Geeft Chamberlain den uitweg aan?
Hitier geeft Benesj tijd tot 1 October
Belangrijke verklaring
van Chamberlain
Dan
moet Sudeten-land
Duitsch zijn
79 ste Jaargang
DINSDAG 27 SEPTEMBER 1938
No. 24081
HET VOORNAAMSTE NIEUWS
VAN HEDEN
De Bilt.
DAGBLAD VOOR LEIDEN EN OMSTREKEN
Het Duitsche geduld is ten einde
Het laatste probleem.
Dit nummer bestaat uit VIER bladen
EERSTE BLAD
Engeland moreel gebonden tot
uitvoering beloften
verwacht
LEIDSCH
DAGBLAD
PRIJS DER ADVERTENTIES:
30 ets. per regel voor advertenties uit Lelden en plaatsen waar
agentschappen van ons Blad gevestigd zijn. Voor alle andere
advertenties 35 ets. per regel. Voor zakenadvertentles belangrijk
lager tarlet. Kleine advertenties uitsluitend bij vooruitbetaling
Woensdags en Zaterdags 50 ets. bij maximum aantal woorden
van 30. - Incasso volgens postrecht. Voor opzending van brieven
30 ets. porto te betalen. - Verplicht bewijsnummer 5 ets.
Bureau Noordeindsplein Telefoonnummer» voor
Directie en Administratie 2500 Redactie 1507.
Postcheque- en Girodienst No. 57055 - Postbus No. 54.
PRIJS DEZER COURANT:
Voor Lelden en gemeenten, waar agentschappen gevestigd zijn:
per 3 maanden t. 2.35
per week f. 0.18
Franco per post t. 2:35 per 3 maanden 4- portokosten.
(voor binnenland f.0.80 per 3 mnd.l
IN zijn rede in het Berlijnsche Sportpalast heeft de Fuehrer en
rijkskanselier Hitier verklaard, dat er voor Duitschland in
Europa nog slechts één territoriaal probleem bestaat, n.l. dat
van de Duitsche volksgenooten, die in Tsjecho-Slowakije leven.
Hitier zeide, dat hij het tienjarig bestand met Polen eeuwig
maakte; en dat noch van Frankrijk, noch van Italië ooit gebieds-
afstand zal worden gevraagd.
Hij gaf een commentaar op het reeds gepubliceerde memoran
dum en stelde als nieuwe concessie, dat de noodzakelijke volks
stemmingen op dezelfde wijze als in 1935 in het Saargebied,
eventueel onder controle van vreemde troepen, gehouden kun
nen worden.
Hitier eischte, dat de Duitsche gebieden in Tsjecho-Slowakije
uiterlijk een October aan Duitschland zouden worden overge
dragen; sprak Duitschland's eventueele bereidheid uit de
grenzen van het overgebleven Tsjecho-Slowakije te waarborgen,
als ook de kwestie der Polen en Hongaren was geregeld en
besloot met de woorden: „Het woord is nu aan Benesj".
Gisteravond te acht minuten over acht
kwam Adolf Hitler, vergezeld van Goering,
in het sportpaleis aan, toegejuicht door
een ontelbare menigte. Te kwart over acht
opende minister Goebbels de vergadering.
„Fuehrer, zeide Goebbels, gij kunt reke
nen op uw volk. zooals ook het volk op u
rekent. De natie staat achter u, in mach
tige gelederen; geen dreiging, geen pressie
kan ons doen wijken. Fuehrer, beveel, wij
volgen!"
Te even half negen besteeg Hitier het
spreekgestoelte. Hij begon met er aan te
herinneren, dat hij 22 Februari j.l. in den
rijksdag voor het eerst zijn eischen heeft
gesteld. Het land heeft dit gehoord en
heeft de eischen bigrepen. Te tweeden
male heeft hij de eischen gesteld in den
rijkspartijdag te Neurenberg. Vandaag
treedt spreker evenwel voor het geheele
volk en spreekt hij tot het geheele volk,
zooals in de dagen van strijd. Er mag
thans geen twijfel meer bestaan. Op het
oogenblik spreekt geen leider of een man,
doch het geheele Duitsche volk. Spreker
weet, dat het geheele volk woord voor
woord met hem instemt. De andeVe staats
lieden mogen bij zichzelf te rade gaan. of
dit ook bij hen het geval is.
