Felle brand te Oud-Ade Een bezoek aan de Philippijnen Ritmeester WOENSDAG 29 JUNI 1938 Derde Blad No. 24004 PARLEMENTAIR OVERZICHT 79sie Jaargang. „Henriëtte's Hoeve'' een prooi der vlammen Een vruchtbaar land, maardun bevolkt Bevolkingsproblemen en de toekomst srgarert Foto van Vliet. Vanmorgen werden wij gealarmeerd voor een hevigen brand, die bleek te woeden in de schuren en stallen van de kapitale boerderij ..Henriëtte's Hoeve", bewoond door den veehouder L. van der Heden en eigendom van jhr. Sandberg te Baarn. Deze boerderij ligt aan den nieuwen weg tus- schen den Zijl- dijk en Oud-Ade onder de gem. Alkemade, naast de hoeve „Voor zorg". De hevige rook- en vlam menzee, hoog-op- laaiend door den vanmorgen heer- schenden orkaan- achtigen Zuid- Westenwind, was reeds vanuit Lei den goed zicht baar. De brand werd omstreeks zeven uur ontdekt en bleek ontstaan te zijn in de kaas makerij, waarin zich een fornuis bevindt. De von ken waren uit den schoorsteen ge vallen op het rie ten dak en reeds ongeveer 10 mi nuten later stond het gansohe ach terhuis, waarin zioh deze kaas makerij bevindt, in lichter laaie. Vandaar sloeg het vuur over op de daarnaast liggen de groote stallen, welke ook na kor ten tijd in vuur en vlam stonden. De felle wind was tevens oor zaak, dat spoedig daarna ook de enorme hooiberg, waarin zioh reeds een groote hoe veelheid hooi be vond, alsmede een varkensschuur, die op 15 meter afstand van den stal lag. aan het vuur ten offer vielen. Toen wij op het terrein van den brand aan kwamen, was reeds de brand weer uit Alke made, die onge veer een twintig minuten na den telefonischen op roep gearriveerd was, in actie en met drie slangen op de kleine mo torspuit werd wa ter gegeven uit de dichtbij gelegen slooten. Aan redden viel niet meer te den ken. Het was echter een zeer gunstige omstandigheid, dat, dank zij de gunstige windrichting, het woonhuis en de daarnaast gelegen woning, die aan de kaasmakerij en den stal gebouwd zijn, geen gevaar liepen, door het vuur aangetast te worden. Het hoofdgebouw kreeg echter wel veel waterschade. Alle zich in de kaas makerij bevindende landbouwmachines, al smede ongeveer achthonderd kazen, dfe een v/aarde van eenige duizenden gulden vertegenwoordigden, gingen verloren. De boerderij was 30 jaar geleden geheel herbouwd. - De zeer belangrijke schade wordt door verzekering gedekt. - Onder de talrijke belangstellenden, meest uit de onmiddellijke omgeving, bevond zioh ook de burgemeester van Alkemade, mr. Peek. Met alle macht hebben allen gepoogd te redden, wat te redden viel. Gelukkig was al het vee op het land, zoodat geen dieren als slachtoffer van het vuur te betreuren zijn. Geruimen tijd bleef de brandweer aanwezig om de nablusschlng te verrichten, hetgeen niet gemakkelijk was, daar het vuur telkens weer door den sterken wind werd aangewakkerd. - Dit is in korten tijd de tweede groote brand onder de uit gestrekte gemeente Alkemade, hetgeen bewijst, hoezeer ook „op het land" de brand weer uitstekend moet uitgerust zijn, om voor haar verantwoordelijke taak ten volle berekend te aijni Dat het blusschen van een brand op het land ook nog wel eens op primitieve wijze moet geschieden, bewijst deze aar dige opname van degenen, die het met hehulp van emmertjes water ijverig tegen de woedende vlammen poogden op te nemen! (Van onzen correspondent in het Verre Oosten). HONGKONG, 29 Mei 1938 Duizenden kleinere en grootere Phillp- pijnsche