Geen Kerstboom en toch Kerstfeest Donderdag 24 December 1936 No. 52 77ste Jaargang Bericht voor de geheeïe Raadselj eugd „Hoe vind je 'm, Ans?" vroeg Frits, ter wijl hij een mooie vijfpuntige ster omhoog hield, die hij met z'n figuurzaag gemaakt en nu pas met een stukje schuurpapier glad geschuurd had. „Echt mooi", prees het zusje. Frits boorde nu met een heel fijn in strumentje een gaatje in één van de pun ten. Daar moest straks een zilverdraadje door, waarmee de ster in den Kerstboom gehangen kon worden- Maar 't prettigste werkje kwam nog; Frits ging de ster ver zilveren. Alles stond al klaar op een krant: het fleschje met zilververf en een kwastje. O, wat werd die ster nu echt. Niet alleen Frits was verrukt over het resultaat maar ook moeder. Ans en Lex bewonderden het. De twee laatsten wilden, dat ze ook al zoo ver waren om te kunnen gaan verven. Maar ze moesten elk op hun beurt de zaag ge bruiken. 't Was Kerstvacantie en erg naar weer: al maar regen en wind. volstrekt geen Kerstmisweer. De kinderen waren genood zaakt in huis te blijven en nu had moeder bedacht: zelf van triplex allerlei aardige versieringen voor den Kerstboom te maken Want met den schoonmaak had de werk ster de doos met de Kerstboomversierselen uit haar handen laten vallen en waren er allerlei dingen stuk gegaan. Moeders plan was met gejuich begroet. En al den heelen dag waren de kinderen bezig. Lex teeken- de alles, dat kon hij goed; maar hij zaag de en schilderde ook. Bij Ans wou 't zagen maar niet lukken. Die mocht schuren en verven. Een zilveren Kerstklok was er al klaar. Ans was bezig aan een staartster en nu was Lex aan 't werk om een Kerstman netje te teekenen, dat een kaars in z'n hand droeg. „Wanneer komt de boom, mams?" vroeg Ans. „O, kind, dat heeft nog wel even den tijd. De jongens moeten Woensdag maar eens op de Kerstboomenmarkt wat zien tc krijgen". „Ik ga ook mee", rietp Ans. „Dat mag", zei Frits, „maar dan moet je ook helpen dragen". ,.Hé, laat mij nu eens wat verzilveren", drong het zusje aan. Maar er was nog niets zoover, dat het den kwast noodig had. „Ik bedenk daar wat", zei moeder, „we ten jullie nog, dat we van den zomer die twee reusachtige sparappels hebben mee gebracht uit Putten? Die kan Ans schil deren". „O. schitterend!" riep het meisje blij. zocht de dennenappels op en begon. lederen dag groeide de voorraad. En 's avonds repeteerden ze met moeder de Kerstversjes. Lex speelde erbij óp z'n viool, Frits op z'n blokfluit. En zoo kwam de Woensdag, dat de boom gehaald zou wor den- Maar juist vóór ze weggingen, werd er een telegram afgegeven. Zenuwachtig scheurde moeder het open. „En?" vroeg Lex. „Opa is erg ziek. We moeten er heen". ..Allemaal naar Breda? Fijn", zei Frits, die alléén aan de reis dacht en niet aan aen zieken grootvader. Zijn opmerking be zorgde hem dan ook vermaningen en te rechtwijzingen van moeder, Ans en Lex. De Kerstboom werd dien dag niet gehaald. Er moest een bericht naar vaders kantoor en vader vertrok zoo gauw mogelijk naar De Redactie „L. D." verzoekt mij mede te deelen, dat van 1 Januari af de KINDERKRANT altijd op ZATERDAG zal verschijnen. Men heeft dan voortaan den tijd tot DINDSDAGSMORGENS 9 uur om de brieven te bezorgen. Bieda. 's-Donderdags zond vader 'n brief dat moeder ook moest komen en er op re kenen om een paar dagen te blijven. Voor de kinderen vroeg moeder belet bij oud tante Metje. Deze wilde de kinderen met genoegen een paar dagen hebben. Moeder vertelde het aan haar drietal. „Bah, hoe komt u daar nu toe?!" ver weet Lex, „tante Metje houdt niet van kerstmis en rommel haat ze"- „Ik ook", vergoelijkte moeder. Geen bloemen, omdat de blaadjes af vallen, geen hond om de haren op 't kar pet, geen kanarie om de dopjes van de za den, die uit de kooi vliegen", noemde Frits op. „Dat wordt dus geen Kerstboom", zei Lex een beetje kwaad. „We kunnen best Kerstfeest vieren zon der boom" merkte moeder zacht op. 'Dacht u, dat tante Metje er iets aan zou doen?" vroeg Frits schamper. „Niet tante Metje, maar jullie moeten maken, dat 't bij haar een vroolijk Kerst feest wordt", meende moeder. „Vroolijk? En dat als Opa ziek?" opper de Ans. „Nu. mooi dan", verbeterde moeder. Ze wees op alle Kerstdingen, uitgestald op het buffet en zei: „dat alles nemen jullie mee". Ans en Frits trokken met hun bagage naar tante Metje's huis, Lex bracht moe der naar den trein. Allen hadden de groe ten meegegeven aan den zieke en hem be terschap gewenscht Gewoon als de kinderen waren om thuis moeder te helpen, boden ze ook aan tante hun hulp aan. De jongens brachten de vuilnisbak buiten, haalden kolen, deden boodschappen en Ans hielp afdrogen en stof afnemen, 's Middags vóór Kerstmis vroegen ze aan tante, of ze net als thuis den Kerstavond mochten vieren- „Hoe wilden jullie dat dan doen?" in formeerde de gastvrouw. Les haalde de Kerstsieraden voor den dag en vroeg verlof om die in de huiska mer op te hangen. Tante vond ze erg mooi, vooral het Kerstmannetje, dat rood en wit geschilderd was en den zilveren Kersten gel met z'n bazuin. Voor alles werd een plaatsje gezocht: de Kerstklok onder aan de lamp, de Kerstengel bij de tusschen- deuren, de sterren en 't Kerstmannetje te gen den wand, de zilveren sparappels aan 't buffet, 't Zag er feestelijk uit. Tante zelf had er echt plezier in, toen An* cn

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1936 | | pagina 23