op 9 Januari 1839
de beroemde natuurkundige en astro
noom Arago in de „Académie des
Sciences" te Parijs voor een talrijke
schare van belangstellenden een voor
dracht hield over (en demonstratie gat
van) de uitvinding van Louis Jacques
Mandé Daguerre, die te danken was
aan „de samenwerking van dezen met
wijlen den heer Joseph Nicéphore
Niepce" de uitvinding n.I. van de
fotografie, die, zoo men zich bij deze
ofricieele voorstelling aan het publiek
-.vil houden, thans dus haar eeuwfeest
viert! De naamwaaronder zij, honderd
jaar geleden, aan de wereld werd be
kend gemaakt was die van „Daguerro-
typie" een naam waaruit men wél
het aandeel van Daguerre, doch niet het
minstens even belangrijke van zijn me
dewerker en voorlooper Niepce ver
neemt
De totografie: welk een overvloed van
onschatbaar nut heeft zij in de honderd
jaren van haar bestaan de menschheld
bewezen: hoe is zij tot een uiterste van
verfijning geperfectionneerdHet is waar
lijk ondoenlijk, ook maar in vogelvlucht het
zéér vele dat wij, tegenwoordig levenden,
aan haar te danken hebben, op te som
men. In hetgeen hier volgt willen wij ons
dan ook voornamelijk bepalen tot een
vluchtig verhaal van haar wordingsge
schiedenis en van haar prilste dagen
Feitelijk zou dit verhaal al moeten be
ginnen met het jaar 1500, in een Europa,
waar de vroeg-renaissance ontluikt, en waar
geniale kunstenaars, van het slag van een
Leonardo da Vinei, leven: Leonardo, die
niet alleen zich een onsterfelijken naam
als schilder verwierf, doch die tot de
grootste universeele geesten van alle tijden
behoorde, en die zich ook met ware harts
tocht in wis- en natuurkundige problemen
verdiepte. Verscheidene dezer problemen
zijn eerst in onzen tijd opgelost, doch
Leonardo wijdde er reeds zijn aandacht
aan: hij droomde o.a. van onderzeebooten
en vliegtuigen, die de wereld eerst vier
eeuwen na zijn dood zou aanschouwen, en
onderzocht ook de mogelijkheid om door
middel van het licht bepaalde beelden te
projecteeren. Zoo werd hij, al tastend en
zoekend, de uitvinder van de „camera ob-
scura" of donkere kamer, hiermede als
het ware een grondslag leggend voor de
latere fotografie! Tezelfder tijd hadden
verschillende alchimisten, bij hun avon
tuurlijk pogen, uit onedele metalen goud
te maken in hun smeltovens, brouwketels
en retorten, een gas leeren kennen, dat
zich ontwikkelde uit een verbinding van
zout en zilver: het chloorgas, dat zij den
geheimzinnigen naam van „acidum ma-
rinum" gaven. Met behulp hiervan vonden
zij het zilverchloride, waarbij zich de merk
waardige eigenschap voordeed dat dit in
het duister wit was doch, blootgesteld aan
het zonlicht, terstond violet, ja bijna vol
komen zwart werd! Hield men het gedeel
telijk in het zonlicht, gedeeltelijk ln de
schaduw, dan werd alleen het belichte stuk
donker het beschaduwde bleef wit....
Vreemd was dat: en het valt niet te ver
wonderen, dat er al vroeg geprobeerd werd
van deze zonderlinge gedragingen van het
zilverchloride profijt te trekken. In de 18de
eeuw waren het o.a. de Duitschers Schulze
en Scheele, die hiermee proeven van liclit-
afdrukken namen, en die dus óók onder de
voorloopers der fotografie dienen te wor
den vermeld. Alleen, zij konden geen blij
vende beelden verkrijgen: want na korter
of langer tijd vervaagden de indrukken op
de plaat, om op den duur zelfs geheel te
verdwijnen
Voor het eerst: succes!
