BINNENLAND Het Britsche Koningspaar te Parijs 79sie Jaargang LEIDSCH DAGBLAD, Donderdag 21 Juli 1938 Derde Blad No. 24023 De „Karimata" volgend jaar naar Indië. De legerdag te Amsterdam. Maritieme verdediging van Indië. Het stopzetten der baconbedrijven. Herziening der Omzet- belastingwet. Blijvende geestdrift Wijziging der Ziektewet. DAGBLADRECLAME Uit goede bron vernemen wij, dat het zoo goed als uitgesloten moet wor den geacht, dat de „Karimata" nog dit jaar de lange reis naar Billiton zal aanvaarden. Men werkt rustig door op de Terschellinger gronden en na be ëindiging van dit werk keert de „Kari mata" voorloopig naar Kinderdijk terug om het volgend jaar naar Indië te' worden gesleept. Prins Bernhard woonde de demonstraties bij. Ongeveer tienduizend toeschouwers wa ren er gistermiddag in het Stadion te Am sterdam bijeen ter gelegenheid van den legerdag. Te twee uur arriveerde bij den ingang der eeretribune Prins Bernhard met zijn Maybach-auto, zonder gevolg en gekleed in de uniform van ritmeester der blauwe huzaren. Toen hij de eere-loge betrad, werd hij begroet met het Wilhelmus, gespeeld door de Koninklijke Militaire Kapel, de statmuziek van het vijfde regiment infan terie en het muziekkorps van het regiment wielrijders, alsmede de tamboers en pijpers van het korps mariniers, die tegenover de tere-tii'oune stonden opgesteld. Toen de Prins gezeten was, hielden deze gezamenlijke muziekkorpsen een appèl, ge volgd door eenige marschen en besloten wederom met het Wilhelmus, dat ook dit maal staande werd aangehoord. Hierna begon een oefening der wielrijders, die ge opend werd met een rondrit van het rij dende muziekkorps van dit regiment en gevolgd door een demonstratie caroussel- rijden en een gevecht te voet met lichte hand-mitrailleurs. Achtereenvolgens zag men oefeningen van de veldartillerie en de infanterie, die pantserwagens meevoerde. De demonstraties werden besloten door het tweede escadron van het le regiment huzaren, die eenige evoluties lieten zien en een zevechtsmoment demonstreerden, waarbij gebruik werd gemaakt van de mi trailleurs. die ter bescherming van de troep door elk peleton werden meegevoerd. Na front voor de eere-tribunes te hebben ge maakt. verlieten de ruiters in galop, onder applaus van het publiek het veld. Ongeveer te zelfder tijd verschenen Ivtn het Stadion 27 vliegtuigen in drie formaties van drie escadrilles elk. verken ners van de vliegschool L.V.A. te Soester- berg. De commandanten der deelnemende 'troepen werden in de eere-loge ontboden, waar zij dankbetuigingen in ontvangst namen van den commandant van het veld lerer en werden voorgesteld aan Prins ernhard en burgemeester de Vlugt. Vei- ol»ens stelden zil zich voor de eere tribunes op en begaf de commandant van het veldleger zich naar hen toe, om mede- d Ung te doen van den uitslag der jury Inzake de uitreiking van den beker, die hij ter beschikking had gesteld van het regi ment, welks afvaardiging hier de beste prestatie had geleverd. Hij verklaarde, dat oe taak der jury uiterst moeilijk was en cat men hier te doen had met vier ver schillende wapens, die ieder naar hun aard de best mogelijke prestaties hadden geleverd. Na ampele overweging had de jury be sloten den beker toe te kennen aan het re::ment wielrijders te 's Hertogenbosch. Tweede was de motorbrigade, derde de hu zaren en vierde de infanterie. Terwijl de jtafmuziek van het vijfde regiment Infan terie zich voor de eere-trlbune opstelde, verliet Prins Bernhard even voor half viif wider de tonen van het Wilhelmus