BINNENLAND Ons Kort Verhaal lim\ mmd, Dinsdag 26 Ocfobor 1937 Vierde Blad Kg. 23799 u kunt KERK- EN SCHOOLNIEUWS Dampo Uit het dagboek van een vijfling MHMM Optimisme omtrent Suriname. Ook hier begin van opleving te bespeuren. Inkomsten stijgen en export neemt toe. Ingediend Is de Surinaamsche begroo- in! voor 1938. Aan de toelichting is het lolgtnde ontleend: T Met betrekking tot den economischen Aftand van Suriname maakt de minister er roet voldoening melding van. dat de be- Tooting ditmaal onder betere omstandig- ieien kon worden samengesteld dan se- «(.- vele jaren het geval ts geweest. Hij Beukt hierbij aan de verhoogde productie Jgn bauxiet en goud, de stijging in de Itijzen van suiker en koffie, den toege- lcmen uitvoer vooral van rijst en sinaas- bpelen, maar ook van andere landbouw producten. Ook begint de opbrengst van Ki middelen een iets gunstiger beeld te Sertoonen. Zii bedroeg gedurende 1936 meer dan sinds 1931 het geval was en gaf over Set eerste halfjaar 1937, in vergelijking Tiet de opbrengst over hetzelfde tijdvak fan 1936, een stijging te zien, welke reeds janmerkelijk uitgaat boven die over het Seheele iaar 1936 in vergelijking met het nar 1935. [Wel is waar moge een en ander nog (echts een geringe verbetering beteekenen Be: kan niettemin een verblijdend ver- ïhijnsel genoemd worden, dat een begin Jan opleving ook in Suriname te bespeu- [ren valt. 1 Voor 1938 wordt in vergelijking met 1937: leer geraamd aan uitgaven f. 200.488, meer feraamd aan ontvangsten f. 69.660 en der halve meer geraamd aan rijksbijdrage ■.130.828 De rijksbijdrage zal thans bedra- Teri f- 2.784.781. (Door den terugkeer vnn immigranten in dc laatste Jaren ts een tekort ontstaan aan Melders voor de plantages. Bovendien loet op aanvulling van arbeidskrachten Ireicend worden nu ock op koffie-onder- tmlngen de citruscultuur is aangevat, pomede voor de suikercultuur. Met het oog b een en ander is thans ook voor aan- Iier van immigranten een bedrag uitge- fokken. JMet het oog op het voortzetten van de Jlderzoekingen ten behoeve van de cultu res is in de formatie van de eerste afdee- liro: van het landbouwproefstation gere end op de wederaanstelling van een en- moloog. [Nadat enkele jaren geleden van de voor- Komen uitzending van een irrigatie-in- [tisur voorloopig was afgezien, is her- Jaldelijk in de Tweede Kamer op zooda- ■f uitzending aangedrongen. In de me- Tor.'e van antwoord betreffende de Suri- lamsche begrooting voor 1937 werd me- reedeeld, dat aan een in Suriname aan- Jezigen ingenieur, die te Delft op irrigatie Jalgestudeerd, was opgedragen een rap port uit te brengen over het irrigatie- ■aagstuk aldaar en dat deze tevens met It hoofd van het landbouwproefstation een commissie was benoemd ten einde orstellen ter zake van de irrigatie in riname te ontwerpen. Aangezien de wen- ïellikheld om over een deskundige in igatieaangelegenheden te kunnen be- ïlkken, zich telkens doet gevoelen, is de nvenieur onlangs overgegaan tot aan hing van vorenbedoelde kracht, die als igatie-ingenleur is toegevoegd aan bo- [«enoemde afdeeling. doch wien zoo odig andere ingenieurs-werkzaamheden nnen worden opgedragen. Bovendien jlt hij voorloopig belast met de functie n „Jeugdleider". De plaag van dc wolhandkrab. Rapport der commissie tot bestrijding. Op 24 Februari 1936 werd te Amers foort de commissie tot bestrijding der