BINNENLAND
Ons Kort Verhaal
lim\ mmd, Dinsdag 26 Ocfobor 1937
Vierde Blad
Kg. 23799
u kunt
KERK- EN SCHOOLNIEUWS
Dampo
Uit het dagboek van
een vijfling
MHMM
Optimisme omtrent
Suriname.
Ook hier begin van opleving
te bespeuren.
Inkomsten stijgen en export neemt toe.
Ingediend Is de Surinaamsche begroo-
in! voor 1938. Aan de toelichting is het
lolgtnde ontleend:
T Met betrekking tot den economischen
Aftand van Suriname maakt de minister
er roet voldoening melding van. dat de be-
Tooting ditmaal onder betere omstandig-
ieien kon worden samengesteld dan se-
«(.- vele jaren het geval ts geweest. Hij
Beukt hierbij aan de verhoogde productie
Jgn bauxiet en goud, de stijging in de
Itijzen van suiker en koffie, den toege-
lcmen uitvoer vooral van rijst en sinaas-
bpelen, maar ook van andere landbouw
producten. Ook begint de opbrengst van
Ki middelen een iets gunstiger beeld te
Sertoonen. Zii bedroeg gedurende 1936 meer
dan sinds 1931 het geval was en gaf over
Set eerste halfjaar 1937, in vergelijking
Tiet de opbrengst over hetzelfde tijdvak
fan 1936, een stijging te zien, welke reeds
janmerkelijk uitgaat boven die over het
Seheele iaar 1936 in vergelijking met het
nar 1935.
[Wel is waar moge een en ander nog
(echts een geringe verbetering beteekenen
Be: kan niettemin een verblijdend ver-
ïhijnsel genoemd worden, dat een begin
Jan opleving ook in Suriname te bespeu-
[ren valt.
1 Voor 1938 wordt in vergelijking met 1937:
leer geraamd aan uitgaven f. 200.488, meer
feraamd aan ontvangsten f. 69.660 en der
halve meer geraamd aan rijksbijdrage
■.130.828 De rijksbijdrage zal thans bedra-
Teri f- 2.784.781.
(Door den terugkeer vnn immigranten in
dc laatste Jaren ts een tekort ontstaan aan
Melders voor de plantages. Bovendien
loet op aanvulling van arbeidskrachten
Ireicend worden nu ock op koffie-onder-
tmlngen de citruscultuur is aangevat,
pomede voor de suikercultuur. Met het oog
b een en ander is thans ook voor aan-
Iier van immigranten een bedrag uitge-
fokken.
JMet het oog op het voortzetten van de
Jlderzoekingen ten behoeve van de cultu
res is in de formatie van de eerste afdee-
liro: van het landbouwproefstation gere
end op de wederaanstelling van een en-
moloog.
[Nadat enkele jaren geleden van de voor-
Komen uitzending van een irrigatie-in-
[tisur voorloopig was afgezien, is her-
Jaldelijk in de Tweede Kamer op zooda-
■f uitzending aangedrongen. In de me-
Tor.'e van antwoord betreffende de Suri-
lamsche begrooting voor 1937 werd me-
reedeeld, dat aan een in Suriname aan-
Jezigen ingenieur, die te Delft op irrigatie
Jalgestudeerd, was opgedragen een rap
port uit te brengen over het irrigatie-
■aagstuk aldaar en dat deze tevens met
It hoofd van het landbouwproefstation
een commissie was benoemd ten einde
orstellen ter zake van de irrigatie in
riname te ontwerpen. Aangezien de wen-
ïellikheld om over een deskundige in
igatieaangelegenheden te kunnen be-
ïlkken, zich telkens doet gevoelen, is de
nvenieur onlangs overgegaan tot aan
hing van vorenbedoelde kracht, die als
igatie-ingenleur is toegevoegd aan bo-
[«enoemde afdeeling. doch wien zoo
odig andere ingenieurs-werkzaamheden
nnen worden opgedragen. Bovendien
jlt hij voorloopig belast met de functie
n „Jeugdleider".
De plaag van dc
wolhandkrab.
Rapport der commissie tot
bestrijding.
