Het spionnage-proces in Amerika - De Jaarmarkt te Soerabaja LEIDSCH DAGBLAD Tweede Blad De noodlottige terugkeer 79ste Jaargang i FEUILLETON i r 9 i I, l Door LESLIE FORD. Vertaald door PAULINE FELLINGA. 30) Ik zat perplex, maar hing op, met de hartgrondige verzuchting, dat lk heusch Wij zou zijn als mijn gasten weg waren. Ik oraaide me weer om en probeerde me niet eens meer af te vragen, waar het om ging. En toen lk Weer wakker werd, was het nog maals de telefoon, die me wekte en ik Reep ze bepaald vroolijk. Iets wat 's nachts een verschrikking is, kan een aardig spel letje zijn bij helder daglicht. Het was dit keer Alice Gould. ■.Grace," zei ze, ,,zou je hier willen ko men. zoodra je gekleed bent? Ik zou je kraag even willen spreken vóór ik naar net dorp ga." Haar stem was koel en bedaard. Een snelle herinnering aan de twee schoten den "oneen avond en het aanhoudende tikketik-ti'kketak in mijn ooren. was alles net het verzoek hoogst dringend scheen te maken Ik stond op en was aangekleed Wan Lilac binnenkwam met het blad. Het idee. dat Alice Gould rondsloop en meeluisterde met de telefoongesprekken tan andere menschen leek me nogal dwaas, terwijl ik een lepeltje geurige meloen nam. Maar toen ik erover dacht, leek het me van ledereen, die ik kende, even gek. Met uit zondering van Elsie Carter natuurlijk, die een geboren spion is, of Maggie Potter, die niets anders te doen heeft, maar die toe vallig niet op onze lijn is aangesloten. Ik had niet kunnen zeggen, waarom haar naam juist toen in me opkwam. Misschien door wat George gezegd had van Sandra en dr. Potter. Kolonel Primrose en sergeant Buck wa ren niet te zien, toen ik beneden kwam, maar Julius ving me op toen ik de deur uit glipte. ,J5e kolonel, mrs. Grace, zegt dat-le u spreken wil zoodra het u schikt," „Zeg hem maar dat het me over een poosje schikt, Julius." „Ja. mevrouw. Ik zal het hem zeggen." Ik ging door de heg naar de Goulds en zag hem. Hij. sergeant Buck. mr. Parran en vier of vijf andere mannen stonden voor de garage ernstig te praten. Kolonel Primrose gaf instructies, tenminste het leek zoo aan de manier waarop hij stond te gebaren. Ik liep terug en ging langs een omweg naar het laantje. Ik wilde niet gezien wor den en er was nog een andere opening in de heg. die naar Andy en Lucy's zijtuin leidde, waar de schommel van de kinderen staat. Die wordt niet veel meer gebruikt, de kinderen hebben het te druk op het strand. 11c boog de takken van de liguster uiteen en bukte me om er door te gaan. toen ik iets zag dat me deed aarzelen. Iemand anders was daar pas geweest. Er waren takken afgebroken en een trosje bloesem was afgeknakt en verwelkt. Ik keek om of kolonel Primrose me had ge zien, maar er was niemand in het gezicht. Ik trok de takken verder van elkaar en keek op den grond. Zware voeten waren daar door gegaan. Het hooge gras was merkbaar vertrapt, alsof iemand er een tijd gestaan had. Met een koud gevoel langs mijn ruggegraat, besefte ik, dat hier onge twijfeld de persoon had gestaan, die den vorigen avond op me geschoten had. Daar voor was de koperen huls, die lk een eindje verder in het gras zag glimmen, niet eens noodig. Ik bukte om ze op te rapen, maar can de een of andere reden bedacht ik me. Ik had het vreemde gewoel, dat er Iemand naar me keek, hoewel er niemand te zien was. Ik had een eigenaardlgen tegenzin om door de heg naar de Goulds te gaan. Nu leek het me, dat Paul Dlkranov het onmo gelijk had kunnen zijn. Als lk me eigenlijk de heele zaak maar niet verbeeld had! I* morgenzon en een kop koffie laten niet veel over van de verschrikkingen van den nacht Maar als ik het me niet verbeeld had. hoe kon een vreemde dan een van die heel speciale geheime plekjes van mijn heg vinden een plek, die slechts mijn vrien den goed kenden? En als het Paul Dlkra nov niet was, wie was het dan en waarom? HOOFDSTUK XTTT. Ik ging desondanks de heg door. De ra men van Lucy Lee's huisje stonden open. de bontbedrukte gordijnen waren vaag zichtbaar onder de neergelaten markiezen. Het leek