Het vraagstuk, dat op het oogenblik
de wereld bezig houdt, is niet Tsjecho-
Slowakije, doch „de heer Benesj". In
dezen naam is alles vereenigd, wat he
den milliocnen menschen vereenigd,
wat heden millioenen menschen ver
vult.
Doel der buitenl. politiek.
Nog eenmaal wil spreker in het kort het
doel van de Duitsche buitenlandsche poli
tiek uiteenzetten. Het Duitsche volk wil
geen andere volken onder zich zien, het
wil op zijn eigen wijze zalig worden, de
anderen moeten het op hun wijze doen.
De buitenlandsche politiek moet het volk
dienen, het bewaren en voor zijn bestaan
in het krijt treden.
Spreker herinnerde vervolgens aan het
verdrag van Versailles en wees er op. dat
Duitschland thans weer groot en sterk is
en dat het dit alleen dankt aan zijn eigen
kracht.
De buitenwereld heeft gepoogd. Duitsch
land zoo lang mogelijk te onderdrukken.
Het Duitsche volk koestert evenwel geen
haat tegen andere landen. Zij zijn niet ver
antwoordelijk. De verantwoordelijkheid
draagt slechts een kleine groep interna
tionale gelukzoekers, die er niet voor te
rugschrikken geheele volken in dienst te
stellen van hun eigen belangen.
De Duitsche liefde tot den vrede is be
kend. Nauwelijks was de Fuehrer begon
nen met de actie voor de gelijkberechti
ging van Duitschland, of hij heeft een
reeks voorstellen gedaan tot het beperken
van de bewapening. Indien de anderen dit
ook zouden doen. wilde Duitschland ge
heel ontwapenen. Men heeft hierover zelfs
niet gesproken.
Vervolgens heeft spreker voorgesteld, in
dien de anderen hierin eveneens zouden
toestemmen, het leger te beperken tot
200.000 man. Ook dit werd afgewezen.
Daarna is voorgesteld alle zoogenaamde
aanvalswapens, zooals vechtwagenk, bom
bardementsvliegtuigen en zware artillerie,
af te schaffen. Dit werd eveneens afge
wezen.
Spreker was verder gegaan. Hij had een
leger van drie honderdduizend man voor
gesteld voor alle staten. Ook dit werd af
gewezen, evenals alle andere voorstellen
tot beperking van de bewapening. Nadat
twee jaar lang steeds zijn voorstellen wa
ren afgewezen, had spreker toen het be-
vei gegeven, de Duitsche weermacht te
organiseeren.
Thans heeft Duitschland een leger,
zooals de wereld nog niet heeft gezien.
Milliarden zijn hiervoor uitgegeven. Het
leger is met de meest moderne wape
nen uitgerust. Het Duitsche volk kan
er trotsch op zijn, en, treedt het een
maal op, dan zal het respect afdwin
gen.
Spreker zeide vervolgens, dat hy al die
jaren een practische vredespolitiek heeft
gevoerd.
Duitschlands betrekkingen tot de
andere landen.
Alle schijnbaar onoplosbare problemen
zoo ging Hit-Ier voort, heb ik aangepakt
met den vasten wil, ze, indien eenigszins
mogelijk, op vreedzame wijze op te lossen,
zelfs op het gevaar af, dat Duitschland
van min of meer gewichtige dingen afstand
zou moeten doen. Ik ben zelf frontsoldaat
en ik weet, hoe zwaar de oorlog is. Ik
wilde het Duitsche volk zoo iets besparen.
