WI1TE
Een merkwaardig Duo
IVOROL
Concentratie bijzondere scholen
IT5EK vak HET
[life Jaargang
LtlDSCH DAGBLAD, Vrijdag 26 Februari 1937
Vierde Blad
No. 23596
|pe strijd in Spanje
Het minste tandbederf
lederen morgen hevig»
hoofdpijnen.
JOJN/T IN IETTEIEN
Shakespeare, „Romeo en Julia", en de film
Warner Oland en Boris Karloff
Van 't front.
I Behalve afgeslagen aanvallen natuur-
L met zware verliezen over en weer!
van geen der fronten iets bijzonders
vermelden.
J Aan bet front bij Oviedo duren de ge-
lechten voort, het kaartje geeft de front-
plii «eer der beide partijen, eveneens den
van Oviedo naar Grado. Hieraan zijn
belangrijke plaatsen gelegen, n.l.
jubia. alwaar de wapenfabrieken der re
uring gevestigd zijn en Grado zelf, waar
het hoofdkwartier van generaal
■anda bevindt. In het noorden van de
Oviedo, loopt de frontlijn der strfj-
iende partijen als een kring om de voor
den: de regeering tracht om dezen cir-
tel heen te trekken om den weg naar Gyon
beveiligen; gedeeltelijk is men hierin ge-
De voornaamste stellingen der
tijdkrachten liggen vóór en achter de
fier de Nalon tusschen Grado. Penaflor
Trubla. De nationalisten blijven den
»fdweg naar Grado-Aviles beheerschen,
ijl de regeering nog over een zeer groot
aiengebied beschikt: de meevste plaatsen
i Oviedo zijn rijk aan kolenmijnen.
Pensioenen voor oorlogsweduwen.
De minister van financiën te Valencia
sit een regeling gepubliceerd van de uit-
belaling van pensioenen aan behoeftige
(reduwen en gezinnen van soldaten en
mbtenaren, die bij de verdediging van de
Epubliek gevallen zijn.
Vrouwen be toogen voor volksleger.
I Verscheidene duizenden vrouwen heb-
kn gisteren te Barcelona betoogd ten gun-
fc van het in het leven roepen van een
kiegeld volksleger.
Het Alcazar van Toledo historisch
monument.
Een gisteren gepubliceerd decreet der
regeering van Burgos bepaalt, dat het Al
cazar van Toledo een historisch monu
ment is. Deze maatregel heeft ten doel 't
bouwwerk te behouden, zonder dat men
vooruit wil loopen op zijn toekomstige be
stemming.
Britsch stoomschip op een mijn.
Hei Britsche schip .Llandovery Castle"
Is bij Kaon Creuz laan de Spaansche kust)
op een mijn geloopen. Het is met twee rui
men vol water te Port Vendres binnenge-
loopen. De 150 passagiers bleven aan boord
De niet-inmenging.
De Fransche minister van buitenland-
sche zaken, Yvon Delbos, heeft in de Ka
mer. gevraagd naar.de doeltreffendheid der
controle op de niet-inmenging in Spanje
met name ten aanzien van het voorstel der
commissie van Londen, verklaard„Wij zijn
vastbesloten, al onze pogingen voort te
zetten, om deze vrede-stichtende daad te
vergemakkelijken, in de hoop een einde te
maken aan het conflict in Spanje door een
bemiddeling, welke het Spaansche volk in
staat zal stellen zelve zijn wil te bevestigen
(applaus).
De andere landen moeten bezield zijn
met dezelfde zorg voor de niet-inmenging
om een einde aan den oorlog te maken.
Ik heb onzen vertegenwoordiger tc Lon
den instructie gegeven, aldus vervolgde de
minister, de commissie te vragen, de vrij
willigers terug te roepen (applaus op de
banken van rechts, het centrum en ver
schillende andere banken).
Het huidige initiatief der Fransche re
geering moet met dezelfde gevoelens van
wederkeerigheld worden begroet, opdat
niemand den oorlog gaande houdt. Frank
rijk is bereid in dit opzicht alles te doen
op voorwaarde, dat het niet eenzijdig zij,
want dat zou het tegendeel van niet-in
menging zijn".
