sr. iDSNmuws Ned. Jongelings Verbond 78ste Jaargang DINSDAG 30 MAART 1937 No. 2362 fl Onze Knipselprijsvraag HET VOORNAAMSTE NIEUWS VAN HEDEN Het Prinselijk paar ie Monie Carlo DAGBLAD VOOR LEIDEN EN OMSTREKEN De Prov. Bondsdag brengt honderden jongeren bijeen Christus in ons leven Onze taak in de gemeente. Prof. dr. H. M. van Nes. Dit nummer bestaat uit VIER bieden EERSTE BLAD LEIDSCH DAGBLAD PRIJS DER ADVERTENTIES: 3D ctsrper regel voor advertenties uit Leiden en plaatsen waar agentschappen van ons Blad gevestigd zijn. Voor alle andere advertenties 35 ets. per regel. Voor zakenadvertenties belangrijk lager tarief. Kleine advertenties uitsluitend bij vooruitbetaling "Woensdags en Zaterdags 50 ets. bij maximum aantal woorden van 30. - Incasso volgens postrecht. Voor opzending van brieven 10 ets. porto te betalen, - Verplicht bewijsnummer 5 ets. Bureau Noordeindsplein Telefoonnummers voor Directie en Administratie 2500 Redactie 1507. Postcheque- en Girodienst No. 57055 - Postbus No. 54. PRIJS DEZER COURANT: Voor Leiden en gemeenten, waar agentschappen gevestigd zijn: per 3 maanden per Franco per post f. 2:35 per 3 maanden, -f portokosten. (voor binnenland f. 0.811 per 3 mud.) L2.3S week r.o.ia Honderden jonge menschen het aan tal overschreed verre de duizend alle a'angesloten bij het Ned. Jongelings Ver bond, kwamen gisteren in de Stadsgehoor zaal bijeen ter bijwoning van den Prov. Bondsdag van dit Verbond. Onder de verdere belangstellenden, die dezen toogdag bijwoonden, merkten wij o.a. op prof. dr. Bakhuyzen v. d. Brink, ds. D. Kuilman, het gemeenteraadslid, den lieer Jac. Wilbrink, en enkele oud-N. J. iV.'ers. De referaten, die dezen dag gehouden zouden worden, stond ditmaal in het tee- ken van „Christus in ons leven" en „Onze taak in de gemeente." De opening. De voorzitter van de Prov. commissie, de heer J. A. Amesz van Rotterdam, open de dezen bondsdag met een openings- en wijdingswoord, naar aanleiding van enkele schriftgedeelten uit Matth. 28, Petr. 1 en 1 Cor. 15. Paschen, aldus spr„ wil zeggen opstan ding. nieuw leven. In de natuur is dit wel het duidelijkst merkbaar. Voor vele men schen is Paschen het lentefeest. Zij zien niet het wonder van de opstanding van Christus. Zij weten niet de blijdschap, die vertolkt wordt in het Bijbelwoord: ..De Heere is waarlijk opgestaan." Het Prediker-zangkcor onder leiding van den heer P. J. Eikerbout. vertolkte daar na op lofwaardige wijze het toepasselijke lied: „Rijst poorten omhoog". De heeren A. H. Brandt (piano), A. Del- forterie (viool! en W, Beekman (cello) speelden in aansluiting op den zang van het Prediker-koor het Largo van Handel, waarna de heer J. M. G. Hakkert, als voorzitter der Regelingscommissie in aan sluiting op de welkomstwoorden van den heer Amesz, allen welkom heette in de Sleutelstad, waaraan hij den wensch ver bond. dat deze samenkomst in alle op zichten mocht slagen. Rede van ds. Van Beem. Vervolgens was het woord aan ds. J. H. H. van Beem, Ned. Herv. predikant te Rot terdam, die sprak over: „Christus in ons leven". Spr. wees allereerst op de steeds toene mende ontkerkelijking van ons volk, voor al in de groote steden, en toonde daarna aan, dat wij midden in dezen tijd staan. Wij staan tusschen de wereld en het Ko ninkrijk Gods in. Aan den eenen kant trekt Christus en aan de andere zijde de wereld. „Christus in ons leven" houdt eenerzijds een geweldige eisch in. maar andererzijds ook een stralende belofte. Nadat ds. Van