Onthulling Toorop-monument in Den Haag - Else Mauhs gehuldigd 78sie J£«arg3i"3 LEiDSCH DAGBLAD Tweede Blad IHET ROODE KENTEEKEN FEUILLETON DE REDDINGSGORDELS OM. Het meisje links op de foto kijkt met verbazing Daar haar huilende vriendinnetje. De opn<Jtne werd gemaakt aan boord van het troe penschip „Lancashire", voor het vertrek van Southampton naar Egypte. DE 16-JARIGE CECILIA COLLEDGE uit Londen, na het behalen van het wereld kampioenschap kunstschaatsenrijden. HENGSTENKEURING TE BREDA. Deze keuring vond plaats voor de centrale premie voor hengsten van Noord-Brabant. Het draven voor de jury. OTTWELL BINNS. Ik speelden een uur en toen opende de ■Pitein van de „Dusty Miller" de deur en am de kajuit binnen. Hij had een olie- a aan en zijn baard droop van het zee- 1 Dat is nou nog eens een knus familie- P-tijtje. Een kaartspelletje brengt de men- Fj® toch maar tot elkaar, zeg ik altijd." I.'ilss Wakinshaw lachte haar welluidend I -Vindt u dat, kapitein Smith?Nou, jar ik heb er genoeg van. Ik heb geen Ik ben ook nogal stom met kaar- Ze keek naar Norma Charlton en pite weer. „Ik geloof toch maar, dat ik aanbod van die stuiversroman van u «leem. Als ik hiermee doorga, gaap ik «dood. Mr. Domville vind het vast niet I vel?" L-^et in het minst." Terry lachte, stond j,1» keek den zeeman aan. „Als u nog .^«Uepak over hebt, zou ik dat graag van twn en even een luchtje scheppen. Ik „™et mijne ongelukkigerwijze aan boord ll's ..Kestrel" gelaten." I ypitein Amos lachte goedmoedig. Jj3 die kast hangt een heel nieuw pak. «kunt met alle soorten van genoegen Bi<en. Mi. Domville. En wanneer u fj Wit. kunt u op de brug komen." verplicht." zei Terry en toen de de kajuit verliet, gevolgd door de twee meisjes, onderzocht hij de kast, die hem aangewezen was en begaf zich tien minuten later naar de brug. Daar, naast den kapitein, zag hij uit over de wijde zee. Een kwart mijl van het schip verwijderd, zag hij een logge Chineesche jonk onder zeil, die op de golven heen en weer danste op een manier, die hem duize lig maakte, als hij er naar keek. Nog ver der stak een rijtje rotsachtige eilandjes als afgebrokkelde tanden uit het water om hoog en een groote stoomboot kwam in hun richting gevaren, ongetwijfeld een lijn schip, dat naar een van de Chineesche ha vens in het Noorden ging. Niets ontging Terry en wel wetend, dat de zeeman al zijn bewegingen volgde, keek hij achterom en staarde over het zog van de .Dusty Miller" in de verte. Heel ver weg ontwaarde hij een witte streep die een schip beteekende. „Mag ik misschien even uw kijker lee- nen, kapitein?" „Zeker," antwoordde de man. Terry nam den kijker en staarde er lan gen tijd doorheen. Kapitein Amos Smith sloeg hem ingespannen gade, als een zwe vende havik zijn prooi en barstte eindelijk ongeduldig uit: „Ziet u iets, dat u interesseert?" Terry liet den kijker zakken en lachte. „Een wit jacht, dat ons achterop komt. Ik geloof bijna zeker dat het de „Kestrel" is. Het is een snelvarend schip en ik wil er e?n pond om verwedden, dat zij ons in den nacht voorbij vaart.Jammer dat u haar niet kunt seinen, dat ze Manilla binnen moet vallen om daar Miss Charlton en mij over te nemen. Het zou ons een hoop last besparen." Kapitein Amos gromde en nam den kijker over. Terry verliet de brug en liep naar het achterschip en toen hij zag hoe de zeeman1 ingespannen achteruit stond te kijken, grinnikte hij bij zichzelf. „Als hij de „Kestrel" kan ontdekken, dan heeft hij betere oogen dan ik. Maar het zal den schooier een beetje een toom houden, als hij denkt, dat de oude Seabright hem op de hielen zit." Den geheelen verderen dag, of het de ge dachte aan de „Kestrel" was, die hem ach terop kwam, of een verlangen om alle ver denking te sussen, was de zeeman de voorkomendheid zelve. Hij haalde een blikje sigaretten en een doosje sigaren voor zijn gedwongen passagiers. Toen het tijd werd om naar kooi te gaan, drong hij erop aan, dat zij een glas grog zouden drinken en uit de kist waar Terry het pistool ge haald had bracht hij een zijden pyjama, scheermessen, borstels en wat al niet meer te voorschijn en bracht hem met onhan dige verlegenheid naar zijn hut, die, zooals hij verklaarde, twee hutten verder lag, dan die van de twee vrouwelijke passagiers. Toen zei hij hem brommerig, maar niet onvrien delijk goedennacht en vertrok. Terry deed de knip op de deur en ging op den rand van zijn kooi zitten. De vrien delijkheid van den zeeman, hoewel die ver klaard kon worden als een verlangen om hem verder geen last te veroorzaken, had hem van de wijs gebracht. Hij geloofde echter niet, dat kapitein Amos Smith zoo gemakkelijk van een voorgenomen doel af gebracht kon worden en