wolhandkrab ingesteld. Het eerste rap port dezer commissie, waarvan voorzit ter is prof. dr. E. H. Hazelhoff, direc teur van het Zoölogisch Laboratorium te Groningen, is thans verschenen. Wij ontleenen er het volgende aan: De schadelijkheid der krabben is in hoofdzaak van drieërlei aard: le. Voedselconcurrentie met de visch; Ze. nettenvernieling en belemmering van de visscherij door het kruipen in en verstoppen van fuiken en door het onklaar maken van dit en ander net werk en 3e. oeverbeschadiging door het gra ven van holen. commissie aldus het Vad. heeft ■sproken het maken van een vanggoot in sluizen te Zoutkamp, vangapparaten J>r de binnenwateren, het maken van een ifjiere in den vorm van een electrisch d over de volle waterbreedte, hetgeen pa krabben zou moeten tegenhouden of ofer nog zou dooden en het plaatsen van keemetje voor de eerste intoeling van waardoor de vangst van paling niet [rat verhinderd, terwijl den krabben het hen treden der fuiken wordt belet. -m Juli 1937 verscheen een proef- pift van de hand van dr. L. F. Kamps, |unn deze de resultaten meedeelt van 'n waarnemingen en proeven omtrent groei, vermenigvuldiging, scha- fchA en bestrijding van de wolhand- gj°: Ook aan dit proefschrift zi1n voor apport vele gegevens ontleend. W oninekte dat door het plotse- BL» f i van groote hoeveelheden zoet- ■L.v?o e'erdrage«nde wijfjes worden JLrno' .h-un eifren worden beschadigd en ,4p whjmtnels aangetast, in zeer jrpon. In de vcort- UW—'35, 1935'36 en z')n op deze wijze zooveel eieren vernietigd, dat de plaag in Groningen en Friesland zeer duidelijk Ls afgenomen. Omtrent de vraag of de schimmels ook eieren kunnen aantasten, die niet tevoren door zoetwater beschadigd zijn, ls nader onderzoek gewen scht. Teleurstellende proefnemingen. Het ïapport memoreert dan, hoe de Prov. Waterstaat van Groningen in Maart 1936 in de grootc sluis te Zoutkamp een vang- goot heeft geplaatst, met het doel te komen tot massavangsten. Het beoogde doel ls echter niet bereikt. Het grootste gevaar, n.l. het uitspoelen der gevangen krabben door de sterke wa- terstroomtngen, zou stellig kunnen worden vermeden door eventuseie verdere proeven niet in de naaste omgeving van een sluis te nemen. In DuitschJand werden verder tweeërlei soort vangapparaten bestudeerd. Volgens het eene systeem kunnen de stroomop waarts trekkende krabben op gemakkelijke wijze (er worden wel houten klimwanden opgesteld) het voor hen te snel stroomende water verlaten. Zij komen dan in gladde zinken goten, waarlangs zij een vangkuil bereiken. Een andere methode is het op den rivierbodem laten zakken van met jute of dergelijk materiaal omwikkelde vangemmers. De krabben, die zich niet goed in den stroom kunnen handhaven, zoeken gas me bescherming bij en in het vat, dat hun door het jute-omhulsel stevig houvast biedt en kunnen vervolgens een of enkele malen per dag worden opgetakeld. Welis waar verschillen de Duitsche toestanden vrij sterk van die bij onze sluizen, doordat ginds een permanente krachtige water stroom voorkomt, terwijl hier afwisselend krachtige stroomingen, zwakke stroomin gen en stil water optreden, maar in Duitschland verkregen resultaten waren zoo gunstig, dat ook hier een proef werd genomen. BIJ de Lauwerssluls werd daarom in het najaar van 1936 een „loopplank" opgesteld, beginnende vlakbij het water oppervlak. Wel bleken tal van krabben de loopplank le gebruiken, maar reeds onder water verlieten de meeste exemplaren de zen weg, terwijl andere dicht bij den in gang van den verzamelbak naar beneden sprongen. Ook de bij dezelfde sluis opge- Verkouden. Neus en hoofd verstopt. Tranende oogen. Schorre keel. Hoesten en vol op de borst. ^ïr.luchi op en geneest. Pot 50 ct. Doos 30 ct. Bij Apoth. en Drogisten. MIJNHARD! 