Bezoek Belgische reserve-officieren - Simultaanseance schaken
LEIDSCH DAGBLAD
Tweede Blad
Hel Rad der Forfuin
78ste Jaargang
FEUILLETON
«9sK •1-
OP HET NATIONAAL CONGRES VAN UITVINDERS IN LOS ANGELES. - Een
water-masker, dat gevuld kan worden met heet water of met ijs en dat dient tegen
hoofdpijn. Allerlei vindingen werden tentoongesteld, van anti-snurk-apparaat tot een
apparaat om uien te schillen zonder een traan te laten, toe.
JAPANSCIIE TROEPEN bij een landing in de Jangtse-rivier te Paimaokou, op 45 mijl afstand van Sjanghai.
Deze landing maakte het den Japanners mogelijk de Chineesche linkerflank terug te dringen, de laatste verde
digingslinie voor den val van Soochow.
HET COMMANDO 0 VEI: II ET NEDERLAND SC'HE ESKADER IN NED. INDIE werd te
Soerabaja aan boord van de ,,De Ruyter" door kapt. ter zee Hclfrich overgedragen aan kapt. ter
zee Stóve. Kapt. ter zee Helfrich (links) stelt den nieuwen eskadercomraandant voor aan etat-
majoor en kader van het vlaggeschap.
EEN GEZELSCHAP BELGISCHE RESERVE-OFFICIEREN, - dat
voor een meerdaagsch bezoek in ons land arriveerde, bezocht giste
ren den Maastunnelbouw te Rotterdam, waar het door Ir. v. Bruggen
werd rondgeleid.
DE RUN NAAR DEN KERSTPUDDING.
Jongens van het muziekkorps van Barnado's Home te Kingston on
Thames, bij een race achter den kok met den Kerstpudding.
HEVIGE MIST TE LONDEN. Groote
fakkels op de wegen om de veiligheid
van het verkeer te bevorderen.
GROOTE SIMULTAAN-SEANCE SCHAKEN,
in het Muzieklyceum te Amsterdam. De baten waren voor „Liefdadigheid
naar vermogen". V.l.n.r. Flohr, Eliskases, Fine en Keres.
Uit het Engelsch van
LOUIS TRACY.
Vertaald door MR. M. A. KWITSER.
15)
Dat is mogelijk, maar ik heb reden
fan te nemen, dat hij graag naar Enge
land wil.
Daar heeft hij niets van gezegd.
Niet tegen u misschien, maar ik weet,
Jat het zoo is, en ik wil hem niet tegen
houden als de bemanning toch genoeg is.
Het is een moeilijk geval voor mij. omdat
T- Fenshawe zich eenlgszins aan hem
'wplicht voelt, daarom zal ik blij zijn, als
hem morgen zijn gage wilt uitbetalen,
jen beetje ruim natuurlijk, en rekening
'oudend met alle onkosten van de te-
nigreis.
Wablief? zei Stump, onrustig draaiend
®der von Kerber's onafgewenden blik.
Meent u het, meneer?
Ja zeker!
Dan doet u beter de zaak zelf in orde
maken. U heeft hem aangesteld, net ais
°ns allemaal. Ik mag den jongen wel en
!°u het niet kunnen verdragen om hem te
hoeten ontslaan. Neen, meneer! Dat is
Nn afdeeling niet, dezen keer. Het zou
f|n andere zaak zijn, als hij niet deugde
por hij is een bovenste-beste, en, wat mij
hetreft, het zou me spijten hem te moeten
"ossen. Als u me niet gelooft, vraag het
dan aan Tagg. Hij heeft er verstand van,
dat heeft-ie, en hij is den kaakslag nog
niet vergeten, dien meneer Royson in Mar
seille aan een landhaai gaf, toen die troep
u aanviel.
Stump was geraakt; anders zou hij niet
zoo'n lange redevoering gehouden hebben,
en von Kerber begreep, dat zijn achter-
baksche aanval mislukt was. De norsche
zeeman had hem zelfs indirect beschuldigd
van grove ondankbaarheid.
O, als u er zoo over denkt, zei hij koel,
zullen we het plan voor het oogenblik
laten rusten. Ik had alleen mr. Royson's
eigen belangen op het oog. Of hij gaat of
blijft, kan mij in het minst niet schelen.
Wilt u een sigaret? Ah, u prefereert een
pijp, ja? Wel, goeden nacht, kapitein. Ik
geloof, dat we vannacht niet door de wilde
golven in slaap gewiegd zullen worden.
Stump voegde zich bij Tagg op de brug.
Hij wees met zijn duim op den verdwij
nenden baron.
Die mof wil, dat ik Royson eruit gooi,
bromde hij.
Royson eruit gooien? Is ie gek? En
waarom?
Hij had een heel verhaal dat het voor
Royson's eigen belang was, maar ik weet
wel beter. Het is niet naar zijn zin, dat
onze fijne tweede stuurman bij de lan
taren gekheid maakt met de kleindochter
van den eigenaar. Let op, wat ik je zeg,
Tagg! Die andere vrouw, die mrs. Haxton,
is zoo valsch als een slang, en zij ver
klapte de zaak.
Ik heb haar altijd een kat gevonden,
gaf Tagg toe. En wat heb je gezegd?
Gezegd? Dat hij zelf zijn vuile kar
weitjes moest opknappen. Let op zijn woor
den, Tagg! Hij zal de zaak niet aanpakken
omdat ie bang is, dat het meissie het
hoort. Je zult zien, dat hij zoo stom wordt
als een visch.
