Ons Kort Verhaal
LESDSCH DAGBLAD, Dinsdag 29 Maarf 1938
Vierde Blad
No. 23929
Luchtaanvallen!
Beschuldiging
79sfe Jaargenii
GEMENGD NIEUWS
FINANCIEN
^jMJN/T (NUTTERE
Wilde jacht op automobilist.
Warm geloopen motor vergemakkelijkt
zijn arrestatie.
Gisteravond hebben marechaussees van
at brigade Zwolle Jacht gemaakt op een
automobilist, die op de IJselbrug te Zwolle
een meisje had aangereden en na dit on
geval, zonder zich over zijn slachtoffer te
bekommeren, doorreed.
De marechaussees, die op de brug sur
veilleerden, sprongen onmiddellijk op de
treeplank van de auto om den bestuurder
tot stoppen te dwingen, doch zij moesten
er weer afspringen, daar de bestuurder
steeds harder ging rijden. Zij hebben daar
op een passeerende auto aangehouden en
daarmede de vervolging ingezet.
Met groote snelheid ging het door de
Veer-allee en over de Keersluisbrug, de
Fmmawljk en de Nieuwe Havenbrug de
binnenstad van Zwolle in. Daar verander-
c e de vluchtende chauffeur van gedachte
en zette koers in de richting Kampen. Hij
reed de Kamperstraat in en vervolgens
met groote snelheid den Kamperweg op. In
de buurtschap 's Heerenhoek, op tien K.M.
afstand van Zwolle, losten de marechaus
sees een zestal schoten op den vluchten
den wagen. De schoten troffen evenwel
geen doel. Toen kwam echter de automo
tor van den vluchteling den marechaus
sees te hulp. Deze liep warm, zoodat de
bestuurder genoodzaakt was zijn wagen
aan den kant te zetten, waarop hij te voet
verder wilde vluchten. Deze vlieger ging
e-enwel niet op. De marechaussees pak
ten den chauffeur en brachten na een
korte worsteling den man geboeid naar
Zwolle terug. Hier bleek men te doen te
hebben met een persoon uit Hattem. die
danig onder den Invloed van sterken
drank verkeerde. De man is ln het huls
van bewaring ingesloten.
DOOR EEN VRACHTAUTO
OVERREDEN.
Omstreeks half twaalf gisterochtend is
op den Nieuwen Binnenweg, ter hoogte
ran de Jongkindstraat te Rotterdam een
ernstig ongeluk gebeurd, dat den 15-jari
gen. loopjongen A. C. B„ uit de Rosestraat
aldaar het leven heeft gekost.
In de richting Westersingel reden om
streeks genoemd tijdstip twee wielrijders.
Zij werden Ingehaald en gepasseerd door
een zwaar met kolen geladen vrachtauto,
bestuurd door den 33-jarigen B. J wo
nende in de Boomgaardstraat. Op het mo
ment, dat de vrachtauto de fietsers pas
seerde. wilde ook genoemde loopjongen
met zijn fiets de beide wielrijders voorbij
rijden. waartoe hij zich links van de fiet
sers en rechts van de vrachtauto bevond.
De tusschenruimte was echter te gering,
zoodat hij met den meest linkschen fietser
in aanraking kwam. Hierdoor raakte hij de
macht over zijn stuur kwijt en begon te
slingeren, waarop hij vervolgens met zijn
fiets kwam te vallen en juist voor het
reehter-achterwlel van de vrachtauto
geraakte. Dit ging den jongen over den
bulk. Met zware inwendige kwetsuren is
de gewonde per auto van den Geneeskun
digen Dienst naar het ziekenhuis aan den
Coolsingel gebracht, waar hij kort na
aankomst is overleden.
Gistermiddag om vier uur is te Midwoida
(Gr.) het 5-jarig zoontje van de familie
Engherts te Oostwoud (N.H.) door een
vrachtauto, welke geladen was mei cement,
overreden. Het knaapje was op sla« dood.
Den chauffeur treft geen schuld.
DE STRANDING VAN DE „BAUD".
