De huldiging van burgemeester Kwint LHOSCH DAGBLAD - Derde Blad Donderdag 8 Mi Een bezoek aan de Staatsmijnen W'Q&r de afbouw geschiedt. Giück auf Een hartelijk verloop FAILLISSEMENTEN VRAGENRUBRIEK Het 50 jarig jubileum van Jan van Kan V EEN ONDERGRONDSC HE POMPINSTALLATTE. Speciale G.P.D.-bericht geving V. We voelen ons met 0112e lamp nog wat pnwennig. Om haar ln de hahd té houden valt op den duur niet mede. want ze weegt ongeveer 3 k.g. Maar geen nood, we hebben niet voor niets een „halsband" mee gekre gen en spoedig bungelt het beht dan ook voor de borst. Binnendoor gaat het over den losvloer naar de schacht. De deuren gaan "open, we betreden de kooi. ..Giück aui" wenscht de seingever en nauwelijks hebben we geantwoord ol we suizen met een flinke snelheid omlaag. Hoe hard het gaat. we weten het niet, omdat oriënteeringspunten ontbreken. De lampen geven slechts een zwak schijnsel enkele meters vooruit. Zwart is de kooi en zwart zijn de wanden van de schacht. Veel rond te kijken is.er niet, waar voor trouwens ook de tijd ontbreekt, want zeer spoedig zijn we op 'n diepte van 263 m. onder 't aardoppervlak aangeland. We staan in een met electïisohe gloeilampen goed verlichte ruimte. Weer klinkt het ..Giück auf" van de menschen, die bezig zijn in de opstijgende kooien de karretjes met kolen te duwen. Een even vernuftige als eenvoudige inrichting zorgt ervoor, dat er geen kar retjes kunnen wonden vooruitgeschoven als er juist geen kooi voorstaat. We verlaten dë gebetonneerde' hel ver lichte, in het midden van spoor voorziene gang. gaan een hóek om en bevinden ons in volslagen duisternis. We zijn in een steen gang. die momenteel alleen nog maar wordt gebruikt voor houttransport. De bovenzijde wordt gestut met rails, waarover houten stokken zijn gelegd. Waar de rails te veel doorbuigen heeft men Versterkingen ge maakt. Sommige gedeelten van de steen gang hebben gebetonneerde wanden, dan weer neemt de gang een tünnelvorm aan, doordat zij- als 't ware ohder half ronde ijze ren platen doorloopt. Zooals wij reeds zei den. wordt er steeds voor een behoorlijke luchtcirculatie zorg gedragen en we loopen nu klaarblijkelijk tegen den luchtstroom in. hetgeen merkbaar is aan den vochtigen wind. die ons tegemoet waait. Van tijd tot tjjd zijn op de zijwanden getallen geschre ven. Aanteekeningen van de mijnmeters, waaruit men den afstand tot de schacht kan aflezen. We „modderen", als we het zoo mogen noemen, verder, want de bodem is deels van een vette kleverige substantie, waaruit onze schoenen zioh na eiken stap met zuigend geluid losmaken. Het loopen hij het zoo geringe schijnsel van de lamp, die bovendien zoo hoog om den hals hangt, dat zij slechts vaag recht vooruit een licht straal werpt, doch de grond in volslagen duisternis laat. is tamelijk vermoeiend. Zoo gaat het een kleine 2 k.m. voort, tot we bij een z.g. opbraak komen, een onderaardsche schacht, die twee verdiepingen van de mijn met elkaar verbindt. Naast den koker, waar in zich de liften bewegen, is een kleine ruimte gelaten om langs een brandladder zich van de eene naar de andere verdieping te begeven. De opbraak ligt als het ware midden tus- schen het afbouwterrein in, d.wz. midden tusschen de steenkoollagen, die men bezig is weg te hakken, of zooals dat heet, af te bouwen. Personenvervoer met de liften is in de opbraak 'verboden. Op 333 meter diepte. Zoo moeten wij langs het laddertje in het stikdonker afdalen. Onze geleider gaat ons voor. We moeten 80 meter naar beneden. Het is niet een enkele trap, telkens staan we na een 6 a meter op een soort plateautje en komt er een nieuwe ladder. Als een gloeiende spijker zien we telkens het lichtje van onzen voorgang,er beneden ons. Tasten met. den voet. We zijn op het zooveelste plateau. Eindelijk zien we onzen begeleider weer naast ons. En daarmede zijn