BINNENLAND
IDoopplechtigheid
COOPVAERT
Wijziging van belastingheffing
LEIDSCH DAGBLAD - Vierde Biad
Zaterdag 7 Mei 1938
©ouwe Cgbetté
10ö
flnno 1753
LAND- EN TUINBOUW
lzal sober karakter dragen
Prinses zal haar Dochter zelf ten doop houden
Deensche deputatie
woont plechtigheid bij
Inkomstenbelasting
geheven bij de bron
RECHTZAKEN
DE RUILVERK AV ELIN GS ARBEID TE
STAPHORST VOLTOOID.
Cultureele zorg voor werkloozen.
Bijna twee millioen meer beschikbaar
gesteld.
De op de begroeting van Sociale Zaken
voor 1938 oorspronkelijk uitgetrokken gel
den voor het cultureele werk blijken reeds
thans in verband met den nog steeds toe-
nemenden omvang van dit werk. onvol
doende te zijn om de daaruit voortvloeien
de uitgaven te bekostigen
De minister aoht het gewenscht. thans
tot het aanvragen van de noodige gelden
over te gaan waartegenover staat, dat de
door het Werkfonds toegezegde bijdrage
ad f 1.800.000 ten bate van de middelen zal
weiden gehoekt
Voor verhooging der bijdragen voor
kampwerk is nocdig f 576.250. voor centrale
werkplaatsen f. 567.187, voor werkobjecten
f 251876 en voor cursussen voor en her
scholing van werkloozen f. 404 687.
Tsjecho-Slowaaksch geschenk
voor Prinses Beatrix.
Naar ons van wélingelichte zijde ter oore
komt. zal de Tsjecho-Slowaaksche minister
van Onderwijs, minister dr. E. Franke, na
mens zijn regeering, een verzameling
Tsjecho-Slowaaksch speelgoed, bestemd
voor Prinses Beatrix, doen aanbieden.
TRAM TE UTRECHT VERDWIJNT.
De Utrechtsche gemeenteraad heeft be
sloten ook de laatste twee tramdiensten te
Utrecht door autobusdiensten te vervan
gen. Met uitzondering van den dienst naar
Zeist zal de tram derhalve geheel uit het
Utrechtsche stadsbeeld verdwijnen hetgeen
voor het snelverkeer ongetwijfeld een" be
langrijk voordeel beteekent
Versnelde uitvoering inpoldering
Zuidelijke polders in de
aigesloten Zuiderzee.
Gedeputeerde Staten van Noord-Holland
hebben zich met een schrijven tot den
raad van ministers gewend, waarin z(j een
pleit voeren voor versnelde uitvoering van
de inpoldering van de zuidelijke polders
ln de afgesloten Zuiderzee. Zij wijzen er
ïr. dit adres op. dat het aantal werkloozen
in de hoofdstad des lands nog zeer groot
is einde Maart bedroeg dit aantal nog
53571, hetgeen 933 meer is dan in Maart
1937 en dat uitvoering van genoemde
werken een goede gelegenheid zoude bie
den een niet onaanzienlijk deel van die
werkloozen daarbij aan arbeid te helpen,
terwijl aan dit werk ook het groote voor
deel verbonden is, dat daardoor nieuwe be-
staansbronnen worden aangeboord.
Gedeputeerde staten spreken voorts de
meening uit, dat de verschillende bezwa
ren welke tegen een vervroegde uitvoering
van die inpoldering naar voren zijn ge
bracht, niet van zoo ernstigen aard zijn,
dat zij niet zouden kunnen worden over
wonnen en dat de dringende noodzaak om
een grooter aantal werkloozen aan werk
te helpen, het voor die vervroegde uitvoe
ring noodige treffen van bijzondere maat
regelen zoowel ten aanzien van de aan
schaffing van het benoodige materieel als
ten aanzien van de personeelsvoorziening
wettigt.
Wat den financieelen kant van de zaak
betreft, wijst het college op de mogelijk
heid om voor de vervroegde uitvoering van
dit groote werk, waarbij tal van werkloo
zen arbeid zullen kunnen vinden, een be
roep te doen op het Nederlandsche volk,
bijv. door het uitschrijven van een bijzon
dere leening tegen een rentetype lager dan
het ormale. Gedeputeerde Staten ver
wachten. dat een dergelijk beroep in rui
men kring weerklank zal vinden.
DE TOELATING VAN OUD-OOSTEN-
ItlJKERS IN ONS LAND.
