IVeertig jaren op de film LEIDSCK DAGBLAD - Derde Blad Woensdag 20 April 1938 De regeering te Praag en de vele eischen van Henlein De vestigingswet voor de industrie KERK- EN SCHOOLNIEUWS De Sudeten-Duitschers zouden niet direct naar een „Anschluss" streven FINANCIEN Hun vele eischen zijn niettemin onvervulbaar Belangrijk onderhoud met minister Krofta VRAGENRUBRIEK De eerste opnamen alleen bij KREYMBORG Bezwaren bij een deel der Eerste Kamer LAND- EN TUINBOUW Sinds den „Anschluss" is Tsjeclio-Slowakije een der meest besproken landen van Europa. Hoe zal de toekomst van deze jonge republiek zijn? Onze BerlUnsche correspondent, die momentel in Praag vertoeft, heeft over deze kwestie een belangwekkend onderhoud gehad met den minister van buiten* landsche zaken. dr. Kamil Krofta, waarbij ook de houding der Sudeten-Duitschers ter sprake kwam. De tekst van dit interes sante interview wordt hierbij afgedrukt. Onze Berlljnsche correspondent schrijft Ons uit Praag: ..In het groote Duitsche Rijk zou het Dultsche deel onzer bevolking onge twijfeld sterk aan beteekenis verliezen. Wij gelooven trouwens, dat de Sudeten Duitschers onder Henlein naar zulk een directe aansluiting niet streven. Zij willen slechts een belangrijk groo- tere rol in het politieke leven van hun eigen land spelen". Wij bevinden ons in het statige Czernin- Palais, dat evenals het paleis van staats president dr. Benesj ver buiten het oude centrum van Praag gelegen is en stellen vast, dat hier nog druk gebouwd wordt. Van kazerne tot ministerie Zijn naam heeft het toe te schrijven aan het feit. dat het grondstuk, waarop wij ons bevinden, in 1686 door een graaf Czemin is gekocht, maar met den bouw is men pas veel later begonnen en sedert de 18de eeuw bevindt het zich ln handen van den staat. Reeds in het begin der 19de eeuw wist men er klaarblijkelijk geen raad mee, want jaren achtereen werd het als kazerne in gebruik genomen en dat is tot 1930 zoo gebleven. Sedertdien heeft men het beschikbaar gesteld en bewoon baar gemaakt als Ministerie van Buiten landsche Zaken en beantwoordt het al thans uiterlijk weer eenigszins meer aan zijn oorspronkelijk doel. Per lift brengt men ons naar de tweede etage, waar minister Krofta resideert. De antl-chambre is een zaal met dikke tapij ten, waardevolle gobelins en zware oude meubelen. Hier laten wij ons door den voorkomenden secretaris een en ander ver tellen over den „Werdegang" van\ Kamil Krofta. Tot een bepaalde partij heeft hij eigenlijk nooit behoord en al net eender als de presidenten der Tsjecho-Slowaak- sche Republiek, dr. Masaryk en dr. Benesj. maakte hij zijn carrière in de wereld der wetenschap. Reeds in 1912 benoemde men hem tot professor der Tsjechische geschie denis aan de Universiteit Karei IV te Praag en pas acht jaar later begon zijn diplomatieke loopbaan. Dr. Krofta's carrière. Oostenrijk en Weenen kent hij uit per soonlijke ervaring, want hier fungeerde hij van 1922 tot 1925 als gezant, om daarna in dezelfde functie verplaatst te worden naar Berlijn, waar hij tot 1927 werkzaam was. Van dien tijd af zetelt hij in het mi nisterie van Buitenlandsche Zaken te Praag, eerst als plaatsvervangend minister en algemeen secretaris, sedert 1936 in zijn tegenwoordige hooge functie als Minister van Buitenlandsche Zaken. Wij kennen Kamil Krofta niet slechts als een geboren diplomaat, doch tevens als een auteur van beteekenis. Pas kortelings verscheen van Zijn hand een studie over de ..Geschiedenis