zijn vriendelijk heid diende waarschijnlijk alleen maar om hem op een dwaalspoor te brengen. Zoo vroeg zou er echter nog wel niets gebeuren en daar hij doodmoe was, ging hij naar bed en viel spoedig in slaap. Eenigen tijd later werd hij wakker door een duidelijke klik van een slot het slot van zijn eigen deur, dat wist hij zeker. Hij luisterde ingespannen en hoorde het ge luid van zich verwijderende voetstappen. Verbaasd stond hij op, stak een lucifer aan en onderzocht zijn deur. De knip die hij erop gedaan had zat nog op zijn plaats en nu was ook nog het slot omgedraaid, wat van buitenaf gebeurd moest zijn, want toen hij in de hut kwam, had er geen sleutel in het slot gezeten. Hij behoefde de zaak niet verder te onderzoeken. Het was een ouder wetsch slot en het tongetje was duidelijk zichtbaar in de kleine opening tusschen het slot en terwijl hij nog stond te kijken brandde de lucifer uit en hij wilde net een nieuwe aansteken, toen hij vlak bij eën deur open en weer dicht hoorde gaan. Lichte voetstappen gingen door het korte gangetje. Ze kwamen langs zijn deur in de richting van de kajuit en terwijl hij ernaar te luisteren stond, stierven ze weg. Onmiddellijk was zijn wantrouwen ge wekt. Dat zijn deur van buiten af gesloten was, was op zichzelf al een verontrustend feit, want daaruit bleek duidelijk, dat degene die den sleutel omgedraaid had er zeker van wilde zijn, dat hij zijn hut niet verliet. Er was iets aan den gang iets dJt wat met Norma Charlton en hemzelf te maken had. daar was hij vast van over tuigd. Maar wat? Hij had er niet het flauwste idee van, maar kapitein Amos Smith was die laatste uren veel en veel te vriendelijk geweest en hij geloofde geen oogenblik, dat de man van zijn plannen met Norma Charlton af gezien had. Het was voor den kerel een on aangename gewaarwording geweest te hoo- ren, dat de tegenwoordigheid van het meisje en hemzelf geen geheim was, zoo als hij gedacht had, maar hij twijfelde er niet aan of de zeeman had wel een mid deltje ontdekt om uit die moeilijkheid te geraken. En wanneer er, zooals hij ver moedde, een of ander plan tegen het meisje en hemzelf beraamd werd, dan moest hij, zoo mogelijk, uitvinden wat dat was. Hij bekeek het slot nauwkeurig. Hij zag direct, dat het geen groote moeilijkheden bood. Hij behoefde alleen maar de schroef jes los te draaien, waarmee het aan den deurpost vast gemaakt was en dan zou het tongetje van 't slot naar beneden vallen. Hij draaide het licht op en haalde zijn zakmes te voorschijn. Er zaten twee mesjes in, het eene grooter en sterker dan het andere. Hij zette den rug van het grootste in het gleufje van de schroef en trachtte het om te draaien. Onmiddellijk knapte het staal af, zoodat er nog maar een halve centi meter aan het mes bleef zitten. Inplaats van een catastrophe was dat echter een voordeel, want nu had hij een vrij fatsoen lijken schroevendraaier, die bijna volmaakt in het gleufje van de schroef paste en. als hij de schroeven maar eenmaal los gekre gen had, was het verder eenvoudig om ze er heelemaal uit te krijgen. Bimien zes minuten was de plaat zoo ver losgemaakt, dat het tongetje van het slot er gemakkelijk langs kon vallen en zijn broek en jas over zijn pyjama aanschie tend. draaide hij het licht uit en opende zachtjes de deur. Een oogenblik stond hij ingespannen te luisteren. Er was niets dat erop wees dat eenig menschelijk wezen in de buurt was. Hij stak voorzichtig zijn hoofd naaf buiten. De gang was donker op een zwak lichtschijnsel na, dat de plaats van de kajuit aangaf. Hij gleed door de deur de gang in en terwijl hij met zijn eene hand naar den geschilderden ijzeren muur tastte, sloot zijn andere zich om de automatische revolver van den kapitein in een zak van zijn jas. Wanneer zich groote moeilijkheden voor zouden doen, was hij tenminste in staat ze het hoofd te bieden. (Nadruk verboden). (Wordt vervolgd). ELSE MAUHS WERD IX VERBAND MET HAAR WEDEROPTREDEN, NA HAAR ZIEKTE, in den Koninklijken Schouwburg in de residentie op geestdriftige wijze gehuldigd. De actrice in de bloemen. HET AFSCHEID VAN LUIT.-GENERAAL JHR. W. RöELL, comman dant van het veldleger, in verband met zijn a.s. vertrek uit den militairen dienst. Het afscheid der troepen te 's-Hertogenbosch. V.r.n.L gen. Röell,- luit.-kol- v. d. Bijl (comm. reg. wielrijders), en maj. Reeser v. d. Gen. Staf TOOROPM ON U M ENT IN DE RESIDENTIE ONT HULD. Burgemeester de Monchy legt een krans. NOG STEEDS DE P0TV1SSCHEN Op een terrein te Rotterdam zijn de prepara-- teurs van het Nat. Hist. Museum alhier bezig met het ontleden van de aangespoelde potvisscben.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1937 | | pagina 5