LEfDSCH DAGBLAD
Tweede Blad
7 9 sfe Jaargang
FEUILLETON
Het Groote Avontuur
DE BATAVIASCHE VISCH-VEILING is een der merkwaar
digste instellingen van de Indische hoofdstad. Een ongelooflijk
aantal soorten visch wordt er in snel tempo verhandeld. Om de
visch frisch te houden, wordt ze met kaliwater besprenkeld.
DE WERELDKAMPIOENEN KUNSTSCHAATSENRIJDEN
Maxie Herber en Ernst Baier, die in ons land een demonstratie
hebben gegeven,, vertrokken van Schiphol naar Berlijn.
Voor den start.
GISTEREN WERD NABIJ „DE HUL" TE EDE EEN CRO.SS-COUNTRY GEHOUDEN VOOR
NIEUWELINGEN (PAARDEN) georganiseerd door de Kon. Militair© sportvereeniging. H.K.H.
Prinses Juliana en Z.K.H. Prins Bernhard, volgden als belangstellenden de Cross.
MRS. KAY PKTRE de bekende En-
gelsche vrouwelijke coureur, voor 't eerst
na haar ongeval op de Brooklands baan,
weer achter het stuur.
JKVR. S. C. FEITH DIE ZUSTER BOONSTRA OPVOLGT
ALS VERZORGSTER VAN PRINSES BEATRIX.
Zusier Boonstra zal morgen weer naar den Haag vertrekken.
H.M. DE KONINGIN woonde gisteravond in den Stadsschouwburg te
Amsterdam, de voorstelling van de Wagnervereeniging bij. Naast H.M. de
Koningin mevr. barones van Harinxrna thoe Slooten. Links minister
Slotemaker de Bruïne.
DE DERDE WINTERWEDSTRIJD
GOLF VOOR DAMES op de banen
van de Hilversumsehe golfclub. De win
nares, mevr. Fabïus, aan slag.
IN EEN METAALFABRIEK. Asbestkleeding beschermt den arbeider
tegen een regen van vonken, bij het doorbranden van een stuk ijzer.
Roman uit de Tropen door
FRANS DEMERS.
46)
O, zei ze lachend, toen hij daar haar
aandacht op vestigde, als wij hier in een
schrammetje belang stelden.
De klimpartij werd hervat. De bergtop
was niet ver meer af. Alvorens hem te
bestijgen liepen zij er omheen. Het golven
de terrein strekte zich uit met vlakke ge-
ceelten. Weer was het landschap veran
derd. Riefenberg genoot nu van verrukke
lijke vergezichten. De wereld lag diep on
eer hem met vlakten, heuvels en water. Zij
schreden thans door een heideland, waar
de struiken reusachtige afmetingen had
den en vreemde vormen. Hier bloeiden
duizenden lobelia's, kruiskruid, blanke en
loode stroobloemen. Het was een festoen
van schitterende kleuren. Zoo kwam het
oogenblik, dat zij belandden op een naakt
lavagebieden plotseling was het ge
daan met den weelderigen plantengroei.
Hier en daar tusschen rotsen en steenen
verrees nog een dorre bloem. Er waren
geen paden meer. geen enkele aanduiding.
Het was ee c Ir. ,'ablokken, die
wegglipten als i den voet op zette.
Riefenberg bewonderde Ada lljen, die
lenig en gezwind naar boven klauterde
zonder een teeken van vermoeienis. Spoe
dig bleef geen spoor meer over van de
"oroelkastemperatuur, die bedwelmende
orchideeën doet bloeien. Op deze hoogte
was het kil en vochtig. Soms omhulden
wolken hen, zoodat zij elkaar niet meer
zagen staan. Eindelijk bereikten zij den
bergtop.
Zij liepen gedurende een tijdje langs
een vlak gedeelte, klauterden tenslotte op
liooge lavablokken en daar ontdekte Rie
fenberg een vreemde wereld: aan de eene
zijde, in de duizelingwekkende diepte, zag
hij het schuimende water van de Itoeri;
aan de andere zijde, ln een afgrond van
een honderdtal meters, strekte zich een
zee van lava uit. Het was een verwrongen
oppervlakte. De jongste lava was zilver
kleurig getint. Er waren vreemde, grauwe
heuvels, waaruit zware rookwolken stegen.
Er waren kegelvormige rotsen, die stonden
te gloeien en waaruit met een sissend ge
luid dampen spoten. Er waren wonderbare
opeenstapelingen van grijs-roode blokken.
In de wanden rondom deze hellevailel wa
ren kloven, die rookten en sisten. Zware
rommelingen beefden door de bergen.
Zwarte voorwerpen werden de lucht inge-
slingerd. Er was een gestamp en ge
steun als van duizend machines. Dan was
het weer alsof honderd locomotieven tege
lijk hun stoom lieten ontsnappen. Sprake
loos stond Riefenberg aan den rand van
dien afgrond.
Ada lljen wees naar een tusschenvlakte,
bezaaid met geweldige rotsblokken. Daar
bewogen zich talrijke gestalten. Daar wa
ren de stamhoofden met hun gevolg. Daar
zou de vergadering plaats hebben.
