Het schaaktoumooi te Noordtoijk - Haüiksnest - Menjou te Londen 79 ste Jaargang LEIDSCH DAGBLAD Tweede Blad Het nichtje van kuiten FEUILLETON DEZE TERRIER heeft de taak van ^ijn baas overgenomen, maar. wat zal hij doen, wanneer hij „beet" he^ftt DE BEROEMDE AMERIKAAN SC HE FILMSPELER ADOLPHE MENJOU te Londen aangeko men. Adolphe Menjou en zijn echtgenoote. AMSTERDAM GARNIZOENSSTAD. Voorbereidingen voor de ontvangst van de luchtdoel-artillerie in de Oranje-Nassau-kazerne. Het reinigen der waschtafels. BASKISCHE DANSERS IN LONDEN. Een groep Baski- sche zangers en dansers voor de eerste maal in Londen. EEN GROOTE ZELDZAAMHEID! In de uitgestrekte bosscihen bij Hoenderlo heeft een havik in een hoogen pijnboom zijn nest gebouwd, waarin nu vier jongen zijn geboren. Voor deze unieke opname werd een speciale stellage gebouwd, waardoor het mogelijk was het nest tot op korten afstand te naderen. door LADY TROUBRIDGE. 8) „Het spijt me. Lord Rowant, ik heb het te druk", en zag aan de uitdrukking van zijn gelaat, dat hij begreep, dat zij zijn losse opmerking gehoord had en daar met haar geheele wezen tegen In opstand kwam. Na dat eene moment was zijn ge zicht weer ondoorgrondelijk. „Pardon", was het eenige woord, waar- ®ede hij zich afwendde en Linet als over winnaar achterliet, zich terneergeslagen en ongelukkig voelende, hetgeen ditmaal niets te maken had met het feit, dat zij niet hanste. Dat gevoel van neerslachtigheid bleef Linet den geheelen avond bij, al bracht de jonge Vereker verschillende officieren bij haar en verscheen Marcus later nog om een «tra dans op te eischen. Eenigen tijd later zag mrs. Winsley tot haar genoegen, dat Linet vroolijk aan het óansen was en tot haar nog grootere vreug de. dat Tanis lord Rowant tot partner had «n dit laatste maakte, dat zij niet voor het aanbreken van den dag de jonge meisjes ®ee naar huis nam. .Je behoeft niet vroeg op te staan, hoor", deelde zij Linet gapend mede, toen het gezelschap Ladogan Terrace weer bereikt had. „Wij komen geen van allen voor elf uur te voorschijn. Je hebt je op het eerste bal heel goed gehouden", voegde zij er be minnelijk aan toe, toen zij het meisje goe- dennacht kuste. Linet snelde naar haar kamer, maar in- plaats van zich uit te kleeden, trok zij de gordijnen opzij en staarde in de verte, waar de hemel zachtroze begon te kleuren. En eensklaps gingen haar gedachten uit naar haar moeder die nu rustig onder het zware rieten dak van haar oude tehuis lag t© slapen Linet snakte er naar haar te vertellen, hoe. er dien avond zoo vol pracht en praal, dingen geweest waren, die haar o zoo zeer gekwetst hadden en dat zij nooit, nooit meer iemand zou idealiseeren. die zij alleen maar op een foto gezien had en nooit meer zou denken, dat er achter een zelfbewusten en toch prettigen glimlach en achter een paar ondoorgrondelijke oogen een aantrek kelijke persoonlijkheid verborgen moest liggen. Zij wist nu wel beter en zij wensch- te, dat zij haar moeder kon vertellen, hoe onaardig zij geweest was tegen dezen be voorrechten man en dat haar dat toch eigenlijk in het geheel geen voldoening ge geven had. En Mammy zou dat alles begrijpen, om dat zij altijd alles begreep en zou iets we ten te zeggen, dat Linet weer met zichzelf in het reine zou brengen, want dat had zij vanavond, of liever vanmorgen, hard noodig Zij begon het gele japonnetje, dat zij eenige uren te voren met zooveel enthou siasme had aangetrokken, &it te doen en bedacht, dat zij nog een massa dingen zou -moeten leeren, voor zij werkelijk van dit Londensche seizoen naar hartelust kon ge nieten. En terwijl het grijze morgenlicht flauw tjes haar kamer binnen trachtte te drin gen, schoot haai' plotseling de gedachte door het hoofd, dat zij dat nog wel eens heel moeilijk zou kunnen vinden. Maar toen zij uit een gezonden slaap weer ont waakte, begon de negentienjarige de dingen in een ander licht te zien. In bed zittend genoot Linet van een uit gezocht ontbijt, dat een keurig dienst meisje haar bracht en begon toen een brief aan haar moeder te schrijven. De toon was heel wat minder somber dan haar overpeinzingen van den vorigen avond en zij repte met geen enkel woord over lord Rowant. Zij schreef hoofdzakelijk over Marcus Standish en deed moeite haar schrijfcassette op haar knieën te balan- ceeren. „Ik