Ik heb daarom vraagstuk na vraagstuk
aangepakt met het vaste voornemen, alles
in het werk te stellen, om een vreedzame
oplossing mogelijk te maken. Het moeilijk
ste probleem waarvoor ik mij gesteld zag.
was de verhouding tusschen Duitschland
en Polen. Het gevaar bestond, dat zoo iets
als een aartsvijandschap ons. volk zoowel
als het Poolsche zou aangrijpen. Dit wilde
ik verhoeden. Ik weet heel goed, dat het
mij alleen niet gelukt zou zijn, als toen
maals in Polen een democratische consti
tutie bestaan had. want de van vredes-
phrasen druipende democratieën zijn de
bloedgierigste ophitsers tot oorlog. (Ge
lach). In Polen nu was er geen democratie
maar een man.
IVIet hem gelukte het, in nauwelijks een
jaar een overeenkomst tot stand te
brengen, welke voorloopig voor den
duur van tien jaren principieel het ge
vaar voor iedere botsing uit den weg
ruimde. Wij allen zijn vastbesloten en
ook overtuigd, dat deze overeenkomst
echter een duurzame en blijvende paci
ficatie met zich zal brengen. Immers
de vraagstukken zijn over acht jaar
geen andere dan thans.
Polen en Duitschland hebben niets van
elkaar te verlangen. Wij zien in, dat men
hier te dt>en heeft met twee volken: zij
zullen leven, geen van beiden kan het an
dere op zij zetten. Ik heb in dezen tijd ge
tracht, ook met de andere naties geleide
lijk goede en duurzame betrekkingen te
scheppen. Wij hebben waarborgen gegeven
voor de staten in het Westen, Wij hebben
allen aan den Rijn gelegen landen de in
tegriteit van hun gebied van Duitschland
uit gegarandeerd.
En dit is geen phrase! Het is onze hei
lige wil. Wij hebben er in het geheel geen
belang bij, den vrede te breken. Een feit
is. dat deze Duitsche aanbiedingen ook een
toenemende aanvaarding, op een groeiend
begrip ontmoetten.
Ik ben verder gegaan en heb Engeland
de hand toegestoken. Ik heb vrijwillig
ervan afgezien, ooit nog weer een wed
ijver op vlootgebied aan te gaan, om
het Britsche rijk een gevoel van veilig
heid te geven, niet omdat ik niet meer
zou kunnen bouwen.
Laat men zich daarover geen illusies
maken. Het geschiedde enkel en alleen,
om tusschen de beide volkeren een duur-
zamen vrede te verzekeren. Weliswaar be
staat er hier een voorwaarde: ..Het gaat
niet aan. dat de eene partij zegt: Ik wil
nooit- weer oorlog voeren en tot dit doel
bied ik u aan. dat ik vrijwillig mijn wa
pens tot vijf en dertig procent begrens",
de andere partij daarentegen verklaart:
„Van tijd tot tijd zal ik weer oorlog voe
ren, als het mij past." Dat gaat niet. Zulk
een overeenkomst is moreel alleen dan ge
rechtvaardigd. als beide volkeren elkaar
hand in hand beloven, dat zij nooit meer
oorlog willen voeren. Duitschland heeft de
zen wil. Wij allen willen hopen, dat in het
Engelsche volk diegenen de overhand
krijgen, die van gelijken wil zijn. (Applaus)
Ik ben verder gegaan. Ik heb Frankrijk
terstond na den terugkeer van het
Saargebied naar Duitschland ver
klaard: Nu bestaan er in het geheel
geen geschillen meer tusschen Frank
rijk en ons.
Ik zeide: Elzas-Lotharingen bestaat niet
meer voor ons. Wij allen willen geen oor
log met Frankrijk, wij willen van Frank
rijk niet. absoluut niets. «Zeer luid ap
plaus). En toen het Saargebied. dank zij
dit moet ik hier bevestigen den
loyalen uitleg van de verdragen door
Frankrijk, tot het rijk was teruggekeerd,
heb ik dit land plechtig verzekerd: Thans
Frankrijk en Duitschland uit den weg ge
ruimd. Ik zie absoluut geen geschil meer
tusschen ons. Hier zijn twee groote vol
keren, die willen werken en zij willen beide
leven en zij zullen het beste leven, als zij
samenwerken. (Donderend applaus).
