Nieuwe brandweerkazerne te Haarlem - Earl Haig-monument
LEIDSCH DAGBLAD
Tweede Blad
78sfe Jaargang
FEUILLETON
De dochter van den
rentmeester
DE HERTOG VAN GLOUCESTER
onthulde in Whitehall te Londen het standbeeld van wijlen
veldmaarschalk earl Haig.
KARDINAAL TAPOUNI,
de patriarch van Antiochië, bij aankomst aan het Gare de Lyon
te Parijs.
DE NIEUWE BRANDWEERKAZERNE TE HAARLEM - werd SIR HARRÏ TWÏt'ORD
gisteren officieel in gebruik genomen. Het geheele Haarlemsche nieuwe burgemees-
Vrijmllige Brandweercorps defileert langs de autoriteiten voor
de nieuwe kazerne. ter van Londen.
DEMONSTRATIE MET HET STEARMAN-HAMMOND-VLIEGTUIG MET NEUSWIBL,
het instructie-vliegtuig der K.L.M., voor een groot aantal belangstellenden op Croydon. Even vóór het
opstijgen van Croydon.
DET HUWELIJK VAN HET TWEEDE-KAMERLID MEJ. MR.
FRIDA KATZ EN DEN BURGEMEESTER VAN ERMELO DEN
HEER C. W. F. BARON MACKAY te Amsterdam. De vol
trekking van het kerkelijk huwelijk door minister Slotemaker
de Bruine.
DE HERTOG VAN KEN 1
verwelkomd door Win
ston Churchill op het diner
van het weldadigheids
fonds voor musici.
Naar het Engelsch.
12)
'/a, en niet in zijn voordeel, volgens
'itrwarrene."
Coj'a .stond op en vroeg
..Wanneer gaat hij trouwen?"
.Al heel gauw, geloof ik."
„Mama is laat. Ik zal eens zien, wat haar
lang ophoudt."
tora moest zich aan de trapleuning vast
houden en dacht:
„Dt wist niet, dat ik zóó kon veranderen,
«aar nü weet ik het. Er is geen daad, waar-
T°°r ik zou terugdeinzen, om zijn bestaan
verbitteren, zooals hij het mijne verbit
terd heeft. Als Ik hem maar eens te zien
®eeg. op wien ik gewacht heb. dan zou ik
Jln trots wel breken! Maar tóch zal ik 't
L™' Op de een of andere wijze zal ik
™ak nemen, voor wat hij mij heeft aan
gedaan!"
"p°ra, ben jij dat?" vroeg Mrs. Beau-
die juist de trap afkwam.
Mama", klonk het kalm. De gong is
gegaan. Lisle werd al ongeduldig en
™arom kwam ik maar eens kijken, waar
ubleet".
een" vo'§enden avond zat na het diner
gezelschapje van vier personen in de
"""i van Ruize Park Lane. Cora, in een
prachtig, licht geel toilet, zat met Fitzwar-
rene op een bank ln een hoek; Lisle en
zijn moeder waren geheel verdiept in het
verhaal van Lisle's wederwaardigheden.
Cora had Fltzwarrene al eenigen tijd ln
stilte gadegeslagen en sprak toen ineens
op zeer zachten, fluisterenden toon:
„Ik wilde wel, dat u mij eens vertelde,
wat u overkomen is."
Hij schrok.
„Miss Beaufort, ik verzeker u
„U hoeft mij niets te verzekeren; lk weet
't al!"
„Wat stelt u zich dan voor dat mij over
komen zou zijn?" vroeg hij verlegen.
„Ik weet het, voel het door een
soortgelijke ervaring. Ik heb een goeden
kijk op de menschen en ik heb u altijd
graag mogen lijden. Dus heb ik u eens even
gadegeslagen en heb den aard van uw
leed ontdekt: Iemand heeft u onrecht aan
gedaan?"
„Heeft u datontdekt?"
„Ja. en is het niet Juist gezien?"
..Zeker, het is zoo."
„Maar het is geen vrouw, die u onrecht
heeft aangedaan, maar een man!"
„Ook dit is zoo".
„Ik wist het. Nu. luister eens: mij werd
ook onrecht aangedaan en daarom gaat
mijn hart uit naar wraak. Dat kunt u zich
wel begrijpen?"
„O, ja."
„Ik heb heel lang gewacht met mijn
waakneming.Er. nu zou ik graag wil
len, dat u mij daarbij hielp. Wilt u dat?
Antwoord niet onmiddellijk. Wacht nog
een oogenblik, tot ik u iets vertel: U weet,
dat ik verloofd was met Lord Glanvll.
Iedereen kent het vreeselijk geheim, dat er
aan zijn dood verbonden is. Het was toen
en door de hand van zijn broer, dat mij dit
leed werd aangedaan. Op een oogenblik,
dat de verdenking haast op iedereen viel.
zult u het misschien niet zoo vreemd vin
den, dat hij mij aanwees. Maar toch zal
lk het hem nooit vergeven! De man. dien
ik haat, is graaf Eynesford. Wilt u er mij
bij helpen, om wraak te nemen op hem?"
