Het verkiezingscongres der S.D.A.P. LEIDSCH DAGBLAD - Vierde Blad Maandag 1 Maart 193] Spierpijn? Aan een uitspraak inzake de nationale gedachte bestaat geen behoefte Meerderheidsrapport inzake het militaire vraagstuk aanvaard Sloan's Liniment 'nKwestiè van volhouden ICUEEP/ TJIINCINl In ons Blad van Zaterdag hebben wij nog I de reden vermeld, waarmede de heer K. Vorrink het dien middag in den Haagschen Dierentuin aangevangen verkiezingscon gres der SD-A.P. geopend heeft. De heer Vorrink deelde aan het slot zijner toespraak mede, dat er wederom van de zijde der communistische partij een aanbod tot samenwerking was binnengekomen, dat men voor kennisgeving zou aannemen. Vervolgens heette hij de vertegenwoordi gers der buitenlandsche zusterpartijen welkom. Na eenige muziek- en zangnummers be gonnen daarna de eigenlijke congres werkzaamheden Aan de discussie over het beleid van het partijbestuur en de verslagen van de Kamerfracties, de partij-pers. enz., namen 23 sprekers deel. De heer Moller zeide dat de Haagsche afdeelingen in algemeenen zin de nationale gedachte bunnen aan vaarden. maar zij maken zich bezorgd over de aanvaarding van de nationale gedachte In dynamischen zin, en vooral over de toe passing daarvan. De heer Sandifort. sprekende namens de de Rotterdamsche afdeelingen, constateerde echter dat er ten aanzien van de nationale gedachte van een geforceerde koersveran dering der partijleiding, geen sprake is. Mr B. Waslander uit Utrecht betoogde dat zich sedert 1934 geen enkele reden heeft voorgedaan om in de kwestie monar chie of republiek van standpunt te ver anderen. Het partijbestuur heeft geen lei ding gegeven en verzuimd de nationale ge dachte socialistischen invloed te geven. Het is in de eerste plaats een politieke aange legenheid. Daarom had het partijbestuur moeten zorgen dat niet de V.AR.A. de eerste directieven in deze zaak gaf. Ook de partij-pers heeft veel te veel aandacht aan het huwelijk der Prinses gewijd. Tenslotte constateerde spreker, dat de partijleiding inzake den strijd in Spanje te lang een gereserveerde houding heeft aangenomen uit angst voor een verkeerde uitlegging door de tegenstanders. Wij moeten onze republikeinsche over tuiging duidelijk doen blijken, besluit spre ker en daarbij tevens toonen. dat wij even goed nationaal zijn. De Utrechtsche afdeelingen hadden hun standpunt neergelegd in twee voorstellen, die aandringen op het onverzwakt hand haven van het standpunt ten aanzien van de nationale gedachte en koningsschap, neergelegd in het Herzieningsrapport van 1933. Namens de Amsterdamsche afdeelingen sprak mr. A. de Roos, die met voldoening constateerd tot de dagelljksche belangstel ling voor de gebeurtenissen der wereld. Na de vorstelijke verloving heeft het partij bestuur geen leiding gegeven en de partij niet voldoende voorgelicht. Door uitlatin gen van vooraanstaanden in de partij is het prestige noodeloos geschaad. Men heeft kwesties als het Wilhelmus en de vlaggenkwestie noodeloos belangrijk ge maakt en door dit alles ontstond een on behaaglijk gevoel in de partij. De zaak is echter in het algemeen veel te zwaar op genomen en spreker beschouwde het als een reeks van incidenten, een déraillement, waarover men geen uitspraak moet uitlok ken, zooals Utrecht wil. De heer Lopes Dias uit Hilversum laakte het gebrek aan activiteit van het partijbe stuur inzake de steunverleening aan Spanje. Het aanvankelijk bezadigde oordeel van den hoofdredacteur van „Het Volk" bij de verloving van de Prinses had op den dag van het huwelijk een vorm van extase bereikt. Spreker geloofde dat men in vele opzichten de richting, waarin de partij ging. omboog om vooral door de andere partijen, waarmee men eens tot regeerings- vorming geroepen zou kunnen worden, aanvaardbaar te worden geacht. De heer Van Woudenberg uit Leiden i lichtte het standpunt toe van deze afdee- ling, neergelegd in