Oef, glimlachte Riefenberg, die hee-
ren gaan het hoog zoeken. Haien ze die
grap dikwijls uit?
Telkens wanneer het volle maan is,
verklaarde Ada.
Ze liepen tot bij de kloof en moeizaam
werkten ze zich naar de tusschenvlakte.
Toen ze die hadden bereikt, bemerkte Rie
fenberg iets eigenaardigs. Het eerste ge
deelte van de groote, effen vlakte, waarop
zij zich bevonden, was als samengesteld
uit lavaslakken. Op sommige plaatsen was
de grond opengescheurd en dampen ste
gen omhoog. Het binnenste van de aarde
straalde door deze opening een ver
schroeiende hitte uit. Er hing een sterke
zwavelgeur en daar hadden zich trouwens
aan de oppervlakte groote uitgestrektheden
van groen-gele zwavel gevormd.
Zij naderden het rotsachtige gedeelte.
Talrijke inlanders kwamen hen tegemoet.
Opgepast, fluisterde Ada Dj en, de
stamhoofden
Het waren indrukwekkende kerels en
Riefenberg zag met eenige verbazing hoe ze
voor Ada üjen's voeten neerknielden. Zij
grepen met de hand eenige korreltjes lava
van den grond en wreven ermee over de
borst. Dan richtten ze zich op en legden de
open vlakke hand even tegen die van de
blanke vrouw. Vervolgens gingen ze op zij
en lieten hun slaven vooruitkomen. Allerlei
geschenken werden voor Ada lljen uitge
spreid: groote trossen bananen, een zwarte
geit, eenden, korven maniokbloem. Daarop
gaf Ada lljen een teeken aan de mannen
van haar gevolg. Op hun beurt overhandig
den zij aan de hoofden enkele voorwerpen:
glazen parels, enkele stukken stof.
Kijk nu even hoe opgetogen ze zijn,
fluisterde ze tot Riefenberg.
De stamhoofden gedroegen zieh inder
daad als kinderen. Zij betastten de goed-
koope, kleurige stoffen, schenen ten zeer
ste verheugd met de glazen paarlen en ka
kelden als kippen. Zij waren op vreemde
wijze opgesmukt, In het kunstig gevlochten
haar staken groote, kleurige veeren. Het
voorhoofd was getatoueerd. Om den hals
droegen zij allerlei voorwerpen en rond
beenen en armen hadden ze talrijke meta
len ringen. Verder droegen zij als eenige
kleedingstukken gTOote, prachtige dieren-
vellen.
Van Riefenberg schenen de hoofden wei
nig of geen notitie te nemen. Af en toe
keek een hunner met achterdochtige blik
ken in zijn richting. Nadat Ada lljen even
met hen had staan babbelen, gaf ze een
teeken aan den journalist. Ze liepen door
met hun gevolg tusschen de rotswanden.
Honderden inlanders zaten daar op den
grond gehurkt met vrouwen en kinderen,
rond kleine houtvuren. Sommige kinderen
vluchtten huilend de spelonk binnen zoo
dra ze den blanken man in het oog kregen.
Bij Iedere opening in de rotsen bemerkte
Riefenberg kleine uit hout gesneden af
godsbeeldjes.
Enkele oogenblikken later zaten de blan
ken ln een van de grotten. Het was koel
op deze hoogte en de negers hadden een
groot houtvuur aangelegd. De avond viel
spoedig en Ada Dj en toonde zich ongerust.
Vóór den aanvang van de vergadering was
zij gewoon het beleefdheidsbezoek van de
priesters te ontvangen en ditmaal was het
uitgebleven. Voor de stamhoofden zelf was
zij niet bang. Het zijn mannen, die vol eer
bied en ontzag voor haar zijn. Van meet af
was het evenwel een strijd geweest met de
priesters omdat zij haar gezag ten koste
van het hunne uitoefende. Dat ze het
thans aandurfden haar te negeeren, be
wees dat ze iets in het schild voerden.
We zullen er ons wel doorslaan, meen
de Riefenberg. Als het er op aankomt, zal
ik wel enkele krachttoeren met uw geweer
uithalen.
Na het eten vroeg Ada lljen om even
alleen te mogen blijven.
Ik moet nu voor mijn koninginnetoilet
zorgen, zeide ze.
O, lachte Riefenberg, moet u ook al
aan de comedie meedoen? Dan zal ik u zoo
dadelijk gekleed zien ais een echte wilde,
met dierenvellen en ijzeren armbanden.
Toch niet, antwoordde Ada lljen. Stel
u voor dat ik bij mijn ontvluchting een
koffer heb meegenomen, waarin zich nog
een oud tooneelgewaad bevond. Toen ik
hier werd begroet als een bovenmenschelijk
wezen en den eersten stamraad moest
voorzitten, heb ik het aangetrokken en die
primitieve kinderen kwamen er zoo van
onder den indruk, dat ik er mijn staatsie-
kleedij van gemaakt heb. Dat zult u trou
wens zoo dadelijk wel zien
(Nadruk verboden). (Wordt vervolgd).