Oplossingen Goede oplossingen RAADSELS Eter van beroep ANEKDOTEN lijk welkom, nieuw nichtje. Je bent goed be gonnen, bijna alle oplossingen goed! En wat beeldig postpapier. Is dat een kikker-koning op het plaatje, met een prinsesje? Mientje de Water. In elk geval is je post papier erg mooi, al is het niet van je ver jaardag. Amuseer je je nog fijn met al je nieuwe speelgoed? Jacob Kruit. Waarmee was je vliegende hollander versierd? Ik heb den kinderop- tooht ook gezien, en zag zooveel mooie ver sieringen, ook bij de vliegende hollanders. Ik zal je dus wel gezien hebben. Waren er veel prijzen? Chr. en Leendert Jongeleen. Bedankt voor jullie raadsels. En jullie lossen flink op, ze ven goed! Ook voortaan den leeftijd er onder. Toos en Beppie Bouter. Prettig, dat jul lie weer mee gaan doen. Ik kan het Wel be grijpen, dat jullie er de eerste weken na het overlijden van Mej. Koopmans v, Boekeren niet toe konden komen. Het was een plotse linge slag, en jullie waren natuurlijk bij zonder aan haar gehecht. Maar jullie zul len wel opnieuw trouw meedoen, nu je weer begonnen bent; dat zal ook in den geest zijn van de overledene. Nee, ik woon in Leiden, Leuk, dat jullie al 3 keer gelukkig lootten. Hartelijke groeten terug aan Vader en Moeder. Letta Vet. Ter eere van je verjaardag een apart woordje. Hartelijk gefeliciteerd nog. Is de dag fijn geweest? Leuk, een dag na den Prins. Dan heb je voortaan altijd twee feestdagen achter elkaar. Jaantje Vet. Nu bof jij, want ik moet aan jou toch ook even schrijven. En jullie boften ook met dat werk bij Buurvrouw. Weet jij al van te voren,wat jemet je verjaardag krijgt? Aardig, die droom. Nu hoop ik eens van jou te droomen. Bep en Wim Nieboer. Gelukkig, dat jullie nog net op tijd je raadsels instuurden. Jul lie moeten er zeker weer even aan wennen! Sary Akkerman. Ja, ik heb den op tocht gezien en hee) goed opgelet. Hoe zag de jouwe er uit? Kun jij zoo praohtig lezen? Jammer, dat ik dat niet kan hooren. Willy van Rijn. Bedankt voor je raadsels. De tweede is wat te moeilijk, de andere zijn 2PSrv:'-e. c<"p-srt Ravensbergen. Hoe voelde jij je wei rues je zakgeld? En dan zoo laat naar bed; je leek ineens wel een groot mensch, een Mijnheer, hè? Dus je hoorde buiten mu ziek van twee kanten, van de vogels en van de radio. En als slot weer: bedankt voor je raadsels. Jan Ravensbergen. Je naam onder je brief vergeten! Gelukkig, dat jullie in één enve loppe opsturen; nu begreep ik, dat die brief van de andere tweelinghelft was. Maar toch er aan denken voortaan. Dat parkietje wou zeker zijn wereldje eens verkennen, en kwam zoo in de la terecht. Fijn, als je ook mag gaan roeien. Vind je het werk prettig? Rietje Kettenis. Ja, ik had je gemist. Zulke trouwe nichtjes als jij, van iedere week, mis ik direct, als ze er een keer niet bij zijn. Maar daarom hindert dat niet. En je kon er nog heelemaal niets aan doen ook! Maar dit was ook een fijn briefje: één taaifoutje maar. Daarover verheug ik me ook! Aardig raadsel, dank je wel. Marietje Hoppenbrouwer. Dus Jij bent net als ik: liever naar die kleine zeilbootjes kijken, dan er in zitten! Coba Verlind. Ja, aan alles komt een eind, helaas ook aan je mooie postpapier. Maar je briefjes zijn me even lief, al is het op een gewoon velletje. Je gaat een leuk reisje tegemoet, veel pleizier. Lydia Botermans. Jullie kunnen zeker wel samen naar school gaan, al zitten jullie niet in dezelfde klas. Hebben jullie oqk niet 't zelfde schoolreisje? Jij ook een prettigen dag. En ook de groeten aan