een voorstel, dat uit sprak dat de S.D.A.P. is een republikeinsche partij, doch dat ze den strijd tegen het koningsschap onnoodig en ongewenscht acht. Ook de meeste andere afgevaardigden, die het woord voerden, bespraken dezelfde kwestie in verband met de in September door het partij-bestuur aan de afdeelingen gezonden circulaire om zich niet te ont trekken aan het werk der nationale en plaatselijke comité's, die in verband met het huwelijk van de Prinses werden opge richt. Voorts werden de gebruikelijke op merkingen gemaakt over den inhoud van de bladen der partij-pers en over verschil lende Interne partij-aangelegenheden van organisatorischen aard. Een vroolijk moment bracht de laatste spreker- van den middag, de afgevaardigde Swaters uit Gorinchem, die eraan herin nerde dat hij vroeger op de congressen de linksche oppositie altijd zeer fel was te lijf gegaan. Den voormaligen leider dezer op positie, den onlangs weer tot de S.D.A.P. toegetreden heer P. J. Schmidt, had spre ker onder de belangstellenden in de zaal gezien. Toen na het besluit, dat op het Haarlemsche congres van 1932 tot uittre den van den linkervleugel leidde. Schmidt kwaad was weggekropen, had hij zijn pijp en tabak vergeten. Spreker had deze voor werpen meegenomen en trouw bewaard, in afwachting van het moment, dat Schmidt in de partij zou terugkeeren. Onder groote woolijkheid en applaus overhandigde spreker de rookartikelen aan den heer Schmidt. In de avondbijeenkomst heeft het par tijbestuur de gemaakte opmerkingen be antwoord. De heer C. Woudenberg, secr.- penn. der partij, deed eenige mededeelin- g?n van organisatorischen en financleelen aard, waarna de heer J. W. Albarda aan het woord kwam. Wat de houding betreft, die de partij bij de jongste nationale feesten heeft ingeno men. deze is niet zoo nieuw als men schijnt te meenen. Reeds jaren geleden zijn partijgenooten in openbare functies met de monarchie in aanraking gekomen als hun ambt dat meebracht. Zij. die zoo'n ambt vervullen, vertegenwoordigen daar bij niet in de eerste plaats de partij, maar de geheele burgerij. Eenerzijds verwijt men het partijbe stuur, dat het de bekende circulaire heeft verzonden, anderzijds, dat het niet voldoende leiding heeft gegeven. Wat het laatste betreft staat het par tijbestuur op het standpunt, dat men geen cadaver-dicipline wenscht en dat men niet op eik gebied den partijge nooten wil voorschrijven, wat zij moe ten doen en laten. Het geheele Nederlandsche volk was door de verloving van de Prinses ver rast, ook het partijbestur en het V-A-R.A--bestuur. Voor de V.A.R.A. was het vaststellen van haar houding het meest urgent. Het bestuur heeft dat gedaan in overleg met het partijbe stuur en de leden hebben dat sedert dien bekrachtigd. Bovendien moet men ook de VA.R.A. zien als een instelling, die een publieke taak te vervullen heeft en niet alleen als een omroepvcreeni- ging voor partijgenooten. Wij sociaal-democraten, zei spreker, zijn republikeinen, maar niemand in ons land zou er aan denken, een strijd over de kwestie republiek of monarchie te ontketenen. Omgekeerd moet men zich behoeden voor overdrijving en uitbundigheid in omgekeerde richting. Het partijbestuur is van meening, dat er geen behoefte bestaat aan een uit spraak. Spreker is eveneens van meening, dat er geen onderscheid mag worden gemaakt tusschen een Nederlander van monarchisti sche en van republikeinsche overtuiging. De andere desbetreffende moties moet het partijbestuur afwijzen. Nu men in verband met de houding der partij bij de feesten van het Koninklijk Huis heeft gesproken over de uitsluitings bepalingen bij defensie, die nog steeds voor SD.A.P. en N.V.V. gelden wil spreker over die defensieverboden een woord zeggen. Sommige sprekers hebben gemeend, dat men zich van elke deelneming aan de feesten had moeten onthouden, op grond van het feit, dat de regeerin» de sociaal