Fitzwarrene sloot haar hand in de zijne
en sprak met vuur: „Ik zal uw bondge
noot zijn, met inspanning van al mijn
krachten
Hoofdstuk IX.
Het was een koude avond ln September
cn de zilte lucht blies Ethel Devon in het
gelaat, terwijl zij op het dek van de stoom
boot naar Boulogne zat, met de handen in
den schoot gevouwen en den blik gericht
naar de plek, waar de witte krijtrotsen van
Engeland langzamerhand uit het gezicht
verdwenen. Het was zóó winderig, dat de
meeste passagiers naar beneden waren ge
gaan, maar Ethel, gechaperonneerd door
een oudere, ongetrouwde dame, bleef op
dek waar zij tenminste betrekkelijk zoo
eenzaam zat, dat ze zich vrij aan haar
droef gepeins kon overgeven.
Ik heb een gevoel", dacht ze, „of ik
mijn eigen begrafenis ga bijwonen. Ik kan
zelfs niet begrijpen, dat ik enkele weken
nog maar geleden, toen ik klaar stond /oor
het feest, tegen Moeder zei: „O, wat ben
lk toch gelukkig!"
Den dag na dat onderhoud met Eynes
ford, was de graaf op Brook Lodge geko
men', maar zij had hardnekkig geweigerd
hem te zien, als reden opgevend, dat zij
zich niet wel voelde wat ook volkomen
waar was. Geen van haar familie wist,
waar ze den dag te voren geweest was, en
ook wisten ze niet, welk een afkeer ze had
van den jongen man.
Tegenover haar ouders wist ze op mees
terlijke wijze haar gevoelens te beheer-
schen. Wat haar steun schonk hierbij was
de voldoening, dat haar vader alweer zoo
veel beter werd, nu hij zich maar eenmaal
zeker voelde, dat zijn oneervolle handel
wijze voor de wereld verborgen zou blijven.
Het vale van zijn gelaatskleur, 't schich
tige van zijn blik, het trillen van zijn lip
pen en het beven van zijn handen, dit
alles verdween gaandeweg. Maar om haar
moeder was het nog het meest, dat zij zich
zoo goed hield; ze besefte ten volle, wat
een teleurstelling het huwelijk voor haar
was geweest. Haar moeder was het dan
ook, die Lord Eynesford de boodschap
overbracht, dat Ethel hem niet ontvangen
kon en hij vatte dit kalmer op,dan Mrs.
Devon had verwacht. Hij was gekomen, zei
hij, om den dag van het huwelijk vast te
stellen. Om verschillende redenen achtte
hij het beter, dat dit niet zou plaats heb
ben op Grange-le-Cross. Hij wenschte het
niet en hij hield 't er voor, dat Miss Ethel
het ook niet verlangde. Hij stelde voor dat
de huwelijksvoltrekking zou plaats hebben
ln het Zuiden van Frankrijk, op zijn land
goed in St. Etienne. Als Mrs. Devon van
meening was, dat haar dochter met deze
schikking Ingenomen zou zijn, dan zou
hij onmiddellijk naar Frankrijk gaan en
de noodige orders geven. Zoodra haar echt
genoot goed genoeg zou zijn dat ze nem
durfde achterlaten, zou Mrs. Devon haar
dochter naar Parijs vergezellen; daar zou
liij de dames tegemoetkomen en ze dan
geleiden naar St. Etienne. waar het hu
welijk in alle stilte zou voltrokken worden
in het Engelsche kerkje, dat gebouwd was
door wijlen Lord Eynesford. Hij stond er
op, dat Mrs. Devon de terugreis zou aan
vaarden, zoodra de plechtigheid was afge-
loopen. Dit was een groote teleurstelling
voor de arme vrouw, want onwillekeurig
had ze zich een illusie gemaakt van een
huwelijksvoltrekking door een bruidsstoet
met talrijke bruidsmeisjes en groote deel
neming uit heel het graafschap.
Ethel zelve was echter ten zeerste inge
nomen met deze schikking, al was het al
leen maar, om dat die de afwezigheid van
den graaf uit Engeland voor het oogenblik
noodzakelijk maakte.
„Ja, Moeder, zegt u hem, dat dit goed
is", antwoordde zij kalm. „U en ik kunnen
toch in een veertien lagen wel klaar zijn,
is 't niet?"
„Maar kind, en je kleeren dan?"
„O, maar er zijn niet eens mooie klee
ren noodig, als lk in alle stilte trouw. Want,
ziet u, Moeder, de schok van al wat we den
laatsten tijd hebben doorgemaakt, van Va
ders ziekte en van zijn mogelijke onteeririg
liggen mij nog te versch in het geheugen,
dan dat ik daar overheen ben. Neemt u
voor uzelve, wat u hebben wilt voor de ge
legenheid, maar kwel mij niet met kleeren
Lord Eynesford begrijpt wel, hoe ik er over
denk, vandaar dat hij dit heeft voorge
steld. En laat u hem nu niet langer op
antwoord wachten".
Dit zeggende, vlijde Ethel het hoofd weer
op het kussen.
iNadruk verboden). (Wordt vervolgd)..