het b adion, waarmede de legerdag ten einde vas. h"ED. BOND VAN SCHOENMAKERS PATROONS. Congres te Meppel. v.?isieren !s te Meppel het 32ste congres •-n den Nederl. Bond van Schoenmakers patroons en Schoenwinkeliersvereenigin- cen gehouden, onder presidium van den neer W. Donker Pzn. te Rotterdam. .O, t vo.ren had een officieele ontvangst 5."5 oor het gemeentebestuur, waarbij oe deelnemers werden toegesproken door loc0-burgemeester, den heer H. Sik- Nadat deze rede door den bondsvoorzit ter^ was beantwoord en vervolgens thee as geserveerd, werd het congres geopend ui zijn openingswoord heette de voor zitter m het bijzonder welkom den presi dent en secretaris van de K. v. K. voor Drenthe, de heeren H. A. Stheeman en mr. t>;-u °e Langen, den ambtenaar van den k-^voorlichtingsdienst, den heer F. Hoek te utrecht en den oud-voorzitter den heer j Walle te Leeuwarden. Spr. wees er da. dit congres zal staan in het teeken an de vestigingswet, die van ingrijpende '".eekenis ock voor de schoenmakers zal n ®h "ie noodig was, omdat de vrijheid "i "et ambacht tot losbandigheid was geworden Leer stheeman richtte namens de h. eenige hartelijke woorden tot het congres. bestuursleden werden herkozen de Donker Pzn.. Rotterdam en D. en te Voorst. Als plaats voor de vol- vergadering werd Bussum aangewe nt hede™* WSrd de versaderln£ verdaagd i^Btcongres werd voorafgegaan door de Jr^ hlksche vergadering van de Stichting vo,.rziemngsfonds. Met algemeene stem- V5Lwer<?en door het bestuur voorgestelde j tot veiligstelling der fondsen - c-ckeurd. Als bestuursleden werden p..'®n dc heeren W. Donker Pzn. te en R. Meester te Leeuwarden. vf-wc BChSces is een tentoonstelling .-Rn bfthopaedische, Italiaan- lanewiliin- schoeisels e.d. Groote be- verlaSi^ 3enoten glazen muiltjes, fabriek een Haagsche schoen- (N. R. Crt.) Nieuwe regeling van de verdeeling der vlootkosten. Ingediend is een aanvulllngsbegrooting voor 1938 van het departement van Kolo niën. In de memorie van toelichting tot de Indische begrooting voor 1938 deelde de minister van Koloniën mede, dat met be trekking tot de verdeeling der Indische vlootkosten over de Rijks- en de Indische begrooting een nieuw stelsel in overweging was. In afwachting daarvan werd de te gemoetkoming van Nederland in de In dische vlootuitgaven voorloopig pro me morie geraamd. Zooals intusschen uit de gedrukte stuk ken van den Volksraad zal zijn gebleken, is aan dat college o.m. een aan"ullingsbe- grooting betreffende afdeeling 9 der Indi sche begrooting voor 1938 voorgelegd, in Welker memorie van toelichting het ver- deelingsplan, dat de regeering zich voor oogen heeft gesteld, uitvoerig is uiteenge zet. In het kort samengevat komen de hoofdbeginselen in groote lijnen hierop neer, dat van de uitgaven voor de In dische maritieme defensie de aanbouw- kosten van schepen en vliegtuigen voor rekening van Nederland komen, ter wijl Indië de exploitatiekosten betaalt. Het ligt in de bedoeling om nadat de onderhavige aanvulllngsbegrooting het Staatsblad zal hebben bereikt de hoofd beginselen met de daaraan verbonden cor rectieve bepaling samen te vatten ln een algemeenene maatregel van bestuur ter vervanging van het Kon. besl. van 1896. Het aanbouwplan-1936 omvatte o.a. een 33-tal bommenwerpers voor de landmacht. Terugkeerende tot de traditie, dat Indië zijn legeruitgaven zelf betaalt, meent de regeering van de gelegenheid, dat nieuwe richtlijnen worden getrokken, gebruik te moeten maken om de bekostiging van deze vliegtuigen ten laste van Indië te laten. Als