Sneeuwval in Engeland - Bondselftal wint van Newport County
78 iie JaargangLEIPSCH DAGBLAD Tweede Blad
FEUILLETON
Het Groote Avontuur
EX-PRESIDENT HOOVER - aan boord
van het s.s. Washington te Plymouth in
gesprek met journalisten. Hij zal o.a.
een bezoek brengen aan den Belg. koning
DE VOETBALWEDSTRIJD BONDSELFTAL NEWPORT COUNTY
te Rotterdam gespeeld, werd door het Bondselftal met 62 gewonnen. Een spel
moment voor het Engel§che doel.
HET GEVAARLIJK PUNT IN DEN RIJKSWEG ZWOLLE-MEPPEL is
nog steeds de ophaalbrug bij Lichtmis. Deze brug (links) zal eerlang voor het
snelverkeer -worden gesloten en uitsluitend dienst doen voor het provin
ciaal verkeer. Rechts de nieuwe brug van gewapend beton in aanbouw.
Roman uit de Tropen door
FRANS DEMERS.
15)
Terwijl hij zat te eten, schold hij zichzelf
»oor lammeling. Hoe kon hij zich toch zoo
hnaerachtig aanstellenHij, de man.
droomde van avonturen en op den loop
voor denkbeeldige gevaren!Hij.
m d' die hdbon uit het vliegtuig deed
ralmeien en die den handschoen voor Ada
{jjj* opgeraapt, Hoe had hij het nu?
onderging hij den invloed van de plotse-
I ™se,e,wzaamheid. waarin hij zich bevond,
I Wj van zijn reisgezellen afscheid had
I Wnomen?
I trivi' 3,Pra-k zichzelf moed in, maar kon
I dï iniet heelemaal op tegen den neer-
I ywnden invloed, die van de tropen-
I Swr..uitgaat. En toen hij even later
I mr z*in vuil muskietennet was gekropen,
I Si, cerst op de muggenjacht gaan en
I zat hij op zijn knieën de scheuren,
I ™gs de insecten binnenzoemden. bij-
Ih.kf dalen met veiligheidsspelden. Uren
Ihij wakker, gem-"leid den het weeïge
ttciek van miiiorncn nachtkrekels en het
I van klkvorschen ln het oever-
Ijl'Tblorgen zal het beter gaan. dacht hij
I UB, ar boor, morgen, als ik dat land met
togen zal kunnen zien.
Maar de volgende morge begon al heel
slecht, want hij werd uit zijn slaap gerukt
door een verdacht geluid aan de deur en
wipte verschrikt overeind, toen hij in de
schemering nevens zijn bed de zwarte
schim van den neger meende te ontwaren.
Wat nu? Zijn slapen bonsden. Met één
ruk opende hij het muskietennet en toen
pas zag hij, dat de inlander hem een kop
dampende koffie aanbood. Suf zat Riefen-
berg voor zich heen te staren, terwijl hij
het bittere vocht voorzichtig dronk.
Dat zal hier zoo de gewoonte zijn,
mijmerde hij. maar wat ben ik toch zenuw
achtig!
Een paar uur later verhuisde hij van het
hotel naar de raderboot „Duc de Brabant".
Het was een kleine, oude boot, voortbewo
gen door een wiel met schoepen, want op
vele plaatsen was de stroom ondiep, met
gevaarlijke zandbanken. De machines
stonden op het dek, iets boven den water
spiegel; daar lag ook een groote stapel
brandhout en de inlandsche passagiers
krioelden er door elkaar. De blanken waren
ondergebracht in smalle kajuiten op de
eenige overdekte verdieping.
Zoo ving de boottocht aan op een war
men. mistigen morgen. De „Duc de Bra
bant" gleed langzaam stroomopwaarts.
Hier en daar stond op den oever een wit
kruis. In het droge seizoen, bij lagen wa
terstand. wezen die kruisen den weg aan,
codat d" vaartuieen niet op de zanrtban-
'•"n zouc'rn vastloopen. Zigzaggende van
den eenen kant naar den anderen sukkel
den de booten dan ook vooruit. Maar thans
beerschte het regenseizoen en kon zonder
gevaar in het midden van den stroom wor
den gevaren. Het water was honderden
meters breed en vaak had men den indruk
zich op een meer te bevinden, tusschen
een reeks van grillige eilanden. De oevers
bleven zoover verwijderd, dat ze gingen
lijken op een muur van groen.
De eerste ochtend was voor Riefenberg
rijk aan afwisseling. Hij was de eenige
passagier, die te Evenaarsstad aan boord
was gekomen, en knoopte kennis aan met
een paar staatsambtenaren, die de reis
meemaakten. Zijn belangstelling ging
vooral naar de kakelende inlanders, die op
het onderdek door elkaar wemelden. Soms
wees men hem de duikende gedaante van
een krokodil of de zwarte silhouetten van
in de boomkruinen dansende apen.