Eerst omstreeks 1813 zou het aan Joseph
Nicéphore Niepce, een natuurkundige te
Chilon-sur-Saöne gelukken door middel
van zonlicht-bestraling de eerste duurza
me beelden op de gevoelige plaat, vast te
leggen. Deze Niepce was „een stille in den
lande"; hij was in 1765 te Chalons gebo
ren. waar hij ook sterven zou; hij verliet
slechts zelden zijn provinciestadje, en te
midden van de woelingen der groote Fran-
sche Revolutie en de hierop volgende Na
poleontische oorlogen hield hij zich bij
voorkeur bezig met allerlei natuur- en
scheikundige experimenten. In 1816 repro
duceerde hij doorschijnende teekeningen
op platen, die met een lichtgevoelig vernis
waren overtrokken; deze platen werden
dan met een zuur geëtst en als drukplaten
gebruikt. Niepce noemde dit „heliogra-
fieën". Hij ontdekte ook het asfalt-procé-
dé, waarbij de met een lichtgevoelige bitu-
men-oplossing bedekte tinplaatjes gefixeerd
werden door een bad in een asfalt-oplos-
send mengsel van één deel lavendelolie op
zes deelen petroleum of naptha. Terwijl hij
nog steeds doende was zijn „heliografisch"
procédé te verbeteren, bracht in 1826 het
toeval, ln de gedaante van zijn Parijschen
vriend Chevalier, hem in kennis met den
décorschilder Daguerre.
Louis Jacques Mandé Daguerre, den
18den November van het Revolutiejaar
(17891 te Cormeilles, in het departement
Seine-et-Oise, geboren, was reeds als kind
bezield door den vurlgen wensch, later
kunstschilder en een beroemdheid te wor
den. Zooals het méér gaat: in het hulsge
zin maakte men zich vroolijk over zulke
fantasieën en knapen-Illusies, en toen
Louis-Jacques wat ouder was, bezorgde zijn
vader hem een postje op een belastingkan
toor. Doch de eerzuchtige jongeling hield
het hier niet lang uit; zóó onweerstaan
baar trok hem de schilderkunst aan, dat
hij de vleeschpotten in het diensthuis van
den fiscus ontvlood en naar Parijs vluchtte,
waar hij zich ongestoord kon wijden aan
de neiging van zijn hart. Degoti, befaamd
schilder van tooneel- en opera-décors, ont
fermt zich hier over den jongen man en
leidt hem opnatuurlijk voor décor-
schilder! Hij moet er waarlijk geen spijt
van hebben gehad. Want zóó groot blijkt
al spoedig Daguerre's begaafdheid, dat hij
binnen zeer korten tijd op dit gebied als
een artist van den eersten rang geldt, en
vele theaterdirecteuren hem décorwerk op
dragen. Immers, wie kon met zulk een be-
driegeli.ik vernuft als deze jeugdige pro
vinciaal de natuur nabootsen, en door mid
del van bevallige beschildering de vele en
onsierlijke tooneel-toestellen als het ware
wegtooveren? Wie kon zóó verrassend pers
pectief en diepte-effecten in zijn schilde
ringen aanbrengen als Daguerre? Zijn
voorkeur ging vooral uit naar weid-
sche landschappen, nachtgezichten, groot-
sche natuurtafereelen. liefst romantisch
met een ouden bouwval gestoffeerd naar
den smaak des tijds
Nog ruim een halve eeuw later sprak
het tooneelminnend Parijs opgetogen over
zijn verbluffende décors voor de opera
Aladdin of de Wonderlamp": hier zag men
in de donkere zaal gezeten, op het nach
telijk tooneel de maan „precies als ln de
werkelijkheid" achter een oostersche mos
kee ondergaan en verdwijnen: het was be
paald spookachtlg-ècht!In 1822 bracht
hij een novum, te weten zijn grootsch
„Diorama" (wij zouden het een „panora
ma" noemen) waarin de figuren zich zoo
waar konden bewegen en met stomme
verbazing door de gesuggereerde bezoekers
werden aangegaapt. Het was één der groot
ste toeristische attracties van Parijs in die
dagen, en het bleef dit, zeventien jaren
lang totdat op zekeren Maartschen Zon
dag in 1839 het gansche geval in nog geen
twee uren tijds tot den grond toe af
brandde
Voor Daguerre, den constructeur, was het
niet zoo'n verschrikkelijke slag; het ker-
mis-achtige ding had hem al genoeg geld
opgebracht, en verdroeg zich eigenlijk niet
meer goed met zijn jongsten roem, die op
een geheel andere, meer wetenschappelijke
basis gefundeerd was: op zijn groote „uit
vinding", de fotografie
Hij zelf gebruikte graag trotsch dat woord
uitvinding, maar dat dit niet geheel juist
was, hebben wij zoo straks al gezien. In
Januari 1826 had Daguerre een gesprek met
den liierbovengenoemden Chevalier, die
hem iets vertelde over Niepce's merkwaar
dige „heliogTafische" proeven. Een en an
der interesseerde Daguerre in hooge mate,
en hij vroeg zich af, of het niet. mogelijk
was, met behulp van een dergelijk pro
cédé de natuur zóó feilloos na te bootsen
op de tooneeldécors. dat de suggestie der
echtheid volmaakt zou mogen heeten. Kon
hij dien gesloten, stillen monsieur Niepce
niet eens leeren kennen?