Op 24 Februari 1936 werd te Amers
foort de commissie tot bestrijding der
wolhandkrab ingesteld. Het eerste rap
port dezer commissie, waarvan voorzit
ter is prof. dr. E. H. Hazelhoff, direc
teur van het Zoölogisch Laboratorium
te Groningen, is thans verschenen. Wij
ontleenen er het volgende aan:
De schadelijkheid der krabben is in
hoofdzaak van drieërlei aard:
le. Voedselconcurrentie met de visch;
Ze. nettenvernieling en belemmering
van de visscherij door het kruipen in
en verstoppen van fuiken en door het
onklaar maken van dit en ander net
werk en
3e. oeverbeschadiging door het gra
ven van holen.
commissie aldus het Vad. heeft
■sproken het maken van een vanggoot in
sluizen te Zoutkamp, vangapparaten
J>r de binnenwateren, het maken van een
ifjiere in den vorm van een electrisch
d over de volle waterbreedte, hetgeen
pa krabben zou moeten tegenhouden of
ofer nog zou dooden en het plaatsen van
keemetje voor de eerste intoeling van
waardoor de vangst van paling niet
[rat verhinderd, terwijl den krabben het
hen treden der fuiken wordt belet.
-m Juli 1937 verscheen een proef-
pift van de hand van dr. L. F. Kamps,
|unn deze de resultaten meedeelt van
'n waarnemingen en proeven omtrent
groei, vermenigvuldiging, scha-
fchA en bestrijding van de wolhand-
gj°: Ook aan dit proefschrift zi1n voor
apport vele gegevens ontleend.
W oninekte dat door het plotse-
BL» f i van groote hoeveelheden zoet-
■L.v?o e'erdrage«nde wijfjes worden
JLrno' .h-un eifren worden beschadigd en
,4p whjmtnels aangetast, in zeer
jrpon. In de vcort-
UW—'35, 1935'36 en
z')n op deze wijze zooveel eieren
vernietigd, dat de plaag in Groningen en
Friesland zeer duidelijk Ls afgenomen.
Omtrent de vraag of de schimmels ook
eieren kunnen aantasten, die niet tevoren
door zoetwater beschadigd zijn, ls nader
onderzoek gewen scht.
Teleurstellende proefnemingen.
Het ïapport memoreert dan, hoe de Prov.
Waterstaat van Groningen in Maart 1936
in de grootc sluis te Zoutkamp een vang-
goot heeft geplaatst, met het doel te komen
tot massavangsten. Het beoogde doel ls
echter niet bereikt.
Het grootste gevaar, n.l. het uitspoelen
der gevangen krabben door de sterke wa-
terstroomtngen, zou stellig kunnen worden
vermeden door eventuseie verdere proeven
niet in de naaste omgeving van een sluis
te nemen.
In DuitschJand werden verder tweeërlei
soort vangapparaten bestudeerd. Volgens
het eene systeem kunnen de stroomop
waarts trekkende krabben op gemakkelijke
wijze (er worden wel houten klimwanden
opgesteld) het voor hen te snel stroomende
water verlaten. Zij komen dan in gladde
zinken goten, waarlangs zij een vangkuil
bereiken. Een andere methode is het op
den rivierbodem laten zakken van met
jute of dergelijk materiaal omwikkelde
vangemmers.
De krabben, die zich niet goed in den
stroom kunnen handhaven, zoeken gas me
bescherming bij en in het vat, dat hun
door het jute-omhulsel stevig houvast
biedt en kunnen vervolgens een of enkele
malen per dag worden opgetakeld. Welis
waar verschillen de Duitsche toestanden
vrij sterk van die bij onze sluizen, doordat
ginds een permanente krachtige water
stroom voorkomt, terwijl hier afwisselend
krachtige stroomingen, zwakke stroomin
gen en stil water optreden, maar in
Duitschland verkregen resultaten waren
zoo gunstig, dat ook hier een proef werd
genomen. BIJ de Lauwerssluls werd daarom
in het najaar van 1936 een „loopplank"
opgesteld, beginnende vlakbij het water
oppervlak. Wel bleken tal van krabben de
loopplank le gebruiken, maar reeds onder
water verlieten de meeste exemplaren de
zen weg, terwijl andere dicht bij den in
gang van den verzamelbak naar beneden
sprongen. Ook de bij dezelfde sluis opge-
Verkouden.