1 9932 (lngez Med.) stelde vangemmer voldeed niet aande verwachting. De conclusie ligt voor de hand, dat beide methoden alleen bruikbaar zijn in perma nent krachtig of vrij krachtig stroomend water. De commissie vond o.a. wegens de hooge kosten geen vrijheid proefnemingen met een electrische versperring tegen de krab ben te doen. Vang-apparaten in de vischwateren zelf kosten geld voor aanschaffing, bediening en onderhoud en zullen in den regel slechts een beperkt gebied kunnen beschermen. Alleen bij een ernstige krabbenplaag zou den hiervoor, naar het oordeel der com missie, de noodige middelen gevonden kunnen worden. Als afweermiddel tegen nettenschade komt feitelijk alleen in aanmerking het reeds genoemde keemetje voor de eerste inkeling der palingfuiken, dat door talrijke visschers in Groningen en Friesland met succes wordt gebezigd. Reeds dadelijk is de mogelijkheid over wogen de gevangen krabben te verwerken tot voedsel voor mensch of dier. Als men- schelijk consumptie-artikel zal de krab boewei de smaak volstrekt niet slecht is hier te lande niet spoedig in aanzien komen, dit punt zou echter volgens de commissie, toch wel een nader onderzoek waard zijn. De commissie is voornemens het verdere verloop van de plaag nauwlettend te volgen en zoodra daartoe de gelegenheid zich voordoet, verdere proeven te nemen om trent de bruikbaarheid van verschillende bestrijdingsmethoden. HET VAREN VAN SCHIPPERS OP ZONDAG. Minister Van Buuren over het tegemoet komen aan gewetensbezwaren. Op vragen van den heer Kersten betref fende het uitsluiten van het varen van bieten van schippers, die gewetensbezwaren hebben tegen het varen op Zondag heeft de heer Van Buuren, minister van Water staat, geantwoord: De minister van Economische Zaken heeft in September 1934 toegezegd, dat aan de bedoelde gewetensbezwaren zooveel mo gelijk zou worden tegemoet gekomen. Het is den minister, die sedert kort de verantwoordelijkheid voor de uitvoering van de wet van 5 Mei 1933 draagt, geble ken, dat door de bevrachtingscommissie ernstig in die richting is gestreefd; door de deswege getroffen regelingen is alleen niet tegemoet gekomen kunnen worden aan de gewetensbezwaren van hen, die ook voor gevallen van uiterste noodzaak, nl. als het continubedrijf der suikerfabrieken in be paalde buitengewone omstandigheden zou worden verstoord, die bezwaren onvermin derd handhaafden. De minister is bereid de mogelijkheid van verdere tegemoetkoming na te gaan, doch acht het uitgesloten, dat een eventueele wijziging der getroffen regelingen nog in de huidige reeds vergevorderde campagne van invloed zou kunnen zijn. De instelling van een Depart van Algemeene Zaken. Moeningen in de Tweede Kamer. Aan het voorloopig verslag der Tweede Kamer over het wetsontwerp: wettelijke voorziening naar aanleiding van het Kon. besluit van 3 Juli 1937 tot instelling van een Departement van Algemeen Bestuur, dat den naam zal dragen van Ministerie van Algemeene Zaken, is het volgende ontleend: Vele leden beschouwden de instelling van dit nieuwe departement als een gelukkige oplossing van de vraag, op welke wijze de positie van den leider van het kabinet het best kan worden geregeld. Naar men meende, zullen nu ook zekere bijzondere functies, die tot dusver door den Minister van Blnnenlandsche Zaken wer den vervuld, door den voorzitter van den Raad van Ministers kunnen worden over genomen. Met name dacht men in dit ver band aan de sluiting van de zitting der Staten-Generaal. Ook zouden nu verschil lende interdepartementale instituten, zoo als b.v. de commissie voor werkverruiming en het Werkfonds, onder het Departement van Algemeene Zaken kunnen komen te ressorteeren. Andere leden verklaarden tegen het in stellen van een afzonderlijk, klein mi nisterie, beheerd door den voorzitter van den Ministerraad, geen bezwaar te hebben. Zij zouden echter niet willen zien, dat hierdoor de functie van dien voorzitter zou worden tot een Ministerpresidentschap, waaraan min of meer vergaande bevoegd heden zouden zijn verbonden. Zulk een ambt toch zou zich in den huidigen par tij enstaat kunnen ontwikkelen als een doeltreffend instrument tot overheer- scliing door een bepaalde partij, en zou tevens den scheidsmuur nog hooger ma ken, die de regenten tusschen Kroon en volk hebben opgebouwd. De tot dusver gevoerde beschouwingen gaven verscheidenen leden aanleiding van de Regeering een volledige uiteenzetting te verzoeken omtrent de overwegingen, welke bij de Instelling van dit Departement heb ben gegolden. Weder andere leden juichten de instel ling van een nieuw departement niet toe. Naar hun meening verzet de nog steeds- geldende eisch van groote soberheid in de staatshuishouding zich tegen een uitbrei ding van den openbaren dienst in dezen vorm. Een aantal leden achtte de instelling van het hierbedoalde departement, als die inderdaad gelijk zij meenen zuiver op utiliteitsgronden heeft plaats gehad, eigen lijk overbodig. Naar hun oordeel toch is het zeer wel mogelijk, dat het voorzitter schap van den Ministerraad met al zijn be .moeiingen wordt waargenomen door den Minister van Blnnenlandsche Zaken. ptiti F-37 door K. RAUWERDA. Maandag. Het is een heele sensatie wanneer men op een zekeren dag tot de ontdekking komt, de jongste van een vijfling te zijn. Ik ben nu precies veertien dagen oud en begin zooal van allerlei bijzonderheden in het leven te onderscheiden: b.v. dat ik twee zusjes en twee broertjes heb. Verder ken ik natuurlijk mijn moeder, en weet ook dat het zonnetje heerlijk verwarmt; als het toe vallig in ons bedje schijnt ben ik niet in staat mijn oogen open te houden, wat geen wonder is als je nog maar zoo klein bent. Wanneer we ons beginnen te vervelen, gaan we eenvoudig huilen. Gelukkig komt moeder ons dan gauw opzoeken, we worden gevoed en keurig verzorgd, waarna ze bij ons blijft slapen. Dat is een heerlijk rustig gevoel. Een klein meisje, dat we nog niet kennen, komt ons af en toe opzoeken. Soms zit ze gsruimen tijd stilletjes naar ons te kijken, een anderen keer probeert ze met ons te spelen en noemt mij dan Peter. Ik zal moeder eens vragen wie dat aardige kleine meisje eigenlijk is, dat moet ik weten. Dinsdag. Er hing den geheelen dag een bijzondere spanning in de lucht. Als er voetstappen klonken keek moeder angstig naar de deur; zie begon ons met een zenuwachtige haast te verbergen, alsof