Delbos besloot: „Ik hoop. dat onze ziens
wijze zal zegevieren. Het is de waarheid,
welke, naar ik hoop. door allen zal wor
den begrepen, daar Spanje en alleen
Spanje over zijn eigen lot heeft te beslis
sen. Onze rol moet niet zijn deel te nemen
aan den burgeroorlog, doch daarentegen er
het einde van bespoedigen en in afwach
ting in een zoo groot mogelijke mate het
lijden, dat hij medebrengt, verminderen",
(applaus).
en de schoonste tanden,
indien U poetst met de
antiseptische tandpasta
Tube 60 en 40 ct. Doos 20 ct.
Voorstel Staatscommissie
overgenomen.
7049
(Ingez. Med.)
Slechts enkele aanvullingen
van formeelen aard.
Ingediend is een wetsontwerp tot wijzi
ging van de lager onderwijswet
Toen uit de beraadslagingen in de
Tweede Kamer gebleken was, dat in de
Kamer geen meerderheid aanwezig was
voor de aanvaarding van paragraaf 12
van het ontwerp van wet tot verlaging van
de uitgaven voor het onderwijs, heeft de
regeering die paragraaf teruggenomen
Blijkens de in de vergadering der Kamer
van 20 December 1935 afgelegde verklaring
bleef het kabinet echter staan op het
standpunt, dat een wettelijke regeling moet
worden getroffen om concentratie van
bijzondere scholen te bevorderen. De vraag,
of die concentratie kan worden verwezen
lijkt op een wijze, die de tegen paragraaf
12 ingebrachte bezwaren ondervangt, zou
naar het door de Regeering uitgedrukte
voornemen worden onderzocht door een
staatscommissie, die onder leiding der
regeering zou werken. Deze commissie zou
dan tevens tot taak hebben om een voor
stel te formuleeren met betrekking tot de
wet van 4 Augustus 1933 (Staatsblad
no. 414i.
Bij Koninklijk Besluit van 11 Februari
1936, no. 15. werd deze staatscommissie in
gesteld met de opdracht:
a. Te onderzoeken, of een wettelijke
regeling kan worden getroffen om de
concentratie van bijzondere scholen voor
algemeen vormend lager onderwijs te ver
wezenlijken op een wijze, die de bezwaren
tegen paragraaf 12 van het bij Koninklijke
Boodschap van 6 Augustus 1935 ingediende
wetsontwerp ondervangt, en eventueel
voorstellen in die richting te doen;
b. Voorstellen te doen. welke betrekking
hebben op de materie, geregeld in de wet
van 4 Augustus 1933.
De uitkomsten van haar werkzaamheden
heeft de staatscommissie neergelegd in het
verslag, dat zij op 16 December 1936 aan de
Koningin heeft uitgebracht.
De minister heeft zich met het bij dat
verslag gevoegde ontwerp van wet met
memorie van toelichting kunnen vereeni
gen. Het thans aangeboden wetsontwerp
stemt dan ook met het ontwerp der Staats
commissie overeen, behoudens enkele aan
vullingen en veranderingen van formeelen
aard en eenige redactiewijzigingen.
Het wetsontwerp strekt vooreerst tot
verhooging van de minimumaantallen
leerlingen voor de stichting van bijzon
dere scholen voor gewoon lager onder
wijs, waarvan de kosten geheel of ge
deeltelijk door de openbare kas worden
gedragen. Deze bepaling is, behalve dat
de minima slechts met een vierde
worden verhoogd, ontleend aan de wet
van 4 Augustus 1933. Daarmede corres
pondeert een eveneens aan die wet ont
leende bepaling betreffende minimum
aantallen leerlingen voor de stichting
van openbare scholen voor gewoon
lager onderwijs.
Aan de bepaling omtrent het vereischte
aantal leerlingen voor de stichting van
bijzondere scholen sluiten aan bepalingen
betreffende de minimumaantallen leerlin
gen, bij de bijzondere scholen voor gewoon
lager onderwijs vereischt voor de jaarlijk-
sche vergoedingen van rijk en gemeente,
ontleend aan de ingetrokken paragaaf 12
van het bij Koninklijke Boodschap van
6 Augustus 1935 ingediende wetsontwerp,
waarmede weder correspondeeren overeen
komstige bepalingen ten aanzien van de
instandhouding van openbare scholen voor
gewoon lager onderwijs.