we op de 333 meter verdieping aangeland. Als we een hoek omgaan zien we een troepje mijnwer kers. dat juist schaft of zooals dat hier ge noemd wordt „buttert". We gaan verder en dan zijn we aan den pijler. Over een ette lijke tientallen meters lange in het kolen veld gehouwen strook is een groep arbei ders bezig de kolen weg te hakken. Ze hebben allen hun hak bij zich, het houweel, doch met den vooruitgang der techniek wordt dit lang niet zooveel meer gebruikt als vroeger en is nu veelal vervan gen door den met luchtdruk gedreven al- bouwhamer. Daarvoor is in de geheele lengte van den pijler een leiding met sa mengeperste lucht aangebracht, waarop de hamers worden aangesloten door middel van slangen. Het afbouwen. Hoe gaat nu het afbouwen in zijn werk? Men maakt eerst den doortocht. Om in storten te voorkomen, wordt deze met ver ticale ijzeren stijlen aan de bovenzijde met dennenstammen gestut. Nu begint men zij delings. dus recht op de richting van den gemaakten doortocht de kolen af te bouwen. Op de vrij gekomen ruimte wordt een schudgoot aangebracht of wel 'n transport band. waarlangs de kolen naar den ingang van den pijler omlaag gaan. want zooals wij reeds hebben gezegd, de kolenlagen liggen alle onder een zekeren hoek met de hori zontaal. Per dag wordt nu door twee ploegen die elk 8 uur werken over de lengte van den pijler een rechthoekige strook van 1.50 m. breedte kolen afgebouwd, daarna komt de nachtploeg, die den transportband ver legt en eventueel nieuwe benoodigde stut ten slaat, zoodat de ochtend- en middag- ploeg weer door kunnen gaan met werken Daar waar de kolen zijn verwijderd, haalt men de ijzeren stijlen weg. waarna men de open ruimte opvult met steenen, of wel uit zichzelf laat instorten. Men ziet hieruit, dat een zeker gedeelte van het ondergrondsche personeel onpro ductief werk verricht. Nu is in de mijnen het percentage onproductief werk betrekke lijk hoog, omdat behalve het opnieuw voor bereiden van de werkzaamheden in den pij ler er ook steeds een groot aantal men schen bezig is verzakkingen te voorkomen. „Safety first" heet het in de mijnen, meer dan in welk bedrijf ook. want men zal ge makkelijk begrijpen, dat de grootst moge lijke veiligheid in het belang is van de pro ductie. Ja, men kan zelfs wel zeggen, dat zonder de grootst mogelijke veiligheid te betrachten de exploitatie van een mijn on mogelijk is. Men heeft voor ons als leek ondergronds nog al een schappelijken pijler uitgezocht, zcodat men er zich in kan voortbewegen zonder al te veel moeite. Daarbij is de helling slechts gering. Want er zijn pijlers, die belangrijk lager zijn en waar de kolenlaag slechts ongeveer 60 a 70 c.m. dik is, terwijl er bovendien onderbre kingen en overschuivingen in voorkomen, zoodat sommige deelen ongeveer verticaal staan. Men zal begrijpen, dat het afbou BfcHt OP ESN 2.G. OPBRAAK. wen op zulke plaatsen een arbeid ls, die heel wat inspanning kost, daar ze grootendeels liggend moet gebeuren, Op den transportband omlaag. Onze begeleider stelt voor een kijkje te gaan nemen een eindje verder den pijler af. We vragen ons af. hoe dat moet gaan. Plaats terzijde van den transportband is er niet. Want de arbeiders, die om de zooveel me ters aan het werk zijn. hakken als het ware elk een brok ter diepte van 1.50 m. weg om dan aan den resteerenden brok steenkolen, die is blijven staan te beginnen, zoodat zij dus eigenlijk naar elkaar toe werken. Is de houwer eenmaal op zijn breedte van 1.50 gekomen, dan slaat hij daar een stijl met een stut en begint den aldus verkregen in ham te verbreeden. Volgt men dus op den transportband den pijler, dan ziet men telkens inhammen, waar menschen aan het werk zijn en stukken kolen, die nog moeten verdwijnen. Daarom is de meest practische wijze om zich naar beneden in den pijler te bewegen, plaats te nemen op