Aubade aan H.M. de Koningin - Prins Bemhard bij voetbalmatch 79s;e Jaargang LEIDSCH DAGBLAD Tweede Blad SI MARGAGA FEUILLETON IN HET AMSTERDAMSCHE STADION speelde het Nederlandsche Bondselftal gisteravond tegen ,Ju- ventus", kampioen van Italië, met 11 gelijk. Z.K.H. Prins Bernhard reikte na afloop medailles uit. IN DE ORANJE-GA LERIJ VAN HET STADHUIS TE 's-HERTOGENBOSCU onthulde burgemeester van Lan- schot het portret van H.M. de Koningin, dat in opdracht werd geschilderd door Lizzy Ansingh. BIJ DE AUBADE, welke gisteren op den Dam aan H.M. de Koningin werd gebracht, werden aan de kleinste zangers, en zangeressen vlaggetjes uitgereikt. Een aardig moment. Een avontuurlijk verhaal nit de binnenlanden van Sumatra's Oostkust. door GERT HARTENAU—THIEL. 39) De fakir scheen hiervan echter niet den Winsten hinder te ondervinden. Soepel en elastisch als een kat sloop hij rond, elk 'oorwerp betastend en af en toe luisterend bet hoofd opheffend, alsof hij gevaar rook. zijn koolzwarte oogen fonkelden zóó fa natiek en getuigden van zóó'n wilde vreug- °e, dat Ik mij vrij onbehaaglijk voelde. ..Heer", fluisterde hij, voorzichtig om tkh heen glurend, „ik heb hem, lk heb nem!" Er lag een onderdrukte juichtoon in hjn stem. „Heer. wij zijn ln het hol van Ben rattenvorst!" „Wat? Rattenvorst?" Verwonderd 'thudde ik het hoofd. Onzin, dacht ik, wtten hebben we toch allemaal in huls. een meer, de ander minder. Dat er ech- '4r ook een vorst over dit ongedierte zou «staan, wilde er bij mij niet in. •Je fantasie gaat er weer eens met je van door, Margaga", antwoordde lk, even eens fluisterend. .Wacht maar, wacht!", klonk het terug en als om het voorbeeld te geven, trok hij «th naar den uitersten hoek van de veran da terug, waar hij met gekruiste beenen op den grond ging zitten. Na herhaald kloppen en roepen verscheen eindelijk de oude bediende van den heer des huizes. Zijn zwarte oogen waren door dringend op mij gericht en slechts aarze lend boog hij zijn rug en kruiste hij zijn armen ten groet. „Tabé, toearf comman dant", klonk het onvriendelijk en nauwe lijks verstaanbaar. „Tabé", bromde ik, zoo mogelijk nog stroever en geïrriteerd door de vrij onheb belijke houding van den man. Zijn lange gestalte rekte zich en zijn blik bleef uitdagend. Ongetwijfeld was deze Britsch-Indiër, ondanks zijn vrij hoogen leeftijd, een imposante verschijning, waar van misschien ook wel Iets sympathieks zou zijn uitgegaan, wanneer zijn loerende blik niet al het edele en temperamentvolle in zijn gelaatstrekken overheerscht had. In tegenstelling met Maleische en Javaan- sche bedienden, die slechts een stevig ge- knoopten hoofddoek dragen, was zijn hoofd getooid met een lagen tulband, wel ke ook zijn voorhoofd bedekte. Hoewel de houding en het gedrag van den man van dien aard waren, dat ik hem liet liefst eens flink door elkaar zou heb ben geschud, wist ik mij te beheerschen en schijnbaar rustig, vroeg ik: „Mana toean besar?" (Waar is meneer?) „Tida taoe 'ik weet het niet), toean commandant", antwoordde hij aarzelend, terwijl zijn oogen onrustig over de man schappen in den voortuin dwaalden en daarna plotseling ontsteld op Margaga ge richt bleven. Als twee roofdieren, die zich voor den strijd gereed maakten, zoo boorden de blik ken der beide Britsch-Indiërs zich in el- „Je liegt, Montono", klonk het scherp uit den mond van den fakir. Doch de an der wendde zich kwasi onverschillig af, boog wederom en zei, zich weer geheel tot mij richtend, kalm en gedecideerd: .Heer ik heb gesproken ik weet het niet!" Ook mijn geduld was nu echter ten einde Ik begreep, dat er zoo niets met den man te beginnen was en daarom snauwde ik hem toe: „Loop dan onmiddellijk naar de plantage en zoek Je meester!" En toen hij nog steeds geen aanstalten scheen te zullen maken hieraan te voldoen, liet ik mijn vuist met dreunenden slag op de ta fel neerkomen en schreeuwde: „Langkar! Anders zal ik je leeren loopen!" Eerst daarop boog de oude toestemmend om vervolgens tergend langzaam de ver anda af te gaan. Op dit oogenblik werd de deur van een zijvertrek met een ruk geopend en ver scheen de planter op den drempel. Woe dend wierp hij de deur achter zich weer in het slot. terwijl hij mij met een drei genden blik opnam. De forsche gestalte met het verweerde gelaat en den verwaar