BINNENLAND IDoopplechtigheid COOPVAERT Wijziging van belastingheffing LEIDSCH DAGBLAD - Vierde Biad Zaterdag 7 Mei 1938 ©ouwe Cgbetté 10ö flnno 1753 LAND- EN TUINBOUW lzal sober karakter dragen Prinses zal haar Dochter zelf ten doop houden Deensche deputatie woont plechtigheid bij Inkomstenbelasting geheven bij de bron RECHTZAKEN DE RUILVERK AV ELIN GS ARBEID TE STAPHORST VOLTOOID. Cultureele zorg voor werkloozen. Bijna twee millioen meer beschikbaar gesteld. De op de begroeting van Sociale Zaken voor 1938 oorspronkelijk uitgetrokken gel den voor het cultureele werk blijken reeds thans in verband met den nog steeds toe- nemenden omvang van dit werk. onvol doende te zijn om de daaruit voortvloeien de uitgaven te bekostigen De minister aoht het gewenscht. thans tot het aanvragen van de noodige gelden over te gaan waartegenover staat, dat de door het Werkfonds toegezegde bijdrage ad f 1.800.000 ten bate van de middelen zal weiden gehoekt Voor verhooging der bijdragen voor kampwerk is nocdig f 576.250. voor centrale werkplaatsen f. 567.187, voor werkobjecten f 251876 en voor cursussen voor en her scholing van werkloozen f. 404 687. Tsjecho-Slowaaksch geschenk voor Prinses Beatrix. Naar ons van wélingelichte zijde ter oore komt. zal de Tsjecho-Slowaaksche minister van Onderwijs, minister dr. E. Franke, na mens zijn regeering, een verzameling Tsjecho-Slowaaksch speelgoed, bestemd voor Prinses Beatrix, doen aanbieden. TRAM TE UTRECHT VERDWIJNT. De Utrechtsche gemeenteraad heeft be sloten ook de laatste twee tramdiensten te Utrecht door autobusdiensten te vervan gen. Met uitzondering van den dienst naar Zeist zal de tram derhalve geheel uit het Utrechtsche stadsbeeld verdwijnen hetgeen voor het snelverkeer ongetwijfeld een" be langrijk voordeel beteekent Versnelde uitvoering inpoldering Zuidelijke polders in de aigesloten Zuiderzee. Gedeputeerde Staten van Noord-Holland hebben zich met een schrijven tot den raad van ministers gewend, waarin z(j een pleit voeren voor versnelde uitvoering van de inpoldering van de zuidelijke polders ln de afgesloten Zuiderzee. Zij wijzen er ïr. dit adres op. dat het aantal werkloozen in de hoofdstad des lands nog zeer groot is einde Maart bedroeg dit aantal nog 53571, hetgeen 933 meer is dan in Maart 1937 en dat uitvoering van genoemde werken een goede gelegenheid zoude bie den een niet onaanzienlijk deel van die werkloozen daarbij aan arbeid te helpen, terwijl aan dit werk ook het groote voor deel verbonden is, dat daardoor nieuwe be- staansbronnen worden aangeboord. Gedeputeerde staten spreken voorts de meening uit, dat de verschillende bezwa ren welke tegen een vervroegde uitvoering van die inpoldering naar voren zijn ge bracht, niet van zoo ernstigen aard zijn, dat zij niet zouden kunnen worden over wonnen en dat de dringende noodzaak om een grooter aantal werkloozen aan werk te helpen, het voor die vervroegde uitvoe ring noodige treffen van bijzondere maat regelen zoowel ten aanzien van de aan schaffing van het benoodige materieel als ten aanzien van de personeelsvoorziening wettigt. Wat den financieelen kant van de zaak betreft, wijst het college op de mogelijk heid om voor de vervroegde uitvoering van dit groote werk, waarbij tal van werkloo zen arbeid zullen kunnen vinden, een be roep te doen op het Nederlandsche volk, bijv. door het uitschrijven van een bijzon dere leening tegen een rentetype lager dan het ormale. Gedeputeerde Staten ver wachten. dat een dergelijk beroep in rui men kring weerklank zal vinden. DE TOELATING VAN OUD-OOSTEN- ItlJKERS IN ONS LAND. Op de vragen van den heer Albarda be treffende toelating in Nederland van