Eden gaat heen LEIDSCH DAGBLAD Vierde Blad Maandag 21 Februari 193! De strijd in het Verre Oosten De strijd in Spanje Tengevolge van een geschil met Chamberlain BURGERLIJKE STAND VAN LEIDEN handhaven cn tot die belangen be hoort ook de bescherming van Duit- sche volksgenooten, die niet in staat zijn, zelf hun politieke, economische en cultureele vrijheden te waarborgen. Steeds vriendschappelijker is de verhou ding geworden tot den staat, waarmee wij in vroeger jaren de grootste moeilijkheden hadden. Dat kwam omdat tijdens onze machtsaanvaarding een maarschalk te Warschau zat en niet een parlementaire democratie. Het werk, waaraan zoovelen twijfelen, heeft de proef doorstaan en ik kan wel zeggen, dat sinds de Volkenbond zijn storingspogingen in Danzig gestaakt heeft, de samenwerking met Polen van den meest vriendschappelijken aard is gewor den. Oostenrijk. In de afgeloopen dagen zijn voorts po gingen gedaan om tot toenadering te komen met een land, dat ons om tal van redenen bijzonder na staat: Oostenrijk. De moeilijkheden, voortvloeiende uit de over eenkomst van 11 Juli 1936 dwongen ons een poging te doen om hindernissen voor een nieuwe samenwerking definitief uit den weg te ruimen. De ondraaglijke toe stand. welke eerst bestond, had tot een ernstige catestrofe kunnen leiden: de na latigheid in dit opzicht ware onvergeeflijk geweest en geenszins in het belang van den vrede. Dit was de gedachte welke er toe geleid heeft, bondskanselier Schuschnigg te vra gen. mij te bezoeken, ten einde door een overeenkomst een ontspanning in de be trekkingen teweeg te brengen en wel zoo danig. dat het nationaal-socialistische deel der bevolking van Oostenrijk binnen het kader der geldende wetten dezelfde rechten als de andere bevolkingsgroepen zou bezitten. In samenhang hiermede is besloten tot een groote pacificatie door middel van een algemeene amnestie en nieuwe accoorden tusschen de beide landen, waardoor een nauwere politieke, materieele en economi sche samenwerking wordt verzekerd. Dit alles is een aanvulling van 11 Juli. Ten overstaaD van het Duitsche volk wil ik hier, aldus Hitier, den Oos- tcnrijkschen bondskanselier hartelijk danken voor het groote begrip en de groote bereidwilligheid, waarmede hij heeft medegewerkt aan het tot stand komen van deze resultaten, welke zoo wel in het belang van beide landen zijn, als in het belang van het Duitsche volk, waar ook de leden van den Duit- schen stam mogen wonen. Ik geloof dat wij daarmede ook een bij drage hebben geleverd tot den wede van Europa. De zekerheid, dat dit zoo is. kan ook worden afgeleid uit het feit. dat som mige democraten, die veel over wede pra ten. maar geen gelegenheid laten voorbij gaan om tot oorlog op te hitsen, erg boos zijn geworden. Daaruit kunnen wij afleiden, dat we goed gehandeld hebben. Duitschland zal ook verder niets nalaten om den vrede te bevorderen. Zijn betrek kinzen met de Europeesche en niet-Eairo- peesche landen zijn goed of hartelijk, zoo- als uit de handelsbalans kan blijken. Voor op staat echter onze samenwerking met de landen, die evenals wij het bolsjewisme bestrijden. Italië en Japan. Overigens ver heugen wij ons over elke ontspanning in den algemeenen politieleen toestand, wijl het algemeen nut slechts kan worden be vorderd door een verdieping der interna tionale betrekkingen. Het. Duitsche volk is in wezen niet oor logszuchtig. Het wenscht geen oorlog, maar het vreest hem ook niet. Het bemint den (vrede, maar ook de vrijheid. Tot zijn peroratie komend, zeiöe Hitler met het grootste vertrouwen de toekomst tegemoet te zien. „Toen ik als opbekend frontsoldaat mijn strijd begon, deed ik dat uit liefde voor het Duitsche volk en omdat ik aan het Duitsche volk geloofde, niet aan zijn in stellingen of partijen, maar aan zijn eeuwige innerlijke waarde, aan de millioenen mannen en vrouwen, die als het ware naamlooze dragers zijn der