Op de vragen van den heer Albarda be
treffende toelating in Nederland van z.g.
oud-Oostenrijkers, die duurzaam in een
ander land verblijf houden, heeft de mi
nister van Justitie geantwoord, dat oud-
Oostem ijkers, die ln een ander land duur
zaam verblijf houden hetgeen voorals
nog slechts zal kunnen worden aangeno
men. wanneer door bewijsstukken wordt
gestaafd, dat zij zich in het andere land,
met goedvinden van de bevoegde autori
teiten. blijvend gevestigd hebben en dat
zij daarheen steeds onvoorwaardelijk kun
nen terugkeeren wanneer hun reis naar
ons land een volkomen normaal karakter
draagt, niet vallen onder de voor de oud-
Oostenrijkers in Nederland bedoelde bij
zondere voorwaarden. Wanneer zij daarzij
voldoen aan de algemeene verelschte voor
toelating van vreemdelingen, zal tegen een
bezoek aan ons land voor een bepaalden
tijd geen bezwaar bestaan. Zekerheids
halve wordt de aandacht van de betrok
ken autoriteiten nog op een en ander ge
vestigd.
Voor Staphorst was het gisteren een
zeer belangrijke dag. Aan den rullverka-
velingsarbeid. gedurende twaalf jaar met
ernst beoefend, is n.l. gisteren een einde
gekomen, door het passeeren van de rullver-
kavellngsacte, die aan alle eigenaren van
de vroegere gronden hun eigen kavel ver
zekerd.
De dag heeft een eenigszins feestelijk
karakter gedragen. Naar het hotel Waan-
uers in Staphorst, waar de acte zou wor
den geteekend, was een excursie georgani
seerd, die meegemaakt werd door allen,
die in al die jaren ln eenlgerlel verband
met de ruilverkaveling gestaan hebben.
De perceelen lagen vroeger zeer ver uit
elkaar en sommige waren niet minder dan
15 of 15 K.M. lang. Toen men ln 1926 met
den arbeid begon, waren er 13.000 ka
dastrale perceelen, verdeeld over 1670
eigenaars.
Daarvan heeft men thans 1900 perceelen
gemaakt, die plm. 80 are groot zijn In deze
ruilverkaveling werd eenl bedrag van plm.
f. 180 000 tot f. 190 000 verloond. Arbeiders
uit de groote steden en uit de omliggende
gemeenten werkten er maanden lang aan
de verbetering der gronden. Nieuwe rull-
verkavelingsplannen zijn in voorbereiding
voor het ten westen van den straatweg
Lichtmis-Staphorst gelegen land. de z.g.
Staphorsterweiden, die een oppervlakte
van 3600 H.A. beslaan met bijna 600 recht
hebbenden. Als dat ook gereed is gekomen,
kan men zegden, dat Staphorst wat zijn
gronden betreft gesaneerd is.
PER Vi ONS
OUD - HOLL. PIJPTABAK
833
(Insez. Med)
DE ZAAK TEGEN MR. ROST VAN
TONNINGEN.
Naar wü vernemen heeft mr. A. J. van
Vessem een bezwaarschrift ingediend te
gen de dagvaardig uitgebracht tegen den
heer mr. M. M. Rost van Tonningen,
hoofdredacteur van het Nationale Dagblad,
die op 2 Mei as. voor de Haagsche recht
bank had moeten verschijnen wegens be-
leedlging van minister Gosellng.
Dit bezwaarschrift zal dus eerst behan
deld worden alvorens de zaak eventueel
op de openbare terechtzitting dient.
DRIEHONDERD N. S. B.'ERS COLPOR
TEERDEN TE OSS.
Gistermiddag hebben ruim driehonderd
N.S.B.'ers uit alle deelen des lands, we
derom een bezoek aan Oss gebracht. Daar
zij geheel onverwacht kwamen, konden zij
ditmaal niet aan de grens worden tegen
gehouden.
Op verschillende punten reden autobus
sen en particuliere auto's Oss binnen en
in de buitenwijken ving men met de col
portage aan.
Het geheele corps der koninklijke ma-
réchaussée en de gemeentepolitie waren
ook weldra op de been om de orde te
handhaven en het verkeer te regelen.
Er heeft zich geen enkel incident voor
gedaan.
Klokslag vier uur het tijdstip, waar
op het colportageverbod te Oss intreedt
staakte men het colporteeren.
Tegen half vijf waren de N.S.B.'ers weer
verdwenen.
R.K. BOND „ST. ANTONIUS".