z.g. oud-Oostenrijkers, die duurzaam in een ander land verblijf houden, heeft de mi nister van Justitie geantwoord, dat oud- Oostem ijkers, die ln een ander land duur zaam verblijf houden hetgeen voorals nog slechts zal kunnen worden aangeno men. wanneer door bewijsstukken wordt gestaafd, dat zij zich in het andere land, met goedvinden van de bevoegde autori teiten. blijvend gevestigd hebben en dat zij daarheen steeds onvoorwaardelijk kun nen terugkeeren wanneer hun reis naar ons land een volkomen normaal karakter draagt, niet vallen onder de voor de oud- Oostenrijkers in Nederland bedoelde bij zondere voorwaarden. Wanneer zij daarzij voldoen aan de algemeene verelschte voor toelating van vreemdelingen, zal tegen een bezoek aan ons land voor een bepaalden tijd geen bezwaar bestaan. Zekerheids halve wordt de aandacht van de betrok ken autoriteiten nog op een en ander ge vestigd. Voor Staphorst was het gisteren een zeer belangrijke dag. Aan den rullverka- velingsarbeid. gedurende twaalf jaar met ernst beoefend, is n.l. gisteren een einde gekomen, door het passeeren van de rullver- kavellngsacte, die aan alle eigenaren van de vroegere gronden hun eigen kavel ver zekerd. De dag heeft een eenigszins feestelijk karakter gedragen. Naar het hotel Waan- uers in Staphorst, waar de acte zou wor den geteekend, was een excursie georgani seerd, die meegemaakt werd door allen, die in al die jaren ln eenlgerlel verband met de ruilverkaveling gestaan hebben. De perceelen lagen vroeger zeer ver uit elkaar en sommige waren niet minder dan 15 of 15 K.M. lang. Toen men ln 1926 met den arbeid begon, waren er 13.000 ka dastrale perceelen, verdeeld over 1670 eigenaars. Daarvan heeft men thans 1900 perceelen gemaakt, die plm. 80 are groot zijn In deze ruilverkaveling werd eenl bedrag van plm. f. 180 000 tot f. 190 000 verloond. Arbeiders uit de groote steden en uit de omliggende gemeenten werkten er maanden lang aan de verbetering der gronden. Nieuwe rull- verkavelingsplannen zijn in voorbereiding voor het ten westen van den straatweg Lichtmis-Staphorst gelegen land. de z.g. Staphorsterweiden, die een oppervlakte van 3600 H.A. beslaan met bijna 600 recht hebbenden. Als dat ook gereed is gekomen, kan men zegden, dat Staphorst wat zijn gronden betreft gesaneerd is. PER Vi ONS OUD - HOLL. PIJPTABAK 833 (Insez. Med) DE ZAAK TEGEN MR. ROST VAN TONNINGEN. Naar wü vernemen heeft mr. A. J. van Vessem een bezwaarschrift ingediend te gen de dagvaardig uitgebracht tegen den heer mr. M. M. Rost van Tonningen, hoofdredacteur van het Nationale Dagblad, die op 2 Mei as. voor de Haagsche recht bank had moeten verschijnen wegens be- leedlging van minister Gosellng. Dit bezwaarschrift zal dus eerst behan deld worden alvorens de zaak eventueel op de openbare terechtzitting dient. DRIEHONDERD N. S. B.'ERS COLPOR TEERDEN TE OSS. Gistermiddag hebben ruim driehonderd N.S.B.'ers uit alle deelen des lands, we derom een bezoek aan Oss gebracht. Daar zij geheel onverwacht kwamen, konden zij ditmaal niet aan de grens worden tegen gehouden. Op verschillende punten reden autobus sen en particuliere auto's Oss binnen en in de buitenwijken ving men met de col portage aan. Het geheele corps der koninklijke ma- réchaussée en de gemeentepolitie waren ook weldra op de been om de orde te handhaven en het verkeer te regelen. Er heeft zich geen enkel incident voor gedaan. Klokslag vier uur het tijdstip, waar op het colportageverbod te Oss intreedt staakte men het colporteeren. Tegen half vijf waren de N.S.B.'ers weer verdwenen. R.K. BOND „ST. ANTONIUS". Te Utrecht vergaderde het hoofdbestuur van den Nederlandschen r.k bond van hotel-, café- en