gevolg hiervan kan het betreffende ar tikel met f. 1.326.000 worden verlaagd. Ten aanzien van de vraag, of met be trekking tot de vlootkosten voor 1938 be hoefte bestaat aan toepassing van het cor rectief, gelegen in de toekenning van een bijdrage van het ene gebiedsdeel aan het andere, is de regeering te rade geworden, dat laatstgenoemd gebiedsdeel een bijdra ge in de bedrijfskosten niet'kan ontberen. Zij meent deze bijdrage te moeten stellen op f. 5 000.000 welk bedrag in het wetsont werp wordt uitgetrokken. Minister geeft inlichtingen. Vergoedingen zouden in strijd zijn met het principe der inschrijvingen. De minister van financiën over den druk op de groote gezinnen. In de Memorie van Antwoord aan de Eerste Kamer betreffende het ontwerp van wet tot herziening van de omzetbelasting- wet 1933 en wijziging van de algemeene wet van 26 Augustus 1822, zegt de minister van Financiën het niet eens te zijn met de leden, die van oordeel zijn, dat de om zetbelasting het zwaarst drukt op dat deel der bevolking, hetwelk dien druk het min ste kan lijden. Verschillende van de ln de wet vervatte voorzieningen hebben Immers juist de strekking om, binnen het kader van het mogelijke, den druk der belasting op de minder draagkrachtige!!, in verhou ding tot dien op het overige deel der be volking. te verlichten. Het ontwerp dankt zijn ontstaan aan het verlangen om, door het aanbrengen van een aantal technische wijzigingen, zekere ongelijkheden weg te nemen, welke, juist bij een belasting als de onderwerpe- lijke, door haar storenden Invloed op de concurrentieverhoudingen hinderlijk zijn voor handel en industrie. Voor zoover de tegen het ontwerp aan gevoerde critiek zich mocht richten tegen de voorgestelde verlenging van den geldig- heisduur der omzetbelastlngwet, veree- nigt de minister zich met de leden, die van oordeel zijn, dat de opbrengst van de be lasting door 's rijks schatkist voorloopig niet kan worden gemist. Het onderhavige ontwerp van wet be helst inderdaad geen bijzondere maatrege len strekkende tot verlichting van de las ten, drukkende op de groote gezinnen, al zullen die gezinnen onder bepaalde om standigheden van de tijdens de behande ling in de Tweede Kamer bij amendement in "het ontwerp opgenomen vrijstellingen van fruit en van gerookte haring kunnen proflteeren. De minister kan intusschen mededeelen. dat in een mogelijk ontwerp tot verhooging van het heffingspercen*age der omzetbelasting enkele nieuwe vrijstel lingen van eerste levensbehoeften niet zul- leMetnttétrekking tot de meer algemeens vraa" betreffende de behartiging van ar- belanden nn het groote gezin cd hei. ge heele "gebied der belastingwetgeving, brengt de minister in herinnering dat ten einde deze aangelegenheid In algemeen verband onder de oogen te zien. in den loop van het vorig jaar de commissie-PTeskens i^ ingesteld. Deze commissie is met haar ar beid no" niet gereed gekomen, doch de mi nster verwacht. dat zulks nog in den loop V MefbeUaerkkfnggtoCthhetgneen in het ver- nopens de mededeeling van den minister tijdens de mondehnge behandeling van het ontwerp ln de Twee- de Kamer Aangaande de vrijstelling van moe! er zulks ter voorkoming ran misverstand, op worden gewezen dat de door den minister overwogen vrijstel ling niet op de omzetbelasting of het bij zonder invoerrecht. doch op het gewone invoerrecht betrekking heeft. Het ligt n\ de bedeling dit punt bij de thans in over- weging zijnde herziening van de tariefwet 1934 tot een oplossing te brengen. De minister van Economische