de grootste onzin, dat iemand van achter een van die vensters naar me zou gluren. Ik schudde het idee af en ging naar den voorkant. Er was geen spoor van leven in huis. geen gerinkel van borden of kraaiende kinderstemmen, noch het ge zang van Lucy Lee, terwijl ze met haar potten en pannen bezig was. Het was er zoo stil als het graf. Door de boomen zag ik mrs. Gould's huis groot en wit, met het breede grasperk, dat doorliep tot het laantje boven het strand, Be haastte me het tegelpaadje over en ging door de zijdeur naar binnen. Hawkins in zijn witte jasje balanceerde een koffie-ser- vies op zijn handpalm. Hij keek me aan als een groote zwarte uil en zei, „mtfc/ Alice is in de eetkamer, mrs. Grace." Hij hield de deur voor me open, iets on verstaanbaars mompelend over al die drukte, Alice Gould zat aan het hoofd van een lange tafel, vol met de overblijfselen van een klnder-ontbljt. De kinderen waren weg, maar Lucy Lee was er; ze zag er slecht uit, en had meer rouge op haar gezicht dan ze ooit van haar leven gebruikt had. Allee hief een teere, dooraderde hand op, zwaar van juweelen en glimlachte tegen haar dochter .Als je het goed vindt, Lucy Lee, zou ik graag Grace alleen spreken. Als ik Jou was, lieveling, zou ik Andy halen en naar het strand gaan om te zwemmen. Hij moet niet zoo alleen zijn." Lucy Lee schudde haar hoofd toen ze op stond. „Ik heb nog wat te doen," zei ze. Haar moeder zag haar bezorgd na. „Ik wou dat je me zeggen kon wat ik doen moet met die twee," zei ze. „Toen ik Jong was, liep een vrouw maar niet weg van haar man, met of zonder kinderen, hoe slecht hij ook was." ,Ik kan er Lucy Lee geen verwijt van maken," zei ik. heeft zich erg dwaas aangesteld. Maar ik ben ouderwetsch genoeg, Grace, om te ge- looven dat ongelukkige huwelijken groo- tendeels de schuld zijn van de vrouw." Ze glimlachte zacht. „Zie je, ik zou niet zoo'n vreeselijk mede lijden met Jim kunnen hebben, als ik dat niet dacht." Ze roerde lang in haar koffiekopje voor 'yfle weer begon. „Grace, ik wou je spreken over Jim," zei ze rustig, „Ik heb begrepen, uit iets wat hij zei, dat Rosemary en hij erg onvoorzichtig zijn geweest. Hij zegt dat het zijn schuld is." Ze glimlachte weer flauwtjes en schudde haar hoofd. „Geloof je dat het Rosemary's schuld is?" .Dat is de moeder in me. Ik vrees van wel. Jim zou liever sterven dan iets oneer vols te doen." „O, lieve Alice," zei ik. „Je vindt toch niet dat een laatste ontmoeting, vóór ze gaat trouwen en in het buitenland wonen, oneervol is?" „Misschien niet tenzij je het heele ellendige verleden nagaat en beseft dat Jim nog altijd van haar houdt en dat de heele geschiedenis met Sandra alleen iets afschuwelijks en tragisch was. Als een vreeselijke ziekte; als je er van af bent. of er overheen komt. vergeet je het en heeft het geen beteekenis meer voor je." Ze keek uit het raam, haar vin^rdoekje plooiend. i Nadruk verboden). (Wordt vervolgd). HET GROOTE SPIONNAGE-PROCES IN AMERIKA. Drie der verdachten. V.l.n.r.: Eric Olaser, Otto Hermann Voss en Günther Gustav Rumrich. NADAT DE ENGEL8CHE TROEPEN JERUZALEM WEER BEZET HAD DEN werden op verschillende plaatsen wachtposten uitgezet. Coldstream Guards bewalken van de muren der oude stad ai. de omgeving. DE NIEUWE BURGEMEESTER VAN ROTTERDAM mr. P. J. Oud ontving in de burgerzaal van het stadhuis de besturen van vereenigingen en directies van bedrijven in de Maasstad. Het bestuur van de Mij. tot Bevordering v. d. Toonkunst maakt zijn opwachting. PROF. S. VAN CREVELD j*> heeft zijn ambt van hoog leeraar in de kinderge neeskunde aan de Am- sterdamsche Universiteit aanvaard. Op de eerste rij links de burgemees ter van Amsterdam, dr. W. de Vlugt. WAAR IN DE MAAS te zijner tijd de 9 tunnelstuk ken voor de Maastunnel zul len zakken, is men bezig een sleuf te baggeren. DE SULTAN VAN DJOCJA OP JAARMARKTBEZOEK. - Op de Jaarmarkt te Soerabaja bezichtigde de Sultan o.a. de fraaie expositie van handwerk van Inheemsche werklieden.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1938 | | pagina 5