Te Utrecht vergaderde het hoofdbestuur
van den Nederlandschen r.k bond van
hotel-, café- en rest. geëmployeerden „St.
Antonius".
Naar aanleiding van een schrijven van
den minister van sociale zaken werd J T.
van Bystcrfeld aangewezen als candldaat-
lid voor een te vormen commissie ter her
ziening der drankwet.
Besloten werd pogingen aan te wenden
om huis- en bioscooppersoneel In den bond
te kunnen organiseeren. De actie om te ko
men tot een bedrijfsraad, regeling van het
fooienstelsel en een verbod van vrouwen
arbeid ln zaken waar gelagen kunnen
worden gezet, zal worden voortgezet. De
vakcursussen, als dezen winter door de
gezamenlijke organisaties van werkgevers
en werknemers met hulp van rijk en ge
meente in enkele plaatsen georganiseerd
zal men trachten uit te breiden over het
geheele land.
VERSPREIDE BERICHTEN.
De gewone audiëntie van den minis
ter van Onderwijs, K en W. zal Donder
dag 12 Mei niet plaats hebben.
STAMBOEK- EN PREMIEKEURING
TE HOOFDDORP.
Voor het stamboek voor het Nederland
sche Trekpaard afdeellng Noordholland—
Utrecht, zal te Hoofddorp de stamboek-
keurln; worden gehouden op Woensdag 8
Juni a s. en de premiekeuring op Donder
dag 9 Juni d.a.v.
DE UITBREIDING VAN DE
ARTILLERIE.
Er zal voor 40 reserve-luitenants
gelegenheid zijn om over te
gaan tot het korps beroeps
officieren.
In verband met de groote uitbreiding
van de luchtdoelartillerie en van de mo
torartillerie, wordt voor veertig reserve-lui
tenants daarvan de gelegenheid openge
steld om over te gaan naar het korps be
roepsofficieren.
Alleen zij, die na overgang tot dit korps
zullen voldoen aan de eischen, welke ge
steld worden na een cursus voor de ge
schiktheid voor officier van de bereden
artillerie, zullen ln de toekomst ook de
mogelijkheid geopend zien om bij het be
reden gedeelte van dat wapen te worden
overgeplaatst.
GEDENKTEEKEN VOOR GEVALLENEN
VAN HET DERDE REGIMENT
HUZAREN.
Ter gelegenheid van het feit, dat in den
zomer van dit jaar de cavalerie de nieuwe
kazernes bij Waalsdorp in gebruik zal ne
men, heeft het derde hailf regiment huza
ren te 's-Gravenhage het initiatief geno
men om, ter eere van zijn kameraden, die
in 1815 bij Quatre Bras en Waterloo en in
1831 tijdens den tlendaagschen veldtocht
hebben gestreden, op het terrein van deze
kazerne een gedenkteeken te plaatsen.
Burgemeester en Wethouders van Den
Haag meenen, dat de gemeente bij deze
hulde niet moet achter blijven en het best
uitdrukking aan haar gevoelens kan geven
door een bronzen plaquette aan te bieden,
om op dit monument bevestigd te worden.
Mitsdien doen zij den raad een dienover
eenkomstig voorstel. Zij hebben daarbij in
overweging genomen, dat het derde half
regiment huzaren, opgericht ln 1814 als de
„chevaux-legers beiges", nadien nog ach
tereenvolgens geheeten .dichte dragonders
No 5", ,.3de regiment licht dragonders" en
,3de regiment dragonders"i den eersten
Mei 1875 als het ,.3de regiment hussaren"
te 's-Gravenhage werd gelegerd, op wel
ken dag het, met Z. K. H den Prins van
Oranje als inspecteur van het wapen der
cavalerie aan het hoofd, zijn feestelijken
intocht hield. De „roode huzaren", die al
spoedig populair werden in Den Haag,
hebben sedert dien datum onafgebroken
daar in garnizoen gelegen en van dit tijd
stip dateert dan ook de band. die zich tus-
schen hen en de residentie heeft gevormd.
Het regiment is als het ware een onver
brekelijk deel der residentie geworden, en
het is voor de stad een voorrecht het oud
ste regiment der landmacht te mogen
huisvesten.
Naar wij vernemen, zal de doop
plechtigheid op 12 Mei as. in de Groote
of St. Jacobskerk te 's Gravenhage een
zeer sober karakter dragen. De dienst
zal vrijwel niet van gewone kerkdien
sten afwijken. Dit blijkt o.a. uit de
mededeeling, dat de gebruikelijke col
lecten voor Diaconie en Kerkdienst
zullen worden gehouden.