Deze wensch ging nog datzelfde jaar in
vervulling. Niepce, die den indruk kreeg,
dat Daguerre ook reeds geruimen tijd op
dit gebied geëxperimenteerd had, ontsloot
zich vertrouwelijk voor zijn nieuwen ken
nis, en onthulde hem zijn werkwijze. Da
guerre luisterde belangstellend toe. meen
de echter, dat de techniek der „heliogra
fie" nog belangrijk kon worden vervol
maakt, en zoo kwam het in 1829 eindelijk
tot een samenwerking (bij verdrag!) tus-
schen Daguerre en den vijfentwintig jaar
ouderen Niepce, wat wel verbazing mag
wekken, omdat in al die jaren (tusschen
'26 en '29) Niepce nooit een enkel staaltje
van Daguerre's „experimenten" te zien
kreeg, Geen wonder, want Daguerre kon
zijn medewerker onmogelijk toonen wat hij
alleen maar in het hoofd had!
De „uitvinding".
Toch zou men verkeerd doen, den schil
der voor een charlatan te houden, want
inderdaad dacht hij véél over het fotogra
fisch probleem na, en wist. vlug van be
grip en handig als hij was, den ander zulke
.verbluffende en nooit gedroomde" verbe
teringen aan de hand te doen, dat deze Da
guerre ten zeerste dankbaar was, en hem
zelfs als zijn meerdere ging beschouwen!
Toen Niepce in 1833 overleed, en zijn
zoon niet de minste belangstelling voor de
proeven van den vader bleek te koesteren,
viel het Daguerre niet moeilijk, het con
tract van 1829 (bepalende o.a., dat aan
de uitvinding de naam der beide com
pagnons zou worden gegeven) in zijn eigen
voordeel te wijzigen:
ijk ondergeteekende", zoo laat hy
den jongen Niepce schrijven, „verklaar
by dezen, dat de heer Louis-Jacques
Mandé Daguerre, schilder, ridder van
het Legioen van Eer, my een procédé
heeft geopenbaard, waarvan hy de uit
vinder is: dit nieuwe middel heeft het
voordeel de voorwerpen 10 a 20 maal
zoo snel te reproduceeren als het mid
del, uitgevonden door den heer Joseph
Nicéphore Niepce, mijn vader
Ingevolge hetgeen hij my hieromtrent
heeft medegedeeld, heeft de heer Da
guerre erin toegestemd, het nieuwe,
door hem uitgevonden middel aan de
maatschappy bekend te zullen maken,
op voorwaarde, dat dit nieuwe procédé
alleen den naam van Daguerre voeren
zal".
Ziehier hoe de naam van Daguerrotype
ontstaan is, en hoe, kort na de Academi
sche voordracht door den geleerden Arago,
de reeds vroeger geridderde schilder werd
gedecoreerd met de rozet van het Legioen.
In werkelijkheid had hy echter het
systeem van Niepce zeer aanzienlijk ver
beterd, en bezigde gepolyste zilverplaten,
waarop hij jodiumdampen liet inwerken,
zoodat zich een dunne laag zilverjodide
vormde. Na de belichting in de camera
stelde hij de platen aan kwikdampen bloot
en ontwikkelde ze aldus; het fixeeren ge
schiedde door middel van een bad in een
oplossing van natrium-hyposulfiet of ka-
lium-cyanide. En toen het Daguerre kort
daarna gelukte de eerste foto's op speciaal
hiertoe geprepareerd papier over te bren
gen, hadden deze de fluweelachtige zacht
heid der beroemde „zwarte-kunst"-pren-
ten. Het verkregen resultaat werd met een
kostelijk-omslachtig woord „Daguerrotypie-
heliogravure" genoemd.
Medio 1839 kocht de Fransche staat het
geheim (tegen een jaarlijksche toelage van
fr. 6000 aan Daguerre en fr. 4000 aan Niepce
Jr.) met de bedoeling het te publiceeren
„opdat ieder profiteeren mocht van deze
vernuftige uitvinding".