Zaken deelt aan de Kamer o.m. het volgende mede betreffende een adres van de N.V. Eerste Geldersche Vleeschwarenfabriek te Vorden, en vijf andere vleeschwarenfabrie ken, houdende verzoek te willen bevorde ren, dat adressanten alsnog recht wordt gedaan en een vergoeding voor het stop zetten van hun baconbedrijven wordt uit gekeerd. De door adressanten gegeven voorstel ling, dat de Nederlandsche Veehouderij centrale zich eenzijdig aan haar verplich tingen tegenover de baconbedrijven zou hebben onttrokken, kan niet als juist wor den aanvaard. Bij den aanvang der bemoeiingen met den baconuitvoer werd verwacht, dat deze, evenals de overige landbouwcrisismaatre gelen, slechts van korten duur zouden zijn. Vanzelfsprekend kwam zulks tot uiting in de met de bedrijven aangegane overeen komsten. Toen evenwel bleek, dat de Instandhou ding van den baconuitvoer maatregelen eischte van veel langeren duur dan aan vankelijk was te voorzien en deze instand houding bij voortduring belangrijke bedra gen uit het landbouwcrisisfonds vorderde, behoefde het standpunt ten aanzien van het baconvraagstuk algeheele herziening. Kon er aanvankelijk aanleiding be staan voor een vergoeding voor good will of een zeker exportrecht aan de gewezen baconexporteurs, op den duur kwam elke grond voor een zoodanige vergoeding te vervallen, om de eenvou dige reden, dat kan worden aangeno men, dat zonder de rechtstreeksche overheidsbemoeiing de baconuitvoer reeds lang tot het verleden zou hebben behoord. Het was dan ook mede op grond van de overweging, dat onder deze omstandighe den niet meer kon worden gesproken van rechtmatige of billijke aanspraken der ba- conzouters op een bepaald aandeel in den nog overgebleven baconuitvoer, dat 's mi nisters ambtsvoorganger tot het houden van Inschrijvingen onder de bestaande zou. terijen kon overgaan, zulks met ingang van de periode van 30 Maart 1936 tot 25 Juli 1936. Bij de daaropvolgende Inschrijvingspe riode (26 Juli tot 31 October 1936) werd aan de toen stilliggende baconzouterijen te kennen gegeven, dat een vergoeding, ver band houdende met: deze stopzetting, niet zou worden verleend. Voor de periode van 1 November 1936 tot 2 Mei 1937 werd wederom een inschrijving gehouden, waarbij aan de baconbedrijven door 's ministers ambtsvoorganger werd medegedeeld, dat hij zich voorstelde nader te overwegen „aan die fabrieken, welke niet voor een toewijzing in aanmerking komen en indien na onderzoek de noodzakelijk heid daartoe mocht blijken, een voor elk geval afzonderlijk vast te stellen vergoe ding te geven". Ongeveer terzelfder tijd werd nopens het baconvraagstuk in zijn geheel het advies Ingewonnen van den Economischen Raad en het lag dan ook in de bedoeling de be slissing omtrent het al of niet geven eener vergoeding over laatstgenoemde periode te doen afhangen van de voor de baconpro- ductie te treffen definitieve regeling. Toen op grond van het advies van den Economischen Raad ten slotte nadat noodgedwongen opnieuw een in schrijving was gehouden met ingang van 1 November deze regeling tot stand kwam, waarbij tot het z.g. vergoedings stelsel, zij het op een geheel nieuwe basis, werd teruggekeerd, kon de minis ter geen vrijheid vinden over het tijd vak van 1 November 1936 tot 2 Mei 1937 alsnog een vergoeding aan een of meer der toen stilgelegen hebbende be drijven te vcrleenen, omdat hij zulks met het principe der inschrijving in strijd achtte. Adressanten gronden hun bezwaar tegen deze beslissing op den in het adres weer gegeven inhoud van de missive van 