D E' IN DE PIJR Belasting-Consulent LEI9SCH DAGBLAD - Zsvonde Blad Het visscherijbedrijf in 1938 Zaterdag 31 December 1938 D. SEIJDELL HOUTLAAN 25 bij Rijnsburgerweg BEN NIEUW JAAR TEGEMOET A/1 ET DOUWE EGBERTS Haringprijs hooger dan verleden jaar Aanvoer echter 175.000 kantjes minder. De trawlvisscherij eindigt teleurstellend De haringhandel De trawlvisscherij DAGBLADRECLAME Het bij voortduring lage peil der bedril- Tigneid beteekeude, oat ons tand bleef wor stelen met de problemen van een werk- loosneia van ver over de driehonderddui zend en het is noodig, ons steeds opnieuw er op te bezinnen, wat dit cijfer inhoudt voor een gezonde sociale ontwikkeling, welk een ondermijneuden invloed het uitoefent op onze physieke en psychische volkskracht en in welke mate net verslappend werkt op het weerstandsvermogen van ons volk tegen extremistische politieke invloeden. Het mag inderdaad een verblijdend verschijnsel hee- ten, dat na jaren van een dergelijke om vangrijke werkloosheid, de uiterste politieke groepeeringen niet meer vat op ons volk blijken te hebben gekregen dan zij thans hebben. Dit immers waarborgt Nederland, indien het er in slaagt, de rentabiliteit van zijn bedrijfsleven te herstellen, een rustige en gezonde politieke ontwikkeling. Verzwaring der lasten. Op onze staatsbegrooting legt de zorg voor het werkloozenleger, te zamen met de dooi de ontwikkeling op het terrein der interna tionale politiek afgedwongen defensie-offers een fatalen druk. De in September inge diende miliioenenr.ota legde daarvan getui genis af, in het bijzonder dank zij Minister de Wilde's lofwaardig streven, ons ditmaal een onverhuld beeld te geven van de wer kelijke situatie van 's lands financiën, Een belangrijke verzwaring van lasten wacht ons volk en zijn bedrijfsleven: een „nationale inkomsten- en winstbelasting" zal zich komen voegen in de reeds zoo uitgebreide reeks van hooge cynsen, die belasting-beta lend Nederland uit de door de ongunstige conjunctuur sterk gekrompen beurs zal moeten opdiepen. Voorwaar, het ls een som ber beeld, hetwelk de rijksbegrooting voor 1939 aan onzen blik onthult, al meenen wij beslist te moeten tegenspreken, dat het een schelle noodkreet als die der „negen-man nen" rechtvaardigt. Een dergelijke felle, en toch zoo vage aanval, die het Nederlandsch staatscrediet ondermijnt door het voor te stellen alsof wij financieel en economisch in snelle vaart naar den afgrond afglijden, dient als ongemotiveerd en gevaarlijk te worden afgewezen. Het getuigt van het koele en bezadigde Nederlandsche koop mansoordeel, dat ons volk. hoewel zich ten volle bewust van de dringende hoofdzaak tot saneering van de staatsfinanciën, zich niet heeft laten meesleepen door de bittere verwijten der „negen-mannendie hebben moeten ervaren, dat de Nederlanders de i hun voorgezette schotels zoo noodig van den spreekwoordelijken korrel zout weten te voorzien. Het economisch regeeringsbeleid. In de politiek, welke de regeering wenscht te volgen ter stimuleering van ons bedrijfs leven en ter dekking der begrootingstekor- ten, is dit jaar geen principieele wijziging gekomen. Eenerzijds bezuiniging en aan draaiing van de belastingschroefanderzijds uitvoering van openbare werken, steun aan landbouw en andere bedrijfstakken, in dustrialisatie en hanteering van het wapen der handelspolitiek als middel tot bescher ming en ondersteuning van het bedrijfsle ven, ziedaar, ook in dit jaar de pijlers van het economisch regeeringsbeleid. Wel werd hier en daar het accent van het eene on derdeel naar het andere verlegd. Wij denken hier met name aan de handelspolitiek. De gewijzigde tariefsmachtigingswet beteekent volmacht aan de regeering tot het voeren van een zuiver protectionistische politiek en de regeering moge bij de uitoefening der haar verleende bevoegdheden zekere crite ria hebben in acht te nemen, zulks neemt niet weg, dat de gewijzigde wetsartikelen haar ruimschoots gelegenheid zullen bie den, het tanefwapen te gebruiken voor de verwezenlijking harer economisch-politieke doelstellingen. 