1«^
tandag is het Moederdag
'ite Jaargang
Vrijdag 6 Mei 1938
No. 10
gjjfW- H
had bijna geen geld, maar toch bereidde
haar mammie een groote verrassing
|jan hielp ook een
handje mee.
ses
zij
liep heel in haar eentje naar
Haar oude regenhoedje had ze diep
oogen gedrukt en met haar stevige,
teetje grove rijgschoenen, stapte ze
ler langs de plassen en zoo nu en dan
llddeiiin.
1 had heelemaal geen haast, want ze
mooi vroeg en spelen voor schooltijd
1 ze tóch nooit, want ze had nu een
geen enkele vriendin. Nou, en dan
|el je niet veel, zoo ln je eentje! Ge-
Tg. vond Trees, die weg naar school!
fas zoo van alles en nog wat te zien:
:els met leuke vazen en pulletjes, kop-
[en schoteltjes, beeldjes en allerlei an-
snuisterijen, winkels met kettinkjes en
lies. clips en andere goedkoope siera-
die meisjes zoo mooi vinden, winkels
[gezellige jurken en blouses en mantel-
es voor den zomer, Trees keek graag
dit alles, al kon ze bijna nooit iets
koopen. omdat haar vader al jaren
|den gestorven was en moeder heel, héél
moest huishouden om met haar
kinderen rond te komen. Trees zucht-
leleens een keertje, maar meestal kon
pi gemis nogal gemakkelijk dragen. Ze
Idan, als ze er soms eens een verdrie-
onder werd, maar vlug door en bleet
voor een bloemenwinkel,
bloemenwinkels.... dat waren de
lichtpuntjes op Trees' weg naar
ol! Daar bleef ze altijd naar hartelust
(n. want bloemen maakten je nooit
kietig. Bloemen zagen eruit of ze voor
keen aren, paeht Trees. En zoo nu
pn kocht ze weieens van haar zakgeld
[bescheiden bosje narcisjes of tulpjes
7 moeder.
ndaag liep ze ook al te verlangen naar
toestraat waar de groote, mooie bloe-
[winkel was, net op den hoek. Vlug
p kijken! Prachtige bossen seringen,
•weelde van azalea's en hortensia's in
tulpen, rozen en die aardige ge-
pdc freesia's en dan., hè, wat stond
die kaart, die midden in de etalage
Kei Moederdag!
k' was Trees eventjes of er een steen
par hart viel! Daar had ze heelemaal
[niet aan gedacht, dat het de volgende
p al Moederdag was! Hè, jammer! Ze
[wel, dat moeder er niets om gaf (had
let vorige iaar nog niet gezegd, dat ze
I twee zulke lieve behulpzame kinderen
Bevoel had, dat het lederen dag Moe-
g was?) maar tocho, hoe dol-
had Trees haar lief moedertje, dat
1 too hard voor haar en Jan werkte.
Leen extra verrassing bereid! En nu
het vast niet gaan, want ze had maar
één dubbeltje zakgeld Nou en wat doe je
daar nu mee!
In een eenigszins gedrukte stemming
kwam Trees op school, zette vlug haar
hoed af, trok haar regenjas uit en liep de
klas in, zonder veel complimenten een
troepje luid babbelende meisjes, dat pre
cies in de deuropening stond, opzij du
wend.
„Hè, pas op, staart!" riep er één hate
lijk.
„Staart" was de gewone bijnaam van
Trees, omdat ze in tegenstelling met de
kort geknipte kopjes van de meeste meis
jes, een gewone lange vlecht droeg. „Sta
dan ook niet precies voor de deur!" mop
perde Trees en schoof in de bank.
Ze keek nog even opzijwaar zouden ze
het toch zoo druk over hebben? O, het
ging natuurlijk over moederdag.
„Ik geef een groote, roze azalea" hoorde
ze Nel Wichers zeggen. „En ik een taart
met zilveren letters erop: voor moeder"
zei Mies Bankema.
„En wat geef jij, Trees?" vroeg haar
buurmeisje, "die ook juist ln de bank
schoof, fluisterend.
„Ik? O.ik zal nog wel eens zienIk
weet nog niet!"
Maai; telkens onder de rekenles door
moest Trees aan Moederdag denken. Ze
ging het hoe langer hoe vreeselijker vin
den, dat zij de eenige zou zijn, die op Moe-
dei":g niets zou kunnen doen! Het was nu
3 i en ze bezat geen cent meer! Ze kon
dus alleen rekenen op haar dubbeltje van
Zaterdag en dan misschien nog vlug een
klein bosje bloemen koopen. Maar dat was
mets echt, hoor! Neen, ze had zoo graag
iets heel bijzonders gegeven!
Trees was zóó in gedachten verdiept,
dat ze niet eens bemerkte, dat de rekenles
uit was en Annie haar moest aanstooten
om haar te beduiden, dat ze haar schrift
moest opbergen.
Na het rekenen hadden ze taal. Dat vond
Trees altijd fijn. want daar was ze echt
goed in De juffrouw had zelfs eens ge
zegd. dat zij, Trees, de beste opstellen
maakte van de heele klas. Dan kwam Ellie
Riemens en dan kwam er een heelen tijd
niets en dan pas de anderen, want die
konden er nog niet veel van.
Nu, vóór de taales was het een oogen-
blik doodstil in de klas, want aller oogen
keken in gespannen verwachting naar het
stapeltje opstelschriften naast de juffrouw.
Er Wiesje Otterloo, die op de voorste
bank zat, rekte haar hals uit om den
naam op het bovenste schrift te ontcijfe
ren en riep dan fluisterend naar Trees:
„Staart, var jou!" En ditmaal was Trees'
bijnaam heelemaal niet hatelijk bedoeld.
Trees kreeg een schokje van pleizier: ja
hoor, het eerst kwam haar opstel aan de
beurt, en wat altijd een heele eer was
de juffrouw ging het voorlezen.
De juffrouw kuchte even en begon dan:
Lente.
O, wat zijn we allemaal blij. dat het
weer lente is! De lente is de allerheerlijk
ste tijd van het jaar. Weet je waarom? Nu,
omdat alle struiken in ons tuintje nu uit-
geloopen zijn en de ribes is zelfs alweer
uitgebloeid, maar de sering komt nog
En ook omdat er nu zooveel jonge dier
tjes zijn. We hebben twee schattige kleine
poesjes thuis, die spelen toch zoo lief met
een leeg klosje. Grappig om te zien! En
dan zijn er onze kuikentjes en kleine gele
eendjes, o zoo snoezig, net gele balletjes
dons!
En dan, dat zou ik haast vergeten, zijn
er mooie witte lammetjes in de wei, veel
witter dan het groote schaap. Ze loopen,
maar steeds om hun moeder heen. Ze hou
den zeker erg veel van haar.
Jan en ik houden ook erg veel van moe-
Toen ging Jan er van alles omheen teekenen.