Stump was een profeet, die verdiende
geëerd te worden, ofschoon Dick de vrien
delijke zorg van den baron voor zijn zaken
niet dan veel later waardeerde. Maar hij
hoorde toch toevallig, hoe gegrond Irene's
vrees was, dat men hem zou verzoeken, het
schip te verlaten.
Laat op den volgenden dag voer de
Aphrodite de golf van Suez uit, al haar
sneeuwwitte zeilen geheschen, toen Royson
het want in ging om zich ervan te overtui
gen, dat een gespannen takel in den voorra
goed werkte.
Hij ontdekte, dat een kleine verandering
noodig was, en die was lastig door de ste
vige bries. Hij hield vol, bracht de zaak in
orde en klom weer naar beneden, toen hij
door het fokzeil stemmen hoorde, die het
over hem hadden.
Mrs. Haxton en von Kerber waren naar
het voorschip gewandeld en hingen over de
verschansing, niet droomende, dat de man,
over wien ze spraken, maar enkele voeten
hoven hun hoofd was, verborgen door
het zeil.
Ik was erg verbaasd, toen ik merkte,
dat hij in Suez niet roet den loods aan land
gestuurd was, zei de dame. Onverschillig
wat zijn huidige positie is, schijnt hij de
neef en vermoedelijke erfgenaam te zijn
van een baronet. Het is pure krankzinnig
heid om een man als hem aan boord te
houden.
Maar ik zeg je, dat ik Stump heb ge
vraagd hem te ontslaan, en dat hij ronduit
weigerde, antwoordde de baron geërgerd.
Dat is nog gekker. Zijn die lui niet je
ondergeschikten?
Ja, in zekeren zin wel. Tracht het te
begrijpen, Maud. Ik moest fatsoenlijke
kerels huren, anders zouden ze me mis
schien in geval van nood in den steek la
ten. Als je zeeroovers huurt, moet je ver
wachten, dat ze ais zeeroovers handelen.
Stump is gesteld op Royson en beweerde,
dat ik hem in dienst had genomen en ik
hem dus moest ontslaan. En je moet toch
inzien dat zoo'n optreden van mijn kant
twijfel bij Fenshawe zou opwekken, wat
we juist voorkomen willen.
Ik geloof, dat je toch ongelijk hebt.
Kun jij me dan vertellen, hoe ik die
lastige affaire beter had kunnen regelen?
En waar ben je bang voor? Hij is net zoo
verlangend naar het avontuur als een van
ons en hij zal ruim betaald worden als
het lukt.
Je bent een' slechte samenzweerder,
Franz, zei mrs. Haxton onaangenaam
lachend. Indien je werkelijk zoo snugger
was als je zelf denkt, zou je begrijpen dat
zoo'n man de heele bemanning met zijn
ideeën van eer en fatsoen kan besmetten.
En als het erom spant, zal hij een uitste
kende hulp hebben aan dat meisje. Die had
óók thuis moeten blijven! Als je mij de
regeling overgelaten had. zouden zij en
deze jonge aristocraat-aan-lager-wal nu
niet hier zijn. Wees op je hoede, Franz! De
zaak gaat te gemakkelijk. Een groot for
tuin werd nog nooit veroverd zonder moeite
en we zijn nu niet ver meer af van de
Vijf Heuvels.
Ze gingen weg. Dick keerde terug naar
zijn takel en wachtte met naar beneden
•komen tot „Franz" en „Maud" aan het
andere einde van het schip waren.
In tegenwoordigheid van anderen noem
den ze elkaar „baron von Kerber" en
„Mevrouw Haxton"! Welk spel speelden ze,
dat dergelijke kleine onoprechtheden eisch-
te welk spel met het lot gaf aanleiding
tot de Cassandra-achtige voorgevoelens
van de vrouw?
De Aphrodite kroop met volle zeilen vijf
honderd mijlen naar het Zuiden, tot de
wind van uitputting stierf. Toen kwamen
de machines aan de beurt en het jacht
verwisselde de vaste deining van een zeil
schip voor de trillende onrust van een
stoomboot. Maar zeil of stoom, ze kwamen
slechts langzaam voort en in de Roode Zee,
ondanks de groote zonnetenten, die de
rechtstreeksche stralen van de zon opvin
gen, leden passagiers en bemanning van de
fomuisachtige hitte.
Tot de gedenkwaardige dag aanbrak, dat
Stump, na lang turen op de kaarten, het
waagde om de veilige vaargeul midden door
de Roode Zee te verlaten en op de Afri-
kaansche kust aan te houden.
Massoea! lag op ieders lippen en de
algemeene lusteloosheid verdween. Weldra
werd een vage kustlijn zichtbaar en weldra
was een reeks kale bergen, onderbroken
door afgronden beschermde dalen, zicht
baar. Toen verscheen een smalle streep
vlak strand voor hun oogén. Het verdiepte
zich tot een vlak eiland, nauwelijks twee
mijl lang en het zag er bewoond uit. Een
vuurtoren wees een prachtige haven aan.
Een douane-kantoor, een fort, verscheidene
havenhoofden, en een stad met tamelijk
hooge gebouwen, stonden apart van een
verwarde groep Arabische buisjes en hut
ten van riet en matten. Korton, de mensch
had de wildernis overwonnen en er was een
drukke gemeenschap ontstaan tusschen de
zwijgende zee en het dorre land.
Nadruk verboden). (Wordt vervolgd).