De storm - Paardenmarkt te Opmeer - Borstbeeld van Buziau Een goede zakenvrouw 79iie Jaargang LEIDSCH DAGBLAD Tweede BlaJ FEUILLETON DOOR DEN STORM is één der boomen op het Museum-plein te Amsterdam omgewaaid, waardoor een voorbijgange' werd gewond. Overzicht tijdens het bergingswerk der brandweer. EEN FRANSCHE DELEGATIE, BESTAANDE UIT MILITAIRE LUCHTVAARTDESKUNDIGEN brengt, onder leiding van generaal Vuillemin, een bezoek aan Londen. De Engelsche luchtvaartminister Sir Kingsley Wood (midden links) in gesprek met generaal Vuillemin. GISTEREN VONDEN TE OPMEER-SPANBROEK DE GROOTE JAARLIJKSCHE PAARDEN- MARKT-, concours-hippique, draverij en kermis plaats, uitgaande van de Hollandsche Maatschap pij voor landbouw in Noord-Holland. Ent landbouwfeest is een der bekendste en oudste van Noord- Holland. Een overzicht van de zeer druk bezochte paardenmarkt. ELISABETH LION - de Franscbe vliegster, die Amelia Earhart's record verbeterde, bij terugkomst in Le Bourget, door haar moeder begroet. EEN MOOIE INDISCHE LUIPAARD éénder nieuwe dieren in het dierenpark te Wassenaar, sluit vriendschap met den bekenden bokser Bep van Klaveren. DE BEELDHOUWSTER MEJ. GOBIUS TE VOORBURG IS BEZIG MET HET VERVAARDI- DE BOUW VAN HET VIADUCT OVER DE SPOORLIJN BIJ SASSENHEIM IN DEN NIEUWEN WEG PEN VAN E17N RORéTRmn VAM RTT7TATT DEN HAAG-AMSTERDAM, DAT OP 22 JUNI A.S. VOOR HET VERKEER ZAL WORDEN OPENGE- VAN BOKSIBEELD VAN BUZIAU. STELD. - Een beeld dat gauw verdwijnen gaat: wachtende auto's voor gesloten boomen. BUZIAU POSEERT. Op den achtergrond het nieuwe viaduct. door HERMAN ANTONSEN. 56) ,,Ze heeft een paar dagen thuis rond ingen," verklaarde Ned. „En toen ging weer vandoor. Ze zei, dat ze iets om- °™den moest hebben. En dus ging ze op rtP naar de olievelden van vader ln de Jjurt van Callard, om de- „belangwekkende ^ondernemingen" te gaan bestudeeren!" -Olievelden!" zei Jonathan schootmees- FJJhhg, maar hij hield zich meteen in en «volgde„Wat heeft ze daar nu weer ®ee voor?" ,."M Ransome had hem voortdurend met JMacht bekeken en probeerde zijn naam "ffls te brengen. Toen opeens herinnerde '1 ach, dat hij de jonge man was. die zoo- Indruk op zijn zuster gemaakt had, -er onder het rijden op de Southwestern trped te springen, zonder zich een oog- te bedenken. ZeS vader," riep hij uit. „Het zou me •tempel niet verwonderen, als die kerel goede kans maakte. Val houdt van omdat ze denkt, dat hij krankjorum 'Aioais zij het noemt; en als hij krank- genoeg Is. dan zou hij het wel klaar dunkt me •cone! de kolonel als Jonathan keken aan, alsof hij een beetje van Lotje "as. Ned grinnikte en stond op. Hij Jonathan geruststellend op den schouder. „Ik meen het niet kwaad. Blijf vannacht bij ons logeeren, dan zal ik je morgenochtend vroeg zelf naar Callard rij den. Ik zou dit voor geen geld ter wereld willen misloopen!" Jonathan kon er beslist niet bij. Hij had een kans. als hij maar krankjorum ge noeg was! Den volgenden morgen heel in de vroeg te reden ze weg in den snellen wagen van Ned Ransome. De kolonel was bijna mee gegaan, maar hij veranderde op het laatste oogenblik van plan en daar was hij per slot van rekening blij om, toen hij hen met een vaart van een kanonskogel had zien wegstuiven. De kolonel was zoo jong niet meer Ze reden de ruim tweehonderd mijl aan één stuk in razende vaart en kwa men vier uur na hun vertrek bij de velden der Ransome Olie Maatsohappij te Callard aan. Jonathan overzag een uitgestrekte vlakke prairie door de zon verschroeid, waarop zich een woud van boortorens ver hief. Mijlen en mijlen ver in het rond ston den ze overal verspreid, in hun soort sier lijk en indrukwekkend, honderd voet hoog de lucht instijgend met hun in zilververf geschilderde stalen pijlers, die in de bla kende zon van Texas glansden en schit terden. De Ransome-velden! Groepen stoere ke rels in overalls, met oude en gedeukte hoe den op het hoofd, met beenkappen en rij broeken. Voorraadtanks, buisleidingen, machlnelnodsen kabels vormden samen de machinerie, die stroomen vloeibaar goud naar de aa-doppervlakte bracht Ned reed naar het kantoor, een lang ge bouw aan de grens der velden. Daar ston den verscheidene auto's geparkeerd en hij vestigde de aandacht van Jonathan