rest. geëmployeerden „St. Antonius". Naar aanleiding van een schrijven van den minister van sociale zaken werd J T. van Bystcrfeld aangewezen als candldaat- lid voor een te vormen commissie ter her ziening der drankwet. Besloten werd pogingen aan te wenden om huis- en bioscooppersoneel In den bond te kunnen organiseeren. De actie om te ko men tot een bedrijfsraad, regeling van het fooienstelsel en een verbod van vrouwen arbeid ln zaken waar gelagen kunnen worden gezet, zal worden voortgezet. De vakcursussen, als dezen winter door de gezamenlijke organisaties van werkgevers en werknemers met hulp van rijk en ge meente in enkele plaatsen georganiseerd zal men trachten uit te breiden over het geheele land. VERSPREIDE BERICHTEN. De gewone audiëntie van den minis ter van Onderwijs, K en W. zal Donder dag 12 Mei niet plaats hebben. STAMBOEK- EN PREMIEKEURING TE HOOFDDORP. Voor het stamboek voor het Nederland sche Trekpaard afdeellng Noordholland— Utrecht, zal te Hoofddorp de stamboek- keurln; worden gehouden op Woensdag 8 Juni a s. en de premiekeuring op Donder dag 9 Juni d.a.v. DE UITBREIDING VAN DE ARTILLERIE. Er zal voor 40 reserve-luitenants gelegenheid zijn om over te gaan tot het korps beroeps officieren. In verband met de groote uitbreiding van de luchtdoelartillerie en van de mo torartillerie, wordt voor veertig reserve-lui tenants daarvan de gelegenheid openge steld om over te gaan naar het korps be roepsofficieren. Alleen zij, die na overgang tot dit korps zullen voldoen aan de eischen, welke ge steld worden na een cursus voor de ge schiktheid voor officier van de bereden artillerie, zullen ln de toekomst ook de mogelijkheid geopend zien om bij het be reden gedeelte van dat wapen te worden overgeplaatst. GEDENKTEEKEN VOOR GEVALLENEN VAN HET DERDE REGIMENT HUZAREN. Ter gelegenheid van het feit, dat in den zomer van dit jaar de cavalerie de nieuwe kazernes bij Waalsdorp in gebruik zal ne men, heeft het derde hailf regiment huza ren te 's-Gravenhage het initiatief geno men om, ter eere van zijn kameraden, die in 1815 bij Quatre Bras en Waterloo en in 1831 tijdens den tlendaagschen veldtocht hebben gestreden, op het terrein van deze kazerne een gedenkteeken te plaatsen. Burgemeester en Wethouders van Den Haag meenen, dat de gemeente bij deze hulde niet moet achter blijven en het best uitdrukking aan haar gevoelens kan geven door een bronzen plaquette aan te bieden, om op dit monument bevestigd te worden. Mitsdien doen zij den raad een dienover eenkomstig voorstel. Zij hebben daarbij in overweging genomen, dat het derde half regiment huzaren, opgericht ln 1814 als de „chevaux-legers beiges", nadien nog ach tereenvolgens geheeten .dichte dragonders No 5", ,.3de regiment licht dragonders" en ,3de regiment dragonders"i den eersten Mei 1875 als het ,.3de regiment hussaren" te 's-Gravenhage werd gelegerd, op wel ken dag het, met Z. K. H den Prins van Oranje als inspecteur van het wapen der cavalerie aan het hoofd, zijn feestelijken intocht hield. De „roode huzaren", die al spoedig populair werden in Den Haag, hebben sedert dien datum onafgebroken daar in garnizoen gelegen en van dit tijd stip dateert dan ook de band. die zich tus- schen hen en de residentie heeft gevormd. Het regiment is als het ware een onver brekelijk deel der residentie geworden, en het is voor de stad een voorrecht het oud ste regiment der landmacht te mogen huisvesten. Naar wij vernemen, zal de doop plechtigheid op 12 Mei as. in de Groote of St. Jacobskerk te 's Gravenhage een zeer sober karakter dragen. De dienst zal vrijwel niet van gewone kerkdien sten afwijken. Dit blijkt o.a. uit de mededeeling, dat de gebruikelijke