ze bang was dat men ons zou zien. Dit spelletje herhaalde zich eenige malen, toen plotseling de deur werd geopend. Op den drempel stond een groote magere man in een sporthemd, met opge stroopte mouwen. Hij keek speurend het vertrek rond, kwam snel op ons af en hield ons keurend één voor één in de hoogte. Met een onheil- spellenden blik wierp hij ons hardhandig op de kussens terug. Mijn zusjes werden bang en begonnen zachtjes te hullen. Moe der probeerde zoo göed mogelijk te troosten, maar ik zag best dat ze zelf moeite met haar tranen had. 't Is me wat moois, mompelde de man kwaadaardig. Wat moet ik nu met jullie beginnen. Vijf stuks tegelijk.... dat ont brak er neg maar aan. Hij monsterde ons nog eens met half toegeknepen oogen en ging mopperend heen. Neen, Ik geloof niet dat hij erg met ons Ingenomen ls. Woensdag. Geweldig zooveel belangstelling er nu voor ons testaat, we hebben haast geen tijd om te slapen. Het meisje waarvan lk al vertelde, is aangekomen met een vrien delijk uitziende oude dame. Vindt U ze niet schattig? vleide het meisje. Dat dotje met die grijze oogjes zullen wij die bij ons nemen? Vooruit dan maar, stemde de dame in. Het dotje met de grijze oogjes (mijn zusje) werd opgenomen en voorzichtig in een zijden dekentje gewikkeld. Later op den dag verschenen nog twee dames en namen elk een van onze broertjes mee. zoodat mijn zusje en ik neg met z'n bei den achterbleven. Daar deze aanslag op onze familie was gebeurd tijdens afwezig heid van mijn moeder, hield ik mijn hart vast bij de gedachte wat er zou gebeuren, wanneer ze thuis zou komen. Donderdag. O wat ben ik vreeSclijk geschrokken. Dezen dag vergeet, ik mijn leven lang niet meer. Moeder heeft het zich natuurlijk erg aangetrokken dat haar kleintjes weg wa ren. ze heeft overal gezocht; en wij konden het haar niet vertellen. Eindelijk viel zij van vermoeidheid in slaap. Toen het pikkedonker was, werd de deur voorzichtig geopend en verscheen de groote magere man opnieuw. Hij keek nerveus om zich heen, kwam voetje voor voetje dichter bij, nam mij op.en bedekte mij met zijn jas. Ik rilde van kou en narigheid. De man verliet ons huis, klauterde over een hek en stond plotseling stil voor een groot water. Hij hield mij op armlengte in de hoogte en zei: Je bent te dom om het te begrijpen, maar dit zal lk je wel vertellen, dat dit het onaangenaamste kar weitje is dat ik ooit bij de hand heb gehad. Ik begreep wat de man van plan was en het hart klopte mij in de keel. Zoo zweefde ik tusschen hemel en aarde Eensklaps sprong de man van schrik een stap achteruit, maar ik had wel kunnen gillen van blijdschap, want het was moe der, die, nameloos verdrietig klagend, ons was gevólgd. Ik kam het niet doenmompelde de man. Het was hem geraden ook. want ik ge loof stellig dat hij met moeder nog niet klaar was geweest. Hij stopte mij terug onder z'n jas en wij trokken gedrieën naar huis. waar hij mij in het bedje zette. Moe der begon mij onmiddellijk heerlijk te ver wannen en te knuffelen, maar met dat al was het toch een angstig uurtje geweest. Vrijdag. De man is vandaag met een dame ge komen, die onder uitroepen van bewon dering informeerde, of ze er ook génonocht hebben. Toen ze mij wou opnemen hoorde ik den man tot mijn groote verbazing zeg gen: Pardon. dat zwarte poesje wil ik liever niet missen, daar ben ik erg op gesteld. Maar de andere mag u gerust hebben. Zoo bleven moeder en ik nog met z'n tweeën over. Wij zijn verhuisd naar een prachtige, groote kamer, waar het altijd heerlijk warm is en met lekkere zachte kussens. Wij worden verwend als nooit te voren zcodat alles volgens een vaste tra ditie van ons geslacht, toch nog op zijn pootjes terecht gekomep is. Auteursrechten voorbehouden. (Nadruk verboden). IR. J. F. VAN WEELDEREN, f Oud-hoofd P.T.T. in Nederl.