Aneta meldt uit Batavia:
Nadat de gouvernementsstoomer „Alba
tros" in den afgeloopen nacht op de plaats
waar het stoomschip van de KPM. de
„Baud" gestrand is. was aangekomen, heeft
men dadelijk maatregelen getroffen voor
het instellen van een duikeronderzoek Aan
bakboord ter hoogte van ruim 1 zijn twee
gaten gevonden, welke men doende is te
dichten. Het. weer is onbestendigd en ver
oorzaakt afwisselend hooge deining. De
„Nieuw-Holland" welk schip de passagiers
van de .Baud" aan boord heeft, zal heden,
nadat deze passagiers aan boord van de
„Albatros" zijn gegaan, zijn reis naar
Australië voortzetten.
DE HELIUM-AFFAIRE.
Het opschorten van de levering van he
lium aan Duitschland door de Vereenlgde
Staten, in verband met de weigering aan
Duitschland garanties te geven, dat dit
gas niet voor militaire doeleinden zal wor
den gebruikt, heeft de betrokken Duitsche
kringen onaangenaam verrast. Over deze
aangelegenheid wordt het grootste stil
zwijgen betracht. Men gelooft, dat pogin
gen in het werk worden gesteld, dit inci
dent, dat de dienstregeling van de Zeppe
lins ln de war dreigt te sturen, langs dl-
plomatieken weg te regelen.
Beschermt U tegen de gevolgen van
Bedenkt
dat nalatigheid Uwerzijds in het
nemen van beschermingsmaat
regelen gevolgen met zich kan
brengen voor U en tallooze
anderen.
Nadere inlichtingen verstrekt de secre
taris van de aid. Leiden der Ned. Ver.
voor Luchtbescherming, dr. T. Potjewijd,
Boerhaavelaan 37, Leiden.
N.V. VER. KON. PAPIERFABRIEKEN DER
FIRMA VAN GELDER EN ZONEN.
In de te Amsterdam gehouden jaarlijksche
algemeene vergadering van aandeelhouders de
zer vennootschap werden de balans per 31
December 1937 en de winst- en verliesrekening
over het afgeloopen jaar. met een wijziging,
goedgekeurd en werd de voorgestelde winstver
deling ongewijzigd aangenomen.
Door eenige aandeelhouders werden enkele
vragen gesteld, die door de directie werden be
antwoord.
Aan den heer H. Smidt van Gelder, die den
wensch te kennen had gegeven als directeur af
te treden, werd op de meest eervolle wijze ont-
lag verleend. De heer H. Smldt van Gelder
werd tot commissaris benoemd. De heer Joan
H. A. Kruimel, die aan de beurt van aftreden
was, werd als commissaris herkozen.
Tot directeuren werden, naast de heeren N.
F. Allan en J. M. B. Beuker, benoemd de hee
ren W. C. Smldt van Gelder en C. F. D. Beu
ker.
Tentoonstelling van Grafiek en
Plastiek.
Kuno Brinks. Nico Bulder. Dehora Duyvis
en D. van Gelder.
De Leidsche Kunstvereeniging is in de
i;puze en de afwisseling der tentoonstel
lingen, welke onder haar auspiciën het
kunstminnend publiek worden aangeboden,
ook dezen winter zeer gelukkig.
Zit geeft ons een aanschouwelijk over
zicht van de velerlei technieken der beel-
I dende kunsten en brengt ons telkens ln
oen andere sfeer Wij behoeven slechts te
herinneren aan het brlllante schilderwerk
van Jan Sluyters, de geestige carica.uren
van Cornells Veth en de huidige tentoon
stelling van grafisch werk en plastiek.
Het is plicht, op dit streven naar gede
gen veelzijdigheid nog eens nadrukkelük
de aandacht te vestigen en een beroep te
ooen op allen, wlen in deze gespannen tij
den de kunst nog ter harte gaat, om het
zooveel mogelijk te steunen.