Rheumaitisohe pijnen vinden eenerzijds
haar oorzaak in een overzuring van het
organisme, anderzijds in een ophooping van
schadelijke stoffen, als urinezuur. Beide
oorzaken kunt U tegeiyk bestrijden door
het nieuwe middel Vange Salts, dat zelfs
in staat is drie en een half maal zyn eigen
gewicht aari zuivere azijn te neutraliseeren
en dat tevens door krachtig aansporende
werking op nieren, lever en ingewanden het
urinezuur radicaal zal verdryven.
Lijders aan rheumatische pynen, U ziet
er is nu een nieuw en krachtiger middel
voor U, dat door zyn dubbele werking ook
daar zal helpen, waar andere middelen
faalden. Wacht er niet mee, de prijs kan
voor U nimmer een beletsel zyn: 85 cent,
voldoende voor een flinke kuur. Vange Salts
is uitsluitend verkrijgbaar by alle apothe
kers en drogisten.
6505
(Ingez. Med.V
Louis Jacques Mandé Daguerre. die als uit
vinder der fotografie bekend staat, doch
die eigenlijk niets anders gedaan heeft
dan de vinding van Niepce te verbeteren
Zóó deed de foto, onder den naam van
Daguerrotype haar intrede in de wereld van
crinolines, vadermoorders, Schotsch-geruite
omslagdoeken en luifelhoedjes; en onze
overgrootvaders en overgrootmoeders noem
den haar „het nieuwste snufje uit Parijs".
Het werd al spoedig een rage zulke Da-
guerrotypen van familieleden, vrienden en
kennissen te bezitten, en roerloos-geduldig
poseerden de Miebetjes en Keejetjes „voor
den toestel, dienende tot het opvangen en
het vastleggen van de beelden dewelke
men in de „camera obscura" ofwel don
kere kamer verkrygt".
Want Leonardo's donkere kamer was de
hoofdzaak by dit „gedulds-instrument", dat
zoo schrijft een 1840-er, „alle illusies ver
nietigt en evenals een spiegel van elkeen
het zuiver en waarheidsgetrouw beeld
geeft
Nog vele verbeteringen zouden er in de
uitvinding worden aangebracht'. Daguerre
blpef er tot zijn dood toe (1851) mee bezig.
Doch de hoofdzaak is, dat in 1839, honderd
jaar geleden, zyn procédé aan de wereld
werd bekend gemaakt, en dat de 9de Ja
nuari van dal jaar de officieele geboorte
dag werd van de fotografie
(Nadruk verboden)
(Van een G.PD.-redacteur).
II.
Heel even ritselt een blaadje in het kan
toor van den Spoorweg-detecetive. Daar
verdwijnt het bordje „Pauze".... Opnieuw
rijst het doek, dat gevallen was over den
arbeid van een man. die als opsporings
ambtenaar der Nederlandsche Spoorwegen,
vele successen heeft geboekt in den strijd
tegen oplichterij en misdaad.
Daar zitten ze weer: de speurder, die
herinneringen ophaalt en de interviewer,
die tot „Mister X" heeft weten door te
dringen. Het tweede bedryf neemt een aan
vang. beginnend met een algemeene op
merking over twee belangryke eigenschap
pen. die een goeden detective sieren en
eindigend met een verbluffend staaltje van
speurderstalent. Ziehier wat de Spoorweg
detective vertelt:
„Menschenkennis en een goed geheugen
voor gezichten: dat zyn twee factoren, die
voor den opsporingsarbeid van het hoogste
belang zijn. Ik voel intuïtief, of de men-
schen, die ik moet verhooren, de waarheid
spreken, of zich door leugens uit een netelig
parket trachten te redden.
Mijn geheugen voor gezichten kan ik ten
allen üjde opfrisschen. want ik bezit een
zakalbum met foto's, waaraan ik nu al weer
15 a 16 jaar geleden als eerste in Europa
begonnen ben. Hierin bevindt zich van
welhaast eiken internationalen oplichter,
die speciaal in treinen zyn slag poogt te
slaan, een tweetal conterfeitsels „en pro
fil" en „en face" met diens naam. adres
en geboorteplaats. Ik heb dit album eens
aan een Criminal-Commissar" van de
Hamburgsehe politie laten zien. Die was er
enthousiast over en liet er direct één na
maken. Daarmede heeft hy op een politie-
tentoonstelling te Berlijn nog een prijs be
haald ook.