je zusje Coba. Alida v. d. Holst. Heerlijk, dat je weer geheel beter bent. Zoo zie je, dat je je aan 't strand toch amuseeren kunt, al heb je haast niets bij je. Was je niet bang in die hooge golven? Je blijft toch vlak vooraan, hè. Je raadsel klopt niet heelemaal, maar ik heb nog andere van je. Kitty Dreef. Ja, je raadsel is te gebruiken, dank je wel. En je anecdote komt ook gauw in de krant. Wat leuk, telkens een ander mooi velletje uit te kunnen kiezen van je postpapier. Jo Dreef. Het is altijd een akelig gezicht, als de poes een vogeltje heeft. Op zoo'n oogenblik zie je echt het „roofdiertje" in 'haar. 't Is haar natuur, hè. Dank voor je anecdote. Jannie de Neef. Prettig, dat je voortaan geregeld in zal zenden. Je had me toch ook eenige weken terug al iets geschreven? En ik dacht, nog steeds over je boottocht te zul len hooren naar Amsterdam. Hoe was dat? Je had 1 raadsel fout van de vier, dus kon je naam n'let in de krant. Niet af laten schrikken hierdoor! Je las hierbdTefT" lieveé een extra opl. er bij, als je die weet. Jannie van Biezen. Leuk dat er zooveel versjes in je album kunnen. Dan heb je voor later veel herinneringen. Alvast gefeliciteerd met je verjaardag Maandag. Ik denk, dat ik de eerste ben. Dan kun je me er daarna mooi over schrijven. Veel pleizier. Anny Boekestein. Kind, wat een fijne brief Wel lang. maar niet saai, hoor. En dat dicht voor je examen, dat stel Ik dan ook dubbel op prijs! Je brief is ook zoo keurig, als van een volwassene. Wat leuk, die corresponden tie met Afrika. Ja, ik zag den optocht ook, erg aardig. Nu, Artis blijft altijd interes sant. En ik hoop, dat je vacantieplannen door kunnen gaan. Je versiert je postpa pier leuk. Marietje van Vliet. Hè, ik was blij van je reisje te hooren; je had me heusch nieuws gierig gemaakt. En wat heb je veel gezien op dien eenen dag! Vond je het niet mooi in het Muiderslot? En 't uitzicht van de Pyra- mide? Daar is nog een nichtje geweest vo rige week. Gretha de Graaf. Bedankt voor je raadsel. Dat is er een, om van te watertanden. Bennie de Bruin. Dat is verdrietig van Oma. Wees maar heel lief voor haar. Je ge noot natuurlijk op je wandeling in het Haagsche Bosch; 't is er zoo mooi. Dreital Laman. Moet Willy een nieuwe bril hebben? Paulus en Marietje. jullie had den prachtige rapporten, flink zoo. Moeder en Vader waren natuurlijk ook erg blij? Be dankt voor jullie raadsels en anecdote. Marietje, wat heb jij nu weer mooi getee- kend. Ik krijg een fijne verzameling van de „familie Laman". Jannie en Wouter van Kampenhout. Wat krijgen jullie toch veel met je verjaardag; verleden week las ik dat ook al van een nichtje, en nu jij weer. Jij bent maar weer goed af, Jannie. Wat leuk, een Zuid-Afri- kaansch Vriendinnetje te hebben. Leny Hartwijk. Ik miste je deze week, maar schrijf je toch even over een storende drukfout in de vorige correspondentie aan jou. Er moest staan: dat je Moeder de anecdote zelf meegemaakt heeft." 't Woordje mee was er uit gevallen. Toch niet weer ziek geworden, hoop ik? Nu, dat was weer heel wat, en dus héél fijn voor mij. Tot de volgende week. Dan geef ik weer eens prijsraadsels!! Allen har telijk gegroet door jullie Raadseltante, Mevr. M. J. B. der raadsels uit het vorige nummer. 1. Nijl, lijn. 2. Kersen. 3. De morgenstond heeft goud mond. 4. 999 9/9. 5. Levertraan: ver, Lena, rat, el. 6. Zevenbergen: bergen, zeven. 7. Annie (Antje). 