democraten beschouwt als slechte Neder landers, wien de toegang tot vrijwillige militaire dienst en tot alle burgerlijke be trekkingen onder defensie moet worden ontzegd. Voor de uitsluitingsmaatregelen, tegen SD.A.P. en N.V.V. getroffen, draagt de Koningin niet de minste aansprakelijkheid. Veel minder nog zou men de Prinses daar voor eenige verantwoordelijkheid kunnen toeschrijven. De defensieverboden zijn afkomstig van minister Deokers en ze zijn bevestigd en tot dusver gehandhaafd door het kabinet Coüjn. De verontwaardiging over hun voortbestaan is dus niet bij het Koninklijke Huis. maar bij het kabinet aan het eenige goede adres. Van de zijde der Koningin heeft men nooit anders dan de meest correcte beje gening ondervonden. Spreker wees op de inconsekwenties der regeering, die wel in schier elke commissie vertegenwoordigers van N.V.V. en SB.A.P, benoemt en zelfs leden der beweging, die op de zwarte lijst staan, ridderorden aanbiedt, ter wijl de ministers confereeren met Bel gische en Scandinavische socialistische ministers, die vreemd zouden opkijken als zij vernamen, dat hun Nederland sche partijgenooten bij defensie nog niet als portier of commies worden ge duld. Aan dezen onhoudbaren toestand moet een einde komen. Sloan's aanwenden! Niet wrij ven - alleen maar betten. Dat brengt onmiddellijk verlichting! Sloan's zorgt voor nieuwe cir culatie van frisch bloed door de spierweefsels, waardoor de pijn snel verdwijnt! Prys 80 ct. - doodt pijnt 775 (Ingez. Med.) De heer Vorrink beantwoordde eenige opmerkingen van internen aard en ver dedigde de houding van het P-B. inzake Spanje. Hij ontkende dat men deze zaak lauw had aangepakt. Men had nauwkeu rig de richtlijnen van S.A.I. en I.V.V. ge volgd. Wat de hulp aan Spaansche kinderen betreft, is het zelfs nu nog niet heele- maal zeker dat de Spaansche kinderen buiten Spanje worden gehaald. In den Spaanschen strijd ten volle staande naast de wettige regeering. is er ook nog een zekere reserve, die wordt in gegeven door zekere kennis van de feiten, die niets afdoen aan het feit, dat men den strijd der Spaansche regeering met alle sympathie steunt. De heer Ankersmit. die met applaus werd ontvangen, verdedigde het beheer van de hoofdredactie van de bladen van de Ar beiderspers. Hij maakte van de gelegenheid gebruik om een woord van afscheid te spieken, nu hij wegens het bereiken van den 65-jarigen leeftijd met pensioen gaat. Op voorstel van den voorzitter werden tal van door afdeelingen ingediende voorstel- len van de agenda afgevoerd. Vele voor stellen werden ingetrokken, echter niet het voorstel van Leiden inzake het standpunt der partij t. a. v. den staatsvorm. De Staatsvorm. Het congres keurde echter met over- groote meerderheid van het P.B. goed om over de houding der partij inzake den staatsvorm geen uitspraak te doen. Daardoor was het voorstel Leiden van de baan en werd niet in stemming gebracht. Het voorstel van het P3. om dr. H. B. Wiardi Beekman te benoemen tot politiek hoofdredacteur van de bladen der Arbei derspers in de plaats van den scheidenden heer Ankersmit. werd met algemeene stem men goedgekeurd. Aangezien alle candidaten voor het partijbestuur zich hadden teruggetrokken, werden de aftredende leden autamatisch herkozen. Daarna is het congres verdaagd tot gis termorgen. In de gistermorgen voortgezette verga dering heeft dr. H. B. Wiardi Beekman in een beknopte inleiding een overzicht ge geven van het resultaat van het werk der herzieningscommissie, die tot taak had het beginselprogram der partij te herzien. Als gevolg hiervan heeft het partijbestuur een voorstel op de agenda geplaatst aldus spr., ter vervanging van, art. 2 van de partij statuten onder titel „Van het doel" door een nieuwe beginselverklaring. Alle amendementen hierop, behoudens enkele van weinig ingrijpende aard, wor den vervolgens met slechts enkele stemmen voor verworpen. Het