Felle brand te New York - Jan van der Heyden-tentoonstelling 18ste Jaargang LEIDSCH DAGBLAD Tweede Blad HET ROODE KENTEEKEN FEUILLETON BIJ DE FIRMA STORK TE HENGELO WORDEN DE MOTOREN VOOR HET PRINSELIJKE JACHT „PIET HEIN" VERVAARDIGD. Het gieten van het motorblok. DE ENGELSCUE KRUISER „HOÖD" WORDT GEVERFD in verband met zijn deelname aan de vlootmanaeuvres. De ,,Hood", is de grootste kruiser van de -wereld. Op de foto: de kruiser in de haven van Malta. EEN NIEUWE MODE VOOR WIEL- RIJDSTERS in den zomer. Een gebreide jumper met fietsbroek. OTTWELL BINNS. HOOFDSTUK V. Mes versus pistool. De woorden van den kapitein zeiden EJU Domville, wat er gebeurd was. De Dusty Miller", die rustig 's nachts verder JW. was in aanvaring gekomen met een 0 die dwaze Ohineesche jonken, waarvan r;f bemanning heel dikwijls de zeilen bij 'allen van den nacht inhaalt, en zon- ten lantaren aan te steken of een uit te zetten zichzelf in de handen 't hun vreemde goden aanbeveelt en tot ochtend gaat slapen. Lomp en zwaar vouwd als die schepen zijn kon een bot- ~6 met een ervan wel eens ernstige ge- :'«n voor een oud vrachtschip als de jfy Miller" hebben. '«y die dit heel goed wist, luisterde jachtig. Hollende voetstappen gingen "et dek en aan den anderen kant van 'terschansing klonken gillende kreten alles tesamen hem het ergste deed teeen en nadat hij overeind gekrabbeld .V; dacht hij het eerst aan Norma Charl Hij haastte zich naar de hut, die zij cc te onschuldige Miss Wakinshaw 5;t iitlde" hij meer dan half verwacht H rond hij de deur gesloten en bonkte nen8 op. Er kwam geen antwoord, wat, gevoegd bij het feit, dat het meisje klaar blijkelijk door den schok van de aanvaring heen geslapen had, niet veel goeds scheen te voorspellen. Hij probeerde opnieuw, trapte met geweld tegen de deur en riep haar aan. „Miss Charlton! Miss Charlton!" Er kwam weer geen antwoord en sinds het tumult aan dek erger scheen te worden, wat er, volgens hem, op wees dat het ge vaar groot was, verspilde hij verder geen tijd. Hij deed een stap achteruit en wierp zich met volle kracht tegen de deur. Zij gaf niet mee en daar zijn schouder niet zuing pijn deed van den schok, was hij wel zoo verstandig een andere en betere manier te probeeren. Hij zette zijn rug tegen den muur van de gang tegenover de hut, lichtte een voet op en plantte die op het sleutelgat van de deur. Toen strekte hij langzaam zijn knie. De spanning was geweldig. Het scheen hem toe, dat iets kapot moest gaan been, spier of pees. Zoo groot was de in spanning. dat het zweet hem op zijn voor hoofd uitbrak en zijn oogen verblindde. Maar juist, toen hij dacht, dat zijn poging tevergeefsch was, voelde hij, dat de deur begon mee te geven. Hij spande zich tot het uiterste in. hoorde een krak, er viel iets binnenin de hut op den grond en de deur schoot zoo plotseling open, dat hij zijn evenwicht verloor en op den vloer viel, met zijn beenen in de hut. In een oogwenk was hij overeind gekrab beld, tastte naar den schakelaar en draaide het licht aan. Toen keek hij haastig om zich heen. De hut was er een met twee bed den en in het bovenste zag hij Norma Charlton liggen in êen diepen slaap, een slaap die onder de omstandigheden niet natuurlijk kon zijn. Staande op den rand van het onderste bed keek hij op haar neer, schudde haar toen "zachtjes heen en weer en riep haar naam rpet zijn mond vlak bij haar oor. Ze bewoog zich niet en zonder eenigen twijfel stond het bij hem vast, dat ze bedwelmd was. „Die kleine tijgerin barstte hij woe dend uit en toen, bij de gedachte, dat, wan neer de gevolgen van de aanvaring ernstig waren, hij haar- aan dek moest dragen, keek hij om zich heen of hij niet iets vinden kon waarmee hij haar tegen het weer kon be schermen. Er hing een peignoir achter de deur, die wel van het meisje zou zijn, want het Wakinshaw kind zou daar vast in ver dronken zijn. Hij stapte op den grond, nam het klee- dingstuk van den haak en liep weer naar het bed toe. Zijn taak beloofde moeilijk te worden en om haar te vergemakkelijken, sleepte hij gauw