volksgemeenschap. Hitier dankte zijn medewerkers en sprak de bede uit, dat de leiders behoed mogen worden tegen valschen hoogmoed en laffe onderwor penheid en geleid zullen worden op den weg naar het lot, dat de Voorzienig heid voor het Duitsche volk heeft weg gelegd". I De voorzitter Goering hield een korte toe spraak. waarin hij zijn trouw aan den Fuehrer hernieuwde, waarmede de aan wezigen instemden door een driewerf S>eg Heil. Persstemmen. Eerst de Fransche pers. De „Petit Parisien" schrijft, dat Hitler's rede zonder verrassing in Fransche krin gen is aangehoord. Een politiek van staal is meer dan ooit geboden. De .Echo de Paris" schrijft: „Hitler ziet de organisatie van Europa slechts uit het oogpunt van een Germaansche hegemonie; wij zijn daarentegen van meening, dat die organisatie slechts kan berusten op de po litieke onafhankelijkheid en de territoriale onschendbaarheid der staten. Hitier heeft in „Mein Kampf" geschreven: „Op het vas teland moet er geen militaire mogendheid van den eersten rang naast Duitschland bestaart." De „Figaro" zegt: „Wat ons vooral heeft getroffen, is, dat Hitier zoo weinig over Oostenrijk gesproken heeft. Men had ons verzekerd, dat hij als tegenprestatie op nieuw de „Oostenrijksche onafhankelijk heid" plechtig zou bevestigen. Het woord schijnt echter niet uitgesproken te zijn". De „Ordre" schrijft: „Wij hebben niet slechts voor het recht gevochten, wij zou den nog beter voor onze vrijheid strijden!" Volgens de „Epoque" moet Frankrijk in nauw contact met zijn bondgenooten blij ven. Engeland moet, inplaats van zich terug te trekken, bedenken, dat 't een groote rol in de wereld heeft te spelen ter hand having van den vrede, zooals Eden het had begrepen. Allen, die bedreigd worden door het wederom zegevierende Pan-Germanis- me, moeten zich vereenigen. Volgens de „Oeuvre" zijn de hoofdste den over het algeheel van meening „dat Hitler's rede van gisteren dreigender was dan gewoonlijk. Deze rede beteekent: voortzetting van den Spaanschen oorlog, versterking van de actie in Oostenrijk, be dreiging van Tsj echo-Slowaklje, versterkt samengaan met Italië en Japan, en boven al: bevestiging van de eindoverwinning van het nationaal-socialisme". De „Populaire" schrijft, dat Hitler's rede een bedreiging voor den vrede en voor Europa is. De democratieën moeten zich vereenigen om te voorkomen, dat de be schaving ondergaat. De „Humanité" schrijft, dat Hitier den oorlog verklaard heeft aan 90 procent van de menschheid. Morgen zal blijken, of Frankrijk dit begrepen heeft. In Tsjecho-Slowakije heeft de redevoe ring het gevoel van onbehaaglijkheid, dat gewekt was door de gebeurtenissen in Oos tenrijk niet verdreven. In de eerste plaats is teleurstelling gewekt doordat Hitier geen formeele verklaring heeft afgelegd over de Oostenrijksche onafhankelijkheid. Vervol gens wijdt men te Praag vooral aandacht aan de passage waarin Hitier het recht opeischt tot verdediging van de vrijheden der buiten Duitschland wonende Duit- schers. Het is duidelijk, dat sommige toe spelingen van Hitler het wetsontwerp op het oog hebben, dat de Henlein-partij be treffende de autonomie der Sudeten-Duit- sehers bij de Kamer heeft ingediend. Men merkt op, dat Hitier voor de eerste maal over de Sudeten-Duitschers gesproken heeft gelijk over de Oostenrijkers en in een vorm, die nieuw is voor Tsjecho-Slo wakije. Aan de historische argumenten van Hitier hecht men niet veel belang. Opgewekt wordt om de gemoederen rus tig te houden. In Oostenrijksche officieele kringen ont houdt men zich nog van commentaar. Deze reserve toont echter wel, dat men niet in de rede alles gevonden heeft wat men verwacht had. In niet nationaal-socialisti sche Weensche kringen was de eerste in druk zelfs ongunstig, aangezien het aan Oostenrijk gewijde deel hun den indruk gaf, dat hierin niet de bevestiging van de Oostenrijksche onafhankelijkheid voor