15 Oc tober 1936, no. 27079, afdeeling Landbouw crisis-aangelegenheden. Deze hield echter geen andere toezegging in dan dat ter zake nog een beslissing zou worden genomen. Het beroep van adressanten op een clau sule van eenige op dat tijdstip reeds lang beëindigde overeenkomst geschiedt naar 's ministers meening eveneens geheel ten onrechte. Over het verloop van gisteren van het verblijf der Engelsche Koningsfamilie te Parijs nog het volgende: Nai|»t begroetingstoespraken in het stadhuis waren gehouden, werden de ge schenken van de stad Parijs aan de Brit sche Koninklijke Familie overhandigd. Op een tafel stond een kristallen tafel servies voor de Koningin, een gouden siga rettenkoker met een saffier voor den Ko ning, een bibliotheek van de beste wer ken der oude en nieuwe Fransche litera tuur voor Prinses Elisabeth en een ge schenk voor Prinses Margaret Rose, een bloemenwagen. Na bedankt te hebben voor de fraaie geschenken begaven de Koning en de Koningin zich naar het venster om te genieten van het schitterende uitzicht op de stad en de rivier. Vervolgens vertrok het gezelschap weer naar de schepen om naar het ministerie van buitenlandsche zaken terug te keeren. De Koningin droeg een tuil paarse bloe men en mevrouw Lebrun een bouquet roo- de bloemen. Ook op den terugweg werd het Koningspaar luide toegejuicht. Na zich verkleed te hebben, begaf het Koningspaar zich naar de Britsche am bassade voor een intieme lunch, waaraan slechts veertien personen aanzaten, w.o. Hallfax, Daladier, Bonnet, Chautemps, Herriot, Blum en en Corbin. Tuinfeest. President Lebrun en zijn echtgenoote hebben tegen half vier zich naar de Brit sche ambassade begeven om het Britsche Koninklijke paar te begeleiden naar de tentoonstelling van Engelsche kunst in het Louvre. Te 16.10 uur begaven de Koning en de Koningin zich naar „Bagatelle", weder om luide toegejuicht. Een elegante menigte verdrong zich reeds in het park van Bagatelle, terwijl de muziek speelde en fraai zomerweer aan alles kleur bijzette, toen om vier uur 25 de Koninklijke gasten arriveerden. De Ko ningin was in het wit gekleed, de Koning droeg een jaquette. Het hoogtepunt van het tuinfeest werd gevormd door dansen en muziek. Om 5 uur 40 vertrokken de Koning en de Koningin weer, uitgeleid door president Lebrun en zijn echtgenoo te, terwijl de gasten geestdriftig „Leve dd Koningin, Leve de Koning" riepen. Tijdens het tuinfeest heeft Koning George een bedrag van 100.000 Francs aan Lebrun ter hand gesteld ten behoeve van de Parljsche armen. Gisteravond heelt Sir Eric Phipps, de Engelsche ambassadeur, den president dei- republiek. Lebrun, en zijn echtgenoote een groot officieel diner aangeboden, waar tal van op den voorgrond tredende persoon lijkheden. ministers, hooge officieren, be nevens Halifax en Bonnet aanzaten. Pre sident Lebrun en zijn echtgenoote ver trokken tijdig om ln de opera den Ko ning en de Koningin te ontvangen, die ei" een galasoiree kwamen bijwonen, welke te hunner eere werd gegeven. 1 In de opera. Onder de stormachtige toejuichingen van de menigte zijn de Koning en de Koningin, wier auto door een eskadron republikeinsche garde was omgeven, naai de opera gereden, waar ruiters van de re publikeinsche garde ln gala-uniform zich in een haag hadden opgesteld en de eer bewijzen brachten. Na door president en mevrouw Lebrun te zijn ontvangen, begaf het Koningspaar zich naar zijn loge, welke ontstaan is door de samenvoeging van drie kleinere loges. Nadat de volksliederen wa ren gespeeld, nam de voorstelling een