Van Tsjecho-Slowakije". de historische „Werdegang" van het Boheemsche volk en land van het jaar 1000 af tot in onzen tijd; in meerdere talen, naar wij meenen ook in het Nederlandsch zullen van dit bijzondere werk vertalingen verschijnen. Met interesse laat minister Krofta zich door ons verteller., dat het Propaganda- Ministerie te Berlijn niet bereid was, ons een introductie bij Konrad Henlein te ver strekken of een persoonlijke ontmoeting met den leider der Sudeten-Duitschers te bemiddelen. Konrad Henlein is Tsjecho- Slowaaksch staatsburger en als hij te Ber lijn vertoeft, dan pleegt hij overleg met dr. Mastny, den Tsjechlschen gezant al daar. over de interne aangelegenheden van zijn land. Het feit, dat Henlein de laatste weken al verder en verder gaat met het stellen van eischen, schijnt in regeeringskringen een niet al te goeden indruk gemaakt te hebben, want men verzekert ons. dat de belangen van den staat onder alle om standigheden voorgaan bij die van een, zij het ook zeer belangrijk, onderdeel der be volking. De beteekenis van den „Anschluss". De aaneensluiting van Oostenrijk en Dultschland is voor Tsjecho-Slowakije een historische wending van enorme beteeke nis, niet slechts politiek, maar minstens evenzeer economisch. Weliswaar had men met dezo mogelijkheid reeds lang van te voren rekening gehouden, „maar de snel heid, waarmede zij tot stand kwam, was toch ook voor ons nog een verrassing", verklaart dr. Krofta ons. Met geen staat van Europa stond men te Praag in zoo nauwe relatie op economisch en commer cieel gebied als met het voormalige Oos tenrijk. „Weenen was vroeger ook onze hootdstad en Duitschland bleef tot kort geleden voor ons een stuk buitenland! Nil is alles „Grooi-Duitschland" ge worden tn wij zullen ons aan deze nieuwe iiuleclmg moeien aanpassen. Met voldoening hebben wij vastgesteld. dat men te Beriijn niet al te doortas tend wenscht op te treden. Voorberei dende besprekingen over de meest dringende kwesties zullen waarschijn lijk 7 ol 9 Mei te Berlijn plaats vin den." Op onze vraag, wat de Sudeten-Duit schers nu eigenlijk precies willen, krijgen wij ten antwoord, dat de overgroote meer- 1 derheid geen scheiding van het eigen land nastreeft. Hoogstens de jtugd, die zich ge ïmponeerd voelt door do nieuwe leuze: „Een rijk, één volk, één Führer" denkt wellicht anders. Ter illustratie laten wij ons vertellen, dat pas kortelings in het be trekkelijk kleine stukje Silezlsch gebied, dat tot Tsjecho-Slowakije behoort, door de groot-industrie in het geheim een plebis ciet is georganiseerd, waarbij bleek, dat 85% geen aansluiting bij Duitschland wenscht. Henlein's vele eischen. Tenslotte stellen wij vast, dat de eischen van Henlein in regeeringskringen als on vervulbaar worden beschouwd Aan auto nomie onder leiding van een eigen „Füh rer" wordt ln het door en door democrati sche land niet gedacht. Van een staat ln den staat wenscht men hoegenaamd niets te weten. Het Joodsche deel der bevolking is niet gering en de rol. welke het vooral op commercieel gebied heeft gespeeld, was van ingrijpend belang voor den staat. Voor antl-semitlsme voelt men dan ook bitter weinig en president Benesj beschikt over middelen genoeg, om de zelfstandig heid en onafhankelijkheid van land en volk te handhaven. (Nadruk verboden). N.V. NED. BANKINSTELLING VOOR WAAR DEN. BELAST MET VRUCHTGEBRUIK EN PERIODIEKE UITKEERINGEN. In het jaarverslag dezer vennootschap wordt de toestand samenvattend als volgt