kwam. Eerst bij nader bestudeeren merk te men uitdrukkingen op als „binnen het kader van de overeenkomst van 11 Juli 1936". of ..binnen het kader van de in Oos tenrijk van kracht zijnde wetten", formu les. die het bestaan van een onafhanke lijk Oostenrijk en van de Oostenrijksche grondwet in zich opsluiten. Samenvattend kan men zeggen, dat in afwachting van het standpunt van de bevoegde kringen, men zich beperkt tot het constateeren, dat de onafhankelijkheid en vooral de niet- inmenging gewonnen zouden hebben, wan neer zij door Hitier genoemd zouden zijn, maar dat er ten slotte toch nog iets is ge bleven van de tegenwaarden, die men van Duitschland verwachtte. De „Baltimore Sun" schrijft: „Het is duidelijk, dat Hitier gisteren zijn heer schappij in Europa versterkt heeft. Volgens de New-York Tribune" zullen te Londen de belangrijke beslissingen ge nomen worden, die den koers der Europee sche historie voor het komende tijdvak be palen. Niet Hitler's rede was van belang, maar Eden's aftreden. Dit kan wellicht lei den tot een tijdelijke verzoening in Europa maar ten koste van een toenemen van de macht en het aanzien van Duitschland en Italië en van een vermindering van de macht en het prestige van Frankrijk. De „New York Times" schrijft, dat de rede van Hitier den Europeeschen demo- cratischen landen en vooral Engeland wei nig werkelijke verzekeringen kan hebben gegeven, Te Washington is men van meening, dat Hitler's rede de wapeningsplannen van Roosevelt ongetwijfeld steunt. De „Wash ington Herald" schrijft, dat het antwoord der Vereenigae Staten moet bestaan in een wapening tot de tanden. Hitler's steun aan den Japanschen inval in China is een openlijke bedreiging voor ons en onze be langen in het Verre Oosten, aldus het blad. De „Washington Post" schrijft, dat Duitschland zich het recht aanmatigt, overal ter wereld tusschenbelde te komen als het denkt dat er een communistische bedreiging bestaat. Men is geen fantast, als men beweert, dat zelfs Latijnsch Ame rika niet buiten het bereik van Hitler's leer ligt. De rede heeft in regeeringskringen te Warschau een vrij gunstigen indruk ge maakt. Men geeft te verstaan, dat Hitier er toe heeft bijgedragen de internationale atmosfeer op te helderen. Ten aanzien van zijn verklaringen over Oostenrijk stelt men in het licht, dat het door den rijks kanselier uiteengezette standpunt n.l. dat het tusschen Weenen en Berlijn tot stand gekomen accoord een ernstig conflict, welks reacties tot de geheele wereld zou den hebben kunnen worden uitgebreid, vermeden heeft, van den aanvang af het standpunt van Polen geweest ls. Met bij zondere voldoening begroeten officieele personen de geruststellende verzekeringen van Hitler over de vriendschappelijke be trekkingen tusschen Polen en Duitschland. De Maandagachtendbladen wijden na tuurlijk uitvoerige hoofdartikelen aan de rede van den Fuehrer. De „Voelkischer Beobachter" schijft: „Het waren niet slechts woorden vol Duit sche klaarheid en duidelijkheid, waarmede de Fuehrer zijn vroegere en tegenwoordige politiek uiteenzette, doch het waren ver klaringen van de grootste beteekenis waar mede het staatshoofd van het Duitsche rijk voor de geheele openbare meening der wereld verscheen. Nooit wellicht is het ons meer bewust geworden, welk een ontzag lijk verschil er bestaat tusschen het mach- telooze, tot een speelbal der geheele we reld geworden Duitschland van den „sy- steemtijd" en het machtige rijk van Adolf Hitler, dan na deze fiere en verlossende redevoering. De Duitsche natie is weer een macht geworden, waar men niet meer overheen kan stappen. De „Frankfurter Zeitung" schrijft: „Over de politieke beteekenis van de rede kan niemand in twijfel verkeeren, Duitschland staat vast op de beenen, kent zijn weg en is besloten hem te betreden. Op dezen weg heeft Duitschland vrienden en, voor zoo ver 't op ons aankomt, slechts één vijand: het