aan vang. Gedurende den geheelen duur der voor stelling gaf de menigte voortdurend luide den wensch te kennen, dat de Koning op het balkon zou verschijnen en verschei dene malen hief zij de „Marseillaise" en het „Ood save the King" aan. Om vijf minuten over half twaalf verlieten de Koning en Koningin de opera met het zelfde ceremonieel als bij aankomst, on der onbeschrijfelijk enthousiasme van het publiek. Nadat van president en mevrouw Lebrun afscheid was genomen, waren zij om tien minuten voor twaalf op het mi nisterie van buitenlandsche zaken terug. Even daarna verscheen de Koning op het balkon van de klokkenzaal om het pano rama van Parijs te bewonderen. In de straten van Parijs was het druk ker dan ooit. Het gemeentebestuur van Parijs had een groot openbaar bal op het stadhuisplein aangeboden, terwijl voorts in enkele schouwburgen gratis voorstellingen werden gegeven. 4975 (Ingez, Med.) Voorts voeren zij aan, dat bij de inschrij ving voor de periode van 2 Mei tot 30 October 1937 door 's ministers ambtsvoor ganger wel een vergoeding voor de inge volge die inschrijving stop te zetten bedrij ven werd toegezegd. Afgezien van het feit, dat, indien hieraan eenige billijke aanspraak voor een overige inschrijvingsperiode zou kunnen worden ontleend, zulks evenzeer voor alle andere gehouden inschrijvingen zou gelden het geen adressanten blijkbaar zelf niet ratio neel achten geschiedde deze positieve toezegging waaraan achteraf geen gevolg behoefde te worden gegeven, omdat alle inschrijvingen gegund werden, louter om d» toen te verwachten, zeer scherpe onder linge concurrent», onder de deelnemenden eenigszins te tfnperen, zoodat daaraan geen principieele beteekenis mag worden gehecht. Op grond van vorenstaande overwegin gen kan de minister ln de door adressanten aangevoerde gronden geen aanleiding vin den op de onderhavige afwijzende beslis sing terug te komen. Aaneensluitende verzekeringen bij verschillende uitvoeringsorganen. Ingediend is een wetsontwerp tot wijzi ging der Ziektewet. Aan de memorie van toelichting ontleenen wij het voigende: Ingevolge het bepaalde onder letters a en b van het eerste lid van artikel 53 der Ziektewet ls de raad van arbeid, onder scheidenlijk de bedrljfsvereeniging, welke het risico der verzekering draagt, bevoegd de uitkeerlng van ziekengeld, onderschei denlijk de uitkeerlng wegens zwangerschap of bevalling, te weigeren. Indien de onge schiktheid tot werken bestond op het tijd stip, dat de verzekering een aanvang nam, onderscheidenlijk Indien de zwangerschap Is ontstaan voor den dag. waarop de ver zekering een aanvang nam, of de bevalling is geschied binnen zes maanden na ge noemden dag. De centrale raad van beroep heeft be slist. dat de verzekeringen bij verschillen de uitvoeringsorganen als telkens opnieuw aanvangende verzekeringen moeten wor den beschouwd. Uit die uitspraak volgt, dat indien een arbeider bijv. van 1 Januari tot en met 31 Mei in loondienst is geweest van een werkgever, die voor de ziektever zekering bij een raad van arbeid ls aange sloten, terwijl hij daarna op 1 Juni ln loon dienst is getreden van een anderen werk gever. die voor de ziekteverzekering is aan gesloten bij een bedrijfsvereeniging. op 1 Juni een nieuwe verzekering ls ingetreden. Wordt deze arbeider dan kort na 1 Juni wegens ziekte ongeschikt tot, werken, ter wijl aannemelijk is, dat de ziekelijke af wijking reeds vóór 1 Juni in den loop van de vroegere dienstbetrekking is ingetreden, dan kan ln het gegeven voorbeeld de be- drijfsvereen. uitkeering