Binnenland Stilte! Opname Persbeschouwingen over de Kabinetsformatie De misdaad van dr. Forbes LEIDSCH DAGBLAD, Vrijdag 25 Juni 1937 Derde Blad No. 23695 78sie Jaargang Kant en KLaatToet £en -^eetelóje naar ENGELAND Een kijkje in de Studio Is er sprake van schuld? Het vierde kabinet-Colijn draagt het ka rakter van een christelijk kabinet, zegt De Standaard lA.R.). Daartegen zullen, meent het blad, de vrijzinnige en sociaal democratische persorganen, zij het ten deele op uiteenloopende gronden, wel groote be zwaren inbrengen. Met name zal worden ge zegd het is reeds gedaan dat van dr. Colijn de vorming van een kabinet met endere signatuur mocht worden verwacht. „Ten onrechte," betoogt het anti-revolu- tlonnaire orgaan. Men kon omtrent het streven van dr. Colijn te dezer zake niet in het onzekere verkeeren. Hij had reeds lang te voren, niet terloops maar opzettelijk, uiteenge zet, dat hij een Kabinet zou wenschen te zien optreden, dat de Christelijke begin selen als grondslag voor zijn beleid aan vaardde, en dat als zijn algemeene taak zag de handhaving en de versterking van de Christelijke grondslagen van ons volks leven. Op deze principieel-zakelijke basis wilde hij de breedst mogelijke samenwer king 'bevorderen. Hij was van meening, dat voor die samenwerking in aanmer king kwamen allen, die bereid waren op deze basis hun medewerking te verleenen. Uit wat tot heden is bekend geworden omtrent de Kabinetsformatie, moeten wij afleiden, dat Dr. Colijn, nadat hij de op dracht had ontvangen, overeenkomstig deze zijn overtuiging is te werk gegaan. Dat hij, voor wat de personen, den kring van medewerkers betreft, zijn inzichten niet heeft kunnen verwezenlijken, zou hem eerst euvel mogen worden geduid, nadat was gebleken dat dit aan hem, en niet aan anderen, moet worden toege schreven. Wij zijn, ronduit gesproken, het gevoelen toegedaan, dat, als er van schuld sprake is, aan anderen hier schuld treft. Men heeft meermalen de uiteenzettin gen van dr. Colijn, in de Tweede en in de Eerste Kamer gegeven, eenzijdig bezien, en ze daardoor niet juist samengevat, noch juist geïnterpreteerd. Men schonk nog al eens te weinig aandacht aan het geen hij had uitgesproken omtrent de principieel-zakelijke basis, en hield zich dan te veel bezig met hetgeen hij had gezegd over den kring, welken hij zich voor medewerking en samenwerking op die basis dacht. Dientengevolge heeft men zich, naar in de laatste weken duidelijk aan het licht is gekomen, een opvatting eigen gemaakt over de opinie van dr. Colijn, welke daarmede niet strookt, en dus in geen geval de zijne mag worden genoemd. Hetgeen mr. Oud, tijdens de kabinets crisis, te Leeuwarden heeft gezegd, levert daarvoor een klaar bewijs. Deze sprak zich daar feitelijk uit voor een ge mengde principieel-zakelijke basis, voor een grondslag ten behoeve van het regeerlngsbeleid, waaraan een gemengd rechtzinnig-vrijzlnnig karakter moet wor den toegekend. Daarmede nam hij af scheid van de basis, welke dr. Colijn dui delijk had aangegeven. Dit bracht uit den aard der zaak consequenties met zich, waarmede de kabinetsformateur had te rekenen, en warmede ieder rekening heeft te houden bij de beoordeeling van het resultaat der kabinetsformatie. Deze consequenties, en hetgeen daaruit nog verder is voortgevloeid, hebben ten gevolge gehad, dat het nieuwe kabinet een rechtsche signatuur heeft in den ouderwetschen zin van het woord. Ook merkt „De Standaard" nog op: Het kan tevens op den naam „parle mentair kabinet" aanspraak maken. Wie daaronder uitsluitend verstaat een par tijen-kabinet, of een door partijen ge vormd kabinet wij zijn van andere meening die kan het echter dien naam niet geven, omdat het door de drie recht sche partijen niet schijnt te zijn gevormd. Wij weten uit zeer goede bron, dat onze partij, noch onze