col lecten voor Diaconie en Kerkdienst zullen worden gehouden. Het fraaie kerkgebouw zal slechts met palmen worden versierd, terwijl voor den preekstoel eenlge tapijten zullen worden gelegd Gistermiddag hebben ds. E. H. Blaau- wendraad, die zooals men weet den dienst zal leiden, en dr. W. J. de Wilde, scriba van den kerkeraad een bezoek aan het kerkgebouw gebracht. In tegenstelling tot hetgeen bij de trouwplechtigheid is geschied, zullen ditmaal geen tribunes in de kerk wor den opgericht. Dit feit wijst er op. dat het aantal gasten en genoodlgden bij den doop ook kleiner zal wezen, dan bli de kerkelijke Inzegening van het huwelijk van het Prinselijk Paar. De koninklijke zangvereenlgine Ex celsior" zal o.a. den gemeentezang begeleiden De commissie van ontvangst en uit geleide van de vorstelijke personen zal. mede in verband met het sobere karak ter van deze plechtigheid, slechts uit vier leden bestaan en wel uit voorzitter en scriba van den kerkeraad der Ned Herv. Gemeente, resp ds. H. J. Dljck- meester en dr. J. W. de Wilde en verder uit jhr. mr. J. M M van Asch van Wijck. advocaat-diaken en L. Slagter ouderling. Na afloop van den dienst zal aan he; Prinselijk Ouderpaar in de consis'orle- kamer namens den kerkeraad der Ned Herv. Gemeente een kerkboek worden overhandigd, dat voorzien zal zijn van een gouden slot, dat vervaardigd is in de werkplaatsen van de Koninklijke Begeer. Het wordt waarschijnlijk geacht, dat de waarnemend grootmeesteres, mevr. Snouck Hurgronje, geb. jonkvrouw van Tets de Prinselijke baby tijdens de plechtigheid in de armen zal dragen, d.w.z. tot het oogenblik, waarop het doopsel zal worden toegediend. Dan zal Prinses Juliana Haar Kind overnemen om het ten doop te houden. Langs de route welke de vorstelijke stoet zal volgen zullen ditmaal geen deputaties worden toegelaten, Behalve de militairen zullen dus geen groepen langs den wee worden opgesteld. Velschillende hooge gasten zullen op eigen gelegenheid met hof rij tuigen naar de Groote Kerk rüden. Waarschijnlijk zal de Belgische Ko ning des middags de aubade voor het Paleis Noordeinde. waar 9000 school kinderen de Koninklijke familie zullen toezingen, bijwonen Hedenmiddag wordt het nieuwe doop vont, dat het college van collectanten de Ned. Herv Gemeente aanbiedt en dat voor de eerste maal zal worden ge bruikt bij den doop van Prinses Beatrix, aan de kerkvoogden overge dragen. 0 0 Een Deensche deputatie, bestaande uit zes leden, allen af stammenneer, van de Hollandsche kolonisten, die zich in de 17e eeuw op het eilandje Amager bii Kopenhagen vestigden, zullen Woensdag as. per vliegtuig naar ons land komen ter bijwoning van den doop van Prinses Beatrix. De leider van het gezelschap, dat in oud-Nederlandsche kleederdracht ver schijnen zal 13. .pastor Trunge. H.K.H- Prinses Juliana heef; allen - doen uitnoodigen tot de plechtigheid ln de kerk. Minister installeert Commissie van Advies. Gistermiddag heeft de minister van Fi nanciën de commissie geïnstalleerd, welke hem van advies zal dienen omtrent vraag stukken cp belastinggebied. Behalve de le den der commissie was bij deze installatie ook de secretaris-generaal van het depar tement van Justitie. Jhr. mr. A. M. C. van Asch van Wijck aanwezig De minister sprak daarbij een rede uit, waarin hij o.m. het volgende zeide: Zooals u uit de opdracht zult hebben gezien, zijn het aanvankelijk twee vraag stukken. die aan uw oordeel worden on derworpen. Het eerste betreft de vraag of het niet gewenscht is tot verandering van stelsel over te gaan ten aanzien van het bereke nen van het inkomen, dat ten grondslag ligt aan de aanslagen ln de Inkomstenbe lasting. Dit stelsel, dat