1938 heeft Nederland defini tief op het glibberige pad der protectie ge bracht en met spanning wachten wij af, hoe ons land zich op dezen weg zal voort bewegen. Conversie en beleggersfront. Tengevolge van het gebrek aan activiteit ln het bedrijfsleven kwam slechts een zeer geringe vraag op geld- en kapitaalmarkt tot uiting Nederland bleef in het afgeloopen jaar de ongeëvenaarde geldrulmte vertoo- nen. die reeds aan het eind van 1937 aan wezig was. Publieke en private lichamen maakten van den daaruit voortvloeienden lagen rentestand een dankbaar gebruik, om tot conversie over te gaan van hun uit staande obligatieleningen Het was de Nederlandsche staat, die in den aanvang van het jaar het sein hiertoe gaf door de zeer geslaagde uitgifte van een 33'/j°/o conversieleening ten beloope van het voor Nederland ongekend hooge bedrag van 1700 millioen gulden. Het voorbeeld vond gereede navolging, doch het duurde niet lang. of deze conversie-operaties die voor de met een moeilijk rentabillteitsprobleem worstelende Nederlandsche banken een wel kome bron van inkomsten hadden gevormd) daalden tot een minimum. In hoeverre hiervoor de actie van het in het begin van het jaar gevormde front der groote Neder landsche beleggers verantwoordelijk moet worden gesteld, is niet met eenige zeker heid te bepalen. Niet te ontkennen valt. dat deze organisatie, die zich ten doel stelt, excessen op de emissiemarkt te breidelen, in den loop van het jaar in staat is ge weest, met haar boycot-actie verschillende successen te boeken, doch men mag hierbij zeker niet uit het oog verliezen, dat zij ver scheidene malen den wind meehad, zooals b.v. in de spannende Septemberdagen, die haar zonder bezwaar in staat stelden haar eischen te verzwaren. Afgezien van een kleine opleving aan het eind van het jaar, bleef de vraag naar nieuw geld buitengewoon gering. Dit ge brek aan geschikte beleggingsobjecten stelde speciaal ook de levensverzekeringsmaat schappijen voor moeilijke problemen. Het vormde de groote drijfkracht voor het door dringen van deze instellingen op het ter rein der hypotheekbanken, op welk terrein de verscherpte concurrentie leidde tot een concentratiebeweging ter versterking van de positie ln den concurrentiestrijd. De geschetste monetaire ontwikkeling stelde Nederland in staat, niet slechts zijn enormen goudschat te behouden, doch deze zelfs nog weer te vergrooten. Voor een be langrijk deel (naar schatting thans een vierde: bevindt deze goudvoorraad zich, om valuta-technische redenen, in het bui tenland, vooral in New-York en Londen. De Effectenbeurzen. Niet alleen de geld- en kapitaalmarkt vertoonden een verlaten beeld; stilte ook heerschte vrijwel het geheele jaar door op de effectenbeurzen getuige de opbrengst van de beursbelasting. die in de eerste elf maanden niet boven de 4.1 millioen gul den kwam tegen 8.1 millioen in de over eenkomstige periode van 1937. De stroom van introducties van Amerikaansche waar den, alsmede van fvactiebewijzen van de meest verschillende depoteenheden (moge lijk gemaakt door een verzachting van het embargo op buitenlandsche leeningen l, was niet in staat de beurzen tot levén te wekken. Wel bracht hij leven in de brou werij in financieele en beurskringen, waar een scherpe controverse ontstond over de wenschelijkheid van de plotselinge, snelle uitbreiding van de „unittrust"-activlteitin Nederland. De Veveeniglng voor den Effec tenhandel ontwierp speciale beschermings maatregelen ten behoeve van de beleggers in deze depotfractiebewljzen. Het was niet de eenige beschermingsmaatregel, waartoe de „Vereenlging" dit jaar besloot: de Wie- gerinck Muschter-affaire bracht duidelijk naar voren, dat krachtig optreden van de zijde van het bestuur der „Vereenlging" noodzakelijk was. teneinde het aan het lidmaatschap van de „Vereeniging" kleven de cachet van soliditeit en betrouwbaar heid te handhaven. Het koersverloop. In aanmerking nemende alle factoren van economlschen en niet-economischen aard. die in het afgeloopen jaar