loosden, bijna geheel grijzen baard zou iets angstwekkends hebben gehad, wanneer het medelijden met dezen totaal vereenzaam den en ietwat gedegenereerden man niet sterker was geweest. „Hier beveel ik, kapitein", bromde hij. Ik knikte. „Dat spreekt vanzelf, meneer Van der Trijs. En daarom stelt het gou vernement ook u alleen aansprakelijk voor al hetgeen er op uw plantage gebeurt". Even leek het, of hij schrok. Daarna zei hij kalm: „Ik ben me van geen kwaad te genover het gouvernement bewust. Mis schien wilt u mij dus wel eens vertellen, wat er aan de hand ls!" Met een handbeweging noodlgde hij mij uit plaats te nemen. Omstandig en mij zelf tot kalmte dwin gend, nam ik een dossier uit mijn tasch en een stoel bij de tafel schuivend, begon ik daarin te bladeren. Maar plotseling hield ik hiermee op, toen mijn blik op een Chi- neeschen naam viel: Kah Ho Ta! Ver draaid, ging het mij door het hoofd. Waar had ik dien naam al eens meer gehoord? Toen ik evenwel bemerkte, dat de planter mij ln gespannen verwachting scherp van terzijde opnam, herstelde ik mij vlug en begon: „Het Chineesche consulaat heeft tegen u, meneer Van der Trijs, een aanklacht in gediend. Volgens de daarin vervatte be schuldiging zou uw Chineesche huishoud sterKah Ho Ta" wederom aar zelde ik even, om daarna echter onmid dellijk te vervolgen „Kah Ho Ta, hier op uw plantage en zelfs in uw bungalow vermoord zijn! Het Chineesche consulaat heeft uw tendel besar (Chineesche hoofd opzichter), Tsche Tschang, gehoord, maar bestrijdt diens verklaring, volgens welke de Chineesche vrouw 's nachts, dus in haar slaap door ontelbare jungleratten zou zijn aangevallen en bijna geheel verscheurd zou zijn. Er wordt integendeel beweerd, dat uw huishoudster door menschenhan- den van het leven ls beroofd en daarbij afschuwelijk zou zijn verminkt. Ik ver zoek u, meneer Van der Trijs, mij daar over de door het gouvernement gewenschte inlichtingen te willen verschaffen". Daar het Chineesche stuk uit het dossier in het Maleisch was gesteld, las ik het ook in deze taal voor, zoodat ook de fakir, die nog steeds zwijgend in een hoek van de veranda zat en het gesprek met gespan nen aandacht volgde, van den inhoud ken nis kon nemen. Over zijn diep bruin geiaat gleed een honende grijns en als uit de verte hoorde ik hem fluisteren: „Ik heb hem! Ik heb hem!" Moeizaam adem halend stond Van der Trijs op en eenigen tijd liep hij kennelijk trachtend zich zooveel mogelijk te beheer schen, de veranda op en neer. Eindelijk bleef hij voor mij staan en heesch en aar zelend, zei hij: „De verklaringen van den tendel besar zijn geheel overeenkomstig de waarheid! Ik kan ze onder eede bevestigen. Daarnaast wil ik u nog wel meedeelen, dat het een wonder mag heeten, dat mijn ouden bediende en mijzelf nog niet bet zelfde lot heeft getroffen." Op mijn verbaasde opmerking, dat toch in elke Indische woning ratten voorkwa men, maar dat het toch nog noodt was voorgekomen, dat volwassen menschen zooals het in de verklaring van den Chi- neeschen hoofdopzichter heette door ontelbare jungleratten waren aangevallen, doodgebeten en bijna geheel verscheurd, knikte de planter slechts zwijgend om daarna zijn wandeling weer voort te zet ten. Spoedig daarop echter liet hij zich met een zucht in een ligstoel vailen. terwijl hij zijn gelaat met beide handen bedekte. (Nadruk verboden). (Wordt vervolgd). VOOR HET KONINKLIJK PALEIS OP DEN DAM werd gisteren een aubade aan H. M. de Koningin gebracht. Duizenden zangers, zangeressen en kinderen verleenden hun medewerking. Een overzicht tijdens de aubade. DE JUBILEUM-FEESTEN IN DE HOOFDSTAD 1400 Jordaankinderen werden ia de gelegenheid gesteld de capriolen van Oliver Hardy en Stan Laurel, die kostelijk geïmiteerd werden, te bewonderen. GEORGES CARPEN TIER de beroemde DE PRESIDENT VAN TSJ EU110-S LOWAKIJE dr. Benesj woont te Fransche ex-bokser met zijn dochter, die zamen met den chef van den Tsjechoslowaakschen Generalen Staf, deelneemt aan het meisjes-golf kampioen- schap in Stohe Pages (Eng.) generaal Krejci leger-oefemngen bij. TE DONCASTER WERD DE BEKENDE ST. LEGER-REN GEHOUDEN, WELKE DITMAAL DOOR HET PAARD „SCOTTISH UNION" VAN MR. RANK WERD GEWONNEN. EEN OVERZICHT TIJDENS DEN REN.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1938 | | pagina 5