handen en voeten op den transportband. Zoo gezegd, zoo gedaan. Telkens ontmoeten we mannen, die alleen in een hemd met korte mouwen gekleed, aan het werk zijn. Hun jas hangt aan een der stijlen. Ook voor hun lamp hebben ze een plaats gevonden. Want deze zal slechts dienst doen in tijd van nood. daar in den pijler electrisch licht is aan gebracht. Op regelmatige afstanden han gen aan een gummikabel looplampen. Nau welijks steken de houwers af tegen den pik zwarten achtergrond, bedekt als ze zijn met kolenstof. De begeleider wil ons iets nader verkla- 1 ren en stapt van den transportband af. Terwijl hij een stijl vastgrijpt en het eene been op den grond plaatst, zwengelt hij het andere van den voort-gaanden transport band ernaast. Het lijkt ingewikkeld, maar het valt mee. Gehurkt vernemen we nadere bijzonderheden over de werkwijze Maar voor hem. die er niet aan gewoon is, valt het gehurkt zitten niet mee. zoodat we ten slotte besluiten maar op beide knieen te gaan liggen. Hoe lang zullen we deze nieuwe houding volhouden? Verder gaat het, an dermaal op den transportband. Telkens ver nemen we een „Giück auf". Nog wordt eenige malen halt gehouden. Wij zijn nu aangekomen op het punt, waar onze trans portband eindigt en overgaat in een nieuwe. Elke band heeft een lengte van ongeveer 60 m. Aan den zijkant is de motor bevestigd, die den band in beweging zet. Juist ter 1 plaatse is de kolenmuur nog blijven staan, zoodat er slechts tussohen motor en kolen- wand een ruimte over is van 30 a 40 cm. Maar ja, we moeten er langs. Hebben we als kind niet gekropen, voor dat we konden loopen. Nu nemen we na zooveel jaren opnieuw onze toevlucht tot deze „voortbewegingsmethode". De opening is wel erg nauw. zoodat we even blijven ste ken, maar met een beetje moeite gelukt het ons. ons los te werken en dan hebben we een plek bereikt, waar we andermaals de beenen onder het lichaam kunnen schuiven. Een ding is prettig bij een bezoek aan de mijnen. Als men er een tijdje heeft rond gezworven en zoo hier en daar een stuk kolen heeft ter hand genomen, zijn de scrupules wat betreft de reinheid der iichaamsdeelen verdwenen en hetzelfde is het geval voor de kleeding. Straks wordt de plunje uitgetrokken om opnieuw gewasschen te worden en na een bad ziet men er weer toonbaar uit Nu een rit op transportbant nummer twee. Tot we tenslotte aan de grondgalerij komen, die recht op dc richting van den pijler staat en waar een lader bezig is de kolen m de onder den transportband ge reedstaande wagentjes te deponeeren. Is de man bang voor vuile handen, waarvoor dienen anders de handschoenen? Onze zegsman verklaart, dat het dragen van handschoenen voor den lader verplicht is om verwondingen te voorkomen. Vele stuk ken kool hebben betrekkelijk scherpe kan ten en er zitten ook wel eens steenen tus schen door. Telkens als er een wagentje vol is, schuift een sleeper een nieuwen wagen onder den transportband. Op een bord staat met krijt aangegeven, hoeveel karren cr zijn gevuld. We loopen de galerij af en komen weer in een steengang. De gevulde wagentjes worden met een lier hierheen getrokken, tot zij een trein vormen van zestig stuks, dan komt de locomotief er voor en trekt hen naar de schacht. In de luchtsluis. Onderweg passeeren we enkele kolentrei- nen en transformatorruimten. Om namelijk het gevaar van electrische schokken zooveel mogelijk te ondervangen, wordt de stroom, die gebruikt wordt voor de verlichting on- dergrondsch op zoo'n voltage getransfor meerd, dat een schok geen kwade gevolgen kan hebben. Op onzen terugweg naar de schacht gaan we door een luohtsluis. Wat is de kwestie. De luehtstrooming, die in een mijn heerscht en die noodzakelijk ls èn voor de menschen èn vanwege het feit, dat de temperatuur naarmate men dieper onder het aardopper vlak komt, stijgt en anders ondragelijk zou