Ik heb, na eens en voor altijd en on
herroepelijk deze concessie te hebben ge
daan. een ander probleem aangepakt; een
probleem, dat gemakkelijker te regelen
was, dan alle andere,
daar hier een gemeenschappelijke we
reldbeschouwing een grondslag was
voor wederkeerig begrip: het probleem
ItaliëDuitschland.
Zeker, de oplossing van dit probleem
is slechts ten deele aan mij te danken.
Het is voor het overige een verdienste
van den buitengewoon grooten man,
dien het Italiaansche volk het geluk
heeft als zijn leider te mogen bezitten.
(Geestdriftig gejuich).
De verhouding tusschen beide landen is
over verdragen en allianties heen tot een
werkelijk sterken band geworden tusschen
de harten der twee groote volken. Er is
hier een as gevormd, een as tusschen twee
naties, die wat haar wereldbeschouwing en
haar politiek betreft, thans in onverwoest
bare vriendschap zijn saamgeklonken.
Restten toen nog twee vraagstukken.
Tien millioen Duitschers bevonden zich
buiten de rijksgrenzen. Dit getal van
tien millioen is geen kleinigheid.
Het gaat om een vierde van het aantal,
dat Frankrijk als inwoners telt en wanneer
Frankrijk veertig jaar lang zijn aanspra
kelijkheid op de paar millioen Franschen
in Elzas Lotharingen nooit opgegeven
heeft, dan hebben wij het recht onze aan
spraken op deze tien millioen Duitschers
te handhaven, en ergens is er een grens,
een grens, waar de toegeeflijkheid moet
ophouden, daar zij anders tot een verder
felijke zwakte zou worden. Hier was de
grens, die ik niet voorbij kon.
Hoe juist ten deze mijn opvatting was,
is sindsdien bewezen. Eerstens door de
volksstemming in Oostenrijk en bovendien
door het geheele verloop der aansluiting
van Oostenrijk bij het rijk.
Thans staan wij voor het laatste pro
bleem, dat opgelost worden moet en
opgelost worden zal. Het is de laatste
territoriale eisch, dien ik aan Europa
te stellen heb, doch het is de eisch,
waarvan ik niet afwijk, en dien ik, zoo
God wil, zal vervullen.
Hitier schilderde vervolgens de geschie
denis van de totstandkoming van Tsjecho-
Slowakije. Deze Tsjechische staat, aldus
Hitier, begon met een eerste leugen. De
vader van dien leugen van destijds heette
Benesj.
Deze mijnheer Benesj trad destijds te
Versailles op en begon met te verzekeren,
dat er een Tsjecho-Slowaaksche natie be-
BINNENLAND.
1 November a.s. treedt de Pachtwet in
werking. (Binnenland, 3e Blad).
Den Haag beschermt zich tegen luchtaan
vallen. (Binnenland, 3e Blad).
31 gewonden bij een autobus-ongeval te
Oude water. (Gemengd, 4e Blad)
BUITENLAND.
Chamberlain hedenavond voor de radio.
(Ie Blad).
Praag weigert pertinent het Duitsche me
morandum. (Ie Blad).
ZIE VOORTS LAATSTE BERICHTEN
EERSTE BLAD.
MEN ZIE VOOR ONS KORT VERHAAL
PAG. 2 VAN HET DERDE BLAD.
zijn alle territoriale geschillen tusschen staat. Hij moest dezen leugen bedenken, om
Gisteravond is de volgende verklaring van
jen Britschen minister-president- gepubli
ceerd
„Ik heb de rede van den Duitschen
rijkskanselier gelezen en ik waardeer,
hetgeen hij gezegd heeft over de pogin
gen, die ik gedaan heb om den vrede te
redden. Ik kan deze pogingen niet op
geven, aangezien het mij ongeloofelijk
voorkomt, dat de Europeesche volken,
die geen oorlog met elkaar willen, in
een bloedigen strijd zouden kunnen
worden gewikkeld, over een kwestjp
waaromtrent reeds in aanzienlijke mate
overeenstemming is bereikt.