eilanden zijn er, doch maar ze ven van werkelijk grooten omvang. Daar wonen veertien millioen Philippino's. Geen dicht bevolkt gebied dus, in vergelijking met Java zelfs uiterst dun bevolkt. Eerste probleem: hoe komt een rijk en vrucht baar gebied zóó weinig bevolkt? Tweede probleem: zal dit op den duur geen aan trekkingskracht uitoefenen op naburige landen, waar de druk van een steeds toe nemende bevolking steeds grooter wordt? We zullen niet trachten in het bestek van dit artikel deze beide vraagstukken te be handelen. Het eerste vordert een diepte studie, het tweede leidt tot politieke spe culaties, altijd een gevaarlijk werk. We waren slechts een paar dagen in Ma nilla, en willen dus volstrekt niet den in druk geven, dat we een diepe studie van het vraagstuk, dat Philippijnen heet, ge maakt hebben. Wel spraken we met heel veel lieden, op de boot er heen gaande en in Manilla zelf Waren hun meeningen zeer verschillend en elkaar tegensprekend geweest, het zou ons moeilijk gevallen zijn er een resumé van te geven. Nu is het vrij eenvoudig, dank zij de eenstemmigheid van de meest uit- cenloopende kenners van het land. Er was dan niemand die geloofde, dat de onafhankelijkheid, het geschenk van de Vereenigde Staten, het land tot een zegen zou worden. Onlangs nog verklaarde Chamberlain in een voordracht in de Asiatic Society, dat hij wel tot de conclusie moest komen, dat een eventueele onafhankelijkheid de eilan den zou terugbrengen tot den staat van Eerste Kamer. NATURALISATIES. (Vam onzen parlementairen medewerker). Gisteravond heeft ln de Eerste Kamer het zooveelste naturalisatie-debat plaats gehad. Het hoeveelste? Ja, daar kunnen wij geen antwoord op geven, want wij zijn den tel ganschelijk kwijt geraakt. Telkens als er naturalisatie- ontwerpen aan de orde zijn. breekt dit debat los en telkens komt het precies op hetzelfde neer. Eenige maanden geleden heeft de Twee de Kamer dozijnen van zulke ontwerpen, die zich hadden opgehoopt, met één slag behandeld en aangenomen. De Eerste Kamer gaf er echter de voorkeur aan. die ontwerpen bij groepen, als het ware dozijn na dozijn, te behandelen Daar is zij de Eerste Kamer voor; altijd wat anders. Met het gevolg, dat bij elk dozijn weer hetzelfde debat los komt Zoo was het dan gisteravond speciaal de heer van Vessem. afgevaardigde der N. S. Bdie protesteerde, voornamelijk op 'gloria van het groot aantal Duitsche Jo- deh dat aldus wordt toegelaten tot ons staatsverband, en zoo waren het anderen, ook Minister Goseling, die met de bekende argumenten daartegen ingingen. Maar ditmaal was er nog iets anders. In twee wetsontwerpen zaten eenige Belgen, wier aanvraag niet meer geheel voldeed aan de bepalingen. Immers, doordat het zoo lang had geduurd, eer deze ontwerpen in behandeling kwamen, was de verkla ring van den Koning van België, dat er geen bezwaar is om hen uit het Belgische staatsverband los te laten (welke verkla ring een jaar geldig is) ongeldig geworden. De heer van Citters. daarop wijzend, wenschte daarom deze beide ontwerpen op het oogenblik aan te houden. Doch de Minister achtte dit onnoodig; wél beloofde hij, die ontwerpen niet in het Staatsblad te zullen laten opnemen, alvorens een nieuwe verklaring, die stellig komt, zal zijn ontvangen. De heer van Citters bleef op zijn stuk staan, maar de Kamer gaf met 19 tegen 9 stemmen de Minister gelijk. De overige ontwerpen werden aangeno men met de stemmen der nationaal- sodaMsten