Het fraaie kerkgebouw zal slechts
met palmen worden versierd, terwijl
voor den preekstoel eenlge tapijten
zullen worden gelegd
Gistermiddag hebben ds. E. H. Blaau-
wendraad, die zooals men weet den
dienst zal leiden, en dr. W. J. de Wilde,
scriba van den kerkeraad een bezoek
aan het kerkgebouw gebracht.
In tegenstelling tot hetgeen bij de
trouwplechtigheid is geschied, zullen
ditmaal geen tribunes in de kerk wor
den opgericht. Dit feit wijst er op. dat
het aantal gasten en genoodlgden bij
den doop ook kleiner zal wezen, dan
bli de kerkelijke Inzegening van het
huwelijk van het Prinselijk Paar.
De koninklijke zangvereenlgine Ex
celsior" zal o.a. den gemeentezang
begeleiden
De commissie van ontvangst en uit
geleide van de vorstelijke personen zal.
mede in verband met het sobere karak
ter van deze plechtigheid, slechts uit
vier leden bestaan en wel uit voorzitter
en scriba van den kerkeraad der Ned
Herv. Gemeente, resp ds. H. J. Dljck-
meester en dr. J. W. de Wilde en verder
uit jhr. mr. J. M M van Asch van
Wijck. advocaat-diaken en L. Slagter
ouderling.
Na afloop van den dienst zal aan he;
Prinselijk Ouderpaar in de consis'orle-
kamer namens den kerkeraad der Ned
Herv. Gemeente een kerkboek worden
overhandigd, dat voorzien zal zijn van
een gouden slot, dat vervaardigd is in
de werkplaatsen van de Koninklijke
Begeer.
Het wordt waarschijnlijk geacht, dat
de waarnemend grootmeesteres, mevr.
Snouck Hurgronje, geb. jonkvrouw van
Tets de Prinselijke baby tijdens de
plechtigheid in de armen zal dragen,
d.w.z. tot het oogenblik, waarop het
doopsel zal worden toegediend. Dan zal
Prinses Juliana Haar Kind overnemen
om het ten doop te houden.
Langs de route welke de vorstelijke
stoet zal volgen zullen ditmaal geen
deputaties worden toegelaten, Behalve
de militairen zullen dus geen groepen
langs den wee worden opgesteld.
Velschillende hooge gasten zullen op
eigen gelegenheid met hof rij tuigen naar
de Groote Kerk rüden.
Waarschijnlijk zal de Belgische Ko
ning des middags de aubade voor het
Paleis Noordeinde. waar 9000 school
kinderen de Koninklijke familie zullen
toezingen, bijwonen
Hedenmiddag wordt het nieuwe doop
vont, dat het college van collectanten
de Ned. Herv Gemeente aanbiedt en
dat voor de eerste maal zal worden ge
bruikt bij den doop van Prinses
Beatrix, aan de kerkvoogden overge
dragen.
0
0
Een Deensche deputatie, bestaande
uit zes leden, allen af stammenneer,
van de Hollandsche kolonisten, die zich
in de 17e eeuw op het eilandje Amager
bii Kopenhagen vestigden, zullen
Woensdag as. per vliegtuig naar ons
land komen ter bijwoning van den
doop van Prinses Beatrix.
De leider van het gezelschap, dat in
oud-Nederlandsche kleederdracht ver
schijnen zal 13. .pastor Trunge.
H.K.H- Prinses Juliana heef; allen -
doen uitnoodigen tot de plechtigheid
ln de kerk.
Minister installeert Commissie
van Advies.
Gistermiddag heeft de minister van Fi
nanciën de commissie geïnstalleerd, welke
hem van advies zal dienen omtrent vraag
stukken cp belastinggebied. Behalve de le
den der commissie was bij deze installatie
ook de secretaris-generaal van het depar
tement van Justitie. Jhr. mr. A. M. C. van
Asch van Wijck aanwezig
De minister sprak daarbij een rede uit,
waarin hij o.m. het volgende zeide:
Zooals u uit de opdracht zult hebben
gezien, zijn het aanvankelijk twee vraag
stukken. die aan uw oordeel worden on
derworpen.