geschetst: Het bedrijf in Duitschland staat op gezonde basis: de groote afschrijvingen der laatste jaren hebben den grondslag verstevigd. Met de crisismaatregelen aldaar, zooals executies, inkoop van panden, groote verbouwingen enz., zijn wij nagenoeg aan het einde. Onze debiteu ren betalen de normale rente prompt. Er zijn in het bedrijf belangrijke, in Nederland beleg de. reserves voorhanden en de liquiditeit is be vredigend. De groote onzekerheid ten aanzien van de internationale politieke situatie en van de continuïteit der transicrregellng blijf' echter voortduren en belet, te zamen met het ten eenen male ondermijnde vertrouwen in eene stabiliteit der valuta's, een herstel van normale verhoudingen op de kapitaalmarkt, zoodat, ter wijl aan deze zijde van de grens een ongekende geldruimte heerscht. men ten opzichte van de ontwikkeling van zaken aan gene zijde wan trouwend is. hetgeen koersherstel verhindert, en waardoor de voor ons land eigenlijk tradl- tioneele kapitaalexport nagenoeg is lamgelegd. Moge het ons mogelijk zün omtrent een en ander in een volgend jaarverslag van eene ken tering ten goede te gewagen en een optimisti scher geluid te doen hooren. Ingevolge de overeenkomst met pandbrief houders moeten wü ook ditmaal de bruto winst geheel voor afschrijving en reserveering aanwenden en ons beperken tot eene ultkee- ring aan die aandeelhouders, welke hunne aan- deelen onverplicht Rebben volgestort, van 4 over hunne onverplichte storting, vertegen woordigende de rente, welke van deze afzon- derlük belegde gelden netto is gekweekt. Wij kunnen terugzien op een zeer actief Jaar, aldus het verslag. A. v. R. te K. Het bedrag der invaliditeits- rente is afhankelijk van den duur der verzeke ring en van het totaal der voor of door den verzekerde betaalde premlën. Een bepaald maximum wordt in de Invaliditeitswet niet genoemd. De G. te A. Onder dezelfde omstandig heden zal de personeele belasting van het per ceel, dat u 1 Mei a.s. gaat betrekken in totaal f. 53 bedragen. Voor 1938 wordt U echter niet opnieuw aangeslagen. G. R. te L. De naam van deze fabriek luidt: ..N.V. Sikken's Lakfabriek, Verl. Heere- weg 22. Groningen. Mej. L. te L. Knip van een stuk papier het patroon van het zadel. Brei volgens dat patroon het dekje in heen- en weergaande toeren (recht breien). Als dat klaar is haakt men tenslotte om het geheele zadeldek Je één toer, één stokje, twee lossen, waardoor men een koordje of een elastiekje kan rijgen. C. L. te N. Geopend alle werkdagen van 918uur; 's Zondags van 919^4 uür; entreé f. 0.30 p. p. Kinderen tot 15 jaar f. 0.15. Er is te zien een merkwaardige collectie vogels en dieren, w.o. kleinere en grootere roofdieren. Het is nu druk in filmstad. De opnamen van de nationale film „Veertig Jaren" ter gelegenheid van het veertigjarig regeeringsjublleum van H. M. de Koningin, waarvoor Ben van Esselsteyn het scenario en draaiboek schreef, zijn gis teren ln de studio's van Loet C. Barnstijn te Den Haag begonnen. Zestig werkdagen zullen aan de opna men besteed worden, d.w.z. zestig dagen van hard en lang werken voor acteurs, ac trices en niet in het minst voor een groo- ten staf van menschen, die niet op het doek komen. Hoofdpersonen van dien staf zijn: Ed- mond T. Gréville en Johan de Meester Jr., de productie- en opnameleiders: Guus E. Ostwalt en Liko Krojclk, de cameraman nen: de DulUchér Heller en Otto van Nijenhoff. Dat het draalen van een scène, welke slechts enkele minuten