Grafische kunst wordt ons op deze ten
toonstelling geboden door Kuno Brinks,
Nico Bulder, Debora Duyvis en D van Gel
der, vier persoonlijkheden, die zich ieder
op verschillende wijze uiten, doch die één
ding gemeen hebben: een zeer sterk ge-
pcrfectionneerde grafische techniek. Naar
de ambachtelijke zijde herinneren deze vier
slocre werkers aan de graveurs en etsers
dc-r 17de eeuw; die zich niet in het open
baar bloot gaven voor zij er ten volle van
overtuigd waren, dat zij het ambacht tech
nisch geheel onder de Imie hadden. Zij
herinneren aan de tijden toen het am
bacht met de grootst mogelijke toewijding,
men mag gerust zeggen: met liefdevolle
vroomheid werd beoefend
De ambachtsman, om het even of hij
een booggewelf metselde, een kapiteel be-
hakle, een kast of schrijn vervaardigde, of
wel een gravure vervaardigde, hij deed dit
met een technische kennis en een gedul
dige liefde, die ons nu nog voor zoovele
dingen uit den ouden tijd in bewondering
doet staan.
In de prentkunst van bovengenoemde
grafici vindt men dat terug. ZIJ kennen
den aard ven het materiaal waarin zij
hun voorstellingen aanbrengen, weten wat
zij er mee kunnen doen en wat zij moeten
laten. Zij kennen het effect, dat door het
teekenen of krassen met de etsnaald, het
steken met de guls en het fijnere steken
met de burijn kan worden verkregen; zij
weten te juister tijd het schraapstaal, het
öruineerstaal, de roulette, enz., op mees-
DE VERTRAGING IN IIET TREIN
VERKEER BIJ UTREOHT.
De Utrechtsche correspondent van het
Vad. meldt:
Bij nadere Informatie is ons gebleken, dat
het raildefect bij Utrecht een z%. railbreuk
betrof zooals wel meer voorkomt in het
spoorbedrijf. De rails breekt dan aan den
kop af maar blijft met de andere rails
verbonden door de lasch. Direct gevaar is
er bij zoo'n geval dan ook niet aanwezig,
de treinen kunnen langzaam de gebroken
plaats passeeren. maar spoedig herstel is
wel ge wensch t. Dit was ook hier het geval
en na ruim een half uur hadden werk
lieden de rails hersteld.
BUITENLANDSCH GEMENGD.
SABOTAGE IN BRITSCHE VLIEGTUIG
FABRIEK.
Vernomen wordt, dat door de Engelsche
justitie uitgebreide maatregelen worden
getroffen, om verdere gevallen van sabo
tage te voorkomen, nadat geconstateerd
was, dat drie vliegtuigen beschadigd waren
in de fabriek van de Fairley Aviation
Company te Stockport in Cheshire. Deze
ontdekking werd gedaan, toen de politie
een onderzoek instelde naar twee andere
gevallen van sabotage ln dezelfde fabriek.
GEVANGENEN ONTSNAPT.
Zondag zijn 13 gevangenen, die werkten
in de Amerik staatsmijnen ie Brushy
Mountain (Tennesseei er in geslaagd zich
te bevrijden. Zii stelden nog 23 andere
gevangenen in vrijheid en gezamenlijk nam
de bende de vlucht. De politie en de ge
vangenbewaarders ziin gisteren den geh oo
ien dag bezig geweest met het opsporings
werk. waarbii zii gebruik maken van
b'oedhonden. Deze honden volgden het
spoor der ontsnapte gevangenen door de
nabijgelegen bergen, doch men is er nog
niet in geslaagd hen te achternalen.
door LOKA.
Inspecteur Marley ging de groote serre
binnen, waar de overgeblevenen reeds lang
In groote spanning gewacht hadden.
„Ik moest u laten wachten. Het spijt mij,
want juist onder deze omstandigheden is
dat onaangenaam. U zult het mij toe
staan. hoop ik het gaat er om den
moordenaar te vinden van iemand, met
wien u gisteren den avond hebt doorge
bracht.".