ontwerp beginselprogram wordt vervolgens met algemeene stemmen aan genomen. Tot hoofdredasteur van het partijorgaan ..De Sociaal-Democraat" wordt herkozen de heer E Boekman. Aan het slot van de ochtend vergadering huldigde de partij-voorzitter, de heer K. Vorrink, den afgetreden hoofdredacteur van de bladen der Arbeiderspers, den heer J. F Ankersmit, terwijl namens het con gres de heer Ed. Polak het woord voerde en een stoffelijk huldeblijk bij het afscheid op 1 April a.s. aankondigde. Albarda over de defensie. In de gistermiddagvergadering heeft Ir. J. W. Albarda een inleiding gehou den over het defensie-vraagstuk, ter toelichting van de door het partij bestuur voorgestelde wijziging van de paragraaf over: „buitenlandsche poli tiek en defensie" in het strijdprogram. Wij staan, aldus ving de heer Al barda zijn toelichting aan, voor de behandeling van een vraagstuk, dat voor onze partij moeilijker is dan voor eenige andere. Vervuld als wij zijn van het ideaal der internationale broeder schap stuit niets ons zoo tegen de borst als de gedachte van een moor denden volkerenkrijg en de voorberei ding daartoe. Ons gemoed komt in opstand als wij in een wereld vol armoede onmetelijke be dragen zien aanwenden voor middelen ter verdelging. Deze gevoelens zijn ons allen gemeen maar daarmee alleen lossen wij de vraagstukken niet op, waarvoor de werke lijkheid ons telkens weer stelt. De voor naamste vraag is voor ons niet hoe. waar mede en met wie wij een oorlog zouden moeten voeren, doch hoe wij moeten han delen om zooveel mogelijk een oorlog te voorkomen. Bij de beoordeeling van die vraag zijn wij het niet altijd eens en ook nu zijn wij daarover verdeeld. Terwijl de toestand in Europa eiken dag dreigender wordt, nemen ook in Azië de oorlogsgevaren zienderoogen toe. In het Verre Oosten is, nu het Washingtonsche vlootverdrag is vervallen, de bewapenings wedstrijd hervat en oorlogsgevaren omrin gen ook daar het Nederlandsch gebied. In deze omstandigheden kan niemand verlan gen. dat Nederland tot ontwapening zou overgaan. Het zou de gevaren voor ons land vermeerderen, ons gebied hier en in Indonesië openstellen voor eiken indringer. We zouden daarmede niet alleen ons zelf, maar evenzeer andere landen aan onmid dellijke gevaren bloot stellen. Maar dan kan zulk een programpunt, dat opgehouden heeft reëel te zijn. ook niet langer in ons program worden gehandhaafd. Deze over tuiging is zoo algemeen, dat noch de meer derheid, noch de minderheid van de mili taire commissie voorstellen nationale ont wapening op ons program te behouden. Als wtf afstand doen van de nationale ontwapening, beteekent dit. dat wij de noodzakelijkheid erkennen, ook voor Neder land om een weermacht in stand te hou den. Ook hieromtrent bestaat tusschen meerderheid en minderheid overeenstem ming. In principe zijn wij allen tegenstan ders van de instandhouding van nationale weermachten. Het Ideaal, dat ons gemeen is, is de samenleving van ontwapende sta ten. die de bescherming en de handhaving van de internationale rechtsorde hebben toevertrouwd aan een gemeenschappelijk orgaan: de politiemacht van den Volken bond. Wij moeten de verwezenlijking van dit ideaal trachten te bevorderen, doch mo gen middelerwijl niet God's water over God's akkers laten loopen. Het voornaamste punt van verschil tus schen meerderheid en minderheid, dat op dit congres op den voorgrond zal staan, is de vraag, welke plaats de landsverdediging in 't systeem der Volkenbondsplichten moet Innemen. De meerderheid der commissie is van oordeel dat tot de Volkenbondsplichten de landsverdediging behoort, dat deze is een plicht niet slechts tegenover ons eigen volk, maar ook tegenover andere volkeren en tegenover de volkerengemeenschap. Wie in beginsel de Volkenbondsverplich tingen aanvaardt, erkent dat hij kan wor den geroepen om mede te werken aan de verdediging van een ander land. Maar is