tegen. Foto Van Vbet. EEN FRAAI OVERZICHT VAN DEN GROOTEN BRAND, DIE HEDENMORGEN WOEDDE IN DE KAASMAKERIJ EN STALLEN VAN DE HOEVE „HENRIÊTTE" ONDER OUD-ADE. zoo menig Zuid-Amerikaansche republiek, met zoo ongeveer elk jaar een pronuncia- monto. De vergelijkingen liggen ook voor de hand, een vrijwel gekerstende bevol king van mestiezen met sterk Spaanschen inslag, een tropisch klimaat en groote so ciale tegenstellingen. Dan is er de vervreemding van den bo dem. de tegenwoordige Philippino is dank zij het groot grondbezit niet meer „erd- verbunden" gelijk de Dultschers dat noe men. Zoodoende is hij los van alles geko men. Het onderwijs heeft hem daarbij niet geholpen. Zijn hoogste ideaal is een poli tieke carrieère met heel veel praten en nog eens praten. Een onrustige toekomst. Er is een bedenkelijke trek naar de groo te steden. Ze vliegen op het licht van Ma nilla aan als een mug naar de kaars. Er is natuurlijk een traditie, maar dat is een koloniaal Spaansche, die geen waar borg geeft, dat men in staat zal zijn een ambtenarencorps te vormen, dat zonder corruptie in staat zal zijn ieder het zijne te geven Reeds thans hoort men van alle kanten bedenkelijke staaltjes van omkoo- perij. De goeden natuurlijk niet te na ge sproken. maar de verleiding moet wel heel sterk zijn en niemand gelooft, dat de hui dige bevolking zeer karaktervast is. Per slot van rekening wil ook een onafhanke lijkheid na langen strijd veroverd zijn. een strijd die stalen moet en het karakter van een volk smeden. Een onafhankelijkheid die men geschonken krijgt. Is te gemakkelijk verkregen. Maar wil men die zoo lang begeerde vrij heid eigenlijk wel? Zeker men is er trotsch op thans een gemeenebest te zijn. Met Spaanschen zwier voelt men zich onafhan kelijk; maar zij, die nadenken, en dat zijn er velen, vragen zich toch af of op den duur de nadeelen niet grooter zullen blijken dan 1 de voordeelen. Thans is men burger, zij het ook in ze ker opzicht een tweede klas burger van de groote Republiek over het water. Daardoor geniet men groote economische voordeelen, want nu kunnen de producten van het land: suiker, plantenolie en hennep, ge makkelijk op de binnenlandsche Ameri- kaansche markt verkocht worden tegen hooge prijzen, dank zij den beschuttenden tariefmuur van de U.S.A. Met de onafhan kelijkheid houdt dat op. Economische moeilijkheden gerezen. Het is nu algemeen bekend, dat de be kende Tydings-Mc Duffie-wet op instigatie van de Cuba-suikerproducenten tot stand kwam. Zij moeten er millioenen dollars voor over hebben gehad om de betrokken in stanties voor hun plannen te winnen. Men wilde den Philippino's geen pleizier doen, maar hun producten moesten van do Amerikaansche markt verdwijnen. Een vol komen los worden van Amerika beteekent dan ook. dat de Philippijnen voor hun producten andere markten zullen moeten zoeken en niet meer die hooge prijzen van thans zullen kunnen maken Een gedeelte van de Amerikaansche be volking. zelf nog levend in een soort kolo niaal stadium, voelt niets voor de Philip pijnen. zij steunde gedeeltelijk ook uit ethische motieven een' voorstel dat vol strekt niet ethisch bedoeld was en dat werd aangenomen dank zij zeer bedenke- lijken polltleken methoden. Toch zoude er niets meer aan te doen geweest zijn. ware het niet dat met het Japansch—-Chineesch incident de angst voor Nippon velen de oogen geopend heeft. De noordelijke buren zijn niet populair in de Philippijnen. Eenige