In de serre bevonden zich drie dames
en acht heeren. Zij waren allen nerveus
en bleek; langzaam naderden zij den in
specteur
„Gaat u zitten". Hij nam rustig plaats
op de leuning van een grooten stoel, keek
den kring rond, schijnbaar afwezig, alsof
hij zich iets trachtte te herinneren. Dan
begon hij plotseling te spreken.
„U wee', waarom ik u verzocht heb nog
hier te blijven. Bij het feest waren veie
gasten, maar u bent de eenigen van wie
ik. na het onderzoek, kan aannemen, dat
u zich bevond in de buurt van de studeer
kamer, op het moment dat Lornham ver
moord werd. Laat niemand van u zich dus
persoonlijk beschuldigd voelen. Ik begrijp,
hoe zwaar het u moet vallen, verhoord te
werden."
De aanwezigen bekeken elkaar en den in
specteur met onrustige blikken. In de serre
kon de moordenaar zich bevinden; de
plotselinge overgang van een vroolijk feest
naar een gruwelijk drama, een slapelooze
nacht en het onderzoek, hadden zelfs de
kalmsten onder hen in een angstige stem
ming gebracht.
„Indien de dader zich onder u bevindt"
ging Marley voort, „heeft een belangrijke
aanwijzing mij het kiezen gemakkelijker
gemaakt.
Lornham was een man van middelma
tige lengte, stellig niet klein. Nu blijkt uit
de wond, die de dolk veroorzaakt heeft,
dat de moordenaar belangrijk grooter
moet zijn geweest. Ik zal mij dus behoeven
te bepalen tot de lange menschen on
der u."
Zij kenden elkaar reeds vele jaren, maar
toch keken zij rond. of zij nog nimmer
vastgesteld hadden, wie van hen boven de
normale lengte was.
Drie mannen kwamen in aanmerking,
van de vrouwen niet één. De grootste was
kapitein Wilfred, verder Fielding, de as
surantie-agent, en Lord Adenfield, de
gastheer.
De inspecteur volgde hun blikken en
knikte. „U ziet wie er in aanmerking ko
men. Uit de wond blijkt nog iets. dat mij
nader tot de oplossing brengt. De stoot
werd toegebracht met de linker hand.
Blijft u rustig zitten, verzoek ik u. Toen
ik hier binnen kwam had ik reeds geko
zen. Kapitein Wilfred er is veel dat
tegen u pleit."
Woedend sprong de kapitein op van zijn
stoel en stond daar dreigend, of hij den
inspecteur wilde aanvliegen. Deze liet zich
niet van de wijs brengen.
„Gaat u kalm weer zitten, kapitein.
Wanneer u onschuldig bent, kunt u slechts
uw belang dienen, door eerlijk te antwoor
den. Overijld zal geen beslissing genomen
worden". De kapitein ging weer zitten en
keek hem uitdagend aan
„U behoort tot de o'rie personen, die door
hun lengte ln aanmerking komen. Toeval
lig heb ik vanmorgen eenige malen kun
nen constateeren dat u links bpnt geeft
u dat toe?"
„Ja, ik ben links en groot, dat geef
ik toe verder!"
„Wij gaan verder. U was den vermoorde
niet bepaald vriendelijk gezind. Nu is dat
wel niet direct een bewijs: ik vind het on
aangenaam om het te moeten zeggen, hij
had véle vijanden Ik ben ook daarom
trent. ingelicht. Vorige week Woensdag
hebt u een zeer vijandig gesprek met hem
gevoerd, is dat juist?"
..Ik had een proces tegen hem loopen,
over een grond-kwestie. Woensdag heb ik
me daar erg kwaad over gemaakt. Dat ls
allemaal waar. Maar op het moment dat
hij vermoord werd, moet ik a] in mijn ka
mer zijn geweest. Ik hoorde Iemand loopen
op de gang, die moet mij gezien hebben.
Zoek uit wie dat was."
„Dat heb ik gedaan niemand heeft u
gezien".
Inspecteur Marley stond op. „Kapitein,
er zijn te veel feiten die tegen u pleiten
ik verzoek u, mij te volgen."