het niet verbijsterend onlogisch als men wel (in zekere omstandighedeni de plicht aanvaardt om een ander land te helpen verdedigen, en niet bereid is zijn eigen land te verdedigen? Nu erkent spreker gaarne dat ook hij in vroegere jaren op geweldlooze methoden voor de verdediging en voor de herwinning van de onafhankelijk heid van ons volk zijn hoop had geves tigd. Thans kan hij echter niet meer zoo spreken. Want sindsdien is er in de wereld een vorm van overheersching verschenen, die alle geestelijke strijd middelen vernietigt. Indien Nederland door een fascistische mogendheid wordt bezet zal er geen politieke vrijheid, geen mogelijkheid tot dienstweigering of werkstaking of tot eenige vrijheidsactie bestaan. Door executies en honger zal men tot weerloosheid en onderwerping worden gebracht. Evenals onze zusterpartijen in Frankrijk, België en Engeland zullen wij aan de regee- ringsvoorstellen onze eigen maatstaf aan leggen. Wij ontleenen die aan 't beginsel der collectieve veiligheid. Verder dan noodlg is om ln het kader daarvan onzen plicht te doen zullen wij niet gaan. Wij zullen daartoe des te minder bereid zijn. omdat voor ons de sociale en cultureele belangen des volks oneindig veel zwaarder wegen dan voor de militaristen. Daarom zullen wij niet gedoogen, dat de uitgaven voor defensie zoodanig worden op gedreven. dat er geen geld genoeg beschik baar blijft voor de bestrijding der werk loosheid en voor de verbetering van de zorg voor de groote sociale en cultureele belan gen des volks. In Nederland zal de opvat ting, dat kannonnen beter zijn dan vet, niet met onze medewerking zegevieren. Naar de ellende van het derde rijk willen wij ons volk niet lelden. Wij zijn geen kleine secte maar een groote partij, die leiding geeft aan het denken en voelen en ook aan het han delen van een zeer groot volksdeel. Het volk zal het niet begrijpen als een partij als de onze weigert het land tegen vreemd geweld te beschermen. En daardoor weigert ertoe mede te werken, dat de dreigende oorlog wordt voorkomen op de eenige wijze, waarop hij nu nog voorkomen kan worden. Ds. Banning namens de minderheid. Na de door applaus gevolgde rede van den heer Albarda was het woord aan het lid van het partijbestuur ds. W. Banning, ter verdediging van het standpunt van de minderheid der militaire commissie. De minderheid staat wantrouwend ook tegenover de groote mogendheden en is van meening, dat de Volkenbond moet wor den losgemaakt van het verdrag van Ver sailles, zoodat de bond niet langer een machtsinstrument van Frankrijk en Enge land zal zijn en dat internationale regeling der grondstoffenvoorzienlng noodzakelijk is. Frankrijk heeft dik verdiend aan de Duit- sche herbewapening en had ten deele in zijn macht deze te verhinderen, omdat zoo wel Duitschland als Italië voor grondstof fen ten dienste van hun bewapening van het buitenland afhankelijk zijn. En het buitenland levert deze grondstoffen. Daar om staat spr. diep wantrouwend t.a.v. het militaire democratisch bloc tegenover het fascistische bloc. Aanvaarding van bet meerderheids standpunt schakelt ons land in in den waanzinnigen, misdadigen bewape ningswedloop. Evenals de meerderheid wil spr. handhaving van den Neder- landschen staat, van de onafhankelijk heid en van de democratie. De vraag is slechts of de door de meerderheid aangewezen middelen dienstig zijn aan dit doel. Resumeerend zegt spr., dat ons land lid van den Volkenbond moet blijven. Een stem: „Ook naast Mussolini?" De heer Banning durft het niet voor zijn verantwoording nemen, uit den Volken bond te treden Het lidmaatschap daarvan legt ons niet de verplichting op. een eigen weermacht erop na te houden. Wij kunnen volstaan met een grenspolitie. Spr. is zich ervan bewust, dat aanvaar ding van het minderheidsstandpunt zou kunnen leiden tot militaire bezetting van ons land door Duitschland. Maar het ont wapeningsstandpunt