van de voorstelling in beslag zal nemen, een langdurige bezig heid is, bleek ons, toen wij gistermiddag een kijkje in de studio's kwamen nemen. De scène, die gedraald werd, speelde in de hut van een scheepsdokter aan boord van een oorlogsschip, dat op 6 Sep tember 1898 binnenkomt, op den dag van de kroning van de Koningin. Het is 's och tends vroeg en een matroos (Adolf En- gers) klopt op de deur van de hut van den dokter (Cees Laseur) en maakt een kort praatje. Langer dan een uur duurde het draaien van deze scène. Iedereen, die er bij be trokken was, bleef in een goed humeur Het is ook niets bijzonders, dat dit zoo lang moest duren. Zoo is het altijd, bij elke film, zeggen zij, die het weten kun nen. Dan gaan de lampen uit, dan weer aan. Het eene oogenblik wordt er druk gesproken, het andere oogenblik heerscht er diepe stilte. Als er gedraald wordt en het geluld wordt opgenomen ls alles dood. stil. Dan houden ook de werklieden, die elders ln het gebouw timmeren en schil, deren, even op met hun bezigheden. Er moet nog heel wat getimmerd en ge schilderd worden, al zijn ook vele décors af. Zoo staat er bijvoorbeeld een heele gevel van een deftig Amsterdamsch grach tenhuis. waar de Jonge scheepsdokter een feest gaat bijwonen op den avond van de kroning. Ook de eet- en danszaal van dit huls. deftig gestoffeerd, in rood damast gehouden, zijn kant en klaar. De costuums, die ln deze film gedragen zullen worden, en onder het deskundige toezicht van jonkvrouwe dr. C. de Jonge en mevr. C. Abeleven, vervaardigd zijn, zijn ook klaar. Er ls een costuum bij, dat een copie is van het costuum, gedragen door de Koningin Moeder op den kronings dag. Behalve binnenopnamen zal er min stens 5 dagen bulten gefilmd worden. Als het weer dit toelaat trekt de staf er Zon dag as. op uit om in de Betuwe opnamen te maken. De werklieden zijn dien dag vrij en de staf trekt er dan alleen op uit. Het geluid wordt later wel opgenomen. Het is nu druk in Loet C. Barnstijn's filmstad, waar veie talen gesproken wor den, en vele menschen hard werken aan de nationale film „Veertig Jaren". Goed bedienen en voorkomend bedienen, dat brengt Kreymborg stroomen van klanten. Voor goede bediening is er Waarborg-Kleedlng, voor beschaafde bediening ons des kundig Verkoop-personeel. 9827 (Ingez. M«d.) Verschenen is het voorloopig verslag van de Eerste Kamer over het ontwerp van wet. houdende regeling betreffende het be perken van de vestiging en van de uitbrei ding van bedrijven, waarin eenige tak van nijverheid wordt uitgeoefend. Hieraan wordt het volgende ontleend: Bii de overweging van dit ontwerp van wet in de afdeelingen bleken verschillende leden daartegen ernstige bezwaren te hebben. Sommigen hunner vreesden, dat de groote bevoegdheid, welke aan de regeering staat te worden gegeven, de vestiging zou belem. meren van ondernemingen, welke de wel vaart van het land zouden kunnen bevor deren en de arbeidsgelegenheid uitbreiden. De leden, hier aan het woord, achtten het gevaar niet denkbeeldig, dat de toe passing der wet, tegen de bedoeling van haar ontwerpers, tot een bevoordeeling zou leiden van de reeds gevestigde ondernemin- geiy. ten koste van nieuw op te richten zen. ter iedVij ve Als duurzamen maatregel achtten zij voorshands de ontworpen regeling zóó be denkelijk. dat zij ernstig aarzelen, of zij hun stem aan het wetsontwerp wel zouden kunnen geven. Eenige andere leden verklaarden op de zelfde gronden zich vooralsnog met dit