Trillend van woede stond de kapitein
op. „Inspecteur" zei hij, met luide stem:
„ik zal u volgen en ik zal uw meerderen
bewijzen dat lk met dezen moord niets te
maken heb. En als ik dit bewezen heb
dan spreek ik u nader!" Dan liep hij in de
richting van de deur.
De inspecteur wendde zich toen tot lord
Adenfield. „Het spijt mij, een vriend van
u te moeten arresteeren. maar het is mij
niet mogelijk anders te doen".
Onder doodsche stilte volgde de inspec
teur zijn arrestant naar de deur. Dan keek
hij omdraalde een moment, alsof hij
weifelde, of de andere aanwezigen nog
wilden groeten. Allen keken hem aan. niet
wetend, wat nog te zeggen. Dan verbrak
Fielding de stilte.
„Ja, het is vreeselijk.maar met deze
bewijzen, het lijkt haast onmogelijk,
maai'
Nog verliet de inspecteur de serre niet.
Langzaam liep hij terug, starend naar den
grond.
Dat plotseling deed hij een krachtigen
stap in Fielding's richting, keek hem scherp
aan en zei; „tracht u een vriend op deze
wijze te beschuldigen, nu er nog niets be
wezen is?"
Met een ruk sprong Fielding achteruit
en voor iemand het verhinderen kon,
rende hij de serre door, wierp de tuindeu
ren open en verdween tusschen de strui
ken.
„Doet u geen moeite, heeren". Marley's
stem klonk plotseling zeer zeker. „De tuin
is door de politie afgezet. Hebt u gezien,
dal hij de deur open wierp met zijn
linkerhand?"
„Kapitein, komt u binnen" riep hij dan
tot den verbouwereerden Wilfred. „Neemt
u mij niet kwalijk, dat ik u in zulk een
onaangenaam parket gebracht heb. U zult
het voor de zaak over hebben, vermoed ik.
lk wist. dat u onschuldig bent een be
diende zag u, toen u uw kamer binnen
ging.
Wie het wel was, wist ik niet zeker, maar
ik had vermoedens. De spanning is hem
te groot geworden. Het verlangen, om het
bewijs tegen een ander te verzwaren, kon
hij niet beheerschen. Het is hem gelukt
het bewijs te leveren maar niet in uw
nadeel, kapitein."
(Nadruk verboden).
(Auteursrecht voorbehouden).
terlljke wijze te gebruiken. Zij weten door
grondige ervaring allerlei handgrepen toe
te passen, die zuiver ambachtelijk zijn en
tenslotte kunstvolle effecten te voorschijn
roepen.
Zij weten te teekenen zoowel met enkele
sobere gevoelige lijnen als met een weelde
van de allerfijnste details. Verreweg de
meeste dezer prenten zijn trouwens zoo,
dat men ze langen tijd afzonderlijk bekij
ken kan en telkens weer getroffen wordt
door nieuwe details. Zij willen door den
gelukkigen bezitter in de hand worden ge
nomen. zij willen bestudeerd, zij willen
.gelezen" worden, zooals men een mooi of
een geestig verhaal leest. Het zijn voor de
overgroote meerderheid voorstellingen in
zwart en wit, in lijn en toon.
Dit zuiver ambachtelijk kunnen, op zich
zelf reeds zoo edel. verheft zich door het
geduld, de toewijding, de liefde van den
maker, tot kunst. Het draagt het adel
merk van de bewogen ziel van den maker.
Men heeft de menschelijke persoonlijk
heid wel genoemd: mysterium magnum,
het groote geheim. Zoodra utt het am
bachtelijk werk het mysterium magnum
gaat spreken, hebben wij kunst, dateene
wat ln zijn diepste wezen niet te omschri)-
ven is. Kunst is een algemeen verzamel
woord en als zoodanig een begrip. Doch
«at het eigenaardige is. dat een bepaald
voorwem tot kunstwerk kwalificeert, dat
iaat zich niet zeggen door een formule.
Men kan spreken over compositie, mate
riaal. techniek, doch daarmee raakt men
niet het diepste wezen. Kunst is harmonie,
afglans van de cosmfsche harmonie door
het medium van de menschenziel. Dat voelt
men harmonisch aan. Kunst is meer dan
de elementen, waaruit zii gevormd is, zoo
ais het leven meer is dan al de samen
stellende elementen waaruit het levende
wezen bestaat.