Beem de groote opoffe ringsgezindheid van Christus geteekend had, zette hij uiteen, dat de mensch zich in dezen tijd in hoofdzaak van God af beweegt. En nu staat Christus in dit ons leven. En wat zal dat geven. Volgens spr. een geweldige botsing, een conflict tus schen 's menschen hardheid en Gods eeuwig-trekkende liefde in Jezus Christus. Christus in ons leven wil zeggen: Jezus Christus stervende aan het Kruis, maar ook: Jezus Christus uit de dooden opge staan. Christus in ons leven beteekent de abso lute overgave de bekeering, sterven aan zichzelf. Christus in ons leven beteekent ook afbraak van het oude leven. Eerst moet onze beweging dood loopen op het Kruis en dan gaan wij met Jezus Christus tot God henen. Als de opstanding uit den dood heeft plaats gevonden, dan houden wij ons krampachtig aan Christus vast, Die ons voorgaat. Dan houden wij vast als ziende den Onzienlijke. Christus volgen beteekent zich aan Christus vastklampen. De wereld trekt ook aan ons, maar wij zullen alles los laten en met beide handen de rots der eeuwigheid omklemmen. Naarmate wij ons aan Christus vast houden, houdt Hij ons vast ten einde toe. Dan zullen wij in Christus' kracht over winnen. Christus in ons leven wil ook zeggen: God vast houden maar ook de menschen, Dan komt er ruime gelegenheid om naas tenliefde te bewijzen. Staat Christus midden in ons leven, al dus eindigde spr., dan willen wij ook an deren met het geluk in Christus bekend maken. De heer Pels spreekt. In aansluiting op dit referaat sprak de heer G. Pels Jzn., secretaris der Prov. com missie over: „Christus in ons leven wat Hij van ons vraagt." Christus is een geweldige realiteit In ons leven; Hij geeft veel, ja alies, maar Hij vraagt ook veel; Hij vraagt alles. Hij vraagt ons geheele leven. Ieder die Gods gave heeft ontvangen, moet die gave uit- deelen en doorgeven. En nu wil ik heden vlak naast u staan in de harde werkelijkheid van het leven, met zijn moeiten en strijd. Want het ster ven is ernstig, maar te leven in onzen dag is ernstiger. Als Christen jonge mannen hebben wij een heilige roeping te vervul len. om de wereld te laten zien, dat wij een heilig geheim met ons mede dragen; het geheim dat Christus in ons hart woont en wü deel hebben aan de verzoening door den eiland. Een staatsman moet eens gezegd hebben, toen het gesprek liep over het onderwerp „Christen te zijn"; „Wie dat wil, is gek!" En hij had van uit zijn standpunt gezien volkomen gelijk. Het is tegennatuurlijk Christen te zijn en de eerste Christenen werden dan ook gehoond en belasterd als dwazen. Voor de ongeloovigen is Christus een dwaasheid, maar voor die gelooven is Christus wijseid en heerlijkheid. Zij leven in het teeken van het Kruis en wie Christus' discipel wil zijn moet ook zijn kruis dragen. Christus in ons leven zou ik nader wil len belichten door te zeggen dat Hij drie dingen van ons vraagt nX: „Getuigen", „zijn" en „doen." Getuigen in de eerste plaats, omdat Christus dit van ons vraagt. Hem belijden voor de menschen. met wie wij in aanra king komen. Genade maakt mededeelzaam. Wanneer wij niet zouden getuigen, ver stikt ons geestelijk leven, want het is ge boren om door te geven. De wereld vraag om levende getuigen. Het kan ons niet onverschillig blijven wan neer duizenden leven zonder Christus, zon der de blijdschap. Getuigen van Hem, die ons leven is. „Ik heb een vasten grond gevonden, waarin mijn anker eeuwig hecht." Er wordt nu gezegd: Wat heeft het