Neus en hoofd verstopt. Tranende oogen.
Schorre keel. Hoesten en vol op de borst.
^ïr.luchi op en geneest.
Pot 50 ct. Doos 30 ct. Bij Apoth. en Drogisten.
MIJNHARD! 1
9932
(lngez Med.)
stelde vangemmer voldeed niet aande
verwachting.
De conclusie ligt voor de hand, dat beide
methoden alleen bruikbaar zijn in perma
nent krachtig of vrij krachtig stroomend
water.
De commissie vond o.a. wegens de hooge
kosten geen vrijheid proefnemingen met
een electrische versperring tegen de krab
ben te doen.
Vang-apparaten in de vischwateren zelf
kosten geld voor aanschaffing, bediening
en onderhoud en zullen in den regel slechts
een beperkt gebied kunnen beschermen.
Alleen bij een ernstige krabbenplaag zou
den hiervoor, naar het oordeel der com
missie, de noodige middelen gevonden
kunnen worden.
Als afweermiddel tegen nettenschade
komt feitelijk alleen in aanmerking het
reeds genoemde keemetje voor de eerste
inkeling der palingfuiken, dat door talrijke
visschers in Groningen en Friesland met
succes wordt gebezigd.
Reeds dadelijk is de mogelijkheid over
wogen de gevangen krabben te verwerken
tot voedsel voor mensch of dier. Als men-
schelijk consumptie-artikel zal de krab
boewei de smaak volstrekt niet slecht is
hier te lande niet spoedig in aanzien
komen, dit punt zou echter volgens de
commissie, toch wel een nader onderzoek
waard zijn.
De commissie is voornemens het verdere
verloop van de plaag nauwlettend te volgen
en zoodra daartoe de gelegenheid zich
voordoet, verdere proeven te nemen om
trent de bruikbaarheid van verschillende
bestrijdingsmethoden.
HET VAREN VAN SCHIPPERS
OP ZONDAG.
Minister Van Buuren over het tegemoet
komen aan gewetensbezwaren.
Op vragen van den heer Kersten betref
fende het uitsluiten van het varen van
bieten van schippers, die gewetensbezwaren
hebben tegen het varen op Zondag heeft
de heer Van Buuren, minister van Water
staat, geantwoord:
De minister van Economische Zaken
heeft in September 1934 toegezegd, dat aan
de bedoelde gewetensbezwaren zooveel mo
gelijk zou worden tegemoet gekomen.
Het is den minister, die sedert kort de
verantwoordelijkheid voor de uitvoering
van de wet van 5 Mei 1933 draagt, geble
ken, dat door de bevrachtingscommissie
ernstig in die richting is gestreefd; door de
deswege getroffen regelingen is alleen niet
tegemoet gekomen kunnen worden aan de
gewetensbezwaren van hen, die ook voor
gevallen van uiterste noodzaak, nl. als het
continubedrijf der suikerfabrieken in be
paalde buitengewone omstandigheden zou
worden verstoord, die bezwaren onvermin
derd handhaafden.
De minister is bereid de mogelijkheid van
verdere tegemoetkoming na te gaan, doch
acht het uitgesloten, dat een eventueele
wijziging der getroffen regelingen nog in
de huidige reeds vergevorderde campagne
van invloed zou kunnen zijn.
De instelling van een Depart
van Algemeene Zaken.
Moeningen in de Tweede Kamer.
Aan het voorloopig verslag der Tweede
Kamer over het wetsontwerp: wettelijke
voorziening naar aanleiding van het Kon.
besluit van 3 Juli 1937 tot instelling van
een Departement van Algemeen Bestuur,
dat den naam zal dragen van Ministerie
van Algemeene Zaken, is het volgende
ontleend:
Vele leden beschouwden de instelling van
dit nieuwe departement als een gelukkige
oplossing van de vraag, op welke wijze de
positie van den leider van het kabinet het
best kan worden geregeld.