De grafiek die we hier aanschouwen is
meer dan het zuiver ambachtelijke en
lechnische waaruit zij is ontstaan. Zij is
kunst.
Het is rndoenliil: van deze zoo uitge
breide tentoonstelling in korte trekken een
eenigszlns afgerond overzicht, te geven.
Tallooze prenten zouden een uitvoerige ge
detailleerde ber"houwing waard zijn. Wij
moeten echter ter wille der plaatsruimte
volstaan met enkele notities. Mogen deze
voldoende suggestief zijn, U op te wekken
zelf te aanschouwen en zelf te genieten.
Kuno Brinks verrast met een aantal ko
pergravures en etsen. Het ls een verblij
dend verschijnsel, dat de kopergravure de
laatste jaren met zooveel succes wordt be
oefend. Ofschoon oorspronkelijk om zoo te
zeggen de moeder van.de etskunst, was zij
langzamerhand op den achtergrond ge
raakt. Doch wat Brinks er mee bereikt,
getuigt weer van voorname techniek. Ik
wijs daarvoor naar het typische karakter
portret van Prof Zeeman, naar een lig
gend veulen, naar de prachtige Don Qui-
chotte en naar de beide kleine naakten,
waarvan het eene uitsluitend bestaat uit
enkele gespannen doch tegelijkertijd zeer
gevoelige contourlijnen. Ik wijs op zijn
fraaie etsen als die van Parijs en zijn
klein Zeeuwsch landschapje, doch vooral
op een paar prachtige „droge naalden" van
paarden, waarin een sterke actie zit. De
houding der dieren, het glimmen van het
licht over de gladde schoften, de sfeer, dat
is alles zeer mooi getroffen.
Dat het werk van Brinks bij het publfek
ooit waardeering vindt, blijkt wel hieruit,
dat op den tweeden expositiedag reeds en
kele waren verkocht.
Nico Bulder is een zeer veelzijdig gra
fisch kunstenaar, een onvermoeide werker,
wiens fantasie even onuitputtelijk is als
zijn technisch vermogen om die fantasie
tot uiting te brengen.
Onder zijn vrije grafiek treft ons o.a.
ae krachtige voorstelling van den H. Chris-
toforus, gebonden in een sterk rhyth-
me en verder zijn beide voorstellingen van
St. Maarten. De kleinere voorstelling daar
van heeft op ons wel den diepsten indruk
gemaakt. Met welk een eindeloos geduld en
liefdevolle aandacht is dit werk tot stand
gebracht. De suggestieve vertolking van
het winterlandschap, het opbollen van de
sneeuw over oneffenheden van den grond,
het fijne takkenrag der boomen met de
kleine dotjes sneeuw in de oksels, de uit
beelding van den appelschimmel waarop
de Heilige gezeten is, en tal van kleine
details en tenslotte de prachtige gesloten
heid der geheele compositie, dat alles is
van groote en boeiende bekoring Er zijn
nog meer zeer mooie gravures van hem naar
onderwerpen uit de H. Schrift, die be
spreking waard zijn. Doch we laten het
er bij.
Zijn aard en aanleg deden hem zich
ook wijden aan illustratiewerk, vooral van
boeken met romantischen inhoud, als b.v.
voor Limburgsche, Brabantsche en Over-
ijsselsche sagen. „Het Gevloekte Kind"
van De Balzac en het pas verschenen boek
„Hlelko van Oaltje". dit speelt in zijn Gro
ninger heimat. Wat, is dat illustratiewerk
pittig en inhoudrijk en fraai van compo
sitie.
Ook aan het „Ex Libris" heeft hij zich
met vrucht, gewijd en steeds aan zijn voor
stellingen een zinrijken inhoud gegeven.
Tenslotte wijzen wij nog op eenige zeer
zinrijke gelegenheids-grafieken als geboor-
teaankondigingen. nieuwjaarswenschen,
e. d. Het persoonlijk karakter dezer pren
ten maakt ze tot waardevolle herinne
ringen.