Christendom na 20 eeuwen gebracht. Maar de vraag moet anders gesteld worden. „Wat hebben wij van het Christendom ge maakt." Getuigen van Hem, en Hem uit leven. Maar wij moeten ook Christen wil len zijn. „Zijn" jonge mannen moeten een leven de brief van Christus zijn. Christen-vormt en hervormt jonge mannen tot een nieuw leven Er is in onze dagen geen behoefte om over „christelijk" te praten, maar om christelijk te zijn. Hem uitleven in onze omgeving, in werkkring, bij vrienden, on der de familie. Al wat godsdienstig is, is neg niet christelijk. Christen „zijn" is het doen. Wanneer de nadruk valt op het „zijn" weet ik zeer wel dat dit moeilijk is. Want wij hebben ook te „strijden". Onze gereformeerde vaderen plachten te zeggen, wanneer iemand bekeerd was „weest wel kom in den strijd". Ze hadden het gezien dat het leven een strijd beteekende met taaie volharding. Zooals Christus eens ge zegd heeft: „Die volharden zal tot het einde, die zal zalig worden." Geen leven zonder strijd, Gods genade zal er ons bij helpen. Christen zijn beteekent ook wat doen. Jaagt naar de heiligmaking zonder welke niemand de eer zal zien! luidt het aposto lische woord. Hierin wordt men gevoerd op het doen. Onze mond en lippen bewaren voor de zondige taal. Bevorderen alles wat liefelijk is en wel luidt, maar ook helpen anderen waar dit noodig is, onze werklooze jonge mannen steunen in de moeiten. De noo- den lenigen die groot zijn in het leven van anderen. Er is veel sociale nood in onze dagen. Het is onze plicht te helpen waar dat noodig is. Christus in ons leven beteekent positief te zijn. In onze wereld is er een zucht om ieder te laten in zijn plaats. De N.S.B. weet vele aanhangers te krijgen door de verleidende woorden: Iedere godsdienst laten voor wat het is. Dit is een onchristelijke houding. Men moet positief blijven en de wereld voor Christus opeischen. Christus moet Koning zijn ook op politiek gebied. Wij leven in 'n wereld die de ondergang tegemoet gaat. Slapen wij niet, aldus eindigde spr, zijn ernstige rede, maar weest Christen in woord en daad. Muziek en zang wisselden nu elkaar nog eenmaal af, waarna de morgenvergadering op de gebruikelijke wijze werd gesloten. Zeer velen begaven zich nu naar het gebouw „Prediker" waar de gemeenschappelijke koffietafel werd gebruikt. Voor het eerste gedeelte der middagsa menkomst, die in de Stadsgehoorzaal plaats Op de eerste pagina van het 3e Blad vindt men van daag de oplossing en den uitslag van onze Adver- tentie-Knipselprijsvraag. DE DIRECTIE. vond, stond de uitvoering van het declama- torium „Pelgrims naar Sion" op het pro gramma. Voor dit werk, dat diepen indruk op de aanwezigen maakte, had men zich de medewerking verzekerd van de C. J. V. Pre diker, de C. J. M. V, Levendaal en Phebe, Verder verleenden hun medewerking de heeren E. van Duuren en P. Roest (decla matie), W. v. d. Oever (orgel), A. H. Brandt (piano), A. Delforterie (viool) en W. Beek man (cello). De slot-samenkomst, waarvoor allen zich naar de Hooglandsche Kerk hadden bege ven, werd op de gebruikelijke wijze ge opend, waarna de heer Feike Asma een orgelsolo uitvoerde. De heer R. v. d. Weide, tweede voorzitter heeft in deze samenkomst nog gesproken over „Onze taak in de gemeente". De heer v. d. Weide aan het woord, In onze C.J.M.V.-kringen, aldus begon spr. is de laatste jaren meer dan vroeger aan de orde. het vraagstuk over de verhouding tot de Kerk, d. i. de Gemeente van Christus, in engeren zin de Ned.