bolsjewisme. Nog de Duitsche weg, noch het Duitsche doel zijn zoodanig, dat andere volken tot tegenstand gedwongen worden, tenzij, dat zij het Europeesche evenwicht willen ver- Van het front. Aan het front langs den spoorweg Pei- pingHankau zijn de Japanrieezen er in geslaagd tegenover Kaifeng de Gele Rivier over te steken; een colonne heeft den noordelijken oever reeds bereikt. Naar Havas meldt, zijn Chineesche ver sterkingen naar dit punt gezonden. Tsjengtsjau en Kiafeng zouden thans rechtstreeks bedreigd worden. Volgens Chi- ïeesche lezing zouden de Japanners zijn teruggeslagen. De brug over de Gele Rivier is door de Chineeschen opgeblazen. Japansche marinevliegtuigen hebben een vlucht ondernomen naar den nieuwen ze tel der Chineesche nationale regeering, Tsjoeng King, dat op een afstand van 1350 mijl van de Jang Tse-monding ligt. Het vliegveld werd hier zwaar gebombardeerd en veertien Chineesche militaire vliegtui gen heeten vernield of beschadigd, even als de barakken en andere militaire ge bouwen. Alle toestellen keerden veilig naar hun basis terug. Een eskader Chineesche vliegtuigen neeft tijdens een bombardement een Ja panschen torpedojager ter hoogte van Tatoeng aan de Jang-Tse-rivier volkomen vernield. Ts.iang Kai Sjek spoort aan tot volharding. Naar aanleiding van het vierjarig be staan van de Nieuw-Leven-Beweging. die hij heeft opgericht, heeft Tsjang Kai Sjek Zaterdagavond een radiorede gehouden, waarin hij zeide te vertrouwen, dat China zegevierend uit den strijd zal komen. De maarschalk wees in dit verband op de uit gestrektheid van het grondgebied van China, op zijn talrijke bevolking en op zijn overvloedige nationale hulpbronnen. Ofschoon, zoo zeide Tsjang, Japan de hoofdstad van de provincies Hopei, Tsja- har, Soeijoean, Sjansi. Sjantoeng, Riangsoe en Tsjekiang heeft bezet, blijft het feit bestaan, dat Japan slechts controle kan uitoefenen over enkele tientallen distric ten, te zamen een zevende van de totale oppervlakte dezer zeven provincies. Spr. zeide van oordeel te zijn, dat het Japan sche avontuur in China in den grond is mislukt. Ofschoon Japan meer dan een millioen soldaten op de been heeft ge bracht en verscheidene milliarden yen voor zijn militaire doeleinden heeft uit gegeven, blijft de Japansche invloed tot de bezette steden beperkt. De Japansche troe pen durven zich niet buiten de verbin dingslinies te begeven. Tsjang besloot met hel Chineesche volk aan te sporen tot een heid en volharding. Japan's nationale mobilisatie. De Japansche regeering heeft aan den Landdag de wet op de nationale mobilisa tie, waarover het Huis van Afgevaardigden morgen de debatten zal openen, voorge legd. De wet bestaat uit 50 artikelen en kan worden gebruikt in tijd van oorlog of in omstandigheden, gelijkstaande met oorlog, voor een gecontroleerde exploitatie van alle nationale hulpbronnen, mensche- lijke zoowel als materieele. De goederen, welke in aanmerking ko men voor de mobilisatie, sluiten in: wa penen. oorlogsschepen, munitie of andere oorlogsvoorraden. kleeding, voedsel, medi cijnen, chemicaliën, medische apparaten, scheepvaart- en luchtvaart, rollend ma teriaal, paarden, bouwmaterialen, electri- citeitsbedrijven, olie en grondstoffen. De bedrijven, welke voor nationale mo bilisatie in aanmerking komen, omvatten o.a. export- en importbedrijven, transport en communicatie-middelen, financieele aangelegenheden, onderzoekingswerk, het verzamelen van inlichtingen, publiciteit en gezondheidsdiensten. De nieuwe wet bevat o.a. de volgende bepalingen: De regeering mag de arbeidstoestanden bepalen en controle uitoefenen op arbeids geschillen, alsmede op de productie, de dis tributie en het vervoer van goederen, welke voor de nationale mobilisatie noodig zijn. De regeering mag controle uitoefenen op den buitenlandschen handel en goederen, welke voor de nationale mobilisatie noo dig zijn. opeischen of