een hutkoffer tot aan den rand van het onderste bed, klom erop en wou juist een van de slappe armen van het meisje door een wijde mouw steken, toen de deur opengesmeten werd en Miss Wa kinshaw binnenkwam, maar een totaal ver schillende Miss Wakinshaw van diegene, waar hij bij de lunch kennis mee ge maakt had. Haar babygezicht was verwrongen van woede. De poppenoogen schitterden. Haar rozenroode lipjes waren tot een grijns ver trokken, zoodat haar kleine welverzorgde tanden te zien kwamen, met één gouden als contrast het geheel kon een studie van een van de Furiën voorstellen. Toen werd een klein, welgevormd handje omhoog ge heven. waarin ze een kleine automatische pistool hield met een kalmte, die Terry Domville gerust stelde, want daardoor be stond er geen gevaar, dat het door de een of 'andere onwillekeurige handeling af zou gaan. Een seconde later begon ze te spreken met een harde stem, die even verrassend was als de verandering in haar uiterlijk. „Zeg eens," zei ze op lijmerigen toon, „jij houdt er ook grappige manieren op na, voor een heer. Is het niet hoogst onfatsoenlijk om ongevraagd de slaapkamer van een dame binnen te dringen? En wat voer je hier eigenlijk uit?" Terry Domville was een man van de wereld en kende haar beter dan menig een, die zichzelf dien naam toegeëigend heeft. Vanaf het eerste oogenblik had hij vermoed, dat Miss June Wakinshaw wel eens anders kon zijn dan ze er uit zag en in het laatste halve uur of zoo had hij zijn vermoeden zien en hooren bevestigen. Maar haar te zien zoöals ze werkelijk -(tas, ontdaan van haar vermomming als ingénue, haar geheele verschijning veran derd, haar stem en woorden die van het bandietenliefje, deed hem een oogenblik sprakeloos staan. Miss Wakinshaw keek hem onheilspellend aan en stampte met haar kleine voetjes. „Hei, stomme aap," schreeuwde ze opge wonden. „Heb je je tong verloren? Kom van die koffer af en zeg op wat je hier doet en vlug een beetje anders schiet ik die elegante pooten van je kapot." „Miss Wakinshaw," protesteerde Terry, „gelooft u, dat het wel gepast is om „Kom d'r vanaf, vooruit!" De stem van het dametje had een venij- nigen klank. Haar oogen hadden een roeke- looze uitdrukking en waarschuwden hem dat ze tot alles in staat was. Dus kwam Terry „d'r vanaf" en zag het pistool op nog geen afstand van vier meter op hem ge richt. „En nou, jij uilskuiken, vooruit d'r mee!" Terry deed maar niet, alsof hij niet be greep, wat er van hem, verlangd werd. Hij gaf zijn verklaring zoo eenvoudig mogelijk en verdraaide de waarheid slechts een klein beetje. „Ik werd wakker door den schok van de aanvaring en hoorde schreeuwen, ben toen opgestaan en bemerkte dat mijn deur ge sloten was „Dat was ie ook. Hoe ben je er in vredes naam uitgekropen?" „Niet door het sleutelgat," flapte Terry er lichtvaardig uit. „Ik had een zakmes en heb daarmee de schroeven losgedraaid en ben naar buiten gewandeld. Toen herin nerde ik me ineens Miss Charlton en eh u „Leugenaar!" zei Miss Wakinshaw ruw. „Je hoeft heusch niet te probeeren mij te likken. Dat lukt je toch niet!" „Daar staat u zeker boven," mompelde Terry. „Maar gelijk zult u hebben, ik dacht alleen maar aan Miss Charlton. Ze scheen niet op te zijn en daarom heb ik op haar deur gebonkt, maar kreeg geen antwoord." „Wist je, dat ik er niet was?" beet het meisje hem argwanend toe. „Toen ik de deur opengebroken en het licht opgedraaid had, kwam ik tot die ont dekking," antwoordde Terry ontwijkend, „en daar ik Miss Charlton niet wakker kon krijgen en bang was, dat we misschien in de booten moesten gaan „Dit keer nog niet," onderbrak Miss Wa kinshaw hem en gaf daarbij nuttige in lichtingen. „We hebben een jonk bijna in tweeën gespleten, maar nu zijn we los en hebben geen noemenswaardige schade „En de jonk?" vroeg Terry. „Drijft nog, maar zal waarschijnlijk wel voor dat het ochtend is naar den kelder gaan, maar dat heeft er niets mee te ma ken. Ga door!" (Nadruk verboden). (Wordt vervolgd).

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1937 | | pagina 5