-Herv. Kerk. Die Kerk heeft in deze dagen groote belangstelling en de C.J.M.V. is hierbij nauw betrokken, omdat het grootste deel der C.J.M.V.'ers dooplid of lidmaat dezer Kerk is. Hier is dus het beginpunt van het con tact tusschen de Kerk en de Jongelings- vereeniging. niet zoozeer gelegen in gefor muleerde regels, maar bestaande in het contact tusschen levende personen. Daar begint ook de wederzij dsche critiek door elkander niet begrijpen en niet waar- deeren. Alvorens nader te bezien, wat onze taak is in de christelijke gemeente is een goed kerkbegrip noodzakelijk. Reeds bij Israël na de ballingschap komt als overblijfsel hier van de synagoge voor, als plaats van sa menkomst voor de gemeente. Jezus zelf komt er en spreekt er uit de schriften. Ver dere uitspraken van den Heiland wijzen erop, dat Hij zich op aarde een gemeente, een Kerk, wil vergaderen van degenen„die des Heeren zijn." Als lichaam van Christus, waarvan Hij het Hoofd is. doet de Kerk, wat haar door haar Koning is opgedragen n.l.: Verkondigen, getuigen, onderrichten, de sacramenten bedienen en ook barmhar tigheid, vooral in onze dagen een zeer be langrijke taak. Als zoodanig heeft de C.J.M.V. de kerk te I zien als van God gewild. De eerste is slechts een vereeniging. Alleen de kerk kan zijn de geestelijke vuurhaard, waaraan de geloo- vige eigen doovend vuur kan verwakkeren. Iedere groepeering buiten de kerk is slechts i tijdelijk. De kerk is der eeuwen en haar Koning, de Koning der Eeuwen. Indien de C.J.M.V. tot richtsnoer neemt Gods Woord moet zij noodzakelijk bij de kerk uitkomen Het Ned. Jongel. Verbond is evenwel niet kerkelijk, d.w.z. gaat niet uit van de kerk, is niet door de kerk gesticht, maar vindt zijn oorsprong in het réveil. Als vereeniging kan de C.J.M.V. somtijds verder komen op het terrein, waar de kerk wantrouwen en vooroordeel opwekt. De kerk, aldus spr., moet de C.J.M.V. zien, zooals Zondagsschool, Stadszendmg, Inwen-1 dige Zending, Chr. vakorganisatie en voor een goed deel ook de Zending gezien wor den, die altezamen vangarmen van de kerk zijn, waarin zich eigen menschen organi- seeren of men anderen buiten haar sfeer tracht te bereiken of wel beide. Zij allen getuigen van Jezus Christus. Onze taak in de Gemeente is dus van heel teederen aard. Medewerken aan alles wat de zichtbare Kerk ten goede kan komen en de onzichtbare Kerk kan doen uitbrei den. Bovenal aangedaan zijn met de ge zindheid van Christus, als zijn dienstknech ten conflicten vermijden en eerbied voor de ambtsdragers der Kerk. In de goede ver standhouding komt zoo dikwijls een scheur omdat wij vergeten voor elkander te bid den. Het nagelaten gebed, waardoor zooveel scheef loopt, dat door een krachtig gebed had kunnen worden voorkomen, bevorderd. Op vele dorpen staan de Kerkelijke za ken en gebouwen voor de C.J.M.V. open. Vele predikanten zijn voorzitter of eere voorzitter der vereenigingen, welke prac- tisch Ned. Hervormd zijn. Spr. eindigde met er op te wijzen, dat de C.J.M.V.'ers moeten leeren, allereerst eigen Kerk trouw te zijn, en daarnaast als veree niging een open oog hebben voor die an dere schapen, waarvan Jezus zegt, dat ze van dezen stal niet zijn. Slotwoord van ds. Kuilman. Na eenige muzikale afwisseling heeft ten slotte ds. Kuilman, Herv. pred. alhier het slotwoord uitgesproken. Spr., die blij was dat hem nog even gelegenheid werd gege ven om den jongeren 'n woord mee te geven, dat volgens eisch zoo pittig moest zijn