-Indië. Te 's-Gravenhage is gisteren overleden ir. J. F. van Weelderen, oud-hoofd van het bedrijf der P.T.T. in Ned.-Indië. De nu overledene was geboren op 18 Augustus 1877 te Soemedang. Hij werd in 1904 ter beschikking gesteld van den gouverneur- generaal van Ned.-Indië om te worden be noemd tot adjunct-ingenieur bij den dienst der Staatsspoorwegen. In 1906 werd hij in deze functie benoemd. Het volgend jaar werd hij chef van den dienst der Staatsspoorwegen op Java en daarna heeft ir. Van Weelderen verschil lende functies bij de staatsspoorwegen ver vuld om tenslotte in 1923 benoemd te wor den tot hoofd van het bedrijf op Java. Drie jaar later volgde zijn benoeming tot hoofd der P.T.T., uit welke functie hem in 1930 eervol ontslag werd verleend. De ontslapene was ridder In de orde van den Nederlandschen Leeuw. A.T.O./VAN GEND EN LOOS-PERSONEEL. Het conflict tusschen directie en vakbond beëindigd. In een te Utrecht gehouden bijeenkomst van het in den Centralen Bond van Spoor- en Tramwegpersoneel georganiseerde per soneel in dienst bij de N.V.'s A.T.O./Van Gend en Loos, werd door het hoofdbestuur verslag uitgebracht van de onderhandelln gen welke zijn gevoerd geworden om het sinds 1 Juli j.l. door de directie A.T.O.-v. Gend en Loos verbroken contact te her stellen. Per spoor en bus was men naar Utrecht gekomen zoodat. toen de voorzitter de bij eenkomst opende, hij kon vaststellen dat meer dan tweehonderd leden aan den op roep van het hoofdbestuur gehoor hadden gegeven. Door den bondsvoorzitter C. Cramer werd een uitvoerige uiteenzetting gegeven van hetgeen door het hoofdbestuur ia gedaan geworden om het verbroken contact te herstellen. Dank werd door hem gebracht voor de in de afgeloopen maanden betoonde trouw aan de organisatie, omdat de om standigheid dat ondanks de gerezen moei lijkheden het ledental is toegenomen, in niet geringe mate er toe heeft bijgedragen dat een voor de leden aanvaardbare oplos sing van het conflict ter goedkeuring kon worden voorgelegd. Tal van sprekers voerden daarna het woord. Het resultaat der onderhandelingen verwierf de algemeene instemming. Mede gedeeld werd dat aan het verlangen om een beroepsinstantie in het leven te roe pen, zal worden voldaan. De voorzitter van 't hoofdbestuur deelde mede, dat hij gemachtigd was ter kennis ran het A.T.O./van Gend en Loos-personeel te brengen dat het van 1 Januari 1938 af in het genot van vervoer tegen bijzonderen vrachtprijs zal worden gesteld. Door de aanwezige leden, werd zoowel aan het hoofd- en vakgroepsbestuur, als aan de Nederlandsche Vakcentrale en de Centrale van Nederiandsch Overheidsper soneel een bloemenhulde aangeboden. VERSPREIDE BERICHTEN. Gisteren is de omlegging te De Bilt in den rijksweg Utrecht—Zeist en Amers foort voor het verkeer opengesteld. Het doorgaande verkeer behoeft nu dus niet meer door de bebouwde kom van De Bilt te gaan en kan vrijelijk doorrijden. Uw h°rt maakt wat smaakt 9935 (lngez. Med.) PREDIKBEURTEN. VOOR WOENSDAG 27 OCTOBER. LEIDEN. Geref. Gem„ Nieuwe Rijn, Nam. 8 uur: ds. H. Ligtenberg, van Lisse. ALPHEN AAN DEN RIJN. Chr. Geref. Kerk: Nam. 7 uur ds. Salo mons van Amsterdam. Lokaal van Mandersloostraat: Nam. 7,15 uur, de heer Vijverberg van Rhenen. BODEGRAVEN. Geref. Kerk: Nam. 7 uur, ds. T. Sap van Loppersum. BOSKOOP. Chr. Geref. Kerk: Nam. half acht, as. D. Driesen van Rotterdam. NOORDWIJK AAN ZEE. Geref. Bond Julianaweg 27)Nam. half acht, ds. Fokkema van Delft. SASSENHEIM. Geref. Kerk: Nam. half acht, ds. G. Bos van Den Haag. WADDINXVEEN. Ned. Herv. Kerk. Nam. 7 uur, dr. J. D. Kleyne van Oud-Beyerland. NED. HERV. KERK. Aangenomen naar Haamstede (toez) J. den Hollander, cand. te Zwijndrecht Bedankt voor Almen dr. C. L. Tuinstra. te Terwinselen. GHR. GEREF. KERK. Beroepen te Barendrecht N. Brgndsma te Wildervank. DE VIJFTIGSTE ALG. NEDERLANDSCHB ZENDINGSCONFERENTIE. Ter gelegenheid van de 50ste Algemeene Nederlandsche Zendingsconferentie, die te Amsterdam wordt gehouden, hebben de deelnemers aan de conferentie gistermor gen een krans gelegd op het graf van ds. F. van Wijk. op het kerkhof te Diemerbrug. Des middags te halfdrie werd in de kapel op het Rokin de openingsbijeenkomst van de conferentie gehouden. Namens het ge meentebestuur woonde wethouder Baas de samenkomst, welke werd geleid door dr. C. W. Th. baron van Boetzeiaer van Dub beldam, bij. Na het zangen van het eerste en tweede vers van Psalm 103 opende dr. Van Boet zeiaer met gebed en een kort herdenkings woord. Hij deed mede-deeling van een tele gram van H. M. de Koningin, en van het besluit van het bestuur der conferentie, om prof. Kamer, die op 28 October 1887 mede werkte aan de oprichting van de confe rentie en thans weer aanwezig was, tot eere-lld te benoemen. Ais eerste spreker besteeg ds. W. Breu kelaar den kansel, die in een rede het werk der zending herdacht, wat het heeft gebracht en wat het heeft geleerd. Het kleine Nederland heeft een groot aantal zendingsorganisaties, die elkander wel eens minder welgezind zijn, doch ondanks alle geschillen, aldus spr., erkent al wat ware zending is, God's Zoon Jezus Christus en stelt Hem als eenig doel. Dat is de die- pare eenheid, en het erkennen en waar- deeren van elkander, zoo zeide spr., is de kostelijke vrucht dezer conferentie. De volgende spreker was ds. R. Dijkstra. d:e een kort woord sprak naar aanleiding van Jesaia 25 6. De zending, aldus betoogde spreker, heeft g;en behoefte aan succes, en vraagt geen applaus van de wereld om dat God zijn belofte gestand zal doen. In deze wereld van verschrikkingen is er maar één verwachting: dat zij straks de heer lijkheid zal aanschouwen, en daarvoor is er maar één middel: de Zending. W. J. VAN DEP. KOLFF. v Qisteren is in den leeftijd van 52 jaar olotseling overleden de heer W. J. va:- r Solff. hoofd van de Prins Alexanderstich- tlng te Huis ter Heide, behoorende tot het Instituut voor het onderwijs aan blinde kinderen, waarvan directeur is dr. A H. J. Belzer. De heer Van der Kolff was voorheen vela jaren werkzaam a's onder 'ijzer ""tl hrt toenmalige bllndrr.l ;,-m in de Vc iin- straat te Amsterdam en sedert de opening ln 1924 hoofd van de Prins Alexander- stichting. Het vorige jaar herdacht hij zijn zilveren Jubileum bij het blindenonderwijs.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1937 | | pagina 13