worden, tracht natuurlijk den kortsten weg te nemen, tenzij men dit verhindert en den stroom ln de banen leidt, die men wenscht. Vandaar, dat men telkens deuren zal vin den, die tot afsluiting dienen. Zoo zijn er ook, waar dit noodzakelijk is, formeele luchtsluizen, die bediend worden op dezelfde wijze als watersluizen. De deur wordt ge opend. de trein rijdt binnen. Is hij heele- maal de deur gepasseerd, dan wordt deze gesloten, waarna de deur aan de andere zijde van de sluis wordt geopend. Alvorens we weer naar boven gaan, wordt nog even een bezoek gebracht aan de pomp- installatie, die ervoor moet zorgen, het grondwater, of zooals het hier heet mijn- water weg te pompen. We staan wel wat verbaasd als we een totaal betegelde ruimte worden binnen geleid. waar een groote electromotor, de aandrijving van de pompen, staat te brom men: Was het niet, dat de ruimte geen ra men heeft, dan zou men vergeten hebben zich hier op een diepte van 333 m. onder het aard-oppervlak te bevinden. Daarmee is ons bezoek, dat ongeveer 3 uur ln beslag heeft genomen, geëindigd. Met groote snelheid voert de man aan de op- haal-machine ons weer naar boven. Als we ons zelf eens bekijken in den spie gel, voordat we in de badkuip kruipen en die we dadelijk in een staat achter zullen laten, die menige Hollandsche huisvrouw met ontzetting zou vervullen, moeten we in ons zelf wel even lachen. Inderdaad een bad is na zoo'n excursie geen overbodige luxe. We zijn een sensatie rijker. Neen geen sensatie, dooh een ondervinding. Want geen oogenbllk hadden we maar ook het gering- Foto Van Vliet. Hiérboven burgemeester Kwint tijdens tier huldiging ter gelegenheid van zijn 12" Harig burgemeesterschap der gemeente Koudekerk. - Zittend v. 1. n. r.: mevr. Kwint, burgemeester Kwint, de vader van den burgemeester en mej. M. Kwint. Staande de wethouders en raadsleden van Koudekerk. In aansluiting op ons verslag van gistel- ren inzake de huldiging van Burgemeester Kwint te Koudekerk kan nog worden me degedeeld. dat na de aanbieding van het geschenk uit de Burgerij door den vooi- zitter van het Huldigingscomité, door het dochtertje van ds. Odé met een toepasse lijk versje 'n prachtige vaas met bloemen namens de Burgerij werd aangeboden aan mevr. Kwint. Achtereenvolgens werd toen nog het woord gevoerd door burgemeester Warnaar van Hazerswoude. namens den Kring van Burgemeesters en Secretarissen van de Rijnstreek en Burgemeester Brug van Leiderdorp, namens den Kring van Burgerwachten van het Baljuwschap Rijn land. Hierna dankte de Burgemeester in een toepasselijke rede voor de gehouden toespraken en dc hem aangeboden prach tige geschenken, waarmede spr. zeer inge nomen bleek tc zijn. De officieels raadsvergadering was hier mede afgeloopen en werd door den loco Burgemeester, weth. van Egmond, gesloten. Na afloop der vergadering begaven de jubilaris en zijn familie, alsmede de verdere aanwezigen zich naar het terras voor het Raadhuis alwaar de schoolkinde ren stonden opgesteld om den jubilaris een zanghulde te brengen, welke alleszins goed is verloopen. De Burgemeester dankte in eenige hartelijke bewoordingen voor deze aardige attentie en bood elk der kinderen een versnapering aan. Van 45.30 had een drukbezochte re ceptie plaats in de Raadzaal, waar tal van bloemstukken van verschillende corpora ties. vrienden en kennissen stonden opge steld. zoodat de raadzaal als het ware in bloementooi gehuld was! Zeer velen maak ten van de gelegenheid gebruik om den ju- bJiaris te complimenteeren en deden hun gelukwenschen vergezeld gaan van stof felijke blijken van belangstelling, waarvan wij bij uitzondering willen noemen het ge schenk van de Burgerwacht, bestaande uit een prachtigen rookstandaard. Onder de talrijke aanwezigen werden o.m. opgemerkt de burgemeesters van Hazers woude, de heer Warnaar, van