Zoo kwam de eerste namiddag. De zon
brandde geweldig en op het bootje was
het snikheet. De warme lucht trilde boven
het water. De pasasgiers lagen loom in
hun vouwstoelen. De reuk van zweetende
negers, machine-olie en maniokbloem
zweefde over het dek.
Tegen den avond legde men aan by den
oever en toen het licht brandde, kwamen
„ephemeren", muskieten en nachtvlinders
rond de lampen dansen en tuimelden in en
op alles wat zich op de eettafel bevond.
Gansch den nacht dreunde het onder
het dek van de houtblokken, die tierende
negers er neersmakten, want bij elk op
onthoud moest de voorraad brandstoffen
worden aangevuld. De eenige toevlucht
voor de passagiers waren de enge kajui
ten.... en dan nog.... Riefenberg lag
naakt op zijn brits, voelde zich onpasselijk
tengevolge van de hitte en onaangename
geuren. Met een handdoek veegde hij voort
durend het zweet van zijn gezicht en als
eenige afleiding volgde hij op den wand
van de kajuit het zenuwachtige spel van
reusachtige bruine kakkerlakken, die met
schuwe schokken heen en weer schoten of
ergens stil bleven zitten, terwijl hun voel
sprieten door elkaar wriemelden.
En den volgenden morgen was de fut bij
den journalist er uit, tot groote voldoening
van zijn medereizigers, de oude kolonis
ten, die hem den vorigen dag medelijdend
hadden aangezien, toen hij den boottocht
als een prettig reisje bestempelde.
Soms legde de „Duc de Brabant" even
aan bij een hout- of staatspost. Dan kwa
men negers met kleine prauwen en boden
vruchten te koop aan. Zij plonsden in het
water om ieege flesschen op te halen, die
de blanken overboord wierpen. Riefenberg
kon ook even aan wal gaan en keek met
belangstelling naar de zwarte oeverbewo
ners en hun primitieve, armoedige hut
ten. Dat was nog de eenige afleiding.
Het doellooze leven aan boord werd even
wel met den dag zwaarder en eentoniger
en het trage tempo, waarmede het bootje
vorderde, maakte Riefenberg razend. Daar
om ook was hij zoo verheugd, toen einde
lijk, in den namiddag van den achtsten
dag. Wahenia in zich zicht kwam.
Een aanlegkade was er niet. De „Duc
de Brabant" gleed langs den met sierlijke
palmboomen begroeiden oever en bleef
eindelijk stil liggen tegenover een reeks
van gebouwtjes Daar werd het anker uit
geworpen. Naakte, glimmende inlanders
sprongen te water met kabels, die zij aan
betonnen palen vastlegden. De loopplank
werd uitgelegd en Riefenberg stapte aan
wal.
Eindelijk dus bevond hij zich te „Wa
henia", het uitgangspunt van zijn tocht
naar de goudmijnen, het gebied, waar Ada
Iijen had geleefd.
Een oogenblik had de journalist ge
vreesd, dat de troostelooze indruk van
Evenaarsstad zich zou herhalen, maar da
delijk bemerkte hij, dat Wahenia een ge
heel ander centrum was. Hier heerschten
drukte en beweging; zware vrachtauto's en
sierlijke personenwagens snorden over de
asfaltwegen langs prachtige gebouwen.
Terwijl hij om zich heen keek, hadden
twee in smetteloos blank gekleede negers
zijn bagage gegrepen. Op het hoofd droe
gen zij een mutsje, waarop stond te lezen
„Hotel des Chutes". Zij maakten dadelijk
aanstalten om te vertrekken.
Riefenberg knikte. „Hotel des Chutes",
of een ander dacht hij en volgde de dra
gers. Niet ver van den stroom las hij in
derdaad op een groot, blank gebouw den
naam van het hotel.
Er omheen strekte zich een terrein met
indrukwekkende palmboomen uit. te mid
den waarvan twee tennisvelden waren aan
gelegd.
In de gelagzaal zaten verscheidene ver
bruikers en de hoffelijke waard leidde hem
naar een frlssche kamer met moderne
badinrichting. De journalist kon niet na
laten zijn verheugde verwondering uit te
drukken over het aangename verschil met
het hotel uit Evenaarsstad.
O. antwoordde de waard, er is geen
vergelijking mogelijk, dat zult u nog beter
kunnen zien bij nadere kennismaking met
de stad. Wahenia, mijnheer, is een bedrij
vig centrum dat zijn bloei heeft te dan
ken aan de goudmijnen van Loepoeta.
(Nadruk verboden). (Wordt vervolgd).
DE „COUPE DE FRANCE DE SKI"
is gewonnen door de Noorsche équippe Heggen
Tornwald in actie tijdens den wedstrijd.
HEVIGE SNEEUWVAL IN ENGE
LAND. Het opruimen' van de dikke
sneeuwlaag op den weg van Westerham
naar Tatsfield.
KONING GEORGE VAN ENGELAND bracht een onverwacht bezoek
cnA Jou
aan het groote wapen-arsenaal in Woolwich. De koning (tweede van links)
bij het bezichtigen van een nieuw luchtafweergeschut.