on logische en ook verder voortreffelijke wijze ln de tegen woordige wet op de inkomstenbelasting is uitgewerkt tracht te benaderen wat iemand rcacht kan worden op een bepaald oogen blik, zijnde 1 Mei. aan inkomen te heb ben. Voor zoover flit mogelijk is. sluit men zich daarbij aan, aan het reëel genoten inkomen in het voorafgaande kalender- of boekjaar. Hel ls het zoogenaamde bronnenstelsel. Dit systeem brengt ech ter onvermijdelijk mede, dat voort durend met allerhande ficties moet worden gewerkt. Ook heeft het de onge- werischte conserme-tie, dat allerlei inkom sten, genoten uit bronnen, die op 1 Mei niet meer bestaan, maar waarvan men nog geen inkomen heeft genoten, wel door de belasting worden getroffen. Het Is u al.en bekend tot welke onpewenscht* gevolgen dit svsteem kan voeren, waar zich ln den laatsten tijd nog een ander bezwaar heeft bijgevoegd. Steeds sterker doet zich de vraag gevoelen of wl.i in Nederland niet, even zeer als in vele andere landen ge schiedt, de inkomstenbelasting veel meer moeten heffen zooals men dat noemt l»ij de bron, dus bijvoorbeeld dc belasting, die drukt op dc looncn, tc doen afhouden door den werkgever. Een dergelijk systeem van heffing is echter niet mogelijk zoolang het bron nenstelsel gehandhaafd blijft. Ik weet zeer goed, dat de overgang van het tot nu toe gevolgde stelsel naar een ander zeer moeilijk ls en lk geloof, dat lk niet overdrijf, wanneer lk zeg, dat voor al die moeilijkheden oorzaak zijn, dat wij ln Nederland nog steeds het bronnenstel sel hebben. Moeilijkheden mogen ons ech ter niet weerhouden noodzakelijke verbe teringen aan te brengen, te meer niet, nu deze zaak langzamerhand in een dermate acuut stadium is gekomen, dat r.aar een oplossing moet worden gezocht. 0 0 0 Het tweede punt waaromtrent uw ad vies gevraagd wordt, betreft een vraag stuk van meer actueele beteekenis. Bij de behandeling van de begrooting voor het Jaar 1938 in de Staten-Generaal zijn de naar veler oordeel te drukkende belastin gen van de landgoedbezltters ter sprake gebracht en van verschillende zijden heeft men betoogd, dat het vooral de druk van de zware belastingen is. die veroorzaakt aat vele landgoederen onbewoond blijven of worden. Bij het verzamelen van gege vens dienaangaande is het mij wel zeer duidelijk geworden, dat Inderdaad veel landgoedbezltters in de directe belastingen v/orden aangeslagen tot een bedrag, dat niet, meer in redelijke verhouding staat tot hun Inkomen Nu weet ik zeer goed, dat het waarlijk niet alleen de belastingen zijn die het onbewoond zijn van landgoederen veroorzaken; maar de belastingheffing ten aanzien van veel landgoedbezltters is toch wei gebleken niet juist te zijn. Ook ande ren treft hetzelfde lot. En ik meen dan ook, dat ten deze door de regeering ten spoedigste maat regelen moeten worden genomen. In dien eenigszins mogelijk zou ik deze maatregelen zelfs willen aankondigen bij het indienen van de begrooting voor het jaar 1939. De vraag, die u gesteld wordt, is vrij i ruim. immers lk kan niet geheel overzien I voor welke gevallen, maatregelen zullen i moeten worden genomen. Het zullen veel al wel de gevallen zijn, waarin de Inkom, sten zich geheel of gedeeltelijk beneden den loopenden rentestand bewegen. Ik heb dit echter niet vermeld ln de opdrach! aan uwe commissie, omdat er mogelijk mg andere gevallen zijn, waarvoor gij maat regelen zoudt willen voorstellen. Het eerste vraagstuk, waarover lk ui advies heb gevraagd is er dus een var. princlpleele beteekenis en ik begrijp, dat een advies daarover tijd zal kosten. Waar schijnlijk zal een onderzoek ter beant woording van de tweede vraag minder tljdroovend zijn