gebruiken. De regeering mag de kapitaal-bewegin gen controleeren. alsmede fabrieken, win kels, zaken en schepen, welke met de na tionale mobilisatie verband houden. De regeering mag concessies van mijnen en waterkracht opeischen of gebruiken en de prijzen van handelsartikelen en vrach ten vaststellen. De regeering mag, zoo noodig, de pers controleeren op straffe van verbod van verkoop, of verspreiding. GEBOREN. Alice Marianne, D. van D. Wijnen en E. Krurjf Johannes Cornells, Z. van J. F. Raap horst en J. v. Dorp Evert Pieter Adriaan, Z. van H. G. v. d. Hoven en C. J. Platschouw. ONDERTROUWD: J. A. Lambooy jm. 22 j. en J, v. Duuren jd. 20 j. L. Oudwater wedr. en A. C. J. v. d Berg wede. OVERLEDEN: C. Laurier—v. Rietkerken Vr. 75 J. W. H Steenbergen, M. 35 J. leggen naar het bolsjewisme. Dit buiten beschouwing latende, zoo zou de eenige re den tot een mogelijken tegenstand zijn de poging om de tien millioen Duitschers die buiten de rijksgrenzen wonen, te beroo- ven van hun natuurlijk en in het vredes verdrag vastgelegde recht op zelfbeschik king. Deze poging is vroeger door de wes telijke mogendheden gedaan, maar het nat, socialistische Duitschland zal een herha ling niet toelaten. In welken geest Adolf Hitler dit vraagstuk behandelt, heeft de tusschen Berlijn en Weenen bereikte over eenkomst getoond. Zaterdag heeft het Britsche kabinet 3 uur en 20 minuten vergaderd, de langste zitting sinds het aftreden van koning Ed ward VIII. Dat wees reeds op belangrijke besprekingen en te meer nog nam de be langstelling toe. toen bleek, dat Zondag middag opnieuw zou worden vergaderd. Reeds Zaterdagavond waren er geruch ten in omloop over een geschil tusschen den premier Neville Chamberlain en Eden en gistermiddag zijn deze geruchten be vestigd. en na de zitting van gistermiddag viel de beslissing: Eden nam zijn ontslag. Eden. Tijdens de kabinetszitting, hebben de premier en verscheidene ministers getracht Eden over te halen om op z'n besluit om af te treden, dat hij des morgens medegedeeld had, terug te komen. Aan het einde van de verga dering was Eden niet overtuigd. Maar gaf hij toe nog eenige oogenblikken te zullen nadenken. Eden begaf zich toen naar het Fo reign Office, waar hij van gedachte wisselde met eenige zijner rechtstreek- sche medewerkers. Iets meer dan een uur later keerde hij terug naar zijn collega's die om half acht weer bijeen gekomen waren en deelde mede, dat zijn besluit onherroepelijk was. Het geschil tusschen -Eden en Chamber lain liep over de behandeling van het Ita- liaansche vraagstuk. Er verluidt, aldus de parlementaire cor respondent van Reuter, dat er geen on- eenigheid bestaat tusschen Chamberlain en Eden ten aanzien van het houden van Britsch-Italiaansche besprekingen ln be ginsel, maar ten opzichte van den tijd en de methode dezer besprekingen bestaat een duidelijk verschil, aangezien Eden niet wenscht te beginnen met gedachtenwisse- llngen zonder eenigen waarborg, zooals verder terugtrekken van Italiaansche vrijwilligers uit Spanje. Het standpunt van Eden wordt zonder twijfel gedeeld door een aanzienlijk deel van de conservatieve partij en eensgezind door de beide oppositiepar tijen. terwijl een nog grooter deel der openbare meening in het land een zelfde opvatting huldigt, Toen Eden zich na afloop der zitting naar het Foreign Office begaf, werd door de menigte, die zich daar verzaméii had, luide toegejuicht en begroet met den kreet: „wij willen Eden en geen pact met Italië", Edcn's afscheidsbrief. Eden heeft in een brief aan Chamberlain van den volgenden inhoud mededeelingge. daan van zijn aftreden als Britsch minis- ter van Buitenlandsche Zaken: „De gebeurtenissen der afgeloopen da gen hebben een diepgaand meeningsver- schil tusschen ons doen ontstaan over een besluit, dat van groot belang is op zich zelf en ver-gaand wat de gevolgen er van betreft. Ik kan het parlement geen politiek