Kamerfractie, aan de vorming van dit kabinet heeft deelgeno men en wij hebben eveneens goede rede nen, om aan te nemen, dat de beide andere partijen of hare fracties dit ook niet hebben gedaan. Dit wordt uiteraard alleen neergeschreven, om, voor zooveel het ons betreft, de positie zuiver te stel len, en niet om op den gevolgden gang van zaken critiek te oefenen. Het tegen deel is het geval. Een sterk kabinet. De Nederlander (C.H.): Het is ten slotte een parlementair Ka binet geworden. En wel van rechtsche signatuur. Moeilijk te ontkennen valt dan ook, dat de stembusuitslag deze mogelijkheid liet, ja tot zekere hoogte op den voorgrond stelde. Dat, zooals gezegd wordt, sommige kie zers een andere bedoeling hadden dan ln hun stem tot uiting kwam, is ten deze van weinig beteekenis. Men kan nu een maal niet aan zijn stembiljet een briefje toevoegen ter nadere toelichting, en het zou, ook voor de toekomst, bedenkelijk zijn indien de indruk gevestigd werd alsof men dit op de een of andere wijze toch wèl kon doen. Ons lijkt voor vrijzinnigen, die van oor deel zijn, dat, meer dan vroeger in hun kringen we! beseft werd, de Staatszorg op handhaving en versterking van de christelijke grondslagen van het volksle ven moet gericht zijn, de tot stand ge komen formatie alleszins aannemelijk. Het komt er immers minder op aan, wie het bewind voeren, dan hoe het bewind gevoerd wordt. De christelijk-historischen hebben steeds getoond dit te begrijpen. In het kabinet-Kuyper van 1901 b.v. zat geen enkele Christ.-Hist, minister, maar het voerde een beleid waarmede de Christelijk-Historischen zich konden ver eenigen, met het gevolg, dat mr. Lohman en zijn vrienden tot de krachtigste steun- oilaren van het ministerie behoorden. Hetzelfde was het geval onder het kabi net-Heemskerk van 1908, behalve dat toen -le minister van buitenlandsche zaken, die tot dusver als diplomaat in Amerika ge woond had en dan ook als vak-minister toetrad, toevallig tot de Ohrist.Hist. rich ting behoorde. Niet de personen vormen hierbij de hoofdzaak, maar de richting waarin het beleid gevoerd wordt. Wie dit beleid toejuicht, zal zich niet aan steun kunnen onttrekken, ook niet zoo hij het op prijs gesteld had, door meer recht- streeksche medewerking van zijn instem ming te doen blijken. Het tot stand gekomen kabinet maakt overigens den indruk een sterk kabinet te zullen zijn. Het zal een parlementair Kabinet zijn in den gezonden en klassieken zin van het woord. Dat wil zeggen eenerzijds, dat het niet op wisselende meerderheden, maar op een vaste werk-meerderheid zal steunen en er geen sprake van zal zijn, dat bepaalde onderdeelen van de Staats- werkzaamheid voor het Kabinet taboe zullen worden verklaard. Maar anderzijds, dat bij zijn totstandkoming de uitwassen, die het begrip „parlementair Kabinet" meermalen vertoond heeft, zijn vermeden. Critiek van R.-K. zijde. Bij de R.-K. Volkskrant wekt het „voldoening dat we weer een rechts, een christelijk kabinet hebben", maar „louter voldoening wekt de samenstelling van het kabinet niet bij ons op." Prof. Slotemaker de Bruïne vindt hier 'n weinig hartelijk onthaal: het waarnemen door dr. Colijn van buitenlandsche zaken wordt ook niet toegejuicht. Bovendien: „Dat de minister-president aan „Alge meene Zaken" komt ten einde meer tijd te hebben om we hebben het woord reeds eerder gebezigd over zijn collega's de „bovenmeester" te speler, lijkt ons geen winst." Ook wat de katholieke ministers betreft, is het blad „niet onvermengd" voldaan. Onvermengd, wat betreft de heeren Steen- berghe en Weiter, terwijl men in minister Goseling reeds het verlies van den leider van fractie en partij betreurt: „Een andere vraag is of juist de heer Goseling niet op gelukkiger wijzer zijn mi- nisterieele entrëe had kunnen maken dan onder den parlementairen