medewerk ten tot een druk op de beurzen, mag het koersverloop niet onbevredigend heeten: nadat in het begin van Maart aan de Am- sterdamsche beurs een hoogtepunt was be reikt, trad een inzinking in, die in den zomer wzer voor een herstel plaats maak te, dat echter het niveau van het voorjaar niet bereikte In September openbaarde zich een felle reactie, doch October bracht de koers wederom op het vorig peil, het welk zich tot December vrij goed kon hand haven. December gaf een afbrokkeling te zien onder invloed vooral van Wall Street, waar belastingverkoopen en seizoensreac ties eenigen druk uitoefenden. Laten wij thans het licht vallen op en kele belangrijke Nederlandsche conjunc- Telefoon 3598 3433 (lugez. Med.) tuur-indices en op sommige leidende be drijfstakken. Op den voorgrond treedt dan allereerst de voortgezette daling van het indexcijfer der groothandelsprijzen van 75 6 in December 1937 tot 70.2 in November met een lichte onderbreking in October (basis 1926/30 100), Vergelijken wij hiermede de beweging van de kleinhandelsprijzen, zooals die tot uiting komt in het index cijfer van de kasten van levensonderhoud, dan zien wij dat dit laatste cijfer in No vember met kleine schommelingen was aangeland op 137.4 tegen 139.4 in Decem ber 1937 (basis vóóroorlogsche prijzen 100). Het blijkt dan, dat ook in Neder land de dispariteit tusschen groot- en kleinhandelsprijzen een typisch economisch verschijnsel is. Onze buitenlandsche handel bleef in 1938 belangrijk beneden de waarde, bereikt in 1937 Zoowel invoer als uitvoer waren bijna 9 1 minder dan in het vorige jaar. hetgeen bij de algemeene inkrimping van den we reldhandel zeker geen verwondering be hoeft te baren. Het bedrijfsleven. De afzonderlijke takken van het Neder landsche bedrijfsleven gaven weliswaar een sterk^geschakeerd beeld te zien, doch de algemeene indruk, dien zij van 1938 achter laten, is weinig bemoedigend. Noch de be drijven. welke in het bijzonder op de bin- nenlandsche markt zijn aangewezen, noch de exportbedrijven hebben als geheel ge nomen reden om met tevredenheid op het afgeloopen jaar terug te zier.. De kunst zijde-, radio-, textiel- en diamant-indu strieën hebben met groote moeilijkheden te kampen. De situatie in het hoogoven- bedrijf is ongunstiger dan verleden jaar. Uit de schoenenindustrie komen vele klachten over scherpe concurrentie en slechte prijzen. Slechts de scheepsbouw- en metaalnijverheid alsmede het scheepvaart bedrijf kunnen redelijk voldaan zijn over wat 1938 hun bracht. Bij de scheepvaart, bedenke men hierbij wel. dat de situatie in de wereldscheepvaart, gelijk boven uiteen gezet, kortweg slecht moest worden ge noemd. Immers nu stemt de ontwikkeling van de Nederlandsche scheepvaart tot dub bele voldoening. Reden tot groote tevre denheid geven ook de recordcijfers van het Rotterdamsche liavenverkeer, vooral ook. omdat Rotterdam tevens zijn positie onder de groote wereldhavens van West-Europa aanmerkelijk versterkte. Een ongunstigen factor voor onze vracht vaarders en scheepsbouwers, zoomede ook voor verschillende andere Nederlandsche bedrijven, vormt de omstandigheid, dat ECHTE ERIESCHE HEEREN-PAAI EN OUD-HOLL PIJPTABAK ANNO 1755 5938 (Tngez. Med.)* ons Egalisatiefonds zich de laatste weken aan den dollar heeft vastgeklampt (en dus feitelijk aan het goud), waardoor het Ne derlandsch bedrijfsleven den druk onder vindt van de daling van het Pond. Uit den kleinhandel luiden de berichten in het algemeen niet bijster gunstig. Wat het bankwezen betreft, dit zal over 1938 evenmin gunstige resultaten te zien kun nen geven, gezien den bij voortduring lagen rentestand, de geringe activiteit ter beurze en het opdrogen der inkomsten uit con versies. Ned.