als dat van een voorzitter, zoo welsprekend als dat van een stadsdominee, zoo warm als van een jongen man, die zijn geloof belijdt, zoo fijn als van een professor en passend in het werk en den geest van het N.J.V. Spr. kon dat woord niet van zichzelf geven, wel kon hij zeggen, dat de Kerk over deze gaven be schikt, Uit naam der Kerk wilde spr. dan ook een woord meegeven in de hoop, dat ook de aanwezigen in hun woonplaats de liefde tot de kerk zouden zoeken en toonen. Want de Kerk is ons aller moeder, aan Wie zen ding, vak-organisatie, jeugdwerk per slot van rekening door bepaalde figuren hun ge boorte te danken hebben. Wel is die Kerk een oude moeder, want zij is van het begin der wereld en zal tot het einde ervan zijn; zij is ook een moeder met veel zonde en schuld. Maar in de laatste jaren is het in andere landen ook gebleken, dat zij onder druk en vervolging het kan volhouden, zelfs dan als haar kinderen het moesten opgeven. Het komt omdat de Kerk uit God is en de opdracht heeft ontvangen het Evangelie trouw te verkondigen. Ook het N.J.V. en zijn leden zullen in de Kerk hun moeite en strijd, ook hun zegen en verborgen kracht kun nen ontvangen. Want „houdt Christus Zijne Kerk in stand, zoo mag de hel vrij woeden." Met de bede, dat ook de jonge mannen de Kerk als hun oude, schuldige, maar on overwinlijke moeder mochten liefhebben, sloot spr. deze samenkomst. Na dankgebed, het zingen van een lied en het uitspreken van den zegen, verlie ten de vele honderden aanwezigen het bede huis. En hiermede behoorde deze bondsdag, die door de regelingscommissie zoo keurig was voorbereid, weer tot het verleden. Wordt morgen 75 jaar. Morgen viert prof. dr. H. M. v. Nes, rus tend hoogleeraar aan de Rijksuniversiteit alhier zijn 75sten verjaardag. Hendrik Marius van Nes werd 31 Maart 1862 te Goedereede als jongste uit een ge zin van 18 kinderen geboren. Hij bezocht de H.B.S. te Schiedam en studeerde daarna aan het Chr. gynmasium te Doetinchem. In 1880 deed hij toelatingsexamen aan de Rijksuniversiteit te Utrecht en studeerde theologie en de klassieke letteren aan de Sted. Universiteit te Amsterdam. Nadat, in 1883 zijn antwooord op een prijsvraag be kroond was, promoveerde prof. v. Nes in 1887 cum laude tot doctor in de theologie op een proefschrift: „Het Nieuwe Testa ment in de Clementinen". Gelijk met wij len oud-min. A. S. Talma deed hij voor het Prov. kerkbestuur van Zuid-Holland zijn proponentsexamen. Na in Engeland en Schotland te hebben gestudeerd nam hij uit 9 beroepen dat naar Woudenberg aan waar zijn leermeester, wijlen prof. dr. J. H. Gunning hem 15 Juli 1888 bevestigde. Prof. dr. H. M. van Nes. Tijdens zijn verblijf in zijn eerste ge meente promoveerde de 75-jarige opnieuw n.l. in 1891 thans tot doctor in de klas sieke letteren op een Latijnsche dissertatie over het Homerische vraagstuk. Uit een 10-tal beroepen werd in 1892 dat naar Rotterdam aangenomen, waar dr. v. Nes 31 Jan. 1892 zijn intrede deed. In 1900 aanvaardde dr. v. Nes het voor de tweede maal door Den Haag op hem uitgebrachte beroep en 17 Oct. van dat jaar deed hij zijn intrede als 13e predikant in de Resi dentie, waar toen juist de Regsntessekerk verrezen was. In 1905 volgde zijn benoeming tot rector van de toen juist gestichte Ned. Zendings school te Rotterdam. Dr. v. Nes aanvaard de deze benoeming en 1 Oct. 1905 preekte hij afscheid van de Haagsche gemeente, wegens bekomen emeritaat. Dr. v. Nes kwam weer in Rotterdam terug en werd daar buitengewoon lid van het ministerie van predikanten. Reeds na 2 jaar volgde zijn benoeming tot hoogleeraar vanwege de Ned. Herv. Kerk aan de Rijksuniversi teit alhier als opvolger van prof. dr. M. A. Goozen, om onderwijs te geven in de Dog matiek, Zending, Kerkrecht en Ethiek. 