duizenden Japanners vestigden zich in Davao en plantten er hennep. Zij brachten uit hun vaderland hun noesten vlijt mede en cultiveerden het land. Nu zegt echter de wet. dat geen buitenlander land ln de Philippijnen mag bezitten. De occupatie door de Japanners zou derhalve onwettig zijn. De Japanners komen echter met papieren voor den dag. Blijkbaar heb ben locale gezaghebbers hun bevoegdheden overschreden of ze zijn vatbaar geweest voor klinkende Japansche argumenten, dan wel werkten zij met stroomannen. Heel hoog schat niemand de integriteit van de plaatselijke ambtenaren. Hoe het ook zij. de Japanners zijn er en staan op hun recht Op het oogenblik is hun positie niet benijdenswaardig, want daar de Regeering hun rechten niet erkent, moeten ze alles tarchten te bereiken door het gebruiken van middelmannen, die zich daarvoor zwaar laten betalen. Ik heb me laten vertellen, dat een Ja panner zelfs geen postzegel kan koopen, want voor den ambtenaar van het post kantoor bestaat hij immers niet, en dus koopt een Philippino de zegels, om die met winst aan den Japanner te verkoopen. Zoo gaat het met alles. Daarbij gaan de zaken slecht, dank zij den beperkenden financieeien en economischen hiaatregelen in Japan. Japan dreigt. Juist op den dag. dat ik in Manilla aan kwam stond er in de bladen, dat de Ja panners op hun scholen in Davao zouden leeren. dat dit gebied een deel van het Keizerrijk 1*. Dat is natuurlijk olie op het vuur. Men voelt zich niet meer zeker, politiek niet en nog minder economisch: Voorloopig gaat alles nog goed. Op sommige producten wordt in Amerika tol geheven, die door het Amerikaansche gouvernement terug betaald wordt Niet echter aan de producenten of verkoopers van de goederen, doch aan de Regeering in Manilla. Daardoor heeft deze voorloopig althans een groot inkomen. Men zwemt om zoo te zeggen in het geld. Een Amerikaansch generaal met den (titel van veldmaarschalk, zal thans een leger moeten organiseeren. Wat hij daai'over aan de pers verteld heeft, klinkt wel eenigszins fantastisch. Een leger van driehonderdduizend man zal de onafhankelijkheid moeten verdedigen. Hoe dat betaald zal moeten worden, werd er echter niet bij gezegd. Men wil echter Een woord van aanbeveling ie niet meer noo- dlg. De Ritmees ter Ideaal is alom bekend als de Ideale 8 ets. sigaar. 3627 (Ingez. Med.) ook algemeene dienstplicht als school voor de bevolking, de eenheid van de natie over zooveel eilanden verdeeld, zal er door be vorderd moeten worden Voorloopig is men het echter nog niet eens over de taal. De oudere generatie spreekt Spaansch, de jongere kent alge meen Engelsch. maar nu willen sommigen de oude taal van het eiland Luzon tot nationale taal verheffen. Een taal echter, die bijzonder arm is en nog maar door weinigen behoorlijk gekend. Hoofdzaak is echter de economische relatie met de Vereenigde Staten. Er is nu een commissie geweest, die aan het Ame rikaansche congres een voorstel zal hebben in te dienen om deze kwestie afdoende te regelen. Het rapport is bereids gereed, maar de inhoud is nog niet algemeen be kend. Het schijnt echter vrijwel zeker, dat men een overgangstoestand beoogt, die tot 1960 zal duren en waarbij voor suiker b.v. het tarief langzamerhand verhoogd zal worden, terwijl voor andere producten, b.v. tabak de quota's langzamerhand gewijzigd zullen worden. Nu zeggen sommigen: 1960 is nog zoo ver af, daarover behoeven we ons nu niet druk te maken. Geen