Het eerste betreft de vraag of het niet
gewenscht is tot verandering van stelsel
over te gaan ten aanzien van het bereke
nen van het inkomen, dat ten grondslag
ligt aan de aanslagen ln de Inkomstenbe
lasting. Dit stelsel, dat on logische en ook
verder voortreffelijke wijze ln de tegen
woordige wet op de inkomstenbelasting is
uitgewerkt tracht te benaderen wat iemand
rcacht kan worden op een bepaald oogen
blik, zijnde 1 Mei. aan inkomen te heb
ben. Voor zoover flit mogelijk is. sluit men
zich daarbij aan, aan het reëel genoten
inkomen in het voorafgaande kalender-
of boekjaar. Hel ls het zoogenaamde
bronnenstelsel. Dit systeem brengt ech
ter onvermijdelijk mede, dat voort
durend met allerhande ficties moet
worden gewerkt. Ook heeft het de onge-
werischte conserme-tie, dat allerlei inkom
sten, genoten uit bronnen, die op 1 Mei
niet meer bestaan, maar waarvan men nog
geen inkomen heeft genoten, wel door de
belasting worden getroffen. Het Is u al.en
bekend tot welke onpewenscht* gevolgen
dit svsteem kan voeren, waar zich ln den
laatsten tijd nog een ander bezwaar heeft
bijgevoegd.
Steeds sterker doet zich de vraag
gevoelen of wl.i in Nederland niet, even
zeer als in vele andere landen ge
schiedt, de inkomstenbelasting veel
meer moeten heffen zooals men dat
noemt l»ij de bron, dus bijvoorbeeld
dc belasting, die drukt op dc looncn,
tc doen afhouden door den werkgever.
Een dergelijk systeem van heffing is
echter niet mogelijk zoolang het bron
nenstelsel gehandhaafd blijft.
Ik weet zeer goed, dat de overgang van
het tot nu toe gevolgde stelsel naar een
ander zeer moeilijk ls en lk geloof, dat
lk niet overdrijf, wanneer lk zeg, dat voor
al die moeilijkheden oorzaak zijn, dat wij
ln Nederland nog steeds het bronnenstel
sel hebben. Moeilijkheden mogen ons ech
ter niet weerhouden noodzakelijke verbe
teringen aan te brengen, te meer niet, nu
deze zaak langzamerhand in een dermate
acuut stadium is gekomen, dat r.aar een
oplossing moet worden gezocht.
0 0
0
Het tweede punt waaromtrent uw ad
vies gevraagd wordt, betreft een vraag
stuk van meer actueele beteekenis. Bij de
behandeling van de begrooting voor het
Jaar 1938 in de Staten-Generaal zijn de
naar veler oordeel te drukkende belastin
gen van de landgoedbezltters ter sprake
gebracht en van verschillende zijden heeft
men betoogd, dat het vooral de druk van
de zware belastingen is. die veroorzaakt
aat vele landgoederen onbewoond blijven
of worden. Bij het verzamelen van gege
vens dienaangaande is het mij wel zeer
duidelijk geworden, dat Inderdaad veel
landgoedbezltters in de directe belastingen
v/orden aangeslagen tot een bedrag, dat
niet, meer in redelijke verhouding staat tot
hun Inkomen Nu weet ik zeer goed, dat
het waarlijk niet alleen de belastingen zijn
die het onbewoond zijn van landgoederen
veroorzaken; maar de belastingheffing ten
aanzien van veel landgoedbezltters is toch
wei gebleken niet juist te zijn. Ook ande
ren treft hetzelfde lot.
En ik meen dan ook, dat ten deze
door de regeering ten spoedigste maat
regelen moeten worden genomen. In
dien eenigszins mogelijk zou ik deze
maatregelen zelfs willen aankondigen
bij het indienen van de begrooting
voor het jaar 1939.
De vraag, die u gesteld wordt, is vrij i
ruim. immers lk kan niet geheel overzien I
voor welke gevallen, maatregelen zullen i
moeten worden genomen. Het zullen veel
al wel de gevallen zijn, waarin de Inkom,
sten zich geheel of gedeeltelijk beneden
den loopenden rentestand bewegen. Ik heb
dit echter niet vermeld ln de opdrach!
aan uwe commissie, omdat er mogelijk mg
andere gevallen zijn, waarvoor gij maat
regelen zoudt willen voorstellen.
Het eerste vraagstuk, waarover lk ui
advies heb gevraagd is er dus een var.
princlpleele beteekenis en ik begrijp, dat
een advies daarover tijd zal kosten. Waar
schijnlijk zal een onderzoek ter beant
woording van de tweede vraag minder
tljdroovend zijn en, aangezien het hier een
zaak van urgentie betreft, hoop en ver
trouw Ik, dat het u mogelijk zal blijken
mij dienaangaande binnen niet al te lan
ger. tijd van advies te dienen.