Naar men meende, zullen nu ook zekere
bijzondere functies, die tot dusver door den
Minister van Blnnenlandsche Zaken wer
den vervuld, door den voorzitter van den
Raad van Ministers kunnen worden over
genomen. Met name dacht men in dit ver
band aan de sluiting van de zitting der
Staten-Generaal. Ook zouden nu verschil
lende interdepartementale instituten, zoo
als b.v. de commissie voor werkverruiming
en het Werkfonds, onder het Departement
van Algemeene Zaken kunnen komen te
ressorteeren.
Andere leden verklaarden tegen het in
stellen van een afzonderlijk, klein mi
nisterie, beheerd door den voorzitter van
den Ministerraad, geen bezwaar te hebben.
Zij zouden echter niet willen zien, dat
hierdoor de functie van dien voorzitter zou
worden tot een Ministerpresidentschap,
waaraan min of meer vergaande bevoegd
heden zouden zijn verbonden. Zulk een
ambt toch zou zich in den huidigen par
tij enstaat kunnen ontwikkelen als een
doeltreffend instrument tot overheer-
scliing door een bepaalde partij, en zou
tevens den scheidsmuur nog hooger ma
ken, die de regenten tusschen Kroon en
volk hebben opgebouwd.
De tot dusver gevoerde beschouwingen
gaven verscheidenen leden aanleiding van
de Regeering een volledige uiteenzetting te
verzoeken omtrent de overwegingen, welke
bij de Instelling van dit Departement heb
ben gegolden.
Weder andere leden juichten de instel
ling van een nieuw departement niet toe.
Naar hun meening verzet de nog steeds-
geldende eisch van groote soberheid in de
staatshuishouding zich tegen een uitbrei
ding van den openbaren dienst in dezen
vorm.
Een aantal leden achtte de instelling
van het hierbedoalde departement, als die
inderdaad gelijk zij meenen zuiver op
utiliteitsgronden heeft plaats gehad, eigen
lijk overbodig. Naar hun oordeel toch is
het zeer wel mogelijk, dat het voorzitter
schap van den Ministerraad met al zijn be
.moeiingen wordt waargenomen door den
Minister van Blnnenlandsche Zaken.
ptiti
F-37
door K. RAUWERDA.
Maandag.
Het is een heele sensatie wanneer men
op een zekeren dag tot de ontdekking komt,
de jongste van een vijfling te zijn. Ik ben
nu precies veertien dagen oud en begin
zooal van allerlei bijzonderheden in het
leven te onderscheiden: b.v. dat ik twee
zusjes en twee broertjes heb. Verder ken
ik natuurlijk mijn moeder, en weet ook dat
het zonnetje heerlijk verwarmt; als het toe
vallig in ons bedje schijnt ben ik niet in
staat mijn oogen open te houden, wat geen
wonder is als je nog maar zoo klein bent.
Wanneer we ons beginnen te vervelen,
gaan we eenvoudig huilen. Gelukkig komt
moeder ons dan gauw opzoeken, we worden
gevoed en keurig verzorgd, waarna ze bij
ons blijft slapen. Dat is een heerlijk rustig
gevoel.
Een klein meisje, dat we nog niet kennen,
komt ons af en toe opzoeken. Soms zit ze
gsruimen tijd stilletjes naar ons te kijken,
een anderen keer probeert ze met ons te
spelen en noemt mij dan Peter. Ik zal
moeder eens vragen wie dat aardige kleine
meisje eigenlijk is, dat moet ik weten.
Dinsdag.
Er hing den geheelen dag een bijzondere
spanning in de lucht. Als er voetstappen
klonken keek moeder angstig naar de deur;
zie begon ons met een zenuwachtige haast
te verbergen, alsof ze bang was dat men
ons zou zien. Dit spelletje herhaalde zich
eenige malen, toen plotseling de deur werd
geopend. Op den drempel stond een groote
magere man in een sporthemd, met opge
stroopte mouwen.