der partij in 1926 hield Inderdaad rekening met die moge lijkheid. Een stem: „Von Bethmann Holweg was geen Goering". Ds. Banning antwoordt dat de gewijzigde omstandigheden geen afbreuk doen aan de in zijn betoog genoemde feiten Als de S.D.A.P. het standpunt der meer derheid aanvaardt, zal hij tegen het bur gerlijk-nationalistisch militaristisch streven geen andere argumenten hebben dan finan- cieele, waarmee ook Colijn het milltairlsti- sche extremisme bestrijdt en is elk bol werk tegen dat streven in ons land ver dwenen. (Zeer luid applaus). Te kwart voor 6 wordt de vergadering geschorst tot 8 uur. Discussie over defensie Toen gisteravond te 8 uur het S.Dap. congres werd hervat bleek, dat zich voor de discussie over het defensievraagstuknle» minder dan 28 debaters hadden opgegeven en dat algemeen deze kwestie als het be langrijkste punt van het congres werd be- schouwd. De heer B. C. Franke, sprekende namens 12 van de 13 Amsterdamsche afdeelingen die alle het meerderheidsstandpunt hadden aanvaard, sprak de vrees uit, dat de tegen stelling tusschen de beide standpunten hier scherper tot uiting was gekomen dan ze in werkelijkheid was. Hij waarschuwde voor de gevolgen voor de partij van den on noodig scherpen toon, dien ds. Banning had laten hooren. Een afgevaardigde van Schiebroek ken schetste het standpunt van den heer Ban ning als het hangen van een kaartje aan de grens: „Kom maar binnen, wij zijn voor het nemen". De meerderheid der sprekers bleek het meerderheidsstandpunt te deelen, zij het ook uit verschillende overwegingen. Sommigen gaven toe, dat ons land zoo wel bewapend als ontwapend, wanneer het ln een strijd gewikkeld zou worden, in elk geval te gronde zou gaan, maar dat het niettemin plicht was. weerbaar te zijn om de groote democratische mogendheden bereid te vinden ons te hulp te komen. Tegen kwart over tien was de lange spre- kerlijst afgewerkt, waarbij wel gebleken was, dat de groote meerderheid der spre kers zich op het standpunt der commissie meerderheid stelde. Ds. Banning en ir. Albarda repliceerden kort. De amendementen op de door het partijbestuur voorgestelde nieuwe pa ragraaf over de buitenlandsche politiek en defensie worden ingetrokken of ver worpen. Over het voorstel zelf werd schrifte lijk gestemd. Het werd aangenomen met 1509 tegen 328 stemmen en 49 st. blanco. Te ruim 12 uur wordt het congres ver daagd tot hedenmorgen halftien. -CAHTIMF WIJ candidaat eerste Was sers trainen ons iederen dag en houden ons lichaam lit. WIJ eten geregeld rogge b a o o o ROTTERDAM, TEl, 53949 - OEN HAAG, TEL. 333238 7199 (Ingez. Med.) MIJ NEDERLAND SIMALOER, thulsr., 27 Febr. van Algiers. MIJ. OCEAAN. EURYMEDON, Amst. n. Java, 26 Febr. van Padang. PROMETHEUS, 26 Febr. van Batavia n. Amsterdam. ROTTERDAMSCHE LLOYD DEMPO, uitr., pass. 27 Febr. voorm. 2 u Perim INDRAPOERA, thuisr., 26 Febr. n.m. 5 u'^ van Port Said; wordt 2 Maart voorm. uur te Marseille verwacht. HOLLAND—AMERIKA-LUN. STATENDAM, toeristenvaart, 27 Febr. New York naar W. Indië. SPAARNDAM, 26 Febr. van Chester n Rotterdam. DAMSTERDIJK, R.dam naar Pacific Ku: 26 Febr. te Swansea. HOLLAND-O. AZIE LIJN. GROOTEKERK, thuisreis, 26 Februari W Shanghai. HOLLAND—BRITSCH INDIK LIJN. STREEFKERK. ui>' 26 Febr. van Aden. DIVERSE STOOMVAARTBER1CHTEN TARA, Antwerpen n. Montevideo, pn^' 27 Febr. Madeira. ,1 KATWIJK, 27 Febr. van San Juan te Ant werpen PERNA, 26 Febr. van Palermo verm, naar Abadan KEILEHAVEN, 26 Febr. van Tabou na Europa. MAAS, 26 Febr. van Susak n. Bremen. BEVERWIJK, 26 Febr. v. R.dam te ""'P011 APOLLONIA, 24 Febr. van Salonica Piraeus. RAPANA. 24 Febr. van Curacao naar End v.o. EIBERGEN, 25 Febr. van Hampton naar Argentinië. SARKANI, 25 Febr. van R.dam te GdJ™* heeft lichte lekkage, zal te Gdynia r reerea ri COLYTTO. 26 Febr. van Santa Fe te verpool 2-4

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1937 | | pagina 14