weet niet, of jij hem aardig zou vin- „den, lieverd. Hij heeft schulden en zegt „dat hij erg wereldsch is. maar ik mag .hem erg graag, omdat hij leuk Is en zoo „vroolijk en me het gevoel geeft of ik bijna „een charmante schoonheid ben. „Wat Tanis betreft, ik weet nog niet „goed. wat ik van haar vind. Zij is niet erg „toeschietelijk, maar ik hoop, dat wij „goede vriendinnen zullen worden en tante „Beatrice is ontzettend aardig en we gaan „vanmorgen jurken koopen en je kunt je „wel voorstellen, wat een zaligheid dat is „voor je je liefhebbende Linet." Toen de brief klaar was en zij een post zegel gevonden had sloop Linet in haar blauwe peignoir de trap af, in de hoop, dat zij iemand zou zien, die hem in de bus zou doen, die zij in de hal gezien had. Doch er was niemand te zien en zij wachtte een oogenblik, want zij vond dat haar moeder, die natuurlijk naar een bericht verlangde, dien brief absoluut dienzelfden avond nog moest hebben. Eerst was het doodstil in huis, toen hoor de zij een klok elf uur slaan en tegelijker tijd rinkelde de telefoon. Toen volgde er nog een ander geluid, dat te kennen gaf, dat tante Beatrice en Tanis eindelijk wakker waren en aanstalten maakten om op te staan. Linet hoorde hoe haar tante de telefoon beantwoordde en hoe vervolgens de kraan van het bad opengedraaid werd. De geur van het badzout drong tot de trap door. Boven het geluid van het stroomende water uit, klonk de stem van Tanis. die blijkbaar een gesprek voortzette, dat zij zooeven met haar moeder begonnen was. „Ik begrijp wel, dat je iets voor Linet hebt willen doen", zei die stem, „maar je had haar toch werkelijk niet hier behoeven te brengen, waar zij mij voortdurend in den weg zal zitten." Mrs. Winsley mompelde eenige gerust stellende woorden, die evenwel alle uitwer king op haar dochter misten. Linet greep de balustrade krampachtig vast en wilde zich juist verwijderen, toen het antwoord van het meisje haar ooren bereikte „Alsof er niet al meisjes genoeg zijn", klaagde die heldere, meedoogenlooze stem, „zonder dat boerenkind, dat je hier ge bracht hebt. Zij heeft de allures van een klein kind en een teint, die veel te mooi is. Marcus ligt al aan haar voeten. En als zij eens haar netten uit gaat zetten, om Tor- quil Rowant 'te verstrikken? Waar blijven I wij dan?" J „Ik ga weg", dacht Linet, „ik moet weg." Doch toen zij behoedzaam langs de deur sloop, hoorde zij iets, dat haar nog meer hinderde, omdat het ditmaal, hoe wreed ook, de waarheid was. „Torquil?» merkte tante Beatrice op, „die ziet niet naar haar om. Heb je dan niet ge- zien, hoe verschrikkelijk verveeld hij zat te kijken, toen wij hen gistermiddag samen aantroffen?" „Zeg nu maar niets meer", smeekte Linet inwendig, alsof de beide anderen die dit gesprek over haar voerden, haar konden hooren. „Jullie hebt me al pijn genoeg ge daan. Ik kan het niet meer verdragen." Zoo stonden de zaken dus. Tanis vond het vreeselijk, dat zij hier was, dacht zelfs, dat Linet Torquil Rowant In haar netten zou trachten te verstrikken. Het idee was meer dan fantastisch. (Wat een vreeselijke uitdrukking was dat: in haar netten ver strikken.) Eenmaal terug In de veilige beslotenheid van haar eigen slaapkamer vocht Linet tegen het verlangen in snikken uit te bar sten en tegen de verleiding den brief weer te openen en te zeggen, dat zij thuis kwam. Zij wist zich evenwel te beheerschen. Zij wilde niet huilen en wilde haar moeder geen verdriet doen. Haar gevoelens vonden een anderen uit laat. Zij grabbelde tusschen de keurige handschoenen en zakdoeken, die in een cachet geborgen waren, dat in de bovenste la van de toilettafel lag. Ja. daar had zij de foto. die zij zoo zorgvuldig had uit geknipt. (Nadruk verboden). (Wordt vervolgd). RUSTDAG in het schaaktour- nooi te Noordwijk. V.l.n.r. Keres, Bogoljubow en Eliskases gebruiken hun vrijen tijd om te bridgen. KEEIMODEL van het beeld „Rustende tuinder", van J. W. Havermans, bestemd voor ceD plantsoen in Amsterdam. IN DE BIBLIOTHEEK - van de Techn. Hoogeschool te Delft heeft oud-min. de Graeff, lid van het Curatorium, namens dit college de schenking der Fran- scho regeering, een groot aan tal boeken voor de T.H.S., aan vaard. De Fransche gezant baron de Vitrolles (links.)

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1938 | | pagina 5