8. roos oost o s 1 O stok Toos Bouter, Beppie Bouter, Leendert W. Jongeleen, Chr. Jongeleen, Jacob Kruit, Trijntje Bergman, Cornells Arbouw, Mientje de Water, Hendrientje Blotkamp, Corrie de Pree, Gerard de Pree, Gerard F. van Leeu wen, Jaques W. van Leeuwen, Jettie de Bree, Ida Maria de Graaf, Freek van der Vlist, Annie Schipper, Marie Brokaar, Rika de Graaf, Jopy Hofstra, Mappy Rührwiem, Jan Bronsgeest, Abraham Fakkel, Mimi Favier, Loekie Favier, Alida Stikkelorum, Gerrie Keinemans, Rie Hartevelt, Janny Hartevelt, Co Hartevelt, Prijna Hartevelt, Emma de Groot, Geertrui de Groot, Annie Keyzer, Wim Keyzer, Rietje Keyzer, Piet Lagas, Jo Outshoorn, Jannie van Kampen hout, Wouter van Kampenhout, Paulus Laman, Marietje Laman, Bram Kret, Koos- je Kret, Bennie de Bruin, Gretha de Graaf, Wim de Graaf, Adriaan van Vliet, Marietje van Vliet, Bernard van Vliet, Anny Boeke stein, Jannie van Biezen, Jo Dreef, Kitty Dreef, Coba Verlind, Alida van der Holst, Henny van Vliet, Lydia Botermans, Marietje Hoppenbrouwer, Rietje Kettenis, Jan de Graaf, Grietje de Graaf, Leendert Ravens bergen, Jan Ravensbergen, Willy van Rijn, Dientje Olivier, Matje van Leeuwen, Sary Akkerman, Bep Nieboer, Wim Nieboer, Jaantje Vet, Letta Vet. voor allen om uit te kiezen; de grooteren vier; de kleine ren drie goede oplossingen. i. Ingezonden door Jan Ravensbergen. Welke zak rijdt te paard? II. Ingezonden door Drietal van Vliet. Met D ben ik een jongensnaam, Met G spoelt de zee mij aan, Met K zit ik aan een geweer, Dat schiet mij, met een W, soms wel terneer. III. Ingezonden door Drietal van Vliet. Verborgen vogels: 1. Pa rende Piet achterna. 2. Geef je portret met een prachtige lijst er om. 3. Kas per werd voor de klas geroepen, om zijn les op te zeggen. 4. Zus is bang voor een bij, voor een wesp echter niet. IV. Ingezonden door Jo Drabbe. Wie is de zoon van mijn Vader en toch niet mijn broer? V. Ingezonden door Alida Stikkelorum. Bij welk spel worden tranen gestort? VI. Ingezonden door Leendert Ravensbergen. Van mijn bord eet .ik Met een flinken grooten Als je 't raadt ben je VII. Ingezonden door Jo Dreef. Mijn geheel is een vloeistof van 8 let ters, die men graag in den zomer drinkt. 3, 4, 8 is geen Pa. 1, 2, 8, 5 is een verkorte meisjesnaam. 4, 3, 6 is iemand, die oud is, en van wie je meestal veel houdt. VIU. Ingezonden door Jannie en Wouter van Kampenhout. Het is een lange draad en toch kogelrond. Ra. ra hoe kan dat? Onder de Sioux-Indianen van het Dui- velsmeer kent men nog steeds het beroep van „eter". Wat beteekent dat nu weer, zul je vra gen. Wel, onder de Sioux is het een elseh van goede manieren, dat men aan een gast alle schotels voorzet, die hij maar wenscht, maar deze heeft dan ook den plicht alles schoon leeg te eten. Wenscht een gast bijv. biefstuk, dan komt er onmiddellijk een groote op tafel, véél grooter dan een gewoon mensch ver orberen kan. Vandaar dan ook, dat er al tijd met lederen gast 'n beroeps-eter mee komt, die naast zijn meester plaats neemt en tot taak heeft, alles op te eten, wat deze laat staan. Er moeten Indiaansche beroeps-eters zijn die desnoods zeven pond biefstuk achter elkaar kunnen verorberen. Ingezonden door Alida van der Holst. Meester: „Zeg eens ventje, hoe kom je zoo laat?'' Johan: „Ja, Meester, het was zoo glad. dat ik bij eiken stap, dien ik deed, wel twee stappen achteruit gleed". Meester: „Wel, Johan, maar dan was je hier toch nooit gekomen?" Johan: „Ja, Meester, dat snapte ik ook; daarom heb ik mij omgekeerd, om weer naar huis te gaan, en zoo ben ik hier toch gekomen 1"

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1937 | | pagina 18