1 Sept. 1907 deed prof. v. Nes zijn inaugu ratie sprekende over: „Suprahistorisch". Prof. v. Nes heeft of had zitting in ta! van besturen en corporaties. Hiervan noe men we o.m.: lid van de hoofdredactie van de eerste 5 jaargangen (19221926) van „Woord en Daad", tijdschrift voor Inwen- BINNENLAND. De uitslag van onze Advertentie-Knipsel- ppijsvraag (3e Blad). Provinciale Bondsdag van het Nederlandsch Jongelingsverbond (Stadsnieuws le BI.). Prof. dr. M. van Nes wordt morgen 75 jaar (Stadsnieuws, le Blad). Een dagorder van jhr. Röell bij z'n afscheid als commandant van het veldleger (Binnenland, 3e Blad). Te Stompetoren is, 73 jaar oud, overleden de heer D. de Boer Dzn., een bekend figuur in landbouwkringen (Binnenl., 3e Blad). Twee dooden op onbewaakten overweg te Kethel (Gemengd, 3e Blad). Te Utrecht is een kindje bij een brand in den rook gestikt (Gemengd, 3e Blad). Drama te Vlijmen (Gemengd, 3e Blad). 75 Spaansche vluchtelingen zijn hedenmor gen te Roosendaal aangekomen (Laat ste Berichten, le Blad). BUITENLAND. Het vraagstuk van Midden-Europa (Buiten land, le Blad). Toespitsing van den Kerkstrijd in Duitsch- land (Buitenland, le Blad). De Paus tijdens de Paschen voor het eerst weer in het openbaar verschenen (Bui tenland, le Blad). Schip door Franco's zeemacht in de Fran- sche territoriale wateren vernietigd (3e Blad). ZIE VOORTS LAATSTE BERICHTEN EERSTE BLAD. H. K. H. Prinses Juliana en Z. K. H. Prins Bernhard zijn gistermiddag half vijf te Monte Carlo, waar zij eenigen tijd denken door te bren gen, aangekomen. dige zending; voorzitter van de Ver. voor Inwendige zending te Doetinchem (oplei ding tot predikant)voorzitter van de gemeente-commissie alhier; idem van de Ned. Zendingsschool te Oegstgeest; idem van het Diaeonessenhuis alhier; en van het Leidsche Pelgrim's Fathers genoot schap alsook van de kerkvoogdij der Ned. Herv. Gem. te dezer stede. Veel heeft prof. v. Nes geschreven. Be halve zijn bijdragen in onderscheidene tijdschriften zag van zijn hand het licht: Over de oudste kerkgeschiedenis de Ad ventstijd der wereld (2 drukken); Drie eeuwen van strijd (2 drukken); De eeuw der overwinning; en blographieën van John Bunyan; Zinzendorf en John Was- ley. Verder zagen van zijn hand het licht: Simon Petrus; Nieuwe mystiek (2 druk ken); Historie, mythe en geloof, terwijl in de bekende Bijbelserie „Tekst en Uitleg" van hem verschenen een vertaling van de brief aan de Galaten, Philemon en Hebreeën, Jacobus en Petrus, waarvan meerderen herdruk beleefden. De verdiensten van prof. v. Nes vonden reeds in 1907 erkenning In zijn benoeming tot commandeur in de Huisorde van Oranje en in 1928 ter gelegenheid van zijn jubileum tot ridder in de orde van den Ned. Leeuw. DE POTVISSCHEN. Blijven nog eenige dagen ter bezichtiging. De potvischgeraamten op de binnen plaats van het Rijksmuseum van Nat. His torie zijn in de afgeloopen vier dagen door 3922 betalende bezoekers bewonderd. Gedurende de eerstvolgende vacantieda- gen blijft de gelegenheid bestaan om de resten dezer reuzen der zee te bezichtigen, doch van langen duur zal ijft niet rfeer zijn.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1937 | | pagina 1