Hij keek speurend het vertrek rond,
kwam snel op ons af en hield ons keurend
één voor één in de hoogte. Met een onheil-
spellenden blik wierp hij ons hardhandig
op de kussens terug. Mijn zusjes werden
bang en begonnen zachtjes te hullen. Moe
der probeerde zoo göed mogelijk te troosten,
maar ik zag best dat ze zelf moeite met
haar tranen had.
't Is me wat moois, mompelde de man
kwaadaardig. Wat moet ik nu met jullie
beginnen. Vijf stuks tegelijk.... dat ont
brak er neg maar aan.
Hij monsterde ons nog eens met half
toegeknepen oogen en ging mopperend
heen. Neen, Ik geloof niet dat hij erg met
ons Ingenomen ls.
Woensdag.
Geweldig zooveel belangstelling er nu
voor ons testaat, we hebben haast geen
tijd om te slapen. Het meisje waarvan lk
al vertelde, is aangekomen met een vrien
delijk uitziende oude dame.
Vindt U ze niet schattig? vleide het
meisje. Dat dotje met die grijze oogjes
zullen wij die bij ons nemen?
Vooruit dan maar, stemde de dame in.
Het dotje met de grijze oogjes (mijn
zusje) werd opgenomen en voorzichtig in
een zijden dekentje gewikkeld. Later op
den dag verschenen nog twee dames en
namen elk een van onze broertjes mee.
zoodat mijn zusje en ik neg met z'n bei
den achterbleven. Daar deze aanslag op
onze familie was gebeurd tijdens afwezig
heid van mijn moeder, hield ik mijn hart
vast bij de gedachte wat er zou gebeuren,
wanneer ze thuis zou komen.
Donderdag.
O wat ben ik vreeSclijk geschrokken.
Dezen dag vergeet, ik mijn leven lang niet
meer. Moeder heeft het zich natuurlijk erg
aangetrokken dat haar kleintjes weg wa
ren. ze heeft overal gezocht; en wij konden
het haar niet vertellen. Eindelijk viel zij
van vermoeidheid in slaap.
Toen het pikkedonker was, werd de deur
voorzichtig geopend en verscheen de groote
magere man opnieuw. Hij keek nerveus om
zich heen, kwam voetje voor voetje dichter
bij, nam mij op.en bedekte mij met zijn
jas. Ik rilde van kou en narigheid.
De man verliet ons huis, klauterde over
een hek en stond plotseling stil voor een
groot water. Hij hield mij op armlengte
in de hoogte en zei: Je bent te dom om
het te begrijpen, maar dit zal lk je wel
vertellen, dat dit het onaangenaamste kar
weitje is dat ik ooit bij de hand heb gehad.
Ik begreep wat de man van plan was en
het hart klopte mij in de keel. Zoo zweefde
ik tusschen hemel en aarde
Eensklaps sprong de man van schrik een
stap achteruit, maar ik had wel kunnen
gillen van blijdschap, want het was moe
der, die, nameloos verdrietig klagend, ons
was gevólgd.
Ik kam het niet doenmompelde
de man.
Het was hem geraden ook. want ik ge
loof stellig dat hij met moeder nog niet
klaar was geweest. Hij stopte mij terug
onder z'n jas en wij trokken gedrieën naar
huis. waar hij mij in het bedje zette. Moe
der begon mij onmiddellijk heerlijk te ver
wannen en te knuffelen, maar met dat al
was het toch een angstig uurtje geweest.
Vrijdag.
De man is vandaag met een dame ge
komen, die onder uitroepen van bewon
dering informeerde, of ze er ook génonocht
hebben. Toen ze mij wou opnemen hoorde
ik den man tot mijn groote verbazing zeg
gen: Pardon. dat zwarte poesje wil
ik liever niet missen, daar ben ik erg op
gesteld. Maar de andere mag u gerust
hebben.
Zoo bleven moeder en ik nog met z'n
tweeën over. Wij zijn verhuisd naar een
prachtige, groote kamer, waar het altijd
heerlijk warm is en met lekkere zachte
kussens. Wij worden verwend als nooit te
voren zcodat alles volgens een vaste tra
ditie van ons geslacht, toch nog op zijn
pootjes terecht gekomep is.
Auteursrechten voorbehouden.
(Nadruk verboden).