op een lange, roomkleurige roadster. „Van Val", zei hij. „Ze is dus in de buurt" Ze liepen het kantoor binnen en Ned sprak een der opzichters aan. „Ik ben Ned Ransome", zei hij. „Is mijn zuster hier ergens?" Ze was boven op haar kantoor. Haar kantoor! Ze gingen naar boven en bleven voor de open deur van een kantoortje staan. De Jonge dame droeg werkelijk een rij broek, beenkappen en shirt, waarvan de mouwen over haar gebronsde armen wa ren opgerold. Met haar ellebogen op den lessenaar en het hoofd in de handen be studeerde ze een geologische landkaart. „Hé!" riep Ned en floot tusschen zijn tanden. Valentine hief het hoofd op. Jonathan zag haar opeens verstrakken en haar oogen werden wijd van verbaasheid, toen ze hem zag staan. „Jij!" riep ze ongeloovig uit. „Nee toch?" „Ja", zei Jonathan, „Beslist ja!" Ze zat als verlamd op haar stoel. Ze was dien morgen opgestaan met het voor uitzicht van weer een dag vol besprekin gen met werklui, boorlieden, geologen en opzichtersterwijl haar gedachten toch aldoor bij hém waren; en daar stond hij voor haar, groot, donker van haar, met grijze oogen en zijn gezicht één en al glim lach. „Verdraaid.ik mag een staart krij gen!" zei Valentine Ransome. „Excuseer me even", zei Ned beleefd. „Ik moet iemand nog even over een oliebron spreken". Hij trok zich terug en sloot onopvallend de deur achter zich dicht. „Je staat zeker verbaasd, is het niet?" vroeg Jonathan. Valentine herstelde zich een beetje ten minste voor het uiterlijk. Inwendig was het haar nog, of de heele wereld rondtolde en zag ze overal sterretjes. „Ik moet er kennen, dat het zoo is", zei ze. Ze stond op en liep naar hem toe met uitgestoken hand, verlegen als een schooljongen. „Hoe maak je het, Jonathan? Hoe ben je in vre desnaam hier gekomen?" „Heb je spoor in Pointdexter opgepikt", zei hij, haar stevige, koele hand aanne mend, „En", vervolgde hij, „het is verdraaid gelukkig, dat je ten minste ergens in Texas bent, want ik heb het razend druk en heb de hoop gekoesterd dat ik je niet zou moe ten volgen naar Port-Said, of Singapore of ergens anders heen". Hij hield haar hand nog steeds vast, maar nu maakte ze die zachtjes doch be slist los. Haar donkere oogen bleven nieuws gierig op hem rusten. „Nou, ik ben dolblij, dat ik je terugzie", merkte ze op. „Maar wat voert je eigen lijk hierheen?" „Wel, dat zal ik je zeggen", zei Jona than hartelijk. „Jij. Een eenlettergrepig antwoord. Doodeenvoudiger kan het niet. En absoluut nauwkeurig. Jij!" ,1 k?" vroeg Valentine. Hij keek haar een oogenblik aanzag haar rossige krullende haar. haar gebrons de ovale gelaat, haar door de zon ver brande neus. „Ja!" zei hij met overtuiging, „Jij. Port- Saïd zou maar een wandelingetje voor me geweest zijn". Een snelle blos overdekte haar gelaat. Ze keerde zich plotseling om, liep om haar bureau heen en ging erachter zitten. „Hoe gaat het met de reederij?" vroeg ze meteen vlug. „De reederij?" vroeg Jonathan vaagweg. „Reederij? Ohde reederij! Wel, uit stekend!" Hij kwam terug op zijn vorige onderwerp. Mijnheer Blair was een jonge man. die het druk had; en bovendien vond hij, dat hij daar niet langer kon blijven staan en zoo maar naar haar kijken. Hij legde zijn handen op het bureaublad en boog zich naar haar toe. „Valentine, het verwondert me niets, dat jij er verbluft van staat, dat ik hier zoo maar kom aangerend. Het lijkt erg onver wachts, dunkt me. Maar in werkelijkheid is het niet onverwachts. Den eersten keer in mijn leven, dat ik jou zag, is mijn hart opgesprongen van geluk en ik denk, dat ik al heel lang van je heb gehouden, zonder het eigenlijk zelf te weten. En toen je bent weggegaan", hij haalde diep adem, „toen ■wist ik het opeens met een schok. Valen tine, we hebben samen heel wat afgevoch ten en dat is voorbij en voor de rest van mijn leven wil ik niets anders dan vrede met jou!" Ze boog het hoofd en kneep haar vingers zoo hard ineen, dat haar knokkels er wit van werden. „Met andere woorden, als ik in New- York gebleven was, dan zou jij het nooit te we ten gekomen zijn? Je zoud het nooil nt- dekt hebben en met Carol Wallace ge trouwd zijn? (Nadruk verboden) (Wordt vervolgd)

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1938 | | pagina 5