D. van Gelder toont zich in de eerste
plaats een begaafd en minitieus teeke
naar, wiens fijne Veluwsche landschap in
nick stelt haar ln staat met groote duld»
rijkheid de kleinste details te verwerken.
Ofschoon modern georiënteerd, doen deze
platen door hun samenstelling denken aan
den tijd toen een belangrijk deel der men
schen de leeskunst niet verstond en oude
volksverhalen benevens de journalistiek
van den dag door middel van prenten on
der het volk werden gebracht. Uitnemend
zijn ook haar portretten in dezelfde tech
niek uitgevoerd en verder een viertal uiterst
zinrijke voorbeelden van „Ex Libris", die
in dit genre onze bijzondere waardeering
hebben. Verder zijn er tenslotte van haar
eenige houtsneden, sommige met de hand
bijgekleurd en verlevendigd.
Een kort woord moge nog volgen over de
kleinolastiek aan dit alles toegevoegd.
Ook beeldhouwen en modelleeren is een
ambacht, waarvan de technische eischen
zeer hoog zijn. Anatomische en naturalis
tische studiën zijn noodig. alvorens men
naar het levend model van mensch of dier
kan gaan werken. En versobering, sty-
ieering der vormen is pas dan verantwoord,
wanneer dit een en ander is voorafgegaan.
Mej. Rueb is een zeer bekend beeldhouw
ster, die in haar fraaie bronsplastieken
bewijst, hoe zeer zij het dier in zijn hou
dingen en gedragingen heeft bestudeerd,
alvorens zij het in zinrijk gestyleerden
vorm kon uitbeelden. Fraai en soepel van
lijn zijn haar figuurtjes in brons van par
kieten. Cameleons. een knielend figuurtje.
En bijzonder fraai dunkt ons de baadster
in teakhout.
De heer Verstoep, die zijn krachten be
steed aan het beeldhouwwerk van den
stadhuisgevel, komt hier uit met meest
werken in teakhout en coromandel. Ver
geestelijkt van statuur zijn de beide zeer
mooie beeldjes ..Verrukking" en „Charme"
in coromandelhout, een prachtig mate
riaal. Zeer gevoelig is het kinderkopje in
teakhout, nobel van lijn en plastiek de
kuifarend, een beer en een vogel.
Wij meenen het bij dit korte overzicht
te moeten laten en wenschen u veel kunst
genot bij het bezichtigen en bestudeeren
van deze zeer mooie tentoonstelling.
CONCERT LEIDSCH STUDENTEN
ZANGKOOR
Met medewerking van het Leidsch
Kamerorkest.
het
Het Leidsch Studenten zangkoor
Leidsch Studenten kamerorkest „Collegium
Musicum", onder auspiciën van het Leidsch
Studenten muziekgezelschap „Sempre Cres
cendo". hebben het voornemen op Maandag 4
April a.s. in de kleine Stadsgehoorzaal een con
cert te geven.
Het koor. onder leiding van Leo Mens, zal o.a,
werken van Diepenbrock. Poulenc, Ravel en
Oberstadt ten gehoore te brengen.
Het orkest, o. 1^ v. den heer Hans Brandts
Buys, speelt o.a. een werk van Hellendaal en
een concert voor clavecymbel en orkest van
Haydn, terwjjl koor en orkest te zamen een
compositie van Hindemith zullen uitvoeren.
HET A.S. JUBILEUMCONCERT VAN HET
CONCERTGEBOUW-ORKEST.
Wij herinneren nog even aan het optreden in
de Stadsgehoorzaal van het Concertgebouw-
Orkest op morgenavond, onder de persoonlijke
leiding van prof. dr. Willem Mengelberg.
Moge ook ln onze stad een stampvolle zaal
blijk geven van Leiden's groote belangstelling
voor dit prachtige orkest met zijn beroemden
leider, dat men hier slechts zelden te hooren
krijgt.
BOEKBESPREKING.