IR. J. F. VAN WEELDEREN, f
Oud-hoofd P.T.T. in Nederl.-Indië.
Te 's-Gravenhage is gisteren overleden
ir. J. F. van Weelderen, oud-hoofd van het
bedrijf der P.T.T. in Ned.-Indië. De nu
overledene was geboren op 18 Augustus
1877 te Soemedang. Hij werd in 1904 ter
beschikking gesteld van den gouverneur-
generaal van Ned.-Indië om te worden be
noemd tot adjunct-ingenieur bij den dienst
der Staatsspoorwegen. In 1906 werd hij in
deze functie benoemd.
Het volgend jaar werd hij chef van den
dienst der Staatsspoorwegen op Java en
daarna heeft ir. Van Weelderen verschil
lende functies bij de staatsspoorwegen ver
vuld om tenslotte in 1923 benoemd te wor
den tot hoofd van het bedrijf op Java.
Drie jaar later volgde zijn benoeming
tot hoofd der P.T.T., uit welke functie hem
in 1930 eervol ontslag werd verleend. De
ontslapene was ridder In de orde van den
Nederlandschen Leeuw.
A.T.O./VAN GEND EN LOOS-PERSONEEL.
Het conflict tusschen directie en vakbond
beëindigd.
In een te Utrecht gehouden bijeenkomst
van het in den Centralen Bond van Spoor-
en Tramwegpersoneel georganiseerde per
soneel in dienst bij de N.V.'s A.T.O./Van
Gend en Loos, werd door het hoofdbestuur
verslag uitgebracht van de onderhandelln
gen welke zijn gevoerd geworden om het
sinds 1 Juli j.l. door de directie A.T.O.-v.
Gend en Loos verbroken contact te her
stellen.
Per spoor en bus was men naar Utrecht
gekomen zoodat. toen de voorzitter de bij
eenkomst opende, hij kon vaststellen dat
meer dan tweehonderd leden aan den op
roep van het hoofdbestuur gehoor hadden
gegeven.
Door den bondsvoorzitter C. Cramer werd
een uitvoerige uiteenzetting gegeven van
hetgeen door het hoofdbestuur ia gedaan
geworden om het verbroken contact te
herstellen.
Dank werd door hem gebracht voor de
in de afgeloopen maanden betoonde
trouw aan de organisatie, omdat de om
standigheid dat ondanks de gerezen moei
lijkheden het ledental is toegenomen, in
niet geringe mate er toe heeft bijgedragen
dat een voor de leden aanvaardbare oplos
sing van het conflict ter goedkeuring kon
worden voorgelegd.
Tal van sprekers voerden daarna het
woord. Het resultaat der onderhandelingen
verwierf de algemeene instemming. Mede
gedeeld werd dat aan het verlangen om
een beroepsinstantie in het leven te roe
pen, zal worden voldaan.
De voorzitter van 't hoofdbestuur deelde
mede, dat hij gemachtigd was ter kennis
ran het A.T.O./van Gend en Loos-personeel
te brengen dat het van 1 Januari 1938 af
in het genot van vervoer tegen bijzonderen
vrachtprijs zal worden gesteld.
Door de aanwezige leden, werd zoowel
aan het hoofd- en vakgroepsbestuur, als
aan de Nederlandsche Vakcentrale en de
Centrale van Nederiandsch Overheidsper
soneel een bloemenhulde aangeboden.
VERSPREIDE BERICHTEN.
Gisteren is de omlegging te De Bilt
in den rijksweg Utrecht—Zeist en Amers
foort voor het verkeer opengesteld.
Het doorgaande verkeer behoeft nu dus
niet meer door de bebouwde kom van De
Bilt te gaan en kan vrijelijk doorrijden.
Uw h°rt
maakt wat smaakt
9935
(lngez. Med.)
PREDIKBEURTEN.
VOOR WOENSDAG 27 OCTOBER.
LEIDEN.
Geref. Gem„ Nieuwe Rijn, Nam. 8 uur:
ds. H. Ligtenberg, van Lisse.
ALPHEN AAN DEN RIJN.
Chr. Geref. Kerk: Nam. 7 uur ds. Salo
mons van Amsterdam.