In deze bepalingen is vervat een regeling
voor de dispensatie, welke met betrekking
tot het behoud der jaarlijksche vergoedin
gen van bijzondere scholen en de instand
houding van openbare scholen zal worden
verleend voor bestaande scholen, wier leer
lingen-aantal beneden de nieuwe minima
daalt.
Bovendien zijn nader omschreven de
reeds in de wet voorkomende bepalingen,
volgens welke van de minima dispensatie
kan worden verleend bij het stichten van
nieuwe scholen en voor het behoud van de
vergoeding voor de bestaande.
Verder zijn in het ontwerp opgenomen
eenige voorschriften uit de wet van 4
Augustus 1933, waarvan het practisch nut
in die mate is gebleken, dat het raadzaam
werd geacht deze over te nemen.
Voor het overige bestaat de inhoud uit
wijzigingen, die ten gevolge van het opne
men van bovenbedoelde bepalingen nood
zakelijk werden geacht, en overgangsbepa
lingen, waarvan de betreffende de hand
having van bestaande rechten van reeds
opgerichte scholen de belangrijke is.
Voorgesteld wordt, de wet met ingang
van 1 Juli 1937 in werking te doen treden.
Die inwerkingtreding valt dan samen met
den dag, waarop de wet van 4 Augustus
1933 zal ophouden te gelden.
Nu is zij een ander mensch.
„Zeven jaren leed ik aan hoofdpijnen, die
in den morgen zoo hevig waren, dat ik
bijna niet op kon staan. Ik probeerde alle
mogelijke middelen, doch niets hielp af
doende. Sinds ik echter Kruschen Salts
nam, waren de pijnen verdwenen en ben
ik op het oogenblik al zeven weken vrij
van pijn". Mevr. J. A.
Chronische hoofdpijnen, rheumatische
pijnen etc. ontstaan meestal wanneer Uw
organisme verontreinigd wordt door opge
hoopte afvalstoffen. Kruschen Salts spoort
de afvoerorganen aan tot actievere wer
king, waardoor alle afvalstoffen snel en
volkomen worden verwijderd, zoodat de
oorzaak van Uw klachten wordt weggeno
men en de pijnen dan ook weldra geheel
verdwenen zullen zijn. De „kleine dagelijk-
sche dosis" zorgt er voor, dat deze niet
meer kunnen optreden en houdt U frisch,
jong en gezond. Kruschen Salts is uitslui
tend verkrijgbaar bij alle apothekers en
erkende drogisten a f. 0.40, f. 0.75 en f. 1.60
per flacon. Let op, dat op het etiket op de
flesch, zoowel als op de buitenverpakking
de naam Rowntree Handels Mij. A'dam
voorkomt. 7052
(Ingez. Med.)
NIEUWE UITGAVEN.
Een boek over „Boffie".
„De Koddige avonturen van Boffie", is
de titel van een verbazend aardige uitgave
die ieder kind graag in zijn bezit zal heb
ben. In geestigen en kinderlijken vorm
geeft dit boekje de gebeurtenissen en
avonturen weer van „Boffie met Albert
Heyn's koffie", die in zoo'n korten tijd bij
jong en oud. door geheel Nederland zeer
populair is geworden. Onze jeugd lacht
graag en daarom zullen de vele avonturen
van Boffie, die eigenlijk Henkie de Bok
heet, hun doen schaterlachen. Het boekje
bevat vele leuke penteekeningen, de 16 be
kende teekeningen in fraaie origineele
kleuren uitgevoerd en de muziek en tekst
van het Boffielied. Druk en uitvoering ge
tuigen van smaak en soliditeit. Ongetwij
feld zal dit keurig uitgevoerde boekje in
hooge mate de belangstelling trekken van
de jeugd. Het is verkrijgbaar gesteld voor
den prijs van 25 ct. in alle Albert Heijn's
Filialen.
Norma Shearer en Leslie Howard in „Romeo en Julia".