wetsontwerp niet te kunnen vereenigen. ZIJ voegden aan het voorgaande nog toe. dat, naar hun gevoelen, bii een regeling, als de voorgedragen? met het belang van den oensument niet voldoende rekening wordt gehouden. Voorts hadden deze leden be zwaar tegen het in art. 10 gegeven beroep co den minister tegen diens eigen beslis sing. ook hun grootste bezwaar gold echter het blijvend karakter der wet. Nog andere leden maakten de opmerking, dat. niettegenstaande de minister behoed zame toepassing van de wet heeft toege zegd. het gevaar toch niet denkbeeldig is, dat bedrijfstakken zullen worden gemono poliseerd doo de reed; gevestigde onder nemingen. welker winst daardoor onnoodlg hoog zal worden gehouden; dat verslapping zal Intreden, de kwaliteit van het product zal verminderen «n vernieuwing der tech niek zal worden belemmerd of geheel tegengehouden ter wille van verouderde outillage en methoden. Nog merkten deze leden op, als een algemeen bezwaar tegen dit ontwerp 'te gevoelen, dat de factoren, die een blijvend karakter dragen en andere die, door hun verband met de economische crisis, van tijdelijken aard behooren te zijn. met elkaar worden verward. Sommige leden verwezen, wat hun be zwaren betreft, naar de brochure van het Verbond van Ned. werkgevers, getiteld ..Het ontwerp-bedrii'fsvergunningenwet be licht" en naar het weekblad van dit ver bond van 10 Maart 1938 (bid. llfl). voorts stelden zij de vraag, welk standpunt de minister bii eventueele toepassing van deze wet zal innemen ten aanzien van onder nemingen. die in een meer of minder ver gevorderd stadium van oprichting verkee- ren; welker fabrieken b.v. reeds in aan bouw ziin. of daartoe gronden hebben ge kocht. In deze wet hadden voorts, naar de mee ning dezer leden, evenals in de Vestigings wet Kleinbedrijf, eischen behooren te wor den gesteld, of had de mogelijkheid moeten worden opengelaten om eischen te stellen omtrent vakbekwaamheid en vooral crediet. waardigheid. Verscheidene leden verklaarden de ge noemde bezwaren niet te deelen en het wetsontwerp gaarne te willen steunen. Vol gens hen elscht het algemeen belang drin gend. dat de regeering bevoegd zij. de ves tiging van nieuwe ondernemingen ln een bepaalden lak van nijverheid te beletten. Geschiedt zulks niet. dan zullen laren lang gevestigde en goed gevoerde ondernemingen teniet gaan door vaak oneerlijke concur rentie van nieuwe ondernemingen. Andere leden merkten op. principieel deze wetsvoordracht zeker van beteekenis te achten, vooral ook, omdat hier het be hoefte-element niet is uitgeschakeld. Daar door kan deze wet een ordenende werking uitoefenen. Dat zij het inderdaad doen zai, is niet zeker. Eenig leden verklaarden, dat zij. al had den ook zif allerlei bezwaren tegen dit wetsontwerp, juist hierom daarover heen wilden stappen, nu de minister weerstand had geboden aan den aandrang om het initiatief tot het vragen van vergunningen uit te breiden in den zin. als door de zoo even aan het woord zijnde leden bedoeld. PREDIKBEURTEN. Lelden Oeref. Gemeente (Nieuwe RUn): Heden nam. 8 uur, ds. P. Honkoop van 's-Gra- venhage. Zoetermeer Ver. tot verbreiding der Geref. Waarheid: Donderdag nam. 7 uur, ds. Koster van Montfoort. NED. HERV. KERK. Beroepen: Te Zlerlkzee, J. J. P. Valeton te Lemele 'O.). Aangenomen: Naar Zaandam-West J. Elkema te Schagen. CHR. GEREF. KERK. Beroepen: Te Werkendam, W. F. Laman te Middelharnis. GEREF. KERKEN IN H.V. Bedankt: Voor Haarlem. J. ter Schegget te