onafhankelijkheid. Gezien echter de economische moeilijk heden en den angst voor Japan schijnt er velen te zijn en men zegt zelfs, dat Presi dent Quezon er toe behoort, die willen trachten de positie van de Philippijnen radicaal te wijzigen, waarbij men dan de onafhankelijkheid zou opgeven voor een soort dominon-status. President Quezon zal dan zijn landgenooten duidelijk moeten maken, waarom hij ineens de voor enkele jaren zoo heet begeerde vrijheid wil laten varen. Dat zal hem gezien zijn onloochen bare populariteit misschien niet zoo heel veel moeite kosten. Iets anders is het er ook de Amerikanen van te overtuigen Daarom schreven we in ons vorig artikel de kwestie van de onafhankelijkheid van de Philippijnen Is in hoofdzaak een vraagstuk van binnenlandsche Amerikaansche po litiek. Algemeen wordt in Amerikaansche krin gen echter aangenomen, dat er wel een op lossing gevonden zal worden, waarbij een zekere band tusschen Philippijnen en Ame rika zal blijven. De tegenwoordige Hooge Commissaris schijnt een voorstander van terugkeer op den ingeslagen weg te zijn. Op den duur zal misschien het in de Philippijnen vrij talrijke Chineesche ele ment van invloed blijken bij een te nemen beslissing. We kregen den indruk, dat men vrij al gemeen anti-Japansch is, waaraan de Phi- lippijnsche Chineezen zeker ook niet vreemd zullen zijn. De Pan-Aziatische propaganda waarmede men in Tokio zoo druk bezig is, heeft in Manilla in elk geval weinig succes. Mijn zegslieden wezen er op hoe de Philippino's over het algemeen hun Aziatisch karakter zoo niet verloochenen dan toch zeker niet willen accentueeren. Daarvoor spreekt het Spaansche bloed toch te sterk, hoe verwaterd dit vaak ook moge zijn. Ontwikkeling is voor Nederland van belang. Voor Nederland is de ontwikkeling der dingen hier natuurlijk van zeer veel be lang. Men denke maar eens wat het zou beteekenen, wanneer de Philippijnen hier nog weer eens met hun suikerproductie op de markt zouden komen Hoewel de produ centen het riet moeten koopen van riet- plantages. schijnt de kostprijs toch niet hoog te liggen. Kenners van het land beweren, dat het nog groote mogelijkheden heeft. Mogelijk heden. waarvoor tot nu toe de Britten de meeste belangstelling hadden. Sinds een jaar heeft nu ook de Ned. Indische Handelsbank, blijkbaar niet zon der succes, een Agentschap in Manilla ge opend De Javalijn heeft er een kantoor. Er komt dus ook van onzen kant meer be langstelling. Voorloopig liggen de eilanden nog bin nen het Amerikaansche tolgebied. waar door het leven er vrij duur is. al heeft de Pesos maar de waarde van een halven Amerikaanschen dollar. Salarissen en loo- nen schijnen in het algemeen nog vrij lang te zijn. Te laag misschien. Vooral is dat van belang nu. al is de onafhankelijkheid nog niet geheel bereikt, de Philippino's zich toch al geheel zelfstandig moeten regeeren. Er is een President van het Ge meenebest. er is een volksvertegenwoordi ging en er zijn vrijwel uitsluitend Philip- pijnsche ambtenaren. Men moet nu bewijzen deze locale auto nomie te kunnen waardeeren. Velen twij felen. Vooral onder de Amerikanen, die het tand goed kennen, zijn er velen die bewe ren, dat het een geweldige mislukking zal worden. Met het weergeven van de bovenstaande meeningen moeten we hier volstaan de tijd was te kort om tot het vormen van een eigen oordeel te komen. J. FABIUS.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1938 | | pagina 9