De grootste affaire die lk heb uitgepuz-
zeld? Dat is in 1922 of 1923 geweest. Her-
haaldelyk hadden toen bagagediefstallen
plaats: meestal koffers, die voor ons land
bestemd waren of die via Nederland naar
het buitenland gingen. Ik kreeg tenslotte
een spoor te pakken, dat naar een bende
buitenlanders leidde. In den "tijd van acht
dagen had ik er toen 12 te pakken
Een aardige zaak was ook het is nu
al weer jaren geleden gebeurd de regel
matige verdwijning van bontzend'ngen in
Zuid-Frankrijk en in ons land. Hier was
geen bende aan der gang maar slechts één
man. Het is dan veel moeilijker om een
spoor te vinden. In samenwerking met miin
Fransche en Belgische collega's is- dit ech
ter toch gelukt en de dader bleef dan ook
n'et lang meer op vrije voeten.
De samenwerking met de buitenlandsche
collega's is van het begin af uitstekend ge
weest. Het is meerdere malen voorgekomen,
dat myn collega's in het buitenland of ik
in ons land bii een huiszoeking dingen ach
terhaalden welke aan Nederlandsche reizi
gers in het buitenland of aan buitenlan
ders die in ons land gereisd hadden, ont
stolen waren. Dan brachten en brengen wy
elkaar hiervan onmiddellijk op de hoogte
en zorgen er voor. dat het gestolene weer
in handen der rechtmatige eigenaars terug
komt.
Fraude met plaats- of perronkaartjes
wordt in negen van de tien gevallen ont
dekt. De controle èn aan de stations èn
in de treinen is uitstekend. Trouwens:
den geheelen dag is daarvoor alleen al een
chef met zyn staf op stap! Alle onregel
matigheden met abonnementen of kaartjes
worden in eerste instantie door hen onder
zocht. Zit er een strafrechterlijke kant aan,
dan krijg ik dergelyke overtredingen te be
handelen. Zoo kan het voorkomen, dat
iemand reist op de abonnementskaart van
een ander, of dat men tracht met een
foefje een station te verlaten met een
kaartje, waarop de reis niet onderbroken
mag worden ofdat men zonder kaartje
reist. Van deze en dergelijke gevallen wordt
dan een rapport opgemaakt, dat ik verder
afwerk, zoo noodiz in mijn functie van on
bezoldigd rijksveldwachter
De controle aan de stations is overigens
uitstekend! Dat ondervond onlangs een
reizigster, die met een ongeknipt perron
kaartje het Buurtstation te Utrecht wilde
verlaten. Toen de controleur aan den uit
gang haar vroeg waarom haar kaartje niet
geknipt was. vertelde zij in de vestibule een
kaartje gekocht te hebben en met zulk een
haast door de controle by den ingang ge
sneld te zyn, dat de controleur aldaar haar
kaartje niet had kunnen knippen. De con
troleur aan den uitgang verzocht haar, in
verband met deze bewering, om den con
troleur bü den ingang, die haar had laten
passeeren, aan te wijzen. Inderdaad wees
zij één der ambtenaren aan, doch deze ont
kende pertinent, dat zü hem voorbygehold
was. Daarom werd van deze reizigster be
taling van een bedrag van twee gulden ge-
eischtZy weigerde dit echter schreef
zelfs een boozen brief naar de Spoorwegen
waarna mij het onderzoek in handen werd
gegeven. Zoo langzamerhand ken ik alle
foefjes om zonder geldig plaatsbewijs met
een trein te reizen. Ik begreep, dat hier
ook zoo'n geval'etje betrof Nadat ik een
poosje met de reizigster had gepraat zei ik:
Ik weet al lang wat er gebeurd is. U bent
zonder kaartje in den trein gestapt en een
galante ridder van het sterke geslacht die
vond dat u een aardig gezichtje had be
loofde voor u een perronkaartje te zullen
koopen zoodat u het station ongehinderd
zou kunnen verlaten....!" Neen" viel zij
me toen haastig in de rede. ,hy stond op
het perron op me te wachten
Er werd verder niet meer gepraat: het
bedrag van twee gulden weTd meteen
voldaan!"
MOORD TE UTRECHT.
Onder verdachte omstandigheden heeft
men gistermiddag om 12 uur te Utrecht,
gelijk wij reeds in een deel onzer vorige
oplaag hebben gemeld, de 81-jarige weduwe
E. Sibbing dood in haar woning aange
troffen.