Dat ae Metro het initiatief nam om in
h tegenwoordige stadium der film-indus-
Romeo en Julia" te verfilmen, is het
van het feit, dat men breken wilde
èm, ou<*e vooroordeel, dat Shakespeare
Ibt v een schrijver voor een select pu
teiu 2^n' moge het geworden zijn,
wr de verenging van de werkingssfeer
"Ct tooneel en door het feit. dat men
Ie? tot boeken en folianten moest
ISÏÏ S® n°S in dit leven iets van het on-
ItjÜ Senie van Shakespeare terug te
lón Het echter juist de taak van
I it J»®.'.van deZ€ film 'n het bijzonder, om
I rh dat Shakespeare's verbeelding,
IJ. ltstalten en de taal van zijn dialogen
I anders zijn dan de gestalten en de
I <üe ook in den eigen vorm van het
I Cat a k de massa kunnen bereiken en
I jL f moeilijkheden, gelegen in vooroor-
1 een - Van dat publiek, in archaïsmen van
L/orm, in gebondenheid van het vers,
I jjzijn om overwonnen te worden
I "C klaarheid van het film-apparaat
w bewuste overgave van den hoogsten
tot den laagsten man aan de vervulling
dezer groote taak: in „Romeo en Julia" te
leggen dat onsterfelijk mysterie der liefde
en der menscheiijke roerselen, die van dit
drama, sinds het 350 jaar geleden geschre
ven werd, gemaakt hebben hèt drama der
liefde bij uitnemendheid, dat dan ook als
zoodanig en als unieke uitzondering
zelfs tusschen de andere drama's en blij
spelen van Shakespeare 350 jaar lang
repertoire gehouden heeft op de groote en
kleine tooneelen dezer wereld om eerst
in den allerjongsten tijd door de moeilijk
heden van het tooneel het contact met de
breedere scharen van het publiek te ver
liezen.
Shakespeare, de volksschrijver van zijn
tijd, is krachtens de grootheid en eenvoud
van zijn genie, niet alleen „geweest", maar
ook „gebleven", dé scenarioschrijver bij
uitnemendheid Het zijn niet alleen de
litteratuurkenners, die telkens weer
maar hoe vaak vruchteloos! wezen op
de verbijsterende „leesbaarheid" van Sha
kespeare's stukken. Het is de film, die in
staat is, met haar tegenwoordig apparaat
te bewijzen, dat men Shakespeare voor het
groot publiek kan spelen.
Twaalf van de vee$ien scènes van „Ro
meo en Julia" konden voetstoots als film
scenario (niet als verfilmd tooneel) gebruikt
worden; hun overgangen vormden zich
harmonisch, zóó harmonisch als het drama
eener jeugdige liefde in de warme nachten
van het Italiaansche en Middeleeuwse!) Ve
rona zich ontvouwde. In de geheele film
komt geen woord voor, dat niet van Sha
kespeare is.
Shakespeare's beteekenis als scenario
schrijver en zou hij, de „volksschrijver",
dat wellicht niet in dezen tijd geworden
zijn? is met deze eerst voor honderd
procent verantwoorde verfilming van Sha
kespeare's bekendste drama onomstootelijk
bewezen!
Groot is dan ook het succes geweest,
waarmee Amerika en Engeland, waar dit
laatste werk van wijlen den durvenden
regisseur Irving G. Thalberg tot dusverre
vertoond werd, „Romeo en Julia" hebben
ontvangen.
Deze film spreekt voor zich zelf, want
door de acteurs, de regie, de verzorging
der entourage spreekt zij voor het onsterfe
lijk genie van Shakespeare.
De hoofdrollen in deze binnenkort ook
hier te vertoonen film worden vertolkt door
Norma Shearer, Leslie Howard, John Bar-
rymore e.a.
ANNABELLA IN „EERLOOS".
Een speciale vlootfilm.
Een film ter eere van de Fransche vloot,
„Veille d'Armes", in het Hoilandsch „Eer
loos" geheeten. Een Fransche millioenen-
film met Annabella en Victor Francen,
Signoret Pierre Renoir en Rosine Derian in
de hoofdrollen, geregisseerd door Marcel
l'Herbier met volle medewerking van de
Aan één van de twee hierboven genoemde acteurs heeft men al genoeg om
te griezelen. Hoe zal het dan wel zijn in de film „Charlie Chan in de Opera", waar
in zij beiden optreden? Het antwoord zal stellig niemand teleurstellen: het sum
mum van sensatie staat U te wachten....