-Indië. Wat tenslotte Nederlandsoh-Indlë aan gaat, daarover kunnen wij kort zijn. waar het immers vanzelf spreekt, dat de con junctuur van dit deel onzer overzeesche bezittingen dpn nadeellgen invloed moest ondergaan van de prijsdaling op de goe derenmarkten. Indië drijft op een aantal voorname uitvoerproducten, waarvan de opbrengst in 1938 is gedaald, hetzij als ge volg van een sterk ingekrompen uitvoer Uit hoofde van verscherpte restrlctiemaat- regelen, hetzij als gevolg van prijsdaling, hetzij als gevolg van een samenwerking dezer beide invloeden. De dividendstroom naar Nederland zal dan ook heel wat ma tiger worden dan dit Jaar het geval was. Het jaar 1938 zal noch in de politieke noch in de economische geschiedenis als een gunstig- jaar bekend staan. Het is een jaar geweest van haast onop- houdelijken angst, die aan den rustigen opbouw van de prosperiteit den nood zakelijken grondslag heeft ontnomen. Het ziet er helaas niet naar uit, dat met de jaarwisseling een rustiger sfeer is geschapen. Aan alle kanten liggen onopgeloste politieke vraagstuk ken. Er is dan ook moed voor noodig, het nieuwe jaar met optimisme in te gaan. Gelukkig ontbreekt ons volk die moed niet en mogen wij hieruit sterkte putten voor de vele nieuwe zorgen, die ons ongetwijfeld zullen wachten. (Nadruk verboden 1. (Van onzen visscherij-medewerke<r>. Groote scheepsrampen bleven het haring- visscherijbedrijf in 1938 gelukkig gespaard. Bij het stranden van een Scheveningschen logger vielen drie menschenlevens te be treuren en tijdens de zware stormen van einde September en begin October hadden op zee nog enkele ongelukken plaats. Van Katwijk bleven drie menschen: de laatste dagen van het jaar zullen bij de nage- iatenen weer vele herinneringen oproepen. De vlootsterkte was gelijk aan die van het vorig jaar. De moderniseering van de vloot ging regelmatig voort; verschillende loggers werden verlengd, andere van nieuwe, zwaardere motoren voorzien. De schepen mochten vanaf li Mei in ver. schillende etappes uitvaren. De lengte van het vischtuig nam regelmatig toe. Tenge volge van de staking voeren de eerste schepen een week later; dit waren een tiental Katwi.iksche schepen Van Scheve- ningen en Vlaardingen bleven voorlooplg alle schepen liggen Een enkel oogenblik dreigde de staking ook naar Katwijk over te slaan, doch gelukkig kon dit voorkomen worden. Zoo vo:ren alle Katwijksche sche pen. zij het met eenige moeite, op de be paalde tijden De staking in de andere plaatsen heeft juist twee maanden geduurd tot 11 Juli. De prijzen van de nieuwe Maatjes waren in het begin zeer hoog en de Katwijksche reederijen en opvarenden hebben dan ook wel geprofiteerd van het binnenliggen van de rest van de vloot. Tengevolge van de staking bedroeg de mindere aanvoer Maat jesharing ongeveer 60.000 kantjes Geluk kig kon na II Juli nog voldoende voor raad gevormd worden voor het komende seizoen De koelhuisvoorraden zijn behoor lijk hoewel niet zoo groot als het vorige jaar. De Zandvlsscherij had veel te lijden van stormweer; de eene storm volgde als het ware op de andere. Dit kwam de bewerking van de haring niet ten goede; het aan gebrachte product liet nog al te wenschen over, te meer daar de kwaliteit van de haring dit jaar niet zoo goed was als anders. De vangsten waren niet zoo ruim als in 1937; er werden ruim 100.000 kantjes minder aangebracht. De Engelschewalvlsscherij, zoowel als de Kanaalvisscherij leverden bevredigende resultaten op Er werd zeer veel haring versch te IJmuiden aangebracht; deze aan voeren waren belangrijk grooter dan hel voorgaande seizoen. In totaal werden dit jaar geland 775.000 kanljes haring tegen 950,000 kantjes ni 1937; dus een mindere aanvoer van 175.000 kantjes- In den loop van de maand September trad een sterke prijsdaling in; die gedeel telijk verband hield met den gespannen Europeeschen toestand. Op voorstel van de Reedersvereeniging en met steun van de regeering werd een crediet van een millioen gu'den beschikbaar gesteld. Hiermede werd haring uit de markt gekocht, die de te voren vastgestelde minimumprijzen niet opbracht. Door de reeders werd een fonds gevormd van 25 ct. per aangevoerd kantje of ongeveer f. 200 000. In totaal werden bijna 95.000 kantjes haring opgenomen; waarvan 20.000 kantjes Zandharing en de rest Engelsche wal. De prijsregeling heeft uitstekend