Het schijnt dat de rijkskanselier er
geen vertrouwen in heeft, dat de ge
dane beloften zullen worden nageko
men. Deze beloften werden niet recht
streeks aan de Duitsche regeering ge
daan, doch in de eerste instantie aan
de Britsche en de Fransche regeering.
Uit naam van de Britsche regeering
verklaar ik, dat wij ons moreel ver
plicht achten er op toe te zien. dat de
beloften eerlijk en volledig worden na
gekomen, en wij zijn bereid er voor te
zorgen, dat zij op dusdanige wijze met
allen redelijken spoed worden uitge
voerd, mits de Duitsche regeering toe
stemt in een regeling van de voorwaar
den der gebiedsoverdracht door onder
handeling en niet door geweld.
Ik vertrouw, dat de rijkskanselier
dit voorstel, dat gedaan wordt in den
zelfden geest van vriendschap als
waarin ik in Duitschland werd ontvan
gen, en dat, indien het aanvaard
wordt- in overeenstemming zal zijn met
den Duitschen wensch tot aansluiting
van de Sudetenduitschers bij het Duit
sche rijk, zonder dat in eenig deel van
Europa bloed wordt vergoten, niet zal
verwerpen".
Voor het Noord-Oostelijke deel
van het land wordt ook voor mor
gen nog droog, vrij warm weer
verwacht. Overigens zal de be
wolking zwaar zijn, met regen
achtig weer, met dezelfde tempe
ratuur als vandaag. De wind zal
zwak tot matig uit Zuidelijke
richtingen blijven waaien.
aan het schamele aantal van zijn eigen
volksgenooten een wat grooteren omvang te
geven. Zoo hebben de Tsjechen om te be
ginnen door mijnheer Benesj Slowakije ge
annexeerd.
Daar deze staat niet levensvatbaar
scheen, nam men gewoonweg tegen hun
zelfbeschikkingsrecht en hun zelfbeschik-
kingswil drie en een half millioen Duit
schers.
Daar ook dit nog niet voldoende was,
moesten er nog meer dan een millioen
Hongaren bijkomen, dan Karpathen-Rus-
sen en eindelijk nog een paar honderd
duizend Polen.
Wanneer ik hier tot u spreek, ben ik
natuurlijk slechts verantwoordelijk
voor het lot van mijn Duitschers.
Hitier beschuldigde vervolgens Benesj er
van, zijn belofte den Tsjecho-Slowaakschen
staat naar het voorbeeld van Zwitserland
in kantons te verdeelen, niet te zijn na
gekomen.
In scherpe bewoordingen laakte hij de
„terreur", waaraan de Duitschers hebben
blootgestaan. De heer Benesj. aldus Hitier,
was vastbesloten het Deutschtum eenvou
dig geleidelijk uit te roeien. En hij heeft
dit ook tot op zekere hoogte bereikt. En
tezelfder tijd werd men zich, internatio
naal gezien, bewust van de taak van de
zen staat. Men maakte er in het geheel
geen geheim van, dat de staat er toe voor
bestemd was, zoo noodig, tegen Duitsch
land in het veld te worden gebracht.
Van dezen staat bedient zich thans het
bolsjewisme als van een toegangspoort.
Deze staat, die slechts een minderheid
als regeering bezit, dwingt de nationa
liteiten deel te nemen aan een poli
tiek, die haar te eeniger tijd dwingt,
op eigen broeders te schieten.
Ik kan hier verzekeren, dat, toen wij
Oostenrijk bezet hadden, mijn eerste be
vel was: Geen Tsjech behoeft, ja mag in
het Duitsche leger dienst doen. Ik heb
hem toen niet voor een gewetensconflict
geplaatst.
Ir» den staat van den heer Benesj zijn
de gevolgen voor de nationaliteiten gruwe
lijk geweest. Ik spreek alleen voor de
Duitschers. ZIJ hebben het grootste sterf-