De bejaarde vrouw bewoonde alleen een
perceel in de Johannes Camphuisstraat en
staat in de buurt bekend als het „eier-
vrouwtje", dat met eieren langs de huizen
leurend, haar kostje verdient.
Toen tegen den middag een ambtenaar
van het gemeentelyk gasbedrijf den meter
wilde controleeren. vond hij de deur aan
staan. ging naar binnen en trof de weduwe
in haar bed liggend aan. De wanorde, die
er ln de kamer heerschte, gaf hem reden
om een nader onderzoek in te stellen.
Daarhii kwam hij tot de ontdekking, dat
de vrouw was overleden. Hij waarschuwde
de politie, die een onderzoek instelde.
Het lijk is in beslag genomen. Het ver
moeden rijst, dat hiervan misdrijf sprake is.
BRAND IN HET STOOMSCHIP
„DRECHTDUK".
Salon-complex uitgebrand.
Te ruim één uur vannacht is door tot
nog toe onbekende oorzaak brand uitgebro
ken hl het salon van het ss. „Drechtdijk"
van de HollandAmerika-lijn, dat gemeerd
lag aan de linker Rijnhaven Z.Z. te Rot
terdam. Op dat oogenblik was men in hét
ruim van het schip, dat hedenmiddag moest
vertrekken, bezig met het stuwen van de
lading.
Tijdens de werkzaamheden werd het per
soneel opmerkzaam gemaakt op een scherpe
brandlucht en toen het een onderzoek in
stelde, bleek dat er brand woedde in het
hooger gelegen salon, waarin op dat mo
ment- niemand aanwezig was. De vuur
haard. die bijna vlak onder de brug zat,
was moeilijk te bereiken en mede door de
sterke rookontwikkeling heeft het eenigen
tyd geduurd, vóór de brandweer het vuur
had bereikt. Personeel van de afd. brand-
bluschmiddelen heeft met rookmaskers de
plaats bepaald, waar de brand het ergst
was en daarop vier slangen uitgelegd. Met
deze vier stralen wist men het vuur spoe
dig onder de knie te krijgen. Voor alle
zekerheid is een drijvende stoomer in re
serve gehouden. Het salon-complex is vrij-
wijl geheel uitgebrand.
ONVEILIG STRAND.
Het strand te Scheveningen is op 11
Januari onveilig tot het Wassenaarsche
Slag en op 12 en 13 Januari, tot Katwyk,
steeds van 10.30 tot 16 uur, wegens schieten
met geschut.
De aandacht wordt er op gevestigd, dat
het strand eerst weder toegankelyk is. na
dat de roode vlaggen, welke de onveilige
strook aanduiden, zijn ingehaald.
GELDEN ONTTROKKEN AAN
NALATENSCHAP VAN f. 40.000.
De politie te Amsterdam heeft in een
woning aan den O.Z. Achterburgwal aldaar
een veertigjarigen koopman, afkomstig uit
Brussel aangehouden, die wordt verdacht
van verduistering van gelden onttrokken
aan een nalatenschap, groot veertigduizend
gulden.
Tevens werd in verband met deze zaak
een acht en dertigjarige koopman, wonen
de te Hillegersberg, verdacht van verduis
tering aangehouden.
By het opmaken van den boedel bleek
het verwachte bedrag er niet meer te zyn
en de teleurgestelde erfgenamen deden
aangifte bij de politie, dat twee familie
leden groote bedragen voor hun zaken aan
de nalatenschap zouden hebben onttrok
ken.
.Mister X" van de Nederlandsche Spoor
wegen zwügt.De ervaren psycholoog
heeft, naar zyn meen ng lang genoeg over
ziin werk gepraat. En dus
Overigens heeft de interviewer ervaren,
dat er werkelijk n ets aan de oogen van den
speurder ontgaat. Een op den grond geval
len poUooddopje. dat naar een voor gewone
menschenblikken onvindbaar plekje is ge
rold toovert hy' in .no time" op tafel met
de onmerking Iedereen zyn vak....!" En
diezelfde scherpe oogen besnaren den be
zoeker een tweeden gang naar het Hoofd
gebouw der Spoorwegen, waar de. laatste,
zonder- den man-die-alles-ziet kalmweg
zyn bloc-note zou hebben laten liggenT
(Nadruk verbodenT.