gewerkt en reeds spoedig wer den belangrijke hoeveelheden opgenomen haring tegen iets hooger prijzen v.eer aan den handel terugverkocht. Op het einde van het jaar zal de voorraad der reeders vereeniging wel niet veel grooter zijn dan 40 000 kaatjes. De zoutharingvisscherij werd in gedeel ten beëindigd van 27 November tot 12 De cember. Hoewel de voorraad gezouten ha ring niet al te groot is. is deze maatregel toch toe te juichen, daar hiermede voor komen werd, dat groote partijen minder waardige Kanaalharing werden ingezouten De gemiddelde haringprijs zal dit Jaar ongeveer f. 8.5G bedragen tegen f. 7.50 het vorig jaar en f. 9 in 1936. Voor een loonende exploitatie is deze prijs nog te laag, reke ning houdend met der. aanvoer. Voor de reederijen was het een geluk, dat de aan schaf fingskosten van de belangrijkste be- noodigdheden lager waren dan in 1937. Een verlaging van den tonnenprijs, het belangrijkste verbruiksartlkel bij de haring - visscherij werd verkregen door meerdere samenwerking van belanghebbenden. Alle reeders hadden zich verplicht per schip 400 nieuwe tonnen aan te maken. Door dezen maatregel kwamen meerdere tonnen ln circulatie en kregen speculanten geen kans den tonnenprijs omhoog te jagen. De versch-haringvisscherij 1 everde tot 12 December bevredigende resultaten op. Er was een groot contingent voor Duitsch- land en verder was er een regelmatige vraag uit België, Tsjecho-Slowakije en Po len. Het binnenlandsch verbruik neemt nog steeds toe. wat een verblijdend toeken is. Half December liep het echter met de prijzen mis- Het grootste gedeelte van de vloot vischte nog op versche haring en de markt was spoedig overvoerd. Hier kwam nog bij, dat het Duitsche contingent uit geput was. De prijzen liepen tot beneden de f. 150; het gevolg hiervan was. dat de meeste schepen de vtsscherij beëindigden. Op het oogenbllk vischt niet meer dan een veertigtal schepen. 1938 ving aan met zeer groote voorraden, welke nog voor een flink gedeelte uit Zand haring bestonden. Met groote moeite en tegen verliesgevende prijzen is het den landel gelukt de oude voorraad te ruimen ioor den aanvang van het nieuwe seizoen. De voorraad Maatjesharing was eveneens root; het is voor de houders van deze larlng een geluk geweest, dat de prijzen van de nieuwe Maatjes, tengevolge van de staking, zoo hoog bleven. Hierdoor kon d" geheele voorraad geruimd worden. De exporteurs hadden het' afgeloopen jaar weer aan een groote verscheidenheid van moeilijkheden het hoofd te bieden. Het contingent voor Duitschland was be langrijk kleiner dan het vorige seizoen. België voerde een stelsel van invoervergun ningen ln voor gezouten haring en voor bokking. In September/October werd veel concurrentie ondervonden van de te Ostende aangevoerde versche trellharing, die zeer goedkoop was. Ruland nam 12000 vaten af tegen 26.000 ln 1937 en ruim 100.000 in 1936. Polen stelde blinder invoervergunningen ter beschikking. Lithauen, dat het vorig Jaar 35.000 vaten afnam, contingenteerde den invoer op basis 1935. in welk iaar wij geen export naar dat land hadden; uit voer was dus onmogelijk. De dreigende oorlogstoestand einde Sep tember legde den handel practlsch stil en het duurde tot het laatst van October eer de toestand weer eentgszlns normaal werd Aan het einde van het jaar is de totale voorraad Volle en Steurhraing zoomede die van de Maatjes belangrijk minder dan einde December 1937, Er bestaat nog steeds een levendige vraag. Onze Engelsche con currenten hebben evenmin veel voorraad en de prijzen zijn daar hooger dan bij ons. De vooruitzichten voor de komende maan den zijn niet ongunstig en de algemeene verwachting is dat de voorraden geruimd zullen zijn voor den aanvang van het nieuwe seizoen. De moeilijkheden, waarmede het visscherij bedrijf du al sedert een rij van jaren te kampen heeft, eensdeels tengevolge van de verminderde koopkracht in binnen- en buitenland, anderdeels door de invoer- belemmeringen en de deviezenbepalingen, ingesteld door die landen, welke voorheen tot de