aanbevelen, waarmede ik het niet eens ben. Afgezien daarvan zie ik steeds meer in, evenals gij, dat er ook verschil van op vatting tusschen ons bestaat betreffende de actueele internationale problemen, als mede over de methode, volgens welke ui] moeten trachten die op te lossen. Het kan niet ln 's lands belang zijn, dat diegenen, die geroepen zijn om zijn zaken te leiden, niet vlot samenwerken; dat zij ten volle inzien, verschillende opvattingen te koesteren en toch hopen, dat die ge schillen zich niet zullen herhalen. Dit geldt zeer speciaal voor de betrekkingen tu-sschen den eersten minister en het mi- nisterie van Buitenlandsche Zaken. Het is om die redenen, dat ik met groot leedwezen heb besloten, u en uw collega's te verlaten, met wie ik gedurende jaren van groote moeilijkheden en spanning heb samengewerkt. Laat mij eindigen met een persoonlijke! opmerking. Ik zal nooit de hulp en den raad kunnen vergeten, die gij mij steeds] zoo bereidwillig hebt gegeven, zoowel vóór als tijdens uw premierschap. Onze mee- ningsverschillen, welke zij ook mogen zijn, kunnen die herinnering niet doen verdwij nen en evenmin onze vriendschap beïn vloeden". Chamberlain. Minister-president Chamberlain heeftS zijn antwoord uiting gegeven aan zijn d»r leedwezen en dat van zijn collega's ove Eden's ontslag. De premier betreurt dit des] te meer. oftidat meeningsverschillen, als«L welke zijn ontstaan, in geenerlel wijze be-l trekking hebben op de uiteindelijke dos-l stellingen of beginselen van de politiek. F premier eindigt met een warme dankbe tuiging voor Eden's loyale en vriendschap pelijke medewerking en met de venf ring, dat niets van hetgeen gebeurd »l zijn bewondering voor Eden's gaven of «Pr genegenheid voor Eden heeft aangetast. L Te zamen met Eden is Cranbourne al-I getreden. :.L Eden zal vanmiddag in het Lager#üui een verklaring afleggen, welke gevolgd zaïl worden door een verklaring van Ctiam-l berlain, die een verdaging van het zal voorstellen. Waarschijnlijk zullen nier-1 op debatten volgen. Franco omsingelt Teruel. Gesteund door een sterke luchtmacht hebben de rechtschen het roode front bij Teruel doorbroken. Uit Concud., ten Noord-Westsn van Teruel, wordt gemeld, dat de 67e interna tionale divisie alsmede drie internationale brigades door Franco's troepen volkomen zijn vernietigd. Deze overwinning plaatst de verdedigers van Teruel, aldus de speciale correspon dent van Havas, ln een positie, welke zij niet lang meer kunnen volhouden en de recht- sche commandant acht Teruel dan ook feitelijk reeds in zijn macht. De regeeringstroepen bezetten Zaterdag ten Noorden der stad nog slechts twee stel. lingen, t.w. de bergmassiefs van Santa Barbara en van Mansueto. De manschappen die deze stellingen verdedigen zijn echter verstoken van elke verbinding met de achterhoede en hun capitulatie zal, zoo verwacht men. den val van Teruel inluiden. Gisteren is ook Mansueto gevallen en „Wie weet, hoeveel 288 gedeeld door II precies is?" dientengevolge is Teruel omsingeld I zijn Franco's mannen de buitenwijk™ „I gedrongen, doch in de stad' verdeel rooden zich met doodsverachting. Een legerafdeeling daalt af naarJ^rr, jt I Puebla de Val Verde door de Sierra Camparena. met als as van den opn i den weg van Teruel naar Valencia, Deze weg, evenals de speerwei I Saragossa naar Valencia, die I daarmede loopt, zijn over venp I dene kilometers afgesneden. ^^ebjk dere legerafdeeling. die meer de I opereert, ls opgerukt naar de Sie:na Guba en rukt op naar Castillar, De_eruel pen, die zich ten zuidoosten van I bevonden, hebben contact gekregen die welke voorbij Teruel getroklken ja langs het Noorden. Teruel bleef daar» de achterhoede. Generaal Miaja onderscl'e^!n Generaal Miaja werd het groot-kruis het Spaansche roode kruis verieeiw r. zijn humaan optreden tijdens den oorlog. 2-^

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1938 | | pagina 14