De opdracht van uwe commissie ls ver
der, van advies te dienen over die puntet
op belastinggebied, waaromtrent lk ui
nader advies zal vragen. De samenstelllni
van uwe commissie is mij borg. dat h
verschillende Inzichten in de vraagstul
ken, die ten aanzien van de te behandelt
belastingaangelegenheden bestaan, ln
commissie tot uiting zullen komen.
Ten slotte dankte de minister de com
missieleden voor hun bereidheid om m
deze commissie zitting te nemen en ver
klaarde hij de commissie voor geïnstal
leerd.
De voorzitter der commissie, de heer C.
W. Bodenhausen, dankte den minister voor
zijn installatlerede en dankte voor her
vertrouwen, ln de commissie gesteld.
KANTONGERECHT ALPHEN.
Iemand uit Hoorn was ln verzet gekomen
tegen een vonnis wegens openbare dron
kenschap in de Vijverstraat alhier.
De ambtenaar eLschte 7 dagen hechtenis,
met de mededeeling dat een volgende maal
zeker 2 of drie Jaren zullen worden gr-
eischt. De kantonrechter veroordeelde hem
conform den elsch.
Een inwoner was tenlastc gelegd, dat hij
F. die hem langs den Rijksstraatweg ge
poogd had te passeeren, daartoe niet de ge
legenheid gegeven had. De verdachte was
steeds, aldus F„ wanneer hij trachtte
passeeren, en dit had hij aanhoudend
getracht naar links gegaan, waardoor
passeeren voor hem onmogelijk werd ge
maakt. Ook had verdachte zijn wagen
steeds meer gas gegeven als F. naast hem
was gekomen, wat, zooals door F. werd op
gemerkt, niets dan „treiteren" was ge
weest. Van dit voorval was jhr. Roëll ge
tuige geweest, die eveneens gezien had,
dat verdachte geen gelegenheid gegeven
had tot passeeren. Dit had jhr. R. gezien,
vanaf Gouwsluls tot aan Bodegraven. Ook
verderop had verdachte steeds geen gele
genheid gegeven, zoodat het reeds ondei
Woerden was, vóórdat F. verdachte had
kunnen passeeren en dan nog met op
slinksche wijze n.m. door géén signalen te
geven. Bij den overweg te Harmeien, waar
F. ongeveer 5 minuten eerder was aange
komen dan verdachte, waren daarover
woorden gevallen, gevolgd door deze aan
klacht. Verd. probeerde te verklaren dat
het geen opzet van hem was geweest, wat
echter niet door den ambtenaar werd ge-
loofd.
De ambtenaar eischtc dan ook f. 15 su»
15 dagen. De uitspraak luidde f. 12 subs
dagen.
Een slager te Alphen a. d. Rijn was ver
baliseert door een ambtenaar van oen
VleesChkeurlngsdienst wegens het vervoe
ren van 3 hoeveelheden spijsvet, term
ook spijsvet op de zolder in een emmer
gevonden.
De ambtenaar eischte 2 x f.50 su»
2 x 25 dagen: de kantonrechter veroor
deelde den slager tot 2 x f. 30 subs. 2 x
dagen.
Vervolgens werd behandeld de zaak W"
gen een persoon, die een geslacht kalf n*°'
waarvan geen aangifte was gedaan.
Verdachte was van meening. dat"»
daarvoor -een vergunning behoefde te n
ben, daar hij toestemming van den vees
had. een dood kalf te mogen villen.
kalf was echter niet dood geweest. wa'.
brigadier H. mededeelde. Ook de ama
naar geloofde dezen verdachte niet
met dergelijke verklaringen was aanff'
llttdl gClWlUC U^lk/CIl VCIUoClHL i-n
best, omdat hij reeds verschillende nizi
met dergelijke verklaringen was aans
komen. Hij wilde hem dan ook geen t
mentie geven, omdat ook de rechtoa
waarvoor hii in bo"-*r heroen was
ireko-
W»ttl vws mi IJl i hgiw*. fg,
men een ander vonnis van f. 50 had ops
voerd tot f. 60. vgll
De ambtenaal' eischte een geldboete
f. 100 subs. 50 dagen. Dc kantonrecn
veroordeelde hem tot f. 60 subs. 30 dage
2->