en, aangezien het hier een zaak van urgentie betreft, hoop en ver trouw Ik, dat het u mogelijk zal blijken mij dienaangaande binnen niet al te lan ger. tijd van advies te dienen. De opdracht van uwe commissie ls ver der, van advies te dienen over die puntet op belastinggebied, waaromtrent lk ui nader advies zal vragen. De samenstelllni van uwe commissie is mij borg. dat h verschillende Inzichten in de vraagstul ken, die ten aanzien van de te behandelt belastingaangelegenheden bestaan, ln commissie tot uiting zullen komen. Ten slotte dankte de minister de com missieleden voor hun bereidheid om m deze commissie zitting te nemen en ver klaarde hij de commissie voor geïnstal leerd. De voorzitter der commissie, de heer C. W. Bodenhausen, dankte den minister voor zijn installatlerede en dankte voor her vertrouwen, ln de commissie gesteld. KANTONGERECHT ALPHEN. Iemand uit Hoorn was ln verzet gekomen tegen een vonnis wegens openbare dron kenschap in de Vijverstraat alhier. De ambtenaar eLschte 7 dagen hechtenis, met de mededeeling dat een volgende maal zeker 2 of drie Jaren zullen worden gr- eischt. De kantonrechter veroordeelde hem conform den elsch. Een inwoner was tenlastc gelegd, dat hij F. die hem langs den Rijksstraatweg ge poogd had te passeeren, daartoe niet de ge legenheid gegeven had. De verdachte was steeds, aldus F„ wanneer hij trachtte passeeren, en dit had hij aanhoudend getracht naar links gegaan, waardoor passeeren voor hem onmogelijk werd ge maakt. Ook had verdachte zijn wagen steeds meer gas gegeven als F. naast hem was gekomen, wat, zooals door F. werd op gemerkt, niets dan „treiteren" was ge weest. Van dit voorval was jhr. Roëll ge tuige geweest, die eveneens gezien had, dat verdachte geen gelegenheid gegeven had tot passeeren. Dit had jhr. R. gezien, vanaf Gouwsluls tot aan Bodegraven. Ook verderop had verdachte steeds geen gele genheid gegeven, zoodat het reeds ondei Woerden was, vóórdat F. verdachte had kunnen passeeren en dan nog met op slinksche wijze n.m. door géén signalen te geven. Bij den overweg te Harmeien, waar F. ongeveer 5 minuten eerder was aange komen dan verdachte, waren daarover woorden gevallen, gevolgd door deze aan klacht. Verd. probeerde te verklaren dat het geen opzet van hem was geweest, wat echter niet door den ambtenaar werd ge- loofd. De ambtenaar eischtc dan ook f. 15 su» 15 dagen. De uitspraak luidde f. 12 subs dagen. Een slager te Alphen a. d. Rijn was ver baliseert door een ambtenaar van oen VleesChkeurlngsdienst wegens het vervoe ren van 3 hoeveelheden spijsvet, term ook spijsvet op de zolder in een emmer gevonden. De ambtenaar eischte 2 x f.50 su» 2 x 25 dagen: de kantonrechter veroor deelde den slager tot 2 x f. 30 subs. 2 x dagen. Vervolgens werd behandeld de zaak W" gen een persoon, die een geslacht kalf n*°' waarvan geen aangifte was gedaan. Verdachte was van meening. dat"» daarvoor -een vergunning behoefde te n ben, daar hij toestemming van den vees had. een dood kalf te mogen villen. kalf was echter niet dood geweest. wa'. brigadier H. mededeelde. Ook de ama naar geloofde dezen verdachte niet met dergelijke verklaringen was aanff' llttdl gClWlUC U^lk/CIl VCIUoClHL i-n best, omdat hij reeds verschillende nizi met dergelijke verklaringen was aans komen. Hij wilde hem dan ook geen t mentie geven, omdat ook de rechtoa waarvoor hii in bo"-*r heroen was ireko- W»ttl vws mi IJl i hgiw*. fg, men een ander vonnis van f. 50 had ops voerd tot f. 60. vgll De ambtenaal' eischte een geldboete f. 100 subs. 50 dagen. Dc kantonrecn veroordeelde hem tot f. 60 subs. 30 dage 2->

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1938 | | pagina 14