Leiderdorp, de heer Brug, van Ter Aar, de heer B. J. Hogenboom en van Zwammerdam de heer F. Hoogeboom, weth. v. Gelderen van Bos koop alsmede de heer Stijkel, directeur van gemeentewerken te Boskoop, de heeren Samsom en Regt uit Alphen aan den Rijn en een deputatie van de Ver. „Veilig Ver keer", o.m. vertegenwoordigd door den In specteur van Politie, den heer van der Wal te Leiden, van welke vereeniging de Burge meester voorzitter is. Vele ingezetenen van Koudekerk hadden bij deze gelegenheid de vlag uitgestoken, terwijl ook van de openbare gebouwen de driekleur wapperde, hetgeen de gemeente een feestelijken aanblik gaf. Wij twijfelen niet of dit koperen festijn zal bij den jubilaris en zijn familie nog vele jaren in dankbare herinnering blijven Voortleven. Opgeheven wegens gebrek aan actief: E. van der Veldt, Haarlemmermeer. S. G. Sougé, Leiden. Gedurende de maand Juni werden bij de gezamenlijke griffies ln Nederland ge deponeerd 208 crediteurenlijsten met een totaal passief van f. 3.035.031,56'/-. waarvan preferent f. 738.964.50. Sedert 1 Jan. 1937 werden in totaal ge deponeerd 1035 crediteurenlijsten met éen totaal passief van f. 15.701.772,77, waarvan preferent^^908^58347v*^^^^^^^^pL> J. C. B. te L. Vakblad voor auto mobielen. motoren enz. Uitg. Mij. ..C. Mis set" N.V. Doetinchem, abonn. f. 1.25 per 3 maanden. C. W. G te L. Leiden, Leiderdorp, O. Wetering. Nieuwveen, Uithoorn. Vinkeveen Loenen. Oud-Loosdrecht, Hilversum, Laren. Ongeveer 54 K.M. H. v. d. L.. te L. Leiden. Soest 33 K.M. Soest-Nijmegen 79 K.M. Nijmegen-Helena- veen 30 K.M. HelenaveenEindhoven 35 K.M. EindhovenGlnneken 57 K.M. Gin- nekenRotterdam 48 K.M, Rotterdam Leiden 36 K.M. L., te L. De oppervlakte van Neder land is 34201 K.M.2. Het 3-Octoberfeest wordt dit jaar op Zaterdag 2 October ge vierd. Dit werd definitief door de 3 Octo- bervereeniging besloten. H. A. J. de R. te L. Men deelt ons mede dat het secretariaat der Ned. Jeugdher berg-Centrale verplaatst is naar Tulp straat 46, Amsterdam C J. van L. te L. Zekerheid, dat uw rij wiel met denzelfden trein op de plaats van beslemming arriveert als de eigenaar heeft u alleen, wanneer u voor het rijwiel 90 et. vracht betaalt Mej. J A. te L. Voor een hond zijn geen rechten verschuldigd. De inzet der huldiging. ste gevoel van angst. Daarvoor maakten de steengangen en galerijen een te solieden indruk. Een groote dankbaarheid vervult ons tegenover de directie van de Staatsmijnen, die ons ln staat heeft willen stellen nader kennis te maken met dit buitengewoon in teressante groote en veelomvattende bedrijf, v"...op we als Nederlanders met recht trofech mogen zijn. De „menschenredder" Jan van Kan, te Noordwijk, die morgenmiddag gehuldigd zal worden. Als inzet van de huldiging van den heer IJan van Kan, te Noordwijk/Zee, die gelijk gemeld gisteren den dag herdacht, waarop hij vóór 50 jaren toetrad tot de Noord- en Zuid-Hollandsche Reddings maatschappij. en in die lange reeks van jaren met vele moeizame reddingen van lallcoze menschenlevens, zich een naam, tot ver buiten onze grenzen bekend, verwierf, bracht de harmonie „De Echo der Duinen" leen serenade aan den jubilaris. Voor zijn I woning aan den Oude-Zeeweg had de heer Van Kan zich, in gezelschap van vele fa milieleden. opgesteld, terwijl een groote schare belangstellenden blijk gaf van haar medeleven met dezen bekenden ingeze tene. Het was een grootsche manifestatie van de bevolking en van velen van bui tenaf, die op deze wijze blijk gaven van hun groote waardeering voor het vele menschiievende werk. dat de jubilaris voor zijn mcdemensch deed en nog doet. Na eenige feestmarsclien, werd de heer Van Kan gecomplimenteerd, waarna de muziek nog een rondgang, gevolgd door een grooten stoet menschen, door het dorp maakte. 4—3

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1937 | | pagina 12