Lokaal van Mandersloostraat: Nam. 7,15
uur, de heer Vijverberg van Rhenen.
BODEGRAVEN.
Geref. Kerk: Nam. 7 uur, ds. T. Sap van
Loppersum.
BOSKOOP.
Chr. Geref. Kerk: Nam. half acht, as. D.
Driesen van Rotterdam.
NOORDWIJK AAN ZEE.
Geref. Bond Julianaweg 27)Nam. half
acht, ds. Fokkema van Delft.
SASSENHEIM.
Geref. Kerk: Nam. half acht, ds. G. Bos
van Den Haag.
WADDINXVEEN.
Ned. Herv. Kerk. Nam. 7 uur, dr. J. D.
Kleyne van Oud-Beyerland.
NED. HERV. KERK.
Aangenomen naar Haamstede (toez) J.
den Hollander, cand. te Zwijndrecht
Bedankt voor Almen dr. C. L. Tuinstra.
te Terwinselen.
GHR. GEREF. KERK.
Beroepen te Barendrecht N. Brgndsma
te Wildervank.
DE VIJFTIGSTE ALG. NEDERLANDSCHB
ZENDINGSCONFERENTIE.
Ter gelegenheid van de 50ste Algemeene
Nederlandsche Zendingsconferentie, die te
Amsterdam wordt gehouden, hebben de
deelnemers aan de conferentie gistermor
gen een krans gelegd op het graf van ds.
F. van Wijk. op het kerkhof te Diemerbrug.
Des middags te halfdrie werd in de kapel
op het Rokin de openingsbijeenkomst van
de conferentie gehouden. Namens het ge
meentebestuur woonde wethouder Baas de
samenkomst, welke werd geleid door dr.
C. W. Th. baron van Boetzeiaer van Dub
beldam, bij.
Na het zangen van het eerste en tweede
vers van Psalm 103 opende dr. Van Boet
zeiaer met gebed en een kort herdenkings
woord. Hij deed mede-deeling van een tele
gram van H. M. de Koningin, en van het
besluit van het bestuur der conferentie, om
prof. Kamer, die op 28 October 1887 mede
werkte aan de oprichting van de confe
rentie en thans weer aanwezig was, tot
eere-lld te benoemen.
Ais eerste spreker besteeg ds. W. Breu
kelaar den kansel, die in een rede het
werk der zending herdacht, wat het heeft
gebracht en wat het heeft geleerd. Het
kleine Nederland heeft een groot aantal
zendingsorganisaties, die elkander wel
eens minder welgezind zijn, doch ondanks
alle geschillen, aldus spr., erkent al wat
ware zending is, God's Zoon Jezus Christus
en stelt Hem als eenig doel. Dat is de die-
pare eenheid, en het erkennen en waar-
deeren van elkander, zoo zeide spr., is de
kostelijke vrucht dezer conferentie. De
volgende spreker was ds. R. Dijkstra. d:e
een kort woord sprak naar aanleiding van
Jesaia 25 6. De zending, aldus betoogde
spreker, heeft g;en behoefte aan succes,
en vraagt geen applaus van de wereld om
dat God zijn belofte gestand zal doen. In
deze wereld van verschrikkingen is er maar
één verwachting: dat zij straks de heer
lijkheid zal aanschouwen, en daarvoor is
er maar één middel: de Zending.
W. J. VAN DEP. KOLFF. v
Qisteren is in den leeftijd van 52 jaar
olotseling overleden de heer W. J. va:- r
Solff. hoofd van de Prins Alexanderstich-
tlng te Huis ter Heide, behoorende tot het
Instituut voor het onderwijs aan blinde
kinderen, waarvan directeur is dr. A H. J.
Belzer.
De heer Van der Kolff was voorheen vela
jaren werkzaam a's onder 'ijzer ""tl hrt
toenmalige bllndrr.l ;,-m in de Vc iin-
straat te Amsterdam en sedert de opening
ln 1924 hoofd van de Prins Alexander-
stichting. Het vorige jaar herdacht hij zijn
zilveren Jubileum bij het blindenonderwijs.