„De Man die zich zelf behield", door
Daan van der Zee. Uitgave N.V.
C. A. J. van Dishoeck. Bussum.
Of ..de man die zich zelf bleef', voor hen
wien de titel van het boek misschien niets zegt.
Wij bezitten geen eigenlijk koloniale literatuur
en dat levert, behalve een litterair tekort, ook
eer. litterair gevaar, namelijk dat er geen maat
staf bestaat waaraan de enkele boeken die er
over het leven in de tropen zijn verschenen,
kunnen worden getoetst. De heer van der Zee
schenkt ons met zjjn ooek een volkomen nutte
loos verhaaltje, zonder diepte en zonder ziel en
hij toont daarin geen talenten waarom wij hem
zfjn tekorten ln dit werk zouden vergeven. 1:1
de hoop op beter. Niets in dit boek. noch ro
mantiek, noch sfeer, houdt werkelijk essentieel
verband met Indië en de verhoudingen, de
angst voor schandaal, door van der Zee be
schreven. overtuigen ons werkelijk niet als
typische voorbeelden uit de Indische samenle
ving.
Een ieder die in Indië geweest is, is daarmede
nog niet in staat een „koloniale roman" te
schrijven! Dat is een deel van het gevaar, waar
op wij hierboven zinspeelden.
„Het Zaad Ontkiemt", van Marga
ret Mitchell. Uitgave Zuid Holand-
sche Uitg. My„ Den Haag.
Hier is dus het laatste spannende deel uit de
trilogie „Gejaagd door den Wind", waarvan de
beide eerste deelen Vuur over Land en Als een
Vlam in den Storm, eerder in deze rubriek wer
den besproken.
Het derde huwelijk van de hoofdpersoon Scar
lett O'Hara met den avonturier Rhett Butler,
zal velen niet de bevredigende oplossing bren
gen die men er zich van had voorgesteld, nadat
de helden twee dikke boekdeelen lang ge
worsteld hebben om elkaar te vinden. Het is
juist, dat al zijn ze getrouwd, ze elkaar nog
steeds niet „gevonden" hebben en aan het slot
van dit boek laten we Scarlett achter als een
vrouw in den bloei van haar leven, nog steeds
heftig zoekend naar haar geluk, dat zoo dicht
bij ligt en dat ze zoo ver zoekt en Rhett Butler,
als een bijna ouden, moe-gestreden man. Ligt
in dit onbevredigende einde nog een mogelijk
heid op een vervolg?
Zooals eerder gezegd, zijn de verhoudingen in
deze Zuidelijk-Amerikaansche samenleving en
de ontaarding, die de burgeroorlog daarin ge
bracht heeft, buitengewoon interessant geschil
derd, er zullen bovendien weinig romans zijn
waarin de psychologische ontwikkeling zoo sterk
avontuur. Gecombineerd vormen deze factoren
dan ook wel de groote charme ervan.
C. N.
dien zilverachtigen toon wel zeer de aan- geteekend ls en tevens zoo na grenst aan het
dacht trekt. Trouwens ook een paar andere 1
potloodteekeningen hebben dien fraaien
zllvergrijzen toon. Ook teekent hij met O.
I. inkt of sepia. Heel fijn is b.v. dat Veld-
bouquetje en daaronder het stilleven met
Grleksche kruikje met kleur heel even
tjes aangezet. Dit is werk aristocratisch
van allure evenals de prachtige litho van
Wilde bloemen.
Zijn etsen, ik noem alleen maar „Bosch-
ncek" en „Bosch met Schermbloemen" zijn
eveneens uitermate gedistingeerd en fijn
van structuur.
Debora Duyvis is weer geheel anders ge
aard. Haar fijnheid openbaart zich op an
dere wyze. In haar burijngravures als „Heer
Halewijn", „Ut fata trahunt", „Christofo-
rus" en „Markt te Fasnet", geeft zij ons
echt platen, die gelezen moeten worden als De dief, die maar één voet had: „Nu ben
c-en verhaal. De fijnheid dezer burijntech- ik het dus niet, die deze zak gegapt heeft!