Amsterdam-C. BAPTISTEN-GEMEENTEN. Beroepen: Te Enschedé, 8. Slort te Hauler- wijk NED. GEREF. GEMEENTEN. Beroepen: Te Rotterdam. P. H. Seggelink, cand. te Rotterdam. DS. G. H. SCHUPPERT i Na een ernstige ongesteldheid is ln het Utreohtsche Diaconessenhuis in den ouder dom van 34 jaar gistermorgen overleden ds. G. H. Schuppert, predikant bij de Geref Kerk van Loenen aan de Vecht. Ds. Schuppert werd 8 Maart 1904 te Holten (O.i geboren en studeerde aan de Theol. School te Kampen, waar hij In 1933 candidaat werd. Na een jaar als hulppredL ker de Geref Kerk van Bedum te hebben gediend, nam hil in 1935 het beroep aan naar de Geref. Kerk van Loenen a. d. Vecht, aan welke gemeente hij zich 17 Nov. van dat jaar verbond en die hij slechts 2 jaar heeft mogen dienen. Ds. Schuppert was de eerste predikant van de Geref. Kerk van Loenen a d. Vecht, die voorheen met de kerk van Vreeland was gecombineerd, SCHOOLRAAD VOOR DE SCHOLEN MET DEN BIJBEL. De 49e jaarvergadering. Onder presidium van ds. J. Barbas. Ned. Herv predikant te Hengelo <G.) kwam de Schoolraad voor de scholen met den Bijbel heden in K. en W. te Utrecht in 49e alge- meene vergadering bijeen De voorzitter opende de vergadering, die druk bezocht was hedenmorgen op gebruikelijke wijze en hield daarna een openingsrede. Hierna kwam het jaarverslag aan de orde dat onder dankzegging aan den secretaris, rar. J. J. Hangelbroek, werd goedgekeurd. De commlsle bedoeld in de art. 10—12 der statuten igewone geschillen, kerkelüke geschillen, examen Schoolraad, enz.) brach ten hun rapporten uit. die eveneens wer den vastgesteld. Ook rapporteerde mr. Hangelbroek omtrent het Hulpfonds voor geweigerde Rijks- en gemeenteHjikebUd,ragen, welk rapport de goedkeuring der vergade ring eveneens verwierf. De aftredende voorzitter ds. J. Barbas, werd met groote meerderheid herkozen Na rondvraag werd de morgenvergadering gesloten In de middagvergadering trad als refe rent op het 2e Kamerlid, de heer J, Schou ten van Rotterdam, met het onderwerp: „Sociale voorzieningen in en voor de school". VEREKNIGING VAN PREDIKANTEN VAN DE GEREFORMEERDE KERKEN IN NEDERLAND. De algemeene vergadering. Onder presidium van prof. dr. F. W. Grosheide van Amsterdam is hedenmiddag in het Jaarbeursgebouw tc Utrecht de al gemeene vergadering aangevangen van de Vereenïgine van Predikanten van de Geref. Kerken in Nederland die als steeds druk bezocht was. De voorzitter opende de vergadering met het doen zingen van P». 119 3. het lezen van Jos. 43 113 en gebed. Hierna kwamen de huishoudelüke zaken aan de orde. De iaarverslagen van secretaris en pen ningmeester. de hoeren ds. H. S. Bouma van Amsterdam-Zuid en ds. F. Kramer, em predikant te Beverwijk, werden onder dankzegging goedgekeurd en de penning meester van zijn beheer .gedechargeerd. De nood der koudegrond- tuinderij. Het Nationale comité ter behartiging van de belangen van de koudegrond tuinders heeft aan alle fractieleiders der Tweede Kamer een adres met uitvoerige toelich ting gezonden over den nood der koude- grond-tuinderlj. Deze verkeert, aldus het adres, ln een precairen toestand. In het byzonder is dit het geval in dien tak van den tuinbouw, beoefend op den kouden grond, welke zich bezig houdt met de teelt van gedifferentieerde groenten ln hoofd zaak voor de binnenlandsche markt. In hoofdzaak ls dit een gevolg van den voor dezen tak van den tuinbouw vrijwel onbeteekenden bedrüfssteun. Over 1937 was het gemiddeld bedrag van dezen steun f.59per