Fransche marine. Een drama dat zich
echter eveii goed ergens anders had kunnen
afspelen dan op de Fransche vloot van
heldenmoed, liefde en deugd.
Hèt Middellandsche zee-eskader, be
staande uit de zeereoizen, de „Dupleix",
„Tournville", „Foch", „Duquesne", ..Algérie"
en vele andere jagers en torpedobooten
werden voor de opnamen ter beschikking
gesteld. Een grootsche zeeslag werd in
beeld gebracht, prachtig opgenomen door
den cameraman Kruger. In deze film van
de marine speelt de beroemde actrice
Annabella, die men hierboven ziet afge
beeld, een harer beste rollen.
PAULA WESSELY IN EEN NIEUWE FILM.
„Groote dwaasheden".
Onlangs is Paula Wessely uit Wee-
nen in Berlijn aangekomen. Dadelijk is
zij met haar partner Rudolf Forster,
naar deFrölich-ateliers gegaan, waar
onder regie van Carl Frölich een begin
is gemaakt met de opnamen van haar
nieuwste film „Groote dwaasheden".
„Groote dwaasheden", de Tobis-film.
welke ook in ons land in circulatie ge
bracht wordt, is geen film, die onder het
motto „Het leven is ernstig, doch het too
neel is niets dan vrcolijkheid" gerangschikt
kan worden. Het is een stuk levensernst,
een deel van de ernstige temperamentvolle
Paula Wesely zelf, die als leerlinge aan een
tooneelschool haar eigen levensernst uit.
Thérèse Brandl is een meisje uit de pro
vincie, dat door haar onmiskenbaar talent
een studiebeurs krijgt om aan de tooneel
school te Weenen te gaan studeeren.
Haar ontmoeting met een man later
blijkt, dat dit haar leermeester aan de
tooneelschool is wordt een hinderpaal
voor het met vrucht volgen der lessen aan
ae tooneelschool. De groote liefde voor
dezen leeraar dreigt haar roeping in ge
vaar te brengen en ook hij kan niet haar
onbevooroordeelde en leiding gevende leer
meester zijn, hoe scherp hij oo'k de schei
dingslijn tusschen de liefde en zijn functie
als leeraar poogt te trekken. Rudolf For
ster zal in deze film de rol van Thérèse's
leeraar vertolken.
Het leven zélf, waarin de jeugd het recht
der liefde voor zich opeischt behaalt de
overwinning cp de wetten der tooneel
school. Evenals in het groote succeswerk
van Willi Forst „Burgtheater" speelt het
tooneel een beïnvloedende rol. Is het bij
„Burgtheater" in hoofdzaak de allesover-
heerschende macht, die van de planken
van een groot tooneel uitgaat, een macht,
sterk genoeg om liefde en leven van groote
tooneelspelers op to eischen, hier is het 't
werkelijke leven en vooral de liefde, die
bezit neemt van tooneelspelende menschen.
Deze nieuwe Wessely-film geeft een kijk
achter de coulissen en hoe daar het wer
kelijke leven doorgaat, zonder zich een
moment te storen aan het wachtwoord van
den souffleur. De tooneelschool wordt een
levensschool voor Thérèse Brandl, die hoe
wel naar Weenen gekomen met het vaste
plan zich een vooraanstaande plaats in de
tooraeelwereld te veroveren, uiteindelijk
toch vlucht voor dit zelfde Weenen, omdat
zij aan haar eerste „dwaze avontuur" ten
offer dreigt te vallen.
Deze vlucht uit de stad, van de school en
van haar leeraar is voor haar het examen,
dat haar een diploma voor het leven doet
veroveren.
De filmstof van deze Tobis-film is ont
leend aan den roman van Marianne von
Angeren. Naast Paula Wessely en Rudolf
Forster spelen de volgende Weensche film-
soelers Hedwig Bleibtreu, Hilde Wagner,
Gustav Waldau, Egon von Jordan en Kurt
Meisel.
Ralph Benatzky, de bekende Weensche
componist, schreef de muzikale illustratie.
De buitenopnamen worden eind Februari
in Tirol opgenomen.