beste afnemers behoorden van de producten van het Nederl. visscherijbedrijf, deden zich ook in het alfgeloopen jaar weer ernstig gelden. Wat de belemmerin gen van den export betreft, deze zijn lang zamerhand van dien aard geworden, dat telken jare weer meer blijkt, dat het Ne- deilandsche visscherijbedrijf er rekening mee heeft te houden dat de tijd zal komen, dat het zijn afnemers alleen nog maar ln het binnenland kan vinden. Alhoewel de uitvoercijfers voor 1938 natuurlijk nog niet bekend zijn, kan reeds met zekerheid worden gezegd, dat de uitvoer van versche visch al weer lOVi minder zal zijn dan in 1937, hetgeen beteekent, dat deze niet meer dan 20bedroeg van dien van 1930! Het eenige land, dat nog perspectieven biedt is Engeland. De door dit land inge voerde contlngenteering (die zeer ruim is) en de taxe van 10»/o schijnt geen belemme ring voor een matigen exporthandel te zijn. De uitvoer naar dit land die in 1933 tot ca. 275.000 Kg. was gedaald, bereikte de laatste jaren weer gemiddeld 1 millioen Kg. De exporteurs op Engeland zouden ongetwijfeld hun omzet kunnen vergrooten, Indien de markt ruimer was voorzien van die soorten, welke het best in Engeland geplaatst kunnen worden. Juist in ver band hiermede is het noodig, dat het IJmuidensche visscherijbedrijf de Noordzee- visscherij niet gaat verwaarloozen en dat, op welke manier en met welke middelen dan ook, getracht wordt, den vischstand op de Noordzee voor verderen achteruit gang te behoeden. Voor de Belgische exporteurs ziet de toe komst er al heel donker uit. Indien de Belgische reeders hun zin krijgen, zal er voor de Nederlandsche visch geen plaatsje op de Belgische markt meer overblijven Versche haring is de laatste twee jaren een belangrijk artikel voor IJmuiden ge worden In 1937 werd per spoor van IJmui den zelfs evenveel haring als andere soor- Fiimster: en 's avonds werk ik hët liefst in de keuken, net als een gewone huls vrouw I" ten versche zeevisch verzonden, n.l. 16 17 millioen K.G. Ook dit jaar speelde de haring weer een groote rol. De visscherij leverde zeer wisselende resultaten op; nadat de Duitsche trawlers de haringvls- scherij hadden beëindigd en er dienten gevolge veel vraag van over de Oostgrens kwam. bleek een ware bloeitijd voor de Nederlandsche haringvisscherij i.e. de drijf- netvisscherij aan te breken. De vreugde was echter van korten duur, want de markt stortte ineen, zoodra zich devieoenmoel- üjkheden voor den Duitschen export voor doden. Zelfs in December nog kon de Rljksvlschafalag, mede door de inderdaad rijke haringvangsten, bogen op buitenge woon hooge dagverkoopen. Door de felle koude kwam er omstreeks half December een zeer ongunstige wen ding; de vischprijzen daalden onrustba rend en zoodoende verdween de kans, dat ln de maand December de f. 985,000 die nog noodig waren om den omzet van 1937 te halen, bereikt zouden worden. De maand December zal ongeveer f 850.000 opleveren, zoodat de omzet van 1938 vermoedelijk f. 7,445,000 zal bedragen tegen f. 7,576,439 in 1937. Wat nu de resultaten der trawlers betreft de gemiddelde reisbesomming bedroeg ca. f. 2490.— tegen f. 2365,— in 1937. Er wer den echter ongeveer 175 reizen minder ge daan Over het algemeen hebben de in de vaart gebrachte groote trawlers uitstekend gevaren. Het type Erin (50 ton kleiner dan de Haarlem en de DelftI schijnt wel voor een groot-model trawler het juiste type te zijn. De trawlloggers bereikten ongeveer de zelfde resultaten als in 1937; hun gemid delde reisbesomming was f. 540.— tegen f. 560 in het vorige jaar. De enkele groote loggers maakten meermalen opvallend groote reizen, maar over het algemeen was 1938 voor de trawlloggers weer een mager jaar. De totale opbrengst der loggers zal ongeveer gelijk zijn aan verleden jaar, n.l. rond f. 1,150,000,en voor de loggers, die het geheele jaar getrawld hebben kan op een jaarbesomming van f. 17,000 f. 18,000 gerekend worden. rugqegraul van elk goed reclame-plan 2—7

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1938 | | pagina 26