bedrijf (per jaari of 3,46 pet. van de opbrengst der geveilde producten. Deze onvoldoende regeeringssteun leidt tot niet of slechts weinig loonende be drijven. Het volkomen gebrek aan geld middelen en het uitgeput raken van het crediet, waardoor tien duizenden gezin nen hun meest elementaire levensbehoef ten niet meer kunnen bevredigen, be dreigen thans deze tuinders ln hun nor male bedrijfsuitoefening. Geldmiddelen tot voldoenden toevoer van meststoffen aan den bodem en verschaffing van ar beidskrachten tot bewerking daarvan zijn niet meer beschikbaar. De koudegrond- tulnder wordt hierdoor tot roofbouw ge dwongen d.w.z. hij neemt van den bodem meer. dan hij er In den vorm van vol doende meststoffen en goede bewerking aan toevoegt, zoo zegt het adres. Sociaal-economisch beteekent dit sy steem een oneconomische uitputting van den bodem. Overigens productieve grond kan hierdoor tot woesten grond worden, die slechts met het tien- wellicht honderd voudige van de kosten, welke noodlg waren om den grond in stand te houden, weder tot cultuurgrond terug te brengen ware. De aldus verdwijnende middelen van be staan voor duizenden nüverlge tuinder! vormen een gevaar voor de toeneming van het werkloosheldsleger in Nederland. Privaat-economisch is het gevolg: een èn in qualltelt èn ln quantitelt achteruitgaan de opbrengst in de naaste en verdere toe komst. Dit zal Juist dezen tuinbouw tot wanhoop brengen, nu de regeering van plan schijnt tê zijn binnenkort hoogere kwallteltselschen aan de geveilde produc ten te gaan stellen Goede kwaliteit ver- eischt goede bewerking en bemesting van den bodem. Waar zal de tuinder de hier voor benoodigde middelen moeten verkrij gen? aldus vraagt het adres, dat vreest, dat de op zichzelf gerechtvaardigde kwa- liteitseischen bij het uitblijven van steun tot den ondergang van vele op zichzelf economLsch verantwoorde bedrijven ral leiden. Om dit te voorkomen, betoogt het comité, is het noodig, dat althans de kou- degrond-tuinders op korten termijn aan geldmiddelen geholpen worden, om tot de thans noodzakelijke bemesting en bawer- king van den bodem te komen nu het voorj aarswerk voor de deur staat, even tueel als voorschot op den steun 1938 Een steunregeling voor kleine tuinders, zooals door de regeering ontworpen, kan en ral het beoogde doel niet doen bereiken Een tijdelijke oplossing ware volgens adressanten slechts te verkrijgen door den steun voor dezen tak van den landbouw te brengen op 15 pet. van de totale opbrengst van het geveilde product. Bij dezen steun zouden de bedrijven vanaf 0.50 h.n. hun eigenaren weder eenig inkomen waarbor gen. Duizenden bedrijven werden wederom loonend, wat voor tienduizenden werk gelegenheid beteekent. Hiermede zou ver der niet de geringste administratieve rompslomp gepaard gaan, hetgeen van net rcgecringsvoorstel van steunregeling kleine tuinders niet gezegd zal kunnen worden, daar deze regeling permanente, ttjdrooven- de. kostbare, ambtelijke controle zou vra gen. De aftredende bestuursleden, de heeren ds. C. B. Bavinok. cm. predikant te Amers. foort en ds. D. v. Dijk van Groninven. we:- den herkozen, evenzoo do aftredende re ■c' teuren van het Geref. Theol Tijdschrift. Hierna wa3 het woord aan den e 'f" referent dr. G. Brillenbuia Wurth van Rotterdam-Z. om te refereeren over: ?L' moderne existentie-philosophic in h*a* invloed op de hedendaagsche theologie 2—3

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1938 | | pagina 10