van ziekengeld weigeren op grond, dat de verzekerde bij den aanvang der op 1 Juni aangevangen verzekering reeds wegens ziekte tot wer wijls een verzekerde, wiens aanspraak op ziekengeld onbetwist ls, korter of langer tijd het hem toekomende ziekengeld moet ontberen, terwijl hij daaraan dringend be hoefte heeft. Ter voorziening in dezen misstand wordt thans voorgesteld, aaneensluitende verze keringen bij verschillende uitvoeringsor ganen als één onafgebroken verzekering te doen gelden. DE UITVAARDIGING VAN HET RIJTIJDENBESLUIT. Het Tweede Kamerlid van Braambeek, heeft aan den minister van sociale zaken de volgende vragen gesteld: Ls het juist, dat de minister van plan Ls de uitvaardiging van het Rijtijdenbe sluit, gebaseerd op de Wet van 9 Novem ber 1936, (Stbl. 802), te verschuiven, tot dat. een Reglement autovervoer van goede ren zal zijn in werking getreden? Indien dit Inderdaad juist ls, welke ls dan de reden om dit Rijtijdenbesluit, het welk reeds ruim anderhalf jaar op zich laat wachten, tot dat tijdstip uit te stel len, waar het zich toch volstrekt niet en kel tot de vrachtauto's bepaalt? Ls de minister niet van oordeel, dat do veiligheid op den weg, geheel afgescheiden van alle sociale wenschelijkheden daartoe, een spoedige Invoering van het Rijtijden besluit noodzakelijk maakt? Indien het antwoord op de laatste vraag bevestigend luidt, wanneer kan uitvaardi ging dan tegemoet worden gezien? DE Z.G. B-STEUN EN DE TUINDERS. Het Tweede Kamerlid Van der Sluis heeft aan den minister van sociale zaken de volgende vragen gesteld: 1. Ls het juist, dat de z.g. B-steun (steun In den vorm van schoeisel, kleeding en dekking), waarvoor de kleine boeren in aanmerking komen, gedurende het jaar 1938 niet aan de kleine tuinders wordt toegekend? 2. Als de eerste vraag bevestigend wordt beantwoord, ls de minister dan bereid om aLsnog te bevorderen, dat ook de kleine tuinders in 1938 van dezen aanvullenden steun kunnen proflteeren? VERSPREIDE BERICHTEN. In tegenwoordigheid van talrijke Ne derlandsche en Duitsche autoriteiten is gistermiddag aan de Nederlandsch-Duit- sche grens te Beek bij Nijmegen de eerste A.N.W.B.-grenskiosk officieel in gebruik gesteld, De rijksstraatweg UtrechtLelden zal op het gedeelte tusschen het Merwede- kanaal en hotel den Hommel, dus vlak ken ongeschikt was. Van zijn zijde is dan buiten de stad Utrecht beter worden ver bet orgaan, dat het risico der verzekering 1 licht. De gemeenteraad van Oudenrijn tot 1 Juni droeg allicht geneigd zich niet heeft n.l. gisteren een crediet van f. 1100 «ehouden te achten voor het ingetreden beschikbaar gesteld voor de aanschaffing ziektegeval ziekengeld toe te kennen, om dat de ongeschiktheid tot werken eerst na het einde van de verzekering is ingetreden. Hoewel in een zoodanig geval de verzeker de buiten twijfel aanspraak heeft op zie kengeld, komt het menigmaal voor, dat hij buiten genot van ziekengeld blijft, omdat verschil van meening bestaat, voor wiens rekening dat ziekengeld moet komen Bij net koninklijk besluit van 17 Mei 1935, Staatblad No 287, tot vaststelling van een algemeenen maatregel van bestuur, als be- cloeld in artikel 140 der Ziektewet, is wel is waar een voorziening getroffen omtrent de oplossing van zoodanige geschillen, maar die regeling kan niet verhinderen, dat dik-1 van nieuwe lichtmasten en kwikverlichting voor dit deel van dezen drukken verkeers weg. (N.R.Ct.) oncenireer op hel krachtigste reclame-middel

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1938 | | pagina 11