houwdegen, bij wien iets meer tact en wat meer staats- naar LONDEN per St.Mij. ZEELAND Vin Donder dage vond tol Zondagmorgen. In Juli en Augustus eiken Donderdag, uitgezonderd Donderdag ia Augustus. REISKOSTEN VLISSINGEN- LONDEN v.v.. GOED HOTEL. ALLE MAALTIJDEN. SIGHTSEEING met TOURING-^^^^^ CAR: ALLES INBEGREPEN slechts Kfffi VL15S1NGEN-HA RW) C H v.v. OVERTOCHT 1ste KLASSE. INCLUSIEF LOGIES EN ONTBIJT s,echts Vraagt inlichtingen en prospectussen bij de S.M. ZEELAND. VlUainfen. hare Hoofdagenten WÜ H. MULLER Co. n.v en bij de Rciabureaux 2878 (Ingez. Med.) mansgave bij de kabinetsformatie geen overmatige weelde waren geweest. Verder beschouwen we het als een ern stig tekort dat met den wensch naar een minister van Sociale Zaken dan uit de arbeiderswereld geen rekening is ge houden. Die wensch is geen oogenblikkelijke be vlieging of opwelling geweest maar heb ben wij ook in een vroegere periode reeds herhaaldelijk geuit en beklemtoond. Die wensch leefde bij honderdduizen den: hij was redelijk en natuurlijk en be antwoordde ten volle aan de voortgeschre den emancipatie van den arbeidersstand". Een N.S.B.-oordeel. Het Nationale Dagbl. (N.S.B.is over de vorming van het kabinet slecht te spreken. Het blad schrijft: Uit den kleinzieligen belangenstrijd oin huidige en toekomstige machtsverovering werd geen regeering der vernieuwing ge boren. Neen, achter den Christelijken ge vel der coalitiepartijen voltrok zich een worsteling tusschen de z.g. katholieke staatspartij en den staatsman Colijn om de hegemonie. De politieke schepping der nieuwe regeering echter heeft met Chris telijkheid weinig te maken; zij draagt de kenteekenen der verscheurdheid op het aangezicht en begint haar leven met de kanker der ontbinding in haar boezem. BEZOEK VAN DEN Z.-AFRIKAANSCHEN MINISTER HAVENGA. Gisteravond te kwart over zeven is de Zuid-Afrikaansche minister van financiën, de heer Havenga aan het Hollandsche spoorstation te 's-Gravenhage aangekomen waar hij werd verwelkomd door den gezant van de Unie van Zuid-Afrika, dr. H. D. van Broekhuizen, wiens gast de heer Ha venga gedurende eenige dagen zal zijn. Minister Havenga die op de wereldtentoon stelling te Parijs het Zuid-Afrikaansche paviljoen officieel heeft geopend en via Brussel, waar hij een korte bespreking had, naar ons land is gekomen, zal hier te lande niet-officieel o.a. eenige landbouw bedrijven bezichtigen. Zoo zal de heer Ha venga heden vergezeld van den gezant een bezoek brengen aan Leeuwarden en omgeving ten einde eenige stamboekbe- drijven in oogenschouw te nemen. Verder staan voor Maandag a-s. eenige landbouw bedrijven in Noord- en Zuid-Holland op het programma. Maandagavond zal met minister Haven ga de Nederlandsche minister-president dr. Colijn als gast aanzitten aan een maaltijd ten huize van dr. Van Broekhuizen. Dinsdag vertrekt minister Havenga naar Londen. BURGEMEESTERS. Bij K B. zijn opnieuw benoemd tot bur gemeester van: Zevenbergen. J. J. v. Aken; Dongen. K. L. J. Wouters; Est en Opijnen, D. C. den Ouden; Laren (G-:), W. L. van Weideren Baron Rengers; Geldermalsen. F. F. Roozeveld van der Ven; Maasland, H. L. du Boeuff: Mijdrecht en Wilnis, I. Padmos: Franekeradeel, W. Elgersma; Losser, C. J. A. van Heivoort; Heino, A. van Sonsbeek; Zuidbroek, H. E. Buurma; Slochteren, mr. E. J. Thomassen a Thuessink van der Hoop van Slochteren; Oldehove, C. Slager; Hoog kerk, F. Tjaberings; en van Cadier en Keer, mr. A. M. P. Thomassen. DE O. 15 IN DEN HELDER TERUG. Gistermiddag is de O. 15, die drie maan den geleden naar de Spaansche wateren was vertrokken om de Nederlandsche han delsvloot te convoyeeren, in den Helder teruggekeerd. De commandant van den onderzeedienst, overste J. van den Berg, die begeleid was door luitenant ter zee eerste klasse J. J. Wichers, sprak de bemanning toe. BOTERNOTEERING. De commissienoteering voor Nederland sche boter is onveranderd vastgesteld op f. 0,75 per kg. Moord of genade? De beslissende scène uit de 20th Century-Foxfilm „De misdaad van dr. Forbes". In deze rubriek hebben wij reeds ge schreven over een der meest besproken Amerikaansche films van den laatstên tijd. n.l. „De misdaad van dr. Forbes". Deze film behandelt, gelijk bekend, op Interessante wijze het groote „doktersdi- lemma", nj. de oude vraag, of een genees heer het recht heeft, moedwillig en bewust het leven te verkorten van een zieke, wiens toestand hopeloos is, die onverbiddelijk ten doode is opgeschreven, die ondragelijke pijnen lijdt en die in elk geval zal ster ven en voor wie het alleen een groote wel daad zou zijn, wanneer dit onherroepelijk oogenblik van verscheiden, eerder aanbre ken mocht, dan de Natuur heeft voorzien... Dit probleem wordt op zeer interessqjite wijze behandeld. De rol van dr. Forbes wordt vertolkt door Robert Kent. In deze film komt o.a. ook een gerucht makende rechtsscène voor. Uit ontelbare films weten wij. hoe belangrijk zulk een zitting in Amerika verschilt van die, zooals ze in ons werelddeel worden gehouden. In ontelbare films hebben wij het duel bijge woond, dat door den officier van Justitie en den verdediger gehouden wordt en de vragen, welke worden gesteld en die de rechter toelaatbaar, of ontoelaatbaar acht. Zoo zijn er tal van détails, welke wij uit al die films kennen. Toch is er een enorm verschil tusschen de eene Amerikaansche rechtszitting en de andere! In New-York bijv. wordt op gansch andere wijze rechtgesproken, dan in een stadje in het verre Westen. De film „De Misdaad van dr. Forbes" laat ons nu de zeer ongegeneerde wijze zien. waarop een rechtszitting in Arizona verloopt. Met de grootste openhartigheid worden ons allerlei bijzonderheden getoond waarvan men voelt, dat ook de makers de zer film zélf ze pertinent afkeuren. En dat niet alleen! Maar ook de jacht naar botte sensatie, de domme dwaasheid van lieden, die naar een plek des onheils toesnellen om platte nieuwsgierigheid te bevredigen, de grove en gevoellooze grap penkortom alles, wat vaak heel ken merkend kan zijn voor het gedrag van een goed deel van het Amerikaansche publiek, wordt in filmbeeld gebracht. Daardoor is dit werk, buiten zijn vele overige kwalitei ten, een voorbeeld van Amerikaansche openhartigheid en een levendige en merk waardige zelfbekentenis. „WITTEBROODSWEKEN" Anny Ondra speelt deze week in de aller aardigste film ..Wittebroodsweken" naar den roman „Die gefahrliche Ingeborg", van Else von Steinkeller Tezamen met Hans Soehnker vertolkt zij het grappige gegeven, hoe haar man onder de pantoffel te krij gen, terwijl die man tevens precies het zelfde met zijn vrouw probeert te doen. Natuurlijk geeft dit aanleiding tot dol komische situaties en complicaties, waar in o.a. ook nog de bekende Adèle Sandrock en niet te vergeten de ruwharige terrier „Lumpi", de bescheiden filmster, die géén salaris verlangt, op den voorgrond treden! GRUNDGENS EN SHAKESPEARE. Tusschen Gustaf Griindgens en de di rectie der Tobis is een overeenkomst ge sloten, waardoor Griindgens voor de Tobis, Shakespeare comedie: „Driekoningen avond" zal verfilmen. Griindgens zal deze film regisseeren volgens een geheel nieuwe ensceneering, die hij reeds toepaste bij het tooneelstuk van dien naam. waarvan en kele dagen geleden onder zijn regie de pre mière te Berlijn ging. Deze Shakespeare-film van Gustaf Griindgens, beteekent een waardevolle toe voeging aan het groote aantal selecte films dat de Tobis in het seizoen 19371938 zal brengen. NIEUWE FILM MET FREDDIE BARTHOLOMEW. Robert Taylor en Freddie Bartholomew zullen samen optreden in de film „Kim", vervaardigd naar het gelijknamige boek van Rudyard Kipling. Freddie speelt de rol van den jongen Kim OHara, den jongen, die door zijn geboorte en zijn omgeving in zijn prille jeugd meer heeft van een in boorling dan van een volbloed Europeaan. Taylor is Kim ais volwassene, die een be langrijk en onmisbaar lid is van den En- gelschen Geheimen Dienst. Het behoeft geen betoog, dat voor deze film zeer veel belangstelling bestaat, te meer daar Kipling's boek „Kim" door zeer velen werd en nog wordt gelezen, terwijl Kipling zelf heeft verklaard, dat hij „Kim" het beste boek vond, dat hij had geschre ven. Productieleider van deze film is Louis D. Lighton; Victor Fleming is de regisseur. Deze beiden vervaardigen ook de film „Captains Courageous" met Spencer Tracy cn Freddie Bartholomew, eveneens naar een boek van Rudyard Kipling. Fred Astaire en Ginger Rogers in „Shall we dance." Hoog boven in de overkapping van een der grootste studios in Hollywood. De lucht is drukkend en de arbeiders, die zich be wegen in een wirwar van kabels en den eenen schijnwerper na den anderen in schakelen, transpireeren hevig, ondanks hun luchtige kleeding. Onder hen strekt zich een geweldig dansvlak uit, ongeveer 20 M. breed bij 30 M. lang. Als uit één stuk glas gegoten, als spiegelblank en glad ijs ligt het daar. Een man met pantoffels aan loopt nog een laatste keer over den glan- zenden vloer.Er gaat iets bijzonders ge beuren: Fred Astaire en Ginger Rogers gaan hun rolschaatsennummer in „Shail we dance?" ten uitvoer brengen. De regis seur. Mark Sandrich. zit, met zijn staf om zich heen, op een klein stoeltje aan den rand van het parket. Ook hij is zichtbaar nerveus en steekt de eene sigaret na de andere aan. om die direct weer op den grond te laten vallen. De belichters spre ken zachtjes met elkaar: „Ik ben nu al twintig jaar in het vak, maar zóó iets heb ik nog nooit meegemaakt," zegt één van hen. Alles klaar! Mark Sandrich steekt zijn hand op: „Alles klaar!" De roode waarschuwings lampen gaan schijnen, de laatste nieuws gierigen verdwijnen door een kleine zij deur. De luidsprekers, opgesteld in de hoe ken van de hal, verkondigen nog een laat ste maal den aanvang der opnamen. De „playbackmachine" begint te spelen. Mu- ziekklanken, in een rhythme van overrom pelende meesleependheid, worden gehoord. In het midden van het parket, waar de lichtbundels van twintig schijnwerpers zich nu in een cirkel hebben verzameld, staan Fred Astaire en Ginger Rogers. Zij begin nen te dansen. Dansen is het niet meer, dit is een van alle wetten der zwaarte kracht gevrijde beweging. Met het geluid- looze tempo van dansers op het ijs vliegen zij over de oppervlakte. Eén en al beweging! De oogen van den cameraman loeren in het vizier van zijn camera. Als gefixeerd gaat zijn lichaam mee met de dolle bewe gingen, die de opnamekraan, het nieuwste wonder der techniek, maakt. De machine werkt bijna onwezenlijk en spookachtig. Geruischloos beweegt zij zich naar links en naar rechts, nu eens kleiner dan weer grooter wordend, om de bewegingen der beide menschen te kunnen volgen. Nie mand, die later het resultaat ziet zal er aan denken, dat aan de schijnwerpers mannen koortsachtig werken, niemand ziet dan die transpireerende gestalten, die de machinerie der tien ingebouwde electro- motoren richten. Alles kijkt gespannen naar den spitsen kegel, die door de schijn werpers wordt gevormd, daar, waar het beste danspaar der wereld zijn danspresta- ties volvoert. Nog een paar passen en zij verdwijnen zijwaarts buiten het bereid der lichtbundels. Regisseur Sandrich veegt met een zak doek zijn gezicht af. Ben breede lach ont spant zijn gelaat. „Alles o.lk.", roept do ca mera-man vanuit zijn